Dell Precision M2800 Eigenaarshandleiding Regelgevingsmodel: P29F Regelgevingstype: P29F001
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen, en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van de computer. WAARSCHUWING: EEN WAARSCHUWING duidt potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertelt u hoe het probleem kan worden vermeden. GEVAAR: Een GEVAAR-KENNISGEVING duidt op een risico op schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden. Copyright © 2014 Dell Inc. Alle rechten voorbehouden.
Inhoudsopgave 1 Aan de computer werken.................................................................................... 6 Voordat u in de computer gaat werken............................................................................................... 6 Uw computer uitschakelen................................................................................................................... 7 Nadat u aan de computer heeft gewerkt..........................................................................
Het toetsenbord verwijderen.............................................................................................................. 27 Het toetsenbord plaatsen................................................................................................................... 28 De polssteun verwijderen................................................................................................................... 28 De polssteun plaatsen................................................................
Technische specificaties.................................................................................... 71 6 Contact opnemen met Dell..............................................................................
Aan de computer werken 1 Voordat u in de computer gaat werken Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw eigen veiligheid te garanderen en de computer tegen mogelijke schade te beschermen. Tenzij anders aangegeven, wordt er bij elke procedure in dit document van de volgende veronderstellingen uitgegaan: • U hebt de veiligheidsinformatie geraadpleegd die bij uw computer is geleverd.
Om schade aan de computer te voorkomen, moet u de volgende instructies opvolgen voordat u in de computer gaat werken. 1. Zorg ervoor dat het werkoppervlak vlak en schoon is, om te voorkomen dat de computerkap bekrast raakt. 2. Schakel uw computer uit (zie Uw computer uitschakelen). 3. Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los.
b. • Klik op het en selecteer Shut down (Afsluiten). In Windows 7: 1. Klik op Start . 2. Klik op Shutdown (Afsluiten). of 2. 1. Klik op Start 2. Klik op de pijl in de linkeronderhoek van het menu Start, zoals hieronder wordt getoond, en . klik vervolgens op Shutdown (Afsluiten). Controleer of alle op de computer aangesloten apparaten uitgeschakeld zijn.
Het verwijderen en installeren van onderdelen 2 Deze paragraaf beschrijft gedetailleerd hoe de onderdelen moeten worden verwijderd uit, of worden geïnstalleerd in uw computer.
Systeemoverzicht Afbeelding 1. Achteraanzicht: achterplaat verwijderd 1. warmteafleider 2. harde schijf 3. geheugen 4. SD-kaartsleuf 5. ExpressCard-sleuf 6. optisch station 7. knoopbatterij 8. hoekbeschermer onderkant (links) 9. WWAN-kaart 10. WLAN-kaart 11. dockingpoort 12. batterijcompartiment 13.
Afbeelding 2. Bovenaanzicht: toetsenbord en polssteun verwijderd 1. kaart van de wifischakelaar 2. luidspreker 3. ExpressCard-houder 4. moederbord 5. luidspreker 6. harde-schijfcompartiment 7. VGA-kaart 8. beeldscherm De SD-kaart verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Druk op de SD-kaart om deze van de systeemkast los te koppelen. Schuif de SD-kaart uit de systeemkast. De SD-kaart (Secure Digital) plaatsen 1.
De ExpressCard-kaart verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Druk op de ExpressCard-kaart om deze los te koppelen van de computer. Schuif de ExpressCardkaart uit de computer. De ExpressCard-kaart plaatsen 1. Schuif de ExpressCard-kaart in de sleuf totdat de kaart vastklikt. 2. Volg de procedures in Nadat u aan de computer hebt gewerkt. De batterij verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2.
3. Draai de batterij uit de computer.
De batterij plaatsen 1. Schuif de batterij in de sleuf totdat deze vastklikt. 2. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De onderplaat verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de schroeven waarmee de onderplaat aan de computer is bevestigd.
3. Til de onderplaat op om deze uit de computer te verwijderen.
De onderplaat plaatsen 1. Plaats de onderplaat zo dat deze wordt uitgelijnd met de schroefgaten op de computer. 2. Draai de schroeven vast waarmee de onderplaat aan de computer wordt bevestigd. 3. Plaats de batterij. 4. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De hoekbeschermers aan de onderkant verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de batterij. 3. Verwijder de onderplaat. 4.
5. Verwijder de schroeven waarmee de rechterhoekbeschermer van de onderkant is bevestigd, til en verwijder het uit de computer. De hoekbeschermers aan de onderkant plaatsen 1. Plaats de linker- en rechterhoekbeschermers van de onderkant, en lijn deze uit met de schroefgaten in de computer. 2. Draai de schroeven vast om de hoekbeschermers aan de onderkant op de computer te bevestigen. 3. Plaats: a. afdekplaat onderkant b. batterij 4.
a. batterij b. afdekplaat onderkant 3. Wrik de borgklemmen weg van de geheugenmodule tot deze omhoog komt en verwijder de geheugenmodule uit de connector op het moederbord. Het geheugen plaatsen 1. Plaats het geheugen in de geheugensleuf. 2. Druk op de borgklemmen om de geheugenmodule te bevestigen op het moederbord. 3. Plaats: a. afdekplaat onderkant b. batterij 4. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De harde schijf verwijderen 1.
5. Buig de harde-schijfisolatie om. Trek de harde-schijfisolatie van de harde schijf. De harde schijf plaatsen 1. Plaats de harde-schijfisolatie op de harde schijf. 2. Bevestig de harde-schijfhouder aan de harde schijf. 3. Draai de schroeven vast waarmee de harde-schijfhouder aan de harde schijf wordt bevestigd. 4. Schuif de harde schijf in de computer. 5. Draai de schroeven vast waarmee de harde schijf aan de computer wordt bevestigd. 6. Plaats de batterij. 7.
4. Verwijder de schroef waarmee de vergrendeling van het optische station op het optische station is bevestigd. Schuif de vergrendeling van het optische station en verwijder hem van het optische station. 5. Verwijder de schroeven waarmee de vergrendelingsbracket van het optische station aan het optische station is bevestigd. Verwijder de vergrendelingsbracket van het optische station. Het optische station plaatsen 1.
4. Draai de schroeven vast om de vergrendeling van het optische station aan de vergrendelingsbracket van het optische station te bevestigen. 5. Schuif het optische station in het stationcompartiment. 6. Druk op de vergrendeling van het optische station om het optische statio vast te zetten. 7. Plaats de batterij. 8. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De WLAN-kaart (wireless local area network) verwijderen 1.
c. Verwijder de WWAN-kaart uit de computer. De WWAN-kaart plaatsen 1. Plaats de WWAN-kaart in de sleuf op het moederbord. 2. Druk de WWAN-kaart naar beneden en draai de schroef vast waarmee de WWAN-kaart aan de computer vastzit. 3. Sluit de antennekabels aan op de connectoren op de WWAN-kaart. 4. Plaats: a. afdekplaat onderkant b. batterij 5. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De netwerkconnector verwijderen 1.
De netwerkconnector plaatsen 1. Lijn de netwerkconnector uit op zijn positie in de computer. 2. Plaats de netwerkconnectorbracket op de netwerkconnector. 3. Draai de schroef aan om de bracket van de netwerkconnector aan de computer te bevestigen. 4. Leid de kabel door de geleiders. 5. Sluit de kabel aan op het moederbord. 6. Plaats: a. hoekbeschermer onderkant (links) b. afdekplaat onderkant c. batterij 7.
De knoopbatterij plaatsen 1. Plaats de knoopbatterij in de sleuf. 2. Sluit de kabel van de knoopbatterij aan op het moederbord. 3. Plaats: a. afdekplaat onderkant b. batterij 4. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De stroomconnector verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder: a. batterij b. hoekbeschermer onderkant (rechts) c. afdekplaat onderkant 3.
De stroomconnector installeren 1. Lijn de stroomconnector uit op zijn positie in de computer. 2. Plaats de stroomconnectorbracket over de stroomconnector. 3. Draai de schroef vast om de voedingsconnectorbeugel te bevestigen aan de computer. 4. Leid de kabel door de geleiders. 5. Sluit de kabel aan op het moederbord. 6. Plaats: a. afdekplaat onderkant b. hoekbeschermer onderkant (rechts) c. batterij 7. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht.
4. Voer de volgende stappen uit zoals wordt getoond in de afbeelding: a. Schuif de warmteafleider. b. Til de warmteafleider uit de computer. De warmteafleider plaatsen 1. Schuif de warmteafleider naar zijn positie op het moederbord. 2. Draai de schroeven vast om de warmteafleider op het moederbord te bevestigen. 3. Sluit de kabel van de ventilator aan op het moederbord. 4. Plaats: a. afdekplaat onderkant b. batterij 5.
De processor plaatsen 1. Lijn de inkepingen op de processor en de socket uit en plaats de processor in de socket. 2. Draai de sluitnok van de processor rechtsom. 3. Plaats: a. warmteafleider b. afdekplaat onderkant c. batterij 4. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. Het toetsenbord verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de batterij. 3.
5. Draai het toetsenbord om en koppel de kabel van het toetsenbord los van het moederbord. Het toetsenbord plaatsen 1. Sluit de toetsenbordkabel aan op het moederbord. 2. Plaats het toetsenbord precies op de schroefgaten op de computer. 3. Draai de schroeven vast waarmee het toetsenbord aan de polssteun wordt bevestigd. 4. Plaats de toetsenbordrand op het toetsenbord en druk deze langs alle kanten in tot de rand vastklikt. 5. Plaats de batterij. 6.
f. afdekplaat onderkant g. hoekbeschermers onderkant 3. Verwijder de schroeven waarmee de polssteun aan de onderkant van de computer is bevestigd. 4. Draai het systeem om en verwijder de schroeven waarmee de polssteun aan de computer is bevestigd.
5. Koppel de volgende kabels los: a. vingerafdruklezer b. toetsenblok c.
6. Wrik de polssteun omhoog en verwijder hem uit de computer.
De polssteun plaatsen 1. Lijn de polssteun uit met de oorspronkelijke positie in de computer totdat de polssteun vastklikt. 2. Draai de schroeven vast om de polssteun aan de computer vast te maken. 3. Sluit de volgende kabels aan: a. aan-uitknop b. toetsenblok c. vingerafdruklezer 4. Draai computer om en draai de schroeven vast om de polssteun aan de onderzijde van de computer vast te maken. 5. Plaats: a. b. c. d. e. f. g. 6.
De kaart van de WiFi-schakelaar verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder: a. b. c. d. e. f. g. h. 3. SD-kaart ExpressCard batterij toetsenbord beeldschermscharnierkapje afdekplaat onderkant hoekbeschermers onderkant polssteun Voer de volgende stappen uit zoals wordt getoond in de afbeelding: a. Koppel de kabel los van het moederbord. b. Verwijder de schroef waarmee de kaart van de wifischakelaar is bevestigd en verwijder de kaart uit de computer.
De VGA-kaart verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder: a. b. c. d. e. f. g. h. 3. SD-kaart ExpressCard batterij toetsenbord beeldschermscharnierkapje afdekplaat onderkant hoekbeschermers onderkant polssteun Verwijder de schroeven waarmee de VGA-kaart aan de computer is bevestigd en verwijder de kaart uit de connector. De VGA-kaart plaatsen 1. Plaats de VGA-kaart in de sleuf. 2.
a. b. c. d. e. f. g. h. 3. SD-kaart ExpressCard batterij toetsenbord beeldschermscharnierkapje afdekplaat onderkant hoekbeschermers onderkant polssteun Verwijder de schroeven waarmee de ExpressCard-houder aan de computer is bevestigd. Verwijder de ExpressCard-houder uit de computer. De ExpressCard-houder plaatsen 1. Plaats de ExpressCard-houder in de sleuf. 2. Draai de schroeven vast om de ExpressCard-houder aan de computer te bevestigen. 3. Plaats: a. b. c. d. e. f. g. h. 4.
f. g. h. i. j. k. l. m. n. o. p. q. r. 3. optisch station beeldschermscharnierkapje afdekplaat onderkant hoekbeschermers onderkant stroomconnector knoopbatterij geheugen WLAN-kaart WWAN-kaart warmteafleider processor VGA-kaart ExpressCard-houder Voer de volgende stappen uit zoals wordt getoond in de afbeelding: a. Koppel de kabel van de kaart van de wifischakelaar los van het moederbord. b. Koppel de volgende kabels los van het moederbord: 4.
5. Haal het moederbord uit de computer.
Het moederbord plaatsen 1. Plaats het moederbord om het uit te lijnen met de poorten in de computer. 2. Draai de schroeven aan om het moederbord vast te zetten. 3. Sluit de volgende kabels aan op de systeemkaart: a. luidspreker b. wifischakelaar 4. Plaats: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. l. m.
n. o. p. q. r. 5. harde schijf toetsenbord batterij ExpressCard SD-kaart Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De luidsprekers verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. l. m. n. o. p. q. r. s. t. 3.
4. 40 Til de luidsprekers uit de computer.
De luidsprekers plaatsen 1. Lijn de luidsprekers uit op de positie op de computer en leid de luidsprekerkabel door de geleiders op de computer. 2. Draai de schroeven aan om de luidsprekers vast te maken. 3. Plaats: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. l. m. n. o.
p. q. r. s. t. 4. harde schijf toetsenbord batterij ExpressCard SD-kaart Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. Het beeldschermscharnierkapje verwijderen 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de batterij. 3. Verwijder de schroeven waarmee het beeldschermscharnierkapje aan de computer is bevestigd en verwijder het beeldschermscharnierkapje uit de computer. Het beeldschermscharnierkapje plaatsen 1.
4. Koppel de LVDS-kabel los en maak de LVDS-kabel en de camerakabel los uit de geleiders. Verwijder deze uit de computer.
5. 44 Verwijder de schroeven waarmee het beeldscherm aan de computer is bevestigd.
6. Verwijder het beeldscherm uit de computer.
Het beeldscherm installeren 1. Plaats het beeldscherm in de juiste positie op de computer. 2. Draai de schroeven aan om het beeldscherm vast te zetten. 3. Leid de LVDS-kabel en de camerakabel door de geleiders. 4. Plaats de antennekabels in het geleidingskanaal. 5. Sluit de antennekabels aan op de WLAN-kaart op de computer. 6. Sluit de camerakabel aan op de computer. 7. Plaats: a. b. c. d. 8.
b. c. d. e. beeldschermscharnierkapje afdekplaat onderkant hoekbeschermers onderkant beeldscherm 3. Wrik de randen omhoog om het montagekader van het beeldscherm los te maken. 4. Verwijder het beeldschermpaneel uit het beeldscherm.
Het montagekader van het beeldscherm plaatsen 1. Plaats het montagekader van het beeldscherm op het beeldscherm. 2. Druk op het beeldschermpaneel, beginnend in de bovenste hoek, om het hele beeldschermpaneel heen werkend totdat het beeldscherm vastklikt. 3. Druk vervolgens op de linker- en rechterranden van het montagekader. 4. Plaats: a. b. c. d. e. 5.
f. montagekader van het beeldscherm 3. Verwijder de schroeven waarmee het beeldschermpaneel aan het beeldscherm is bevestigd. 4. Draai het beeldschermpaneel om.
5. 50 Trek het plakband van de LVDS-kabelconnector los en koppel de LVDS-kabel los van het beeldschermpaneel. Verwijder het beeldschermpaneel uit de beeldschermeenheid.
Het beeldschermpaneel plaatsen 1. Sluit de LVDS-kabel aan en bevestig het LVDS-kabelconnectortape. 2. Draai het beeldscherm om en plaats het in de beeldschermeenheid. 3. Draai de schroeven vast waarmee het beeldschermpaneel op het beeldscherm wordt bevestigd. 4. Plaats: a. b. c. d. e. f. 5.
f. montagekader van het beeldscherm g. beeldschermpaneel 3. Voer de volgende stappen uit zoals wordt getoond in de afbeelding: a. Verwijder de schroeven waarmee de scharnieren van het beeldscherm aan het beeldscherm is bevestigd. b. Verwijder de scharnieren van het beeldscherm uit de computer. De beeldschermscharnieren plaatsen 1. Plaats de beeldschermscharnieren op hun plaats op de computer. 2. Draai de schroeven vast om de beeldschermscharnieren te bevestigen aan het beeldscherm. 3. Plaats: a. b.
De camera plaatsen 1. Plaats de cameramodule in de sleuf in de computer. 2. Draai de schroef vast waarmee de camera op het beeldscherm wordt bevestigd. 3. Sluit de camerakabel aan. 4. Plaats: a. montagekader van het beeldscherm b. beeldscherm c. batterij 5. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht.
Installatie van het systeem 3 Met systeeminstallatie kunt u de hardware van uw computer beheren en de opties voor het BIOS‐niveau opgeven.
Tabel 1. Navigatietoetsen Toetsen Navigatie Pijl Omhoog Gaat naar het vorige veld. Pijl Omlaag Gaat naar het volgende veld. Hiermee kunt u een waarde in het geselecteerde veld invullen (mits van toepassing) of de verwijzing in het veld volgen. Spatiebalk Vergroot of verkleint een vervolgkeuzelijst, Mits van toepassing). Gaat naar het focusveld. OPMERKING: Alleen voor de standaard grafische browser. Gaat naar de vorige pagina totdat u het hoofdscherm bekijkt.
Optie Beschrijving U kunt ook de optie Boot List (Opstartlijst) kiezen. De opties zijn: • Legacy (Standaardinstelling) • UEFI Advanced Boot Options Hiermee kunt u uw systeem configureren voor de Legacyopstartmodus. Deze optie is standaard ingeschakeld. Date/Time Hiermee kunt u de datum en tijd wijzigen. Tabel 3. Systeemconfiguratie Optie Beschrijving Integrated NIC Hiermee kunt u de geïntegreerde netwerkcontroller configureren.
Optie Beschrijving • • • • Disabled (Uitgeschakeld) ATA AHCI RAID On (RAID ingeschakeld) (Standaardinstelling) OPMERKING: SATA is geconfigureerd om de RAID-modus te ondersteunen. Drives Hiermee kunt u de SATA-stations configureren. De opties zijn: • • • • SATA-0 SATA-1 SATA-4 SATA-5 Standaardinstelling: alle schijven zijn ingeschakeld. SMART Reporting Dit veld bepaalt of vaste-schijffouten voor geïntegreerde stations tijdens het opstarten van het systeem worden gemeld.
Optie Beschrijving Keyboard Illumination Hiermee kunt u de werkstand van de functie voor toetsenbordverlichting configureren. De opties zijn: • • • • • Disabled (Uitgeschakeld) (Standaardinstelling) Level is 25% (Niveau is 25%) Level is 50% (Niveau is 50%) Level is 75% (Niveau is 75%) Level is 100% (Niveau is 100%) Unobtrusive Mode Hiermee kunt u de modus instellen waarmee alle licht- en geluidsemissies van het systeem worden uitgeschakeld. Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Tabel 5. Security (Beveiliging) Optie Beschrijving Admin Password Hiermee kunt u het administratorwachtwoord (admin) instellen, wijzigen of wissen. OPMERKING: U moet het administratorwachtwoord instellen voordat u het systeem- of hardeschijfwachtwoord instelt. OPMERKING: Wijzigingen in wachtwoorden worden onmiddellijk effectief. OPMERKING: Wanneer u het administratorwachtwoord wist, wist u automatisch ook het systeemwachtwoord. OPMERKING: Wijzigingen in wachtwoorden worden onmiddellijk effectief.
Optie Beschrijving OPMERKING: Met de opties Activate en Disable wordt de functie permanent geactiveerd of uitgeschakeld en zijn er geen andere wijzigingen meer toegestaan. CPU XD Support Hiermee kunt u de modus Execute Disable (Uitvoeren uitschakelen) van de processor inschakelen. Enable CPU XD Support (CPU XD-ondersteuning inschakelen) (standaardinstelling) OROM Keyboard Access Hiermee kunt u het gebruik van sneltoetsen instellen voor de configuratieschermen van Option ROM tijdens het opstarten.
Optie Beschrijving C States Control Hiermee kunt u de aanvullende slaapstanden van de processor in- of uitschakelen. Deze optie is standaard ingeschakeld. Limit CPUID Hiermee kunt u de maximale waarde begrenzen die de standaard CPUIDfunctie van de processor ondersteunt. Deze optie is standaard uitgeschakeld. Intel TurboBoost Hiermee kunt u de Intel TurboBoostmodus van de processor in- of uitschakelen.
Optie Beschrijving • • Control WLAN Radio (Bediening WLAN-radio) Control WWAN Radio (Bediening WWAN-radio) Standaardinstelling: beide opties zijn uitgeschakeld. Wake on LAN/WLAN Met deze optie kan de computer opstarten vanuit de uit-stand wanneer hij door een speciaal LAN-signaal wordt getriggerd. Inschakelen vanuit stand-by wordt niet beïnvloed door deze instelling en moet worden ingeschakeld in het besturingssysteem. Deze functie werkt alleen wanneer de computer is aangesloten op netvoeding.
Optie Beschrijving Intel(R) Smart Connect Technology Hiermee kunt u het systeem inschakelen om draadloze verbindingen in de omgeving te laten waarnemen terwijl het systeem in de slaapstand staat. Deze optie is standaard uitgeschakeld. Tabel 9. POST behavior (POST-gedrag) Optie Beschrijving Adapter Warnings Hiermee kunt u de waarschuwingsberichten voor adapters activeren bij het gebruik van bepaalde stroomadapters. Deze optie is standaard ingeschakeld.
Tabel 10. Virtualisatieondersteuning Optie Beschrijving Virtualization Deze optie geeft aan of een Virtual Machine Monitor (VMM) gebruik kan maken van de aanvullende hardwaremogelijkheden die door Intel Vitalization Technology worden geleverd. • VT for Direct I/O Hiermee schakelt u VVM (Virtual Machine Monitor) in of uit voor het gebruik van de extra hardwaremogelijkheden van Intel Virtualization Technology voor directe I/O.
Tabel 13. System Logs (Systeemlogboeken) Optie Beschrijving BIOS events Toont het logboekvoor systeemgebeurtenissen; hiermee kunt u het logboek wissen. Thermal Events Hiermee worden de thermische gebeurtenissen weergegeven en heeft u de mogelijkheid het logboek te wissen. Power Events Hiermee worden de energiegebeurtenissen weergegeven en heeft u de mogelijkheid het logboek te wissen.
Type wachtwoord Beschrijving System Password (Systeemwachtwo ord) Wachtwoord dat moet worden ingevuld om aan uw systeem in te loggen. Installatiewachtwo Wachtwoord dat moet worden ingevuld voor toegang en het aanbrengen van ord wijzigingen aan de BIOS-instellingen van uw computer. WAARSCHUWING: De wachtwoordfunctie zorgt voor een basisbeveiliging van de gegevens in uw computer. WAARSCHUWING: Iedereen heeft toegang tot de gegevens op uw computer als deze onbeheerd en niet vergrendeld wordt achtergelaten.
Verwijderen of wijzigen van een bestaand wachtwoord voor het systeem en/of de installatie Zorg dat de Password Status (Wachtwoordstatus) in de systeeminstallatie ontgrendeld is voordat het wachtoord voor het systeem en/of de installatie gewijzigd wordt. U kunt geen van beide wachtwoorden verwijderen of wijzigen als de Password Status (Wachtwoordstatus) geblokkeerd is. Druk na het aanzetten of opnieuw opstarten van de computer meteen op . 1.
Diagnostiek 4 Start bij problemen met uw computer eerst de ePSA diagnosefuncties voordat u met Dell contact opneemt voor technische assistentie. Het doel van het starten van deze diagnostische functies is het testen van de hardware van uw computer zonder extra apparatuur nodig te hebben of de kans te lopen om gegevens te verliezen. Als u het probleem niet zelf kunt oplossen, kunnen de medewerkers u op basis van de diagnosefuncties verder helpen om het probleem op te lossen.
Statuslampjes van apparaat Tabel 14. Statuslampjes van apparaat Gaat branden wanneer u de computer inschakelt en knippert wanneer de computer zich in de energiebeheermodus bevindt. Gaat branden wanneer de computer gegevens leest of schrijft. Gaat branden of knippert om de batterijstatus aan te geven. Gaat branden wanneer het draadloze netwerk is ingeschakeld. De LED-statuslampjes van het apparaat bevinden zich meestal boven of links van het toetsenbord.
Batterijstatuslampjes Als de computer is aangesloten op een stopcontact, werkt het batterijlampje als volgt: Afwisselend oranje en wit knipperend Een niet-geauthenticeerde of niet ondersteunde, niet van Dell afkomstige netadapter is op de laptop aangesloten. Afwisselend oranje knipperend en ononderbroken wit Tijdelijke batterijstoring bij aangesloten netadapter. Continu knipperend oranje lampje Fatale batterijstoring bij aangesloten netadapter.
Technische specificaties 5 OPMERKING: Aanbiedingen kunnen per regio verschillen. De volgende specificaties worden in naleving van de wet bij de computer meegeleverd. Ga voor meer informatie over de configuratie van uw computer naar Help en ondersteuning in uw Windows-besturingssysteem en selecteer de optie om informatie over uw computer te bekijken. Tabel 16.
Functie Specificatie Intern high-definition audio Extern microfooningang, connector voor stereohoofdtelefoon/ externe luidsprekers Luidsprekers twee ingebouwde luidsprekerversterker 1 W (RMS) per kanaal Geluidsregelaars sneltoetsen Tabel 20.
Kenmerken Specificatie Netwerkadapter één RJ45-connector USB Vier USB 3.0-connectoren Geheugenkaartlezer Ondersteunt maximaal SD 4.0 uSIM-kaart (Micro Subscriber Identity Module) één Dockingpoort één Tabel 24. Contactloze smartcard Functie Specificatie Ondersteunde smartcards/technologieën BTO met USH Tabel 25.
Tabel 27. Toetsenblok Functie Specificatie Actieve gedeelte: X-as 80 mm Y-as 45,00 mm Tabel 28.
Tabel 30. Fysiek Functie Specificatie Hoogte 33,40 mm (1,31 inch) Breedte 379,00 mm (14,92 inch) Diepte 250,50 mm (9,86 inch) Gewicht 2,36 kg (5,21 lb) Tabel 31. Omgeving Functie Specificatie Temperatuur: Operationeel 0 °C tot 35 °C (32 °F tot 95 °F) Opslag -40 °C tot 65 °C (-40 °F tot 149 °F) Relatieve vochtigheid (maximum): Operationeel 10 tot 90% (niet-condenserend) Opslag 5 tot 95% (niet-condenserend) Hoogte (maximum): Operationeel –15,2 m tot 3048 m (–50 ft tot 10.
Contact opnemen met Dell 6 OPMERKING: Als u geen actieve internetverbinding hebt, kunt u de contactgegevens vinden op de factuur, de pakbon of in de productcatalogus van Dell. Dell biedt diverse online en telefonische ondersteunings- en servicemogelijkheden. De beschikbaarheid verschilt per land en product en sommige services zijn mogelijk niet beschikbaar in uw regio. Wanneer u met Dell contact wilt opnemen voor vragen over de verkoop, technische ondersteuning of de klantenservice: 1. Ga naar dell.