user manual

50 Geavanceerde functies
4
Ga met de cursor naar de kolom
RAID Disk
(RAID-schijf). Wanneer u een
vaste schijf aan de RAID-volume wilt toevoegen, verandert u Nee in Ja door op
de <+>, <-> of spatiebalk te drukken. Wanneer er een vaste schijf wordt
toegevoegd, verandert het veld
Virtual Disk Size
(virtuele schijfgrootte) om de
nieuwe grootte van het RAID-volume weer te geven.
KENNISGEVING: Bij het maken van het RAID-volume gaan alle gegevens
verloren. Dell geeft het advies om een back-up te maken van de gegevens
voordat u deze stappen uitvoert.
Houd bij het maken van een IM (gespiegelde) RAID-volume met het
volgende rekening:
Alle stations moeten met Dell compatibele SAS of SATA vaste
schijven zijn.
SAS en SATA vaste schijven kunnen niet in hetzelfde RAID-volume
worden gebruikt.
Stations moeten blokken hebben van 512 byte en mogen geen
verwisselbare media hebben.
Een RAID-volume kan slechts 2 vaste schijven bevatten.
5
Druk op <C> en selecteer
Save changes
(wijzigingen opslaan) wanneer
het RAID-volume volledig is geconfigureerd.
6
Sluit dit menu om de wijzigingen op te slaan. Het configuratieprogramma
wordt onderbroken wanneer het RAID-volume wordt gemaakt.
OPMERKING: RAID 1 biedt bescherming tegen de storing van een enkele vaste
schijf. Wanneer een vaste schijf defect raakt, kan deze worden vervangen en
kunnen de gegevens naar een andere vaste schijf worden gespiegeld, waarbij de
gegevensintegriteit behouden blijft.
Een tweede RAID-volume maken
De SAS 6/iR-controller ondesteunt twee actieve RAID-volumes. Als er al één
RAID-volume is geconfigureerd, volgt u deze stappen om een tweede RAID-
volume toe te voegen:
1
Selecteer een controller in de
lijst met adapters
in het configuratieprogramma.
2
Selecteer de optie
RAID Properties
(RAID-eigenschappen) om het huidige
RAID-volume weer te geven.
3
Druk op <C> om een nieuwe RAID-volume te maken.