Dell Vostro 3590 (zonder optisch station) Onderhoudshandleiding Regelgevingsmodel: P75F Regelgevingstype: P75F010 September 2020 Ver.
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van het product. WAARSCHUWING: WAARSCHUWINGEN duiden potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertellen u hoe het probleem kan worden vermeden. GEVAAR: LET OP duidt het risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden aan. © 2018 - 2019 Dell Inc. of zijn dochtermaatschappijen. Alle rechten voorbehouden.
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Aan de computer werken.............................................................................................. 6 Veiligheidsinstructies............................................................................................................................................................. 6 Voordat u in de computer gaat werken........................................................................................................................
Luidsprekers......................................................................................................................................................................... 36 De luidsprekers verwijderen......................................................................................................................................... 36 De luidsprekers plaatsen.......................................................................................................................................
Systeeminformatie.........................................................................................................................................................72 Video................................................................................................................................................................................73 Beveiliging................................................................................................................................................
1 Aan de computer werken Onderwerpen: • Veiligheidsinstructies Veiligheidsinstructies Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw persoonlijke veiligheid te garanderen en de computer te beschermen tegen mogelijke schade. Tenzij anders aangegeven, wordt er bij elke procedure in dit document van de volgende veronderstellingen uitgegaan: ● U hebt de veiligheidsinformatie geraadpleegd die bij uw computer is geleverd.
WAARSCHUWING: Wanneer u een netwerkkabel wilt verwijderen, moet u eerst de connector van de netwerkkabel uit de computer verwijderen en daarna de netwerkkabel loskoppelen van het netwerkapparaat. 5. Haal de stekker van de computer en van alle aangesloten apparaten uit het stopcontact. 6. Houd de aan-uitknop ingedrukt terwijl de stekker van de computer uit het stopcontact is verwijderd om het moederbord te aarden.
● Polsband en aardingssnoer - De polsband en het aardingssnoer kunnen ofwel direct tussen uw pols en blank metaal op de hardware worden bevestigd als de ESD-mat niet vereist is, of worden verbonden met de antistatische mat om hardware te beschermen die tijdelijk op de mat is geplaatst. De fysieke verbinding van de polsband en het aardingssnoer tussen uw huid, de ESD-mat en de hardware staat bekend als hechting. Gebruik alleen onderhoudskits met een polsband, mat en aardingssnoer.
Nadat u aan de computer heeft gewerkt Nadat u de onderdelen hebt vervangen of teruggeplaatst, moet u controleren of u alle externe apparaten, kaarten, kabels etc. hebt aangesloten voordat u de computer inschakelt. 1. Sluit alle telefoon- of netwerkkabels aan op uw computer. WAARSCHUWING: Steek voor het aansluiten van een netwerkkabel de kabel eerst in het netwerkapparaat en daarna in de computer. 2. Sluit uw computer en alle aangesloten apparaten aan op het stopcontact. 3. Zet de computer aan. 4.
2 Onderdelen verwijderen en plaatsen Onderwerpen: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • Aanbevolen hulpmiddelen Lijst van schroeven -SD-kaart (Secure Digital) Onderplaat Batterij Geheugenmodules WLAN-kaart Solid State-schijf/Intel Optane Knoopbatterij Harde schijf Systeemventilator Warmteafleider Luidsprekers I/O-kaart Toetsenblok Beeldschermassemblage Aan-uitknopkaart Aan/uit-knop met Moederbord Netadapterpoort Montagekader van het beeldscherm Camera Beeldschermpaneel Beeldschermscharniere
Tabel 1. Lijst van schroeven Onderdeel Type schroef Aantal Onderplaat M2.5x6 6 Afbeelding schroef OPMERKING: De schroefkleur kan verschillen afhankelijk van de bestelde configuratie. Batterij M2x3 4 Beeldschermpaneel M2x2 4 Systeemventilator M2.5x5 3 Harde schijfassemblage M2x3 4 Bracket van de harde schijf M3x3 4 Warmteafleider - afzonderlijk M2x3 4 Scharnieren M2.5x2.
Tabel 1. Lijst van schroeven (vervolg) Onderdeel Type schroef Aantal Beugel van de draadloze kaart M2x3 1 -SD-kaart (Secure Digital) De -SD-kaart verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 1. Druk op de -SD-kaart om deze uit de computer te verwijderen. 2. Schuif de -SD-kaart uit de computer. De -SD-kaart plaatsen 1. Schuif de -SD-kaart in de sleuf totdat deze op zijn plaats klikt. 2. Volg de procedures in Nadat u in de computer hebt gewerkt.
Onderplaat De onderplaat verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken 2. Verwijder de SD-geheugenkaart 1. Draai de drie borgschroeven los [1]. 2. Verwijder de enkele schroef (M2x4) en zes schroeven (M2.5 x7) waarmee de onderplaat aan de polssteun- en toetsenbordassemblage is bevestigd [2, 3].
3. Wrik de onderplaat van de linkerbovenhoek [1] en blijf de zijkanten van de onderplaat losmaken [2, 3, 4]. De onderplaat plaatsen 1. Til de onderplaat weg van de polssteun- en toetsenbordassemblage [1].
2. Druk op de randen en zijden van de onderplaat totdat deze vastklikt [2, 3, 4]. 3. Draai de drie borgschroeven vast en plaats de schroef (M2x4) terug waarmee de onderplaat aan de polssteun- en toetsenbordassemblage wordt bevestigd [1, 2]. 4. Plaats de zes (M2.5x7) schroeven terug waarmee de onderplaat aan de polssteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd [3]. 1. Plaats de SD-geheugenkaart terug 2.
Batterij Voorzorgsmaatregelen voor de lithium-ionbatterij WAARSCHUWING: ● Wees voorzichtig bij het omgaan met lithium-ionbatterijen. ● Ontlaad de batterij zo veel mogelijk voordat u deze uit het systeem verwijdert. Dit kan gedaan worden door de voedingsadapter los te koppelen van het systeem, zodat de batterij kan leeglopen. ● U moet de batterij niet pletten, laten vallen, beschadigen of doorboren met vreemde voorwerpen.
De batterij plaatsen 1. Lijn de schroefgaten op de batterij uit met de schroefgaten op de polssteun- en toetsenbordeenheid [1]. 2. Plaats de vier schroeven (M2x3) terug waarmee de batterij aan de polssteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd [2]. 3. Sluit de batterijkabel aan op het moederbord [3].
1. Plaats de onderplaat terug 2. Plaats de SD-geheugenkaart terug 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Geheugenmodules De geheugenmodule verwijderen 1. 2. 3. 4. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de stekker van de batterijkabel uit de connector op het moederbord. 1. Wrik de klemmen los waarmee de geheugenmodule is bevestigd totdat de geheugenmodule omhoogklikt [1]. 2.
De geheugenmodule plaatsen 1. Lijn de inkeping in de geheugenmodule uit met het lipje op de sleuf van de geheugenmodule. 2. Schuif de geheugenmodule goed in de sleuf onder een hoek [1]. 3. Druk de geheugenmodule omlaag totdat de klemmen vastklikken [2]. OPMERKING: Als u geen klik hoort, verwijdert u de geheugenmodule en plaatst u deze nogmaals.
1. 2. 3. 4. Sluit de stekker van de luidsprekerkabel aan op de connector op het moederbord. Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt WLAN-kaart De WLAN-kaart verwijderen 1. 2. 3. 4. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de stekker van de batterijkabel uit de connector op het moederbord. 1.
De WLAN-kaart plaatsen WAARSCHUWING: Plaats geen kabels onder de WLAN-kaart om beschadigingen te voorkomen. 1. Steek de WLAN-kaart in de connector op het moederbord [1]. 2. Sluit de WLAN-kabels aan op de connectoren op de WLAN-kaart [2]. 3. Plaats de WLAN-kaartbracket om de WLAN-kabels aan de WLAN-kaart [3] te bevestigen. 4. Plaats de enkele (M2x3) schroef terug waarmee de WLAN-beugel aan de WLAN-kaart wordt bevestigd [4].
1. 2. 3. 4. Sluit de stekker van de luidsprekerkabel aan op de connector op het moederbord. Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Solid State-schijf/Intel Optane De M.2 2230 Solid State-schijf verwijderen 1. 2. 3. 4. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de stekker van de batterijkabel uit de connector op het moederbord. 1.
4. Draai de thermische plaat om. 5. Verwijder de enkele schroef (M2x2) waarmee de Solid State-schijf aan de thermische plaat wordt bevestigd [1]. 6. Til de Solid State-schijf uit de thermische plaat [2]. De M.2 2230 Solid State-schijf plaatsen 1. Plaats de Solid State-schijf in de sleuf van de thermische plaat [1]. 2. Plaats de enkele schroef (M2x2) terug waarmee de Solid State-schijf aan de thermische plaat wordt bevestigd [2]. 3.
1. 2. 3. 4. Sluit de stekker van de luidsprekerkabel aan op de connector op het moederbord. Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt De M.2 2280 Solid State-schijf of het Intel Optane-geheugen verwijderen - optioneel 1. 2. 3. 4. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de stekker van de batterijkabel uit de connector op het moederbord. 1.
De M.2 2280 Solid State-schijf of het Intel Optane geheugen plaatsen - optioneel 1. Schuif en plaats het lipje van de Solid State-schijf/Intel Optane in de sleuf van de Solid State-schijf/Intel Optane [1, 2]. 2. Draai de borgschroef vast waarmee de thermische plaat aan de polssteun- en toetsenbordassemblage is bevestigd [3]. 3. Plaats de enkele schroef (M2x3) terug waarmee de thermische plaat aan de polssteun- en toetsenbordassemblage is bevestigd [4].
1. 2. 3. 4. Sluit de stekker van de luidsprekerkabel aan op de connector op het moederbord. Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Knoopbatterij De knoopcel verwijderen 1. 2. 3. 4. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de stekker van de batterijkabel uit de connector op het moederbord. 1.
De knoopcelbatterij plaatsen 1. Sluit de knoopcelbatterij aan op de I/O-kaart [1]. 2. Bevestig de knoopcelbatterij op de polssteun- en toetsenbordassemblage [2]. 1. Sluit de stekker van de luidsprekerkabel aan op de connector op het moederbord.
2. Plaats de onderplaat terug 3. Plaats de SD-geheugenkaart terug 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Harde schijf De harde schijf verwijderen 1. 2. 3. 4. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. 1. Til de vergrendeling en koppel de kabel van de harde schijf los van het moederbord [1]. 2.
5. Verwijder de vier schroeven (M3x3) waarmee de beugel van de harde schijf aan de harde schijf is bevestigd [1]. 6. Til de beugel van de harde schijf uit de harde schijf [2]. De harde schijf-eenheid plaatsen 1. Lijn de schroefgaten in de beugel van de harde schijf uit met de schroefgaten op de harde schijf [1]. 2. Plaats de vier schroeven (M3x3) terug waarmee de beugel van de harde schijf aan de harde schijf wordt bevestigd [2].
3. Sluit de interposer aan op de harde schijf. 4. Lijn de schroefgaten van de harde-schijfeenheid uit met de schroefgaten op de polssteun- en toetsenbordassemblage [1]. 5. Plaats de vier schroeven (M2x3) terug waarmee de harde-schijfeenheid aan de polssteun- en toetsenbordassemblage wordt bevestigd [2]. 6. Sluit de kabel van de harde schijf aan op het moederbord en sluit de vergrendeling om de kabel te vergrendelen [3].
1. 2. 3. 4. Plaats de batterij terug Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Systeemventilator De systeemventilator verwijderen 1. 2. 3. 4. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de stekker van de batterijkabel uit de connector op het moederbord. 1. Koppel de ventilatorkabel en beeldschermkabel los van de connectoren op de systeemkaart [1, 2].
2. Koppel de beeldschermkabel los uit de geleiders op de ventilator . 3. Verwijder de drie (M2.5x5) schroeven waarmee de ventilator op de polssteun- en toetsenbordassemblage is bevestigd [1]. 4. Til de ventilator weg van de polssteun- en toetsenbordassemblage [2].
De systeemventilator plaatsen 1. Lijn de schroefgaten op de ventilator uit met de schroefgaten op de polssteun- en toetsenbordassemblage [1]. 2. Plaats de drie (M2.5 x5) schroeven terug waarmee de ventilator aan de polssteun- en toetsenbordassemblage is bevestigd [2]. 3. Leid de beeldschermkabel door de geleiders op de ventilator [1].
4. Sluit de ventilatorkabel en beeldschermkabel aan op de systeemkaart [1, 2]. 1. 2. 3. 4.
Warmteafleider De warmteafleider verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. Verwijder de systeemventilator 1. Maak de vier borgschroeven los waarmee de warmteafleider aan het moederbord is bevestigd [1]. OPMERKING: Draai de schroeven los in de volgorde van de nummers [1, 2, 3, 4], zoals aangegeven op de warmteafleider. 2. Til de warmteafleider uit het moederbord [2].
1. 2. 3. 4. 5. Sluit de stekker van de luidsprekerkabel aan op de connector op het moederbord. Plaats de batterij terug Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Luidsprekers De luidsprekers verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. Verwijder de M.2 SSD. 1. Trek de luidsprekerkabel los van het moederbord [1].
De luidsprekers plaatsen OPMERKING: Als de rubberen dichtingsringen loskomen bij het verwijderen van de luidsprekers, dient u ze terug te duwen voordat u de luidsprekers terugplaatst. 1. Gebruik de uitlijnpunten en rubberen dichtingsringen om de luidsprekers in de sleuven op de polssteun- en toetsenbordassemblage te plaatsen [1]. 2. Leid de luidsprekerkabel door de kabelgeleiders op de polssteun- en toetsenbordeenheid [2]. 3. Sluit de luidsprekerkabel aan op het moederbord [3].
1. 2. 3. 4. 5. Plaats de M.2 SSD terug. Plaats de batterij terug Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt I/O-kaart De I/O-kaart verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. Verwijder de harde-schijfeenheid 1. Koppel de kabel van de knoopcelbatterij los van de I/O-kaart [1]. 2.
3. Verwijder de twee (M2x4) schroeven terug waarmee de I/O-kaart aan de polssteun- en toetsenbordassemblage is bevestig [1]. 4. Til de I/O-kaart samen met de kabel weg van de polssteun- en toetsenbordassemblage [2]. De I/O-kaart plaatsen 1. Gebruik de uitlijnpunten om de I/O-kaart op de polssteun- en toetsenbordassemblage te plaatsen [1].
2. Plaats de twee (M2x4) schroeven terug waarmee de I/O-kaart aan de polssteun- en toetsenbordassemblage is bevestig [2]. 3. Sluit de kabel van de knoopcelbatterij op de I/O-kaart aan [1]. 4. Sluit de kabel van de I/O-kaart aan op het moederbord en sluit de vergrendeling om de kabel te vergrendelen [2]. 1. Plaats de harde-schijfeenheid terug 2. Plaats de batterij terug 3.
4. Plaats de SD-geheugenkaart terug 5. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Toetsenblok De touchpadassemblage verwijderen 1. 2. 3. 4. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. 1. Open de vergrendeling en koppel de kabel van de harde schijf en de kabel van de touchpad los van het moederbord [1, 2]. 2.
5. Verwijder de vier schroeven (M2x2) waarmee de touchpad aan de polssteun- en toetsenbordassemblage wordt bevestigd [1]. 6. Til de touchpad weg van de polssteun- en toetsenbordassemblage [2].
De touchpadassemblage plaatsen OPMERKING: Zorg ervoor dat de touchpad is uitgelijnd met de geleiders op de polssteun- en toetsenbordeenheid, en dat de speling aan beide zijden van de touchpad gelijk is. 1. Plaats de touchpad in de sleuf op de polssteun- en toetsenbordassemblage [1]. 2. Plaats de vier schroeven (M2x2) terug waarmee de touchpad aan de polssteun- en toetsenbordassemblage wordt bevestigd [2]. 3. Plaats de touchpadbeugel in de sleuf op de polssteun- en toetsenbordassemblage [1]. 4.
5. Bevestig de tape aan waarmee de touchpad aan de polssteun- en toetsenbordassemblage wordt bevestigd [1]. 6. Schuif de kabel van de harde schijf en de kabel van de touchpad in de connector op de systeemkaart en sluit de vergrendeling om de kabels vast te zetten [2, 3]. 1. Plaats de batterij terug 2. Plaats de onderplaat terug 3.
4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Beeldschermassemblage De beeldschermeenheid verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de stekker van de batterijkabel uit de connector op de systeemkaart Verwijder de WLAN 1. Open de vergrendeling en koppel de beeldschermkabel los van het moederbord [1]. 2.
6. Til de scharnieren op en verwijder de polssteun- en toetsenbordeenheid uit het beeldscherm [1, 2]. 7. Na het uitvoeren van alle voorgaande stappen, blijft alleen het beeldscherm over.
De beeldschermeenheid plaatsen OPMERKING: Zorg dat de scharnieren maximaal zijn geopend voordat het beeldscherm terug wordt geplaatst op de polssteun- en toetsenbordassemblage. 1. Lijn de polssteun- en toetsenbordassemblage uit en plaats ze onder de scharnieren op het beeldscherm [1]. 2. Plaats de polssteun- en toetsenbordeenheid op de beeldschermeenheid [2]. 3. Druk de scharnieren omlaag op het moederbord en de polssteun- en toetsenbordassemblage [3].
4. Plaats de vijf (M2.5x5) schroeven terug waarmee de linker en rechter scharnieren op de systeemkaart en de polssteun- en toetsenbordassemblage zijn bevestigd. [1].
5. Leid de beeldschermkabel door de kabelgeleiders op de polssteun- en toetsenbordeenheid [1]. 6. Sluit de beeldschermkabel aan op de connector op het moederbord [2]. 7. Bevestig de antennekabels aan het moederbord [3].
1. 2. 3. 4. 5. Plaats de WLAN terug Sluit de stekker van de luidsprekerkabel aan op de connector op het moederbord. Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Aan-uitknopkaart De aan-/uitknopkaart verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de stekker van de batterijkabel uit de connector op het moederbord.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Plaats het beeldscherm terug. Plaats de systeemventilator terug Plaats de WLAN terug Sluit de stekker van de luidsprekerkabel aan op de connector op het moederbord. Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Aan/uit-knop met De aan-uitknop verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat.
De kaart van de aan-uitknop plaatsen 1. Plaats de aan/uit-knop in de sleuf op de polssteun- en toetsenbordassemblage [1]. 2. Plaats de enkele schroef (M2x2) terug waarmee de aan/uit-knop op de polssteun- en toetsenbordassemblage wordt bevestigd [2]. 1.
2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Plaats het beeldscherm terug. Verwijder de systeemventilator Plaats de WLAN terug Sluit de stekker van de luidsprekerkabel aan op de connector op het moederbord. Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Moederbord Het moederbord verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij.
9. Plaats de SD-geheugenkaart terug 10. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Netadapterpoort De voedingsadapterpoort verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat. Verwijder de batterij. Verwijder de WLAN Verwijder de SSD Verwijder het beeldscherm Verwijder de aan/uit-knopkaart 1. Koppel de stroomkabel los en leid die weg van het moederbord [1, 2]. 2.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Plaats de aan/uit-knopkaart terug Plaats het beeldscherm terug. Plaats de SSD terug Plaats de WLAN terug Plaats de batterij terug Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Montagekader van het beeldscherm Het montagekader van het beeldscherm verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken Verwijder de SD-geheugenkaart Verwijder de onderplaat.
Het montagekader van de beeldschermeenheid plaatsen Lijn het montagekader uit met de achterkap van het beeldscherm en antenne-assemblage, en klik dan het montagekader voorzichtig op zijn plaats [1]. 1. Plaats het beeldscherm terug.
2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. Plaats de harde-schijfeenheid terug Plaats de systeemventilator terug Plaats de warmteafleider terug Plaats de SSD terug Plaats de WLAN terug Plaats het geheugen terug Sluit de stekker van de luidsprekerkabel aan op de connector op het moederbord. Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Camera De camera verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11.
De camera plaatsen 1. Sluit de camerakabel aan op de cameramodule [1]. 2. Leid de camerakabel door de geleiders [2]. 3. Gebruik het uitlijnpunt om de cameramodule op de achterkap van het beeldscherm en de antenne-assemblage te bevestigen [3].
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. Plaats het montagekader van het beeldscherm terug Plaats het beeldscherm terug. Plaats de harde-schijfeenheid terug Plaats de systeemventilator terug Plaats de warmteafleider terug Plaats de SSD terug Plaats de WLAN terug Plaats de batterij terug Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Beeldschermpaneel Het beeldschermpaneel verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
11. Verwijder het montagekader van het beeldscherm 12. Verwijder de camera 1. Verwijder de vier schroeven (M2x2) waarmee het beeldschermpaneel aan de achterplaat van het beeldscherm en de antenneassemblage is bevestigd [1]. 2. Til het beeldschermpaneel omhoog en kantel deze om [2]. 3. Trek de tape los waarmee de beeldschermkabel wordt bevestigd aan de achterzijde van het beeldschermpaneel [1]. 4. Til de vergrendeling op en koppel de beeldschermkabel los van de connector op het beeldschermpaneel [2]. 5.
Het beeldschermpaneel plaatsen 1. Plaats het beeldschermpaneel op een vlak en schoon oppervlak [1] 2. Sluit de beeldschermkabel aan op de connector op de achterplaat van het beeldschermpaneel en sluit de vergrendeling om de kabel vast te zetten [2]. 3. Bevestig de tape waarmee de beeldschermkabel wordt bevestigd aan de achterzijde van het beeldschermpaneel [3]. 4. Draai het beeldschermpaneel om en plaats dit op de achterkap van het beeldscherm en de antenne-assemblage [4].
5. Lijn de schroefgaten in het beeldschermpaneel uit met de schroefgaten in de achterkap van het beeldscherm en antenne-assemblage. 6. Plaats de vier schroeven (M2x2) terug waarmee het beeldschermpaneel aan de achterkap van het beeldscherm en de antenneassemblage is bevestigd [1].
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. Plaats de camera terug Plaats het montagekader van het beeldscherm terug Plaats het beeldscherm terug. Plaats de harde-schijfeenheid terug Plaats de systeemventilator terug Plaats de warmteafleider terug Plaats de SSD terug Plaats de WLAN terug Plaats de batterij terug Plaats de onderplaat terug Plaats de SD-geheugenkaart terug Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Beeldschermscharnieren De beeldschermscharnieren verwijderen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
De beeldschermscharnieren plaatsen 1. Lijn de schroefgaten op de scharnieren en beugels uit met de schroefgaten op de achterkap van het beeldscherm en de antenne [1]. 2. Plaats de acht schroeven (M2.5x2.5) en twee schroeven (M2x2) terug waarmee het beeldschermpaneel aan de achterkap van het beeldscherm en de antenne-assemblage is bevestigd [2, 3].
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. Plaats het beeldschermpaneel terug Plaats de camera terug Plaats het montagekader van het beeldscherm terug Plaats het beeldscherm terug.
9. 10. 11. 12. 13. Verwijder de warmteafleider Verwijder het beeldscherm Verwijder het montagekader van het beeldscherm Verwijder het beeldschermpaneel Verwijder de beeldschermscharnieren 1. Noteer hoe de camerakabel en beeldschermkabel lopen en verwijder ze uit de geleiders op de achterkap van het beeldscherm en de antenne-assemblage [1]. 2. Trek de tape los waarmee de camerakabel is vastgemaakt [2]. 3.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. Plaats de beeldschermscharnieren terug Plaats het beeldschermpaneel terug Plaats het montagekader van het beeldscherm terug Plaats het beeldscherm terug.
9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. Verwijder de warmteafleider Verwijder het beeldscherm Verwijder het montagekader van het beeldscherm Verwijder de camera Verwijder het beeldschermpaneel Verwijder de beeldschermscharnieren Verwijder de beeldschermkabel Na het uitvoeren van alle voorgaande stappen, blijft de achterkap van het beeldscherm over.
De achterkap van het beeldscherm plaatsen Plaats de achterkap van het beeldscherm op een schoon en vlak oppervlak. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. Plaats de beeldschermkabel terug Plaats de beeldschermscharnieren terug Plaats het beeldschermpaneel terug Plaats de camera terug Plaats het montagekader van het beeldscherm terug Plaats het beeldscherm terug.
6. Verwijder de WLAN 7. Verwijder de SSD 8. Verwijder de luidsprekers 9. Verwijder de knoopcelbatterij 10. Verwijder de harde-schijfeenheid 11. Verwijder de systeemventilator 12. Verwijder de warmteafleider 13. Verwijder de I/O-kaart 14. Verwijder de touchpad 15. Verwijder het beeldscherm 16. Verwijder de aan/uit-knopkaart 17. Verwijder de aan/uit-knop 18. Verwijder de beeldschermscharnieren 19. Verwijder de voedingsadapterpoort 20.
3 Systeeminstallatie Met systeeminstallatie kunt u uw hardware beheren en BIOS-niveau-opties opgeven. Vanuit de systeeminstallatie kunt u: ● De NVRAM-instellingen wijzigen na het toevoegen of verwijderen van hardware; ● De configuratie van de systeemhardware bekijken; ● Geïntegreerde apparaten in- of uitschakelen; ● Grenswaarden voor prestatie- en energiebeheer instellen; ● De computerbeveiliging beheren.
Opties voor System Setup OPMERKING: Afhankelijk van de en de geïnstalleerde apparaten kunnen de onderdelen die in dit gedeelte worden vermeld wel of niet worden weergegeven. Algemene opties Tabel 2.
Tabel 3. Systeemconfiguratie (vervolg) Optie Beschrijving ● Disabled (Uitgeschakeld) = De interne LAN staat uit en is onzichtbaar voor het besturingssysteem. ● Enabled (Ingeschakeld) = De interne LAN is ingeschakeld. ● Enabled w/PXE (Ingeschakeld met PXE) = De interne LAN is ingeschakeld (met PXEopstartbewerking) (standaard geselecteerd) SATA Operation Hiermee kunt u de werkingsmodus van de geïntegreerde controller van de vaste schijf configureren.
Tabel 4. Beveiliging (vervolg) Optie Beschrijving Password Configuration Hiermee kunt u het minimum- en maximumaantal tekens instellen dat is toegestaan voor een beheerderwachtwoord en het systeemwachtwoord. De aantal tekens ligt tussen 4 en 32. Password Bypass Met deze optie kunt u tijdens het opnieuw opstarten van het systeem het System (Boot) Password (Systeem (Boot) wachtwoord) en het wachtwoord van de interne vaste schijf omzeilen.
Tabel 4. Beveiliging (vervolg) Optie Beschrijving SMM Security Mitigation Hiermee kunt u extra instellingen voor UEFI SMM-beveiligingsbeperking in- of uitschakelen. Deze optie is niet standaard ingeschakeld. Secure Boot (Veilig opstarten) Tabel 5. Secure Boot (Beveiligd opstarten) Optie Beschrijving Secure Boot Enable Hiermee kunt u de functie Beveiligd opstarten inschakelen of uitschakelen. ● Secure Boot Enable Deze optie is standaard geactiveerd.
Tabel 6. Extensies van Intel Software Guard (vervolg) Optie Beschrijving Enclave Memory Size Met deze optie stelt u SGX Enclave Reserve Memory Size (Geheugengrootte reserveren voor SGX-enclave) in. Klik op een van de volgende opties: ● 32 MB ● 64 MB ● 128 MB - standaard Prestaties Tabel 7. Prestaties Optie Beschrijving Multi Core Support Dit veld specificeert of één of alle kernen zijn ingeschakeld. Bij meerdere kernen zullen de prestaties van bepaalde programma's toenemen.
Optie Beschrijving ● Weekdays (Op werkdagen) ● Select Days (Dagen selecteren) Standaardinstelling: Disabled (Uitgeschakeld) USB Wake Support Hiermee kunt USB-apparaten inschakelen zodat het systeem in de stand-bymodus weer wordt ingeschakeld. OPMERKING: Deze functie werkt alleen als de netadapter is aangesloten. Als u de voedingsdapter verwijdert voordat de computer in de wachtstand staat, wordt de stroomtoevoer naar alle USB-poorten onderbroken om batterijvoeding te besparen.
Optie Beschrijving Fastboot Hiermee kunt u het opstarten versnellen door enkele compatibiliteitsstappen over te slaan. De opties zijn: ● Minimal (Minimaal): standaard ingeschakeld ● Thorough (Grondig) ● Auto (Automatisch) Extended BIOS POST Time Hiermee kunt u een extra vertraging voor het opstarten instellen. De opties zijn: ● 0 seconds (0 seconden): standaard ingeschakeld.
Scherm Maintenance (Onderhoud) Optie Beschrijving Service Tag Hier wordt het servicelabel van uw computer weergegeven. Asset Tag Hier kunt u een inventaristag voor de computer maken als er nog geen inventaristag is ingesteld. Deze optie is niet standaard ingeschakeld. BIOS Downgrade Dit veld beheert het terugzetten van de systeemfirmware naar vorige revisies. Optie 'Allow BIOS downgrade' (BIOS-downgrade toestaan) is standaard ingeschakeld.
U kunt ter beveiliging van uw computer een wachtwoord voor het systeem en de installatie aanmaken. WAARSCHUWING: De wachtwoordfunctie zorgt voor een basisbeveiliging van de gegevens in uw computer. WAARSCHUWING: Iedereen heeft toegang tot de gegevens op uw computer als deze onbeheerd en niet vergrendeld wordt achtergelaten. OPMERKING: De functie voor het systeem- en installatiewachtwoord is uitgeschakeld.
4 Problemen oplossen Onderwerpen: • • • • • • • Diagnostische Enhanced Pre-Boot System Assessment (ePSA) Diagnostische lampjes systeem BIOS flashen (USB-stick) Het BIOS flashen Back-upmedia en herstelopties Wifi-stroomcyclus Reststroom verwijderen Diagnostische Enhanced Pre-Boot System Assessment (ePSA) De ePSA-diagnose (ook bekend als systeemdiagnose) voert een volledige controle van uw hardware. ePSA maakt deel uit van het BIOS en wordt door het BIOS intern gestart.
Oranje - computer werkt op de accu en de accu heeft minder dan 5 procent vermogen. Off (Uit) ● Netadapter is aangesloten en de accu is volledig opgeladen. ● De computer werkt op de accu en de accu heeft meer dan 5 procent vermogen. ● Computer is in slaapstand, sluimerstand of uitgeschakeld. Het statuslampje van de voeding en de batterij knippert oranje en pieptooncodes geven aan dat er storingen zijn.
8. Het hulpprogramma voor BIOS-update wordt weergegeven. Volg de aanwijzingen op het scherm om het BIOS-update te voltooien. Het BIOS flashen Mogelijk moet u het BIOS flashen wanneer er een update beschikbaar is of na het vervangen of terugplaatsen van het moederbord. Volg deze stappen om het BIOS te flashen: 1. Zet de computer aan. 2. Ga naar www.dell.com/support. 3. Klik op Product support (productondersteuning), voer de servicetag van uw computer in en klik op Submit (verzenden).
5 Behulpzame informatie vinden Onderwerpen: • Contact opnemen met Dell Contact opnemen met Dell OPMERKING: Als u geen actieve internetverbinding hebt, kunt u contactgegevens ook vinden op uw factuur, pakbon, rekening of productcatalogus van Dell. Dell biedt diverse online en telefonische ondersteunings- en servicemogelijkheden. De beschikbaarheid verschilt per land en product en sommige services zijn mogelijk niet beschikbaar in uw regio.
