dLAN® Wireless extender
® © 2009 devolo AG, Aken (Duitsland) Alle informatie in deze documentatie is na zorgvuldige controle samengesteld, geldt echter niet als toezegging van producteigenschappen. devolo® is uitsluitend aansprakelijk in de omvang die vastgelegd is in de Verkoop- en Leveringsvoorwaarden. Het doorgeven en vermenigvuldigen van de bij dit product behorende documentatie en software en het gebruik van de inhoud ervan is alleen toegestaan met schriftelijke toestemming van devolo®.
Woord vooraf Woord vooraf Hartelijk dank! Met de dLAN® Wireless extender hebt u voor een HomePlug-adapter gekozen die de voordelen van de beide netwerkstandaards dLAN® en WLAN in een toestel combineert. Bovendien beschikt de dLAN® Wireless extender over een LAN-aansluiting voor de directe aansluiting van een pc. Met transmissiesnelheden van max. 85 Mbps via dLAN® en van max.
Woord vooraf extender met de dLAN® te verbinden en als toegang tot een WLAN te gebruiken, komt u in de beide hoofdstukken 4 en 5 te weten. Technische gegevens, conformiteitsverklaringen en onze garantievoorwaarden in hoofdstuk 6 vormen de afsluiting van dit handboek. Sommige plaatsen in deze handleiding werden aan de hand van speciale symbolen bijzonder geaccentueerd: Belangrijke aanwijzing: u dient deze aanwijzingen in acht te nemen.
Woord vooraf kunt vinden. De devolo®-boeken staan op onze internetsite gratis via Service & Support klaar om gedownload te worden. Leveringsomvang Gelieve eerst te controleren of de inhoud van de verpakking volledig is voor u met de installatie van uw dLAN® Wireless extender doorgaat. De volgende bestanddelen moeten voorhanden zijn: Adapter dLAN® Wireless extender, Gedrukt installatievouwblad, CD-ROM met { devolo®-software, { Producthandboek, { Bijkomende documentatie.
Inhoud Woord vooraf ................................................................................................ 3 Hartelijk dank!.................................................................................................................3 Over dit handboek...........................................................................................................3 devolo® op het internet ...................................................................................................
3.4.2 Netwerkinstellingen...................................................................................23 3.4.3 WLAN-modus............................................................................................25 3.4.4 WLAN-instellingen ....................................................................................26 3.4.5 WLAN-filters .............................................................................................29 3.4.6 dLAN-instellingen ........................................
1 Inleiding Inleiding Met behulp van intelligente en veilige technologieën, zoals dLAN® (netwerk via het stopcontact) en WLAN (draadloos netwerk) kan vandaag eenvoudig, snel en goedkoop een thuisnetwerk opgebouwd worden, zonder eerst voor een dure en lastige bekabeling te moeten zorgen. Hierbij hoeven prestaties en installatiewerk zich niet achter de traditionele methodes te verbergen.
Inleiding access points ondertussen met modems voor de internettoegang en routers als bemiddelaar in een netwerk tot een eenheid gecombineerd. Het door een bepaald zendkanaal (van 1 tot 13) en naam (SSID) van een zendstation opgezet draadloos netwerk heeft slechts een beperkte reikwijdte. Het ook als "draadloze cel" omschreven ontvangstbereik van een access point wordt vooral door muren van gebouwen sterk beperkt.
Inleiding Als HomePlug-adapter verbindt de Wireless extender een individueel netwerktoestel, zoals bijvoorbeeld een computer of een printer via het stopcontact met de dLAN®; Alternatief kan de Wireless extender ook als WLAN-client geconfigureerd worden om bijvoorbeeld uw thuisnetwerk met een internettoegang buiten uw woning te verbinden. Door de combinatie van de standaards LAN, dLAN® en WLAN wordt u hierbij volkomen onafhankelijk van voorhanden netwerkstopcontacten.
Inleiding Dit is bijzonder praktisch als niet alle clientstations zich in het zendbereik van een WLAN-zendstation bevinden, bijvoorbeeld omdat dikke betonmuren de transmissie storen. Met dLAN® kunnen echter verschillende vertrekken via het stroomnet zonder probleem in het netwerk opgenomen worden. Met behulp van een dLAN® Wireless extender kunt u snel en eenvoudig van elk stopcontact een WLAN-aansluiting met uitstekende ontvangstkwaliteit maken.
Inleiding De afbeelding toont hoe de Wireless extender computers in de dLAN® draadloos met een reeds voorhanden router in een ander gebouw verbindt, die op zijn beurt via ethernet de toegang tot het internet ter beschikking stelt.
2 Ingebruikneming Ingebruikneming In dit hoofdstuk komt u meer over de hard- en software-uitrusting van de dLAN® Wireless extender en over de installatie en ingebruikneming van de adapter te weten. 2.1 Indicaties en aansluitingen 2.1.
Ingebruikneming Powerlampje: brandt als de adapter met het stroomnet verbonden is, dLAN®: brandt als een verbinding met andere HomePlug-adapters bestaat; knippert als gegevens via dLAN® verzonden of ontvangen worden, WLAN: brandt als een WLAN bestaat; knippert als gegevens overgedragen worden, LAN-verbinding: brandt als een verbinding via het ethernet bestaat; knippert als gegevens in het LAN overgedragen worden. 2.1.2 Aansluitingen De dLAN® Wireless extender is eenvoudig te bedienen.
Ingebruikneming devolo Informer (zie paragraaf 3.1) controleren. Worden hier alleen lage (b.v. eencijferige) waarden bereikt, dan is de verbinding met het stroomnet vermoedelijk niet optimaal. Optioneel kunt u een bepaalde computer of een ander netwerktoestel met een ethernet-LAN-interface daarna ook direct met de dLAN® Wireless extender verbinden. Gebruik hiervoor een ethernetpatchkabel RJ45 (stekker) – RJ45 (stekker).
Ingebruikneming De devolo Informer kan dLAN®-adapters in het HomePlug-netwerk vinden en informatie over deze toestellen weergeven, Om de software te installeren, plaatst u de bijgeleverde cd-rom in het cdromstation van uw computer. Als op uw computer autoplay geactiveerd is, start de installatie automatisch. Open anders de directory met Windows Explorer door met de rechter muisknop op Start te klikken en in het contextmenu de optie Explorer te selecteren. Start dan de Installer manueel.
Ingebruikneming Met de dLAN wizard kunt u verschillende HomePlug-adapters tot een eigen dLAN®-netwerk verbinden, De toepassing dLAN wireless extender configuratie start de ingebouwde configuratie-interface van uw Wireless extender. De functieomvang van deze beide programma's komt overeen met gelijkaardige toepassingen die in deze handleiding voor het besturingssysteem Windows® beschreven werden. 2.3.
3 Configuratie Configuratie De dLAN® Wireless extender bestaat uit drie verschillende, geïntegreerde netwerkcomponenten: Via de dLAN®-adapter verbindt men het toestel via het stopcontact met het dLAN®-netwerk, Het WLAN-station kan ofwel een verbinding met een reeds voorhanden draadloos netwerk opbouwen of zelf als access point werken, Alternatief of aanvullend bij de WLAN kan men een computer via de Ethernetinterface ook direct als client op de Wireless extender aansluiten.
Configuratie overzichtsvenster. Daarnaast wordt bij een actieve dLAN®-verbinding de transmissiesnelheid tussen de adapters weergegeven. De devolo Informer actualiseert de lijst van gevonden dLAN®-toestellen in de regel automatisch. Als nieuw toegevoegde adapters niet in de lijst verschijnen, kunt u de weergave met de knop F5 of via het Beeld-menu actualiseren.
Configuratie dLAN®-adapters onder elkaar uitwisselen. Bovendien kan hier gekozen worden of informatie over de transmissieprestaties van uw dLAN®-adapters aan devolo® doorgestuurd moeten worden. De aan devolo® doorgegeven gegevens omvatten performancewaarden van de dLAN®-toestellen. De informatie wordt geanonimiseerd en uitsluitend statistisch geëvalueerd. Door ons deze informatie door te spelen, helpt u ons bij het verbeteren van onze producten. 3.
Configuratie In het bereik WLAN-status krijgt u algemene informatie over uw draadloze netwerk en eventueel de met uw Wireless extender verbonden stations, De verschillende instellingen bij uw adapter kunt u onder Configuratie wijzigen aanpassen, De paragraaf Beheer dient voor het resetten, opslaan en herstellen van uw individuele configuraties. Bovendien kunt u hier de firmware van uw dLAN® Wireless extender actualiseren. 3.
Configuratie Wireless extender verbonden zijn. Deze zogenaamde MAC-adressen bestaat uit zes tweecijferige hexadecimale getallen die door dubbele punten van elkaar gescheiden zijn. 3.4 Configuratie wijzigen In het configuratiebereik kunt u instellingen over de onderwerpen Veiligheid, Netwerk, WLAN en dLAN® aanpassen. 3.4.1 Veiligheid In dit bereik kan een loginwachtwoord voor de toegang tot de configuratieinterface van de dLAN® Wireless extender gegeven of gewijzigd worden.
Configuratie Voer hiervoor eerst (indien voorhanden) de actuele en daarna twee keer het gewenste wachtwoord in. Standaard is de ingebouwde configuratie-interface van de dLAN® Wireless extender niet met een wachtwoord beveiligd. U dient echter na de installatie van de adapter deze beveiliging door het invoeren van een paswoord te activeren om de toegang door derden uit te sluiten. 3.4.
Configuratie Is er al een DHCP-server voor het geven van IP-nummers in het netwerk voorhanden, dan kunt u de optie geactiveerd laten, zodat de Wireless extender automatisch een adres van deze server krijgt. Dit is in de regel voordelig, omdat u de Wireless extender niet manueel hoeft te herconfigureren als u wijzigingen aan de adresruimte van uw thuisnetwerk wilt uitvoeren.
3.4.3 Configuratie WLAN-modus De dLAN® Wireless extender kan principieel in twee verschillende WLANmodi werken: Als access point: In deze modus biedt de Wireless extender het dLAN®-netwerk aan andere WLAN-clients via een eigen draadloos netwerk aan, Als WLAN-client: in deze modus verbindt u uw dLAN® via het stopcontact met het draadloze netwerk van een reeds voorhanden access points of een WLAN-router.
Configuratie identificatie (SSID: Service Set Identifier) en (indien voorhanden) de WEP-code invoeren. Een WEP-code bestaat uit een hexadecimaal getal dat ofwel uit precies 10 of precies 26 tekens (van 0 tot 9 en A tot F, b.v. "8AF34597FF") bestaat. Er mogen geen andere speciale tekens, zoals bijvoorbeeld dubbele punten, ingevoerd worden. In uitleveringstoestand van de dLAN® Wireless extender is de WLAN-functie ingeschakeld en de WLAN-codering uitgeschakeld.
Configuratie Voor het gebruik als access point moet u een (zend-)kanaal vastleggen. Er staan 13 kanalen ter beschikking. Standaard is kanaal 6 vooringesteld. In tegenstelling tot wat algemeen aangenomen wordt, is het geen nadeel als meerdere access points een zendkanaal delen. Het kan zelfs voordelig zelf om een afstand van 5 kanaalnummers tot andere zendstations in acht te nemen. U dient hiervoor bij voorkeur de kanaalnummers 1, 6 en 11 te kiezen. De SSID legt de naam van uw draadloze netwerk vast.
Configuratie Sommige WLAN-kaarten hebben problemen om zich met zulke onzichtbare draadloze netwerken te verbinden. Als het verbinden met een verborgen SSID voor problemen zorgt, dan moet u eerst proberen om de verbinding eens bij een zichtbare SSID op te bouwen en die pas daarna te verbergen. Zonder codering worden niet alleen alle gegevens van de client-computers naar de Wireless extender in uw draadloze netwerk onbeveiligd overgedragen, er wordt ook geen wachtwoord voor de verbinding gevraagd.
Configuratie uw netwerk verkrijgen en bijvoorbeeld van uw internetverbinding gebruik maken. In de regel gebeurt dit zonder dat u het merkt. Let erop, dat in uitleveringstoestand de WLAN-functie is ingeschakeld en geen WLAN-codering is ingesteld. Ter beveiliging van de gegevenstransmissie in uw draadloze netwerk staan er twee veiligheidsstandaards ter beschikking.
Configuratie als de codering uitgeschakeld zou zijn, dan nog zou de adapter geen verbinding tot stand brengen. De WLAN-filter mag alleen als bijkomende optie gebruikt worden. Met zijn hulp kunt u weliswaar de toegang tot uw draadloze netwerk beperken. Zonder codering echter zouden alle datatransmissies relatief eenvoudig door derden meegelezen kunnen worden.
Configuratie Het MAC-adres van een Windows-pc's kunt u gemakkelijk vinden door het venster met het prompt onder Start X Programma’s X Bureauaccessoires X Opdrachtprompt te openen. Voer hier het bevel IPCONFIG /ALL in. Het MAC-adres wordt onder de benaming Fysiek adres weergegeven. Vergeet niet na het invoeren van de MAC-adressen de knop Opslaan aan te klikken. Als de ingevoerde waarden fout zijn (b.v. omdat de dubbele punten ontbreken), wordt een bijbehorende foutmelding weergegeven.
Configuratie verbonden bent. Anders sluit u zich door de activering van de WLAN-filter zelf van de toegang tot het toestel uit! 3.4.6 dLAN-instellingen In een dLAN®-netwerk moeten alle verbonden componenten hetzelfde wachtwoord gebruiken. Het dLAN®-wachtwoord wordt normaal gezien eenmalig bij de installatie van uw Wireless extender met behulp van de dLAN-configuratiewizard (zie paragraaf 4.2) gedefinieerd of uit het voorhanden netwerk overgenomen.
3.5.1 Configuratie Configuratie resetten Met het bevel Overzicht X Beheer X Configuratie resetten wordt de dLAN® Wireless extender opnieuw in de oorspronkelijke toestand bij levering gebracht. Uw persoonlijke instellingen gaan bij hierbij verloren. Het laatst gegeven dLAN®-wachtwoord voor de dLAN® Wireless extender adapter blijft verder behouden en wordt niet in het standaard wachtwoord "HomePlug" gereset.
Configuratie Om de actieve configuratie als bestand op uw computer op te slaan, kiest u de betreffende knop in het bereik Overzicht X Beheer X Configuratiebestand opslaan. Voer dan een opslagplaats en -naam voor het instellingsbestand in. Een bestaand configuratiebestand kan in het bereik Overzicht X Beheer X Configuratiebestand herstellen naar de Wireless extender gezonden en daar geactiveerd worden.
Configuratie U mag de firmware alleen actualiseren als u een bepaalde nieuwe functie nodig hebt of een speciale fout wilt verhelpen. Als u met de werking van uw dLAN® Wireless extender tevreden bent, dient u het toestel onveranderd te laten. Om de firmware op de nieuwe stand te brengen, download u eerst op de devolo®-website op www.devolo.com het passende bestand voor de Wireless extender op uw computer. Ga dan in de configuratiedialoog in het bereik Overzicht X Beheer X Firmware actualiseren.
Verbinding met het dLAN®-netwerk opbouwen 4 Verbinding met het dLAN®-netwerk opbouwen 4.1 Principes Voor u uw Wireless extender in uw dLAN®-netwerk kunt inzetten, moet u hem eerst met de reeds voorhanden adapters met een thuisnetwerk verbinden. Twee aanwijzingen zijn hierbij van bijzonder belang: Het dLAN®-wachtwoord dient niet alleen voor de toegangscontrole bij het Home-Plugnetwerk. Hij dient ook voor de codering en hierdoor voor de afluisterveiligheid van de doorgegeven data.
4.2 Verbinding met het dLAN®-netwerk opbouwen Een dLAN®-netwerk opstellen Met behulp van de dLAN®-configuratiewizard kunt u meerdere devolo® dLAN®-adapters met elkaar tot een afgesloten en veilig thuisnetwerk verbinden. Na de succesvolle installatie van de devolo®-software vindt u die in de programmagroep Start X Programma’s X devolo of via het menu Apparaat X dLAN-configuratiewizard starten in de devolo Informer.
Verbinding met het dLAN®-netwerk opbouwen Als er geen geschikt toestel gevonden wordt, kunt u eerst met behulp van de devolo Informer (zie paragraaf 3.1) controleren of het correct herkend kan worden. 4.2.2 Stap 2: Netwerkwachtwoord invoeren Kies in de volgende stap een netwerkwachtwoord die voor alle adapters in uw persoonlijk thuisnetwerk moet gelden. Het wachtwoord moet door alle dLAN®-toestellen gebruikt worden.
Verbinding met het dLAN®-netwerk opbouwen Automatisch een toevallig netwerkwachtwoord creëren Alternatief kunt u door de configuratiewizard automatisch een wachtwoord laten creëren, dat in uw dLAN®-netwerk gebruikt moet worden. Dit is zonder probleem mogelijk omdat het enkel voor het opbouwen van het thuisnetwerk nodig is. Ik wil een eigen netwerkwachtwoord invoeren U kunt ook een eigen wachtwoord geven of het standaard wachtwoord herstellen dat bij de levering van uw dLAN®-adapter opgegeven was.
Verbinding met het dLAN®-netwerk opbouwen Configuratie wijzigen X dLAN-instellingen. Voer hier twee keer het gewenste wachtwoord in en bevestig met Opslaan. Door het specifiek verlenen van een wachtwoord voor een individuele adapter kunt u de adapter uit het overige dLAN®-netwerk uitsluiten. Gebruik indien mogelijk de dLAN-configuratiewizard om te garanderen dat een enkel wachtwoord in het volledige dLAN®-thuisnetwerk gebruikt wordt. 4.2.
Verbinding met het dLAN®-netwerk opbouwen geval of het HomePlug-toestel met het stroomnet verbonden en bereikbaar is. Als u de veiligheidscodes van uw dLAN®-adapters ingevoerd hebt, is uw HomePlug-netwerk compleet. Alle computers en andere netwerktoestellen die met kabel met de adapters verbonden zijn, moeten nu in het netwerk met elkaar kunnen communiceren. Indien gewenst, gaat u nu met de configuratie van het WLAN-component van de dLAN® Wireless extender door (zie volgend hoofdstuk 5). 4.
Verbinding met het dLAN®-netwerk opbouwen wachtwoord gegeven dan door alle dLAN®-toestellen gebruikt moet worden. Dit dient ook voor de codering van de overgedragen informatie. Daarnaast krijgen alleen die adapters toegang tot een bepaald dLAN®toestel die door u expliciet met behulp van de dLANconfiguratiewizard door het invoeren van de individuele veiligheidscode toegevoegd werden.
Een WLAN-netwerk installeren 5 Een WLAN-netwerk installeren 5.1 Principes De dLAN® Wireless extender slaat een brug tussen dLAN®- en WLANnetwerken. Hiervoor kan de adapter principieel in twee modi werken: Standaard is de Wireless extender zo geconfigureerd dat hij als WLAN Access Point data uit een dLAN® draadloos aan computers en andere netwerktoestellen doorgeeft of ze van deze toestellen ontvangt.
Een WLAN-netwerk installeren uitgevoerd worden. Er moet minstens informatie over de WLAN-modus, de naam van het draadloze netwerk (SSID) en het zendkanaal gegeven worden. Optioneel kan men vastleggen hoe de adapter zijn eigen IP-adres krijgt. Voor het gebruik van het draadloze netwerk niet absoluut noodzakelijk, maar absoluut aanbevolen, zijn ook de verschillende veiligheidsmaatregelen die de Wireless extender aanbiedt om ongewenste indringers in het eigen WLAN op afstand te houden.
Een WLAN-netwerk installeren ingeschakeld is. Kies uit de 13 voorhanden kanalen een kanaal voor uw draadloos netwerk. In tegenstelling tot wat algemeen aangenomen wordt, is het geen nadeel als meerdere access points een zendkanaal delen. Het kan zelfs een voordeel zijn het kanaal zo te kiezen dat altijd 4 nummers tussen het eigen zendkanaal en dat van de andere zendstations binnen reikwijdte liggen. U dient hiervoor bij voorkeur de zendkanalen 1, 6 en 11 te kiezen.
Een WLAN-netwerk installeren Sommige WLAN-kaarten hebben problemen om zich met zulke onzichtbare draadloze netwerken te verbinden. Als het verbinden met een verborgen SSID voor problemen zorgt, dan moet u eerst proberen om de verbinding eens bij een zichtbare SSID op te bouwen en die pas daarna te verbergen. Onder Overzicht X Configuratie wijzigen X Netwerkinstellingen kunt u nu optioneel nog instellen hoe uw dLAN® Wireless extender zijn eigen IP-adres moet krijgen.
Een WLAN-netwerk installeren door het programma Start X Programma’s X devolo X dLAN Wireless extender configuratie op te roepen of in de devolo Informer via een klik met de rechter muisknop op de naam van de adapter het menucommando Status en beheer te selecteren. Het is verder ook aan te raden om uw draadloze netwerk tegen het gebruik door derden te beveiligen. Hierover meer in de volgende paragraaf. 5.2.
Een WLAN-netwerk installeren Kies in deze dialoog de modus WLAN-client. Voer daaronder de SSID (naam van het draadloze netwerk) en, indien voorhanden, de WEP-code van het WLAN in, waarmee de Wireless extender zich moet verbinden. De WEPcode moet ofwel als 10-cijferig of als 26-cijferig hexadecimaal getal ingevoerd worden. Bewaar de instelling. De dLAN® Wireless extender start nu opnieuw. Dit kan een korte tijd duren.
Een WLAN-netwerk installeren onderbroken. Gebruik een toegang via LAN of dLAN® om de adapter toch te kunnen bereiken en configureren. 5.3 Veiligheid in het WLAN Vooral het gebruik van een Wireless LAN stelt bijzondere eisen aan de beveiliging van het netwerk. Tenslotte zou theoretisch iedereen in het zendbereik van een access point met behulp van een draadloze netwerk kunnen indringen en toegang tot uw computers en netwerktoestellen verkrijgen of zelfs onbemerkt uw internetaansluiting mee gebruiken.
Een WLAN-netwerk installeren Ten slotte kunt u met behulp van een WLAN-filter de dLAN® Wireless extender zo configureren dat die alleen de draadloze verbinding met geselecteerde toestellen toestaat die zich met hun netwerkidentificatie (MAC-adres) moeten identificeren. Zie hiervoor ook paragraaf 3.4.5.
Bijlage 6 Bijlage 6.1 Technische gegevens dLAN Wireless extender Standaards Wireless-specificatie IEEE 802.11b,g HomePlug-standaard 1.0 Turbo Ethernet-standaard IEEE 802.3/x/u, Auto MDI /MDI-X Protocollen CSMA/CD Transmissiesnelheid Van max. 85 Mbps via stroomnet Van max.
Bijlage Spanningsvoorziening Geïntegreerde voeding via contactdoos Nominale spanning: 100-240 V AC Nominale stroom: 0,11 A Nominale frequentie: 50/60 Hz Temperatuur Bewaren: –25 °C tot 70 °C Gebruik: 0 °C tot 40 °C Omgevingsvoorwaarden 10 tot 90% luchtvochtigheid (niet condenserend) Besturingssystemen O.a.
Bijlage Accessoires Documentatie: gedrukte installatiehandleiding Cd-rom: pdf-handleiding, configuratiesoftware voor Windows XP, Windows Vista, Linux , Mac OS-X ® devolo® dLAN® Wireless extender ® ®
6.
Bijlage devolo® dLAN® Wireless extender
6.3 Bijlage Algemene garantievoorwaarden Deze garantie verleent de devolo® AG de kopers van devolo®-producten naar hun keuze naast de wettelijke aanspraken op garantie waar zij volgens de wet recht op hebben, met inachtneming van de volgende voorwaarden: 1 Garantie-omvang a) De garantie is van toepassing op het geleverde apparaat met alle onderdelen.
Bijlage b) De garantietermijn voor ingebouwde reserveonderdelen eindigt met de garantietermijn voor het gehele apparaat. 3 Afhandeling a) Vertonen zich binnen de garantieperiode fouten aan het apparaat, dan dient de garantie onmiddellijk, uiterlijk echter binnen zeven dagen geclaimd te worden. b) Transportschade die uitwendig te herkennen is (b.v. behuizing beschadigd), moet onmiddellijk geclaimd worden bij de met het transport belaste persoon en de afzender.
Bijlage d) wanneer de schade opgetreden is door ondeskundige behandeling – met name door veronachtzaming van de systeembeschrijving en de gebruiksaanwijzing, e) wanneer het apparaat door hiervoor niet door devolo® gemachtigde personen geopend, gerepareerd of aangepast werd, f) wanneer het apparaat mechanische beschadigingen van enige soort vertoont, g) wanneer de garantieclaim niet conform cijfer 3a) of 3b) gemeld is.
Bijlage e) In gevallen waarin devolo® de vernietiging van gegevens opzettelijk of door schuldige nalatigheid veroorzaakt heeft, is devolo® aansprakelijk voor de typische herstelkosten die opgetreden zouden zijn bij regelmatig en aan het risico beantwoordend maken van backup-kopieën. f) De garantie heeft uitsluitend betrekking op de eerste koper en is niet overdraagbaar. g) Bevoegde rechtbank is Aachen (Aken, Duitsland), indien de koper een bij het handelsregister ingeschreven zakenman is.
Index Aansluitingen 15 Access Point 9, 27, 28 Antenne 15 Beheer 33 Codering 22, 30, 51 Configuratie herstellen 34 laden 34 opslaan 34 resetten 34 Configuratie-interface 21 devolo Informer 19 DHCP 25 dLAN 9 dLAN configuratiewizard 33, 38 dLAN Wireless extender configuratie 21 dLAN-wachtwoord 33, 37 Draadloos kanaal 28 Draadloos netwerk 10 Draadloze cel 10 Ethernet 15 Ethernet-interface 19 Firmware actualiseren 35 Informer 19 Installatie 16 IP-adres 21, 25 LAN-aansluiting 15 LED's 14 Leveringsomvang 5 Linux 1