Owners Manual
Onderde
el
Connector Beschrijving
42 J_FAN2U_2 Koelventilator connector
43 A3, A7, A11, A4, A8, A12 Houders voor geheugenmodules
44 J_FAN2U_1 Koelventilator connector
45 J_CTRL_PNL Bedieningspaneelsignaalconnector
46 CPU 1 Processor 1
47 J_FP_USB USB-aansluiting voorpaneel
48 TERA2-hostkaart Stroomconnector
Een vergeten wachtwoord uitschakelen
De softwarebeveiligingsfuncties van het systeem zijn een systeemwachtwoord en een
installatiewachtwoord. Met de password-jumper worden deze wachtwoordfuncties in- of uitgeschakeld
en alle wachtwoorden gewist die op dat moment in gebruik zijn.
WAARSCHUWING: Een groot aantal reparaties mag alleen door een erkend servicemonteur
worden uitgevoerd. U mag alleen probleemoplossing en eenvoudige reparaties uitvoeren zoals
toegestaan volgens de documentatie bij uw product of zoals geïnstrueerd door het on line of
telefonische team voor service en ondersteuning. Schade die het gevolg is van onderhoud dat
niet door Dell is geautoriseerd, wordt niet gedekt door uw garantie. Lees de veiligheidsinstructies
die bij het product zijn geleverd en leef deze na.
1. Zet het systeem en alle aangesloten randapparaten uit, en trek de stroomstekker van het systeem uit
het stopcontact.
2. Verwijder de bovenplaat van het systeem.
3. Verplaats de jumper op de moederbord-jumper van de pinnen 4 en 6 naar de pinnen 2 en 4.
4. Monteer de bovenplaat van het systeem.
De bestaande wachtwoorden worden niet uitgeschakeld (gewist) totdat het systeem opnieuw wordt
opgestart met de jumper op de pinnen 2 en 4. Voordat u echter een nieuw systeem- en/of
installatiewachtwoord toekent, moet u de jumper terugplaatsen naar de pinnen 4 en 6.
OPMERKING: Als u een nieuw systeem- en/of installatiewachtwoord toekent met de pinnen op
2 en 4, dan worden de nieuwe wachtwoorden door het systeem uitgeschakeld wanneer het
systeem de volgende keer wordt opgestart.
5. Sluit de computer weer aan op het stopcontact en schakel de computer in, samen met de eventueel
aangesloten randapparatuur.
6. Zet het systeem en alle aangesloten randapparaten uit, en trek de stroomstekker van het systeem uit
het stopcontact.
7. Verwijder de bovenplaat van het systeem.
8. Verplaats de jumper op de moederbord-jumper van de pinnen 2 en 4 naar de pinnen 4 en 6.
9. Monteer de bovenplaat van het systeem.
10. Sluit de computer weer aan op het stopcontact en schakel de computer in, samen met de eventueel
aangesloten randapparatuur.
11. Wijs een nieuw systeem- en/of installatiewachtwoord toe.
120