Users Guide

206
| Afdrukmediarichtlijnen
Gebruik enveloppen van 75 g/m
2
lengte-grein papier. U kunt als maximaal gewicht
105 g/m
2
gebruiken voor de enveloppentoevoer, zolang het katoengehalte niet
meer dan 25 procent bedraagt. Enveloppen met een katoengehalte van 100 procent
mogen niet zwaarder zijn dan 90 g/m
2
.
Gebruik enveloppen die bestand zijn tegen temperaturen van 205 °C zonder dat ze
gaan plakken, sterk omkrullen, kreuken en zonder dat er gevaarlijke stoffen
vrijkomen. Neem in geval van twijfel contact op met uw leverancier van enveloppen.
Controleer of er een hoge luchtvochtigheid is. Door een hoge luchtvochtigheid
(hoger dan 60 procent) en een hoge afdruktemperatuur kunnen de enveloppen
verzegeld worden.
Gebruik geen enveloppen die:
sterk gekruld of kromgetrokken zijn;
samenkleven of beschadigd zijn;
vensters, gecoate binnenkanten, zelfklevende lijmstoffen, openingen, perforaties,
inkepingen of reliëf hebben;
metalen clips, koordsluitingen of metalen vouwranden hebben;
ineengrijpende flappen hebben;
van postzegels zijn voorzien;
een lijmrand aan de buitenzijde hebben wanneer de flap open of gesloten is;
ingekeepte randen of gebogen hoeken hebben;
een ruw, gerimpeld of geplooid oppervlak hebben.
Aanbevolen etiketten
De lijmstoffen, het vel en de bovenliggende lagen van etiketten moeten bestand zijn
tegen temperaturen van 205 °C (401°F) en een druk van 25 pond per vierkante inch
(psi) zonder dat die etiketten gaan kleven, sterk opkrullen, rimpelen of gevaarlijke
stoffen afgeven.
Gebruik etiketten die niet gaan plakken, opkrullen, rimpelen of gevaarlijke stoffen
afgeven.
Gebruik geen etiketten met een rug van glad materiaal.
Gebruik geen etiketten waarbij de lijm vrij ligt.
Gebruik geen etiketvellen met lijm langs de randen van het vel. Het verdient
aanbeveling alleen vellen te gebruiken waarbij de lijm minstens 1 mm (0,04 inch) van
de randen verwijderd is. Anders kan het vel in de printer vastlopen en de printer,
afdrukmodules en tonercassettes met lijm verontreinigen.
WAARSCHUWING:
Als de printer, afdrukmodules en tonercassettes door lijm verontreinigd worden, kan dat de
garantie van uw printer, afdrukmodules en tonercassettes ongeldig maken.
Richtlijnen voor het bewaren van afdrukmedia
Voorkom problemen met de papierdoorvoer en een ongelijkmatige afdrukkwaliteit door
u aan de volgende richtlijnen voor de juiste opslag van afdrukmedia te houden.
Berg de afdrukmedia op in een omgeving met een temperatuur van ongeveer 21 °C
(70 °F) en een relatieve luchtvochtigheid van 40 procent.
Bewaar afdrukmedia op een vlakke ondergrond, zodat de randen niet kromtrekken
of opkrullen.