user manual

48 Geavanceerde functies
Het scherm sluiten
Het is belangrijk om het RAID-configuratieprogramma correct af te sluiten,
omdat een aantal wijzigingen pas hierna worden doorgevoerd. Druk in de lijst
met adapters op <Esc> om het scherm te sluiten. Er verschijnt een soortgelijk
scherm wanneer u de meeste andere schermen sluit. U kunt dit gebruiken om
instellingen op te slaan.
Configuratietaken uitvoeren
KENNISGEVING: Wanneer u de volgende procedures gebruikt om een RAID-
configuratie te maken, raakt u alle gegevens op uw vaste schijven kwijt. Maak
daarom voordat u verder gaat een back-up van alle gegevens die u wilt behouden.
OPMERKING: Uw RAID-array kan niet groter zijn dan 2 terabytes. Elke ruimte die
groter is dan 2 terabytes, is niet bruikbaar.
De twee opties voor het maken van een nieuw RAID-volume zijn Create IM
Volume (IM-volume maken) en Create IS Volume (IS-volume maken). IM
staat voor ingebouwd mirroring. IS staat voor ingebouwd striping. Extra informatie
is beschikbaar op het configuratiescherm.
Een RAID-niveau 0 configuratie maken
OPMERKING: RAID 0 biedt geen gegevensbescherming bij storingen in de vaste
schijf. Deze wordt voornamelijk gebruikt om de prestaties te verbeteren.
OPMERKING: Nadat het aantal vaste schijven in een RAID-volume (virtuele schijf)
is ingesteld, kan dit niet worden gewijzigd.
Volg deze stappen om een RAID 0-volume te maken op een SAS 6/iR-controller
waarop momenteel geen RAID-volume is geconfigureerd.
1
Selecteer een controller in de
lijst met adapters
in het configuratieprogramma.
2
Selecteer de optie
RAID Properties
(RAID-eigenschappen).
3
Selecteer
Create IS Volume
(IS-volume maken) wanneer u wordt gevraagd een
IS (gestriped) RAID-volume of een IM (mirrored) RAID-volume te maken.
Het volgende scherm geeft een lijst met vaste schijven weer die aan een
RAID-volume kan worden toegevoegd.