Operation Manual

NEDERLANDS
88
ALTIJD de inval-cirkelzaag met beide
handen gebruiken. Plaats één hand
op de hoofdhendel (c) en de tweede
hand op de hendel vooraan (h) zoals
afgebeeld in figuur 7.
ALTIJD de klem gebruiken om de
rail op het werkstuk te houden zoals
afgebeeld in figuur 8.
Zorg ervoor dat het snoer niet in het
pad van de zaag komt.
Houd het gereedschap vast met de
hoofdhendel (c) en de hendel vooraan (h) om de
zaag goed te geleiden.
De snij-indicator (w) geeft de snijlijn voor sneden
van 0° en 47° weer (zonder geleidingsrail).
De indicator van de bladstand (bb) toont de
bladstand voor volledig verstek.
Voor optimale resultaten, klem het werkstuk
vast met de onderkant naar boven.
SNIJDEN
1. Plaats de machine met het voorste deel van de
zaagbasis op het werkstuk.
2. Druk op de aan-/uitschakelaar om de zaag aan
te schakelen.
3. Druk de verstekschakelaar (a) voorwaarts, druk
de zaag omlaag om de snijdiepte in te stellen en
druk het voorwaarts in de snijrichting.
VERSTEKSNEDEN
WAARSCHUWING: Om terugslag
te vermijden, MOETEN de volgende
instructies nageleefd worden bij het
inval-cirkelzagen:
Plaats de machine op de geleidingsrail
en los de anti-terugslagknop (x) door
het te draaien tegen de klok in.
Schakel de machine aan en druk
langzaam de zaag omlaag op
de afgestelde snijdiepte en duw
voorwaarts in
de snijrichting. De snij-indicatoren (w)
tonen de absolute snijpunten vooraan
en achteraan van het zaagblad (dia.
165 mm) op maximale snijdiepte en
met de geleidingsrail.
Indien de terugslag gebeurd is tijdens
het inval-cirkelzagen, draai dan de
anti-terugslagknop (x) tegen de klok in
om deze vrij te maken van de rail.
Als u het inval-cirkelzagen beëindigd
hebt, draai dan de anti-terugslagknop
(u) met de klok mee in de sluitstand.
Geleidingssysteem (fi g. 1, 7)
De geleidingsrails, die verkrijgbaar zijn in
verschillende lengtes, maken precieze, propere
sneden mogelijk en beschermen tegelijkertijd het
oppervlak van het werkstuk tegen schade.
Samen met aanvullende toebehoren kunnen exact
gehoekte sneden, versteksneden en plaatsing
uitgevoerd worden met het geleidingsrailsysteem.
Het werkstuk bevestigen met klemmen zorgt voor
een stevige grip en veilig werken.
De geleidingsopening van de inval-cirkelzaag moet
zeer klein zijn voor de beste snijresultaten en kan
ingesteld worden met de twee railregelaars (j).
1. Los de schroef binnenin de railregelaar om de
opening af te stellen.
2. Regel de knop tot de zaag vergrendeld is op de
rail.
3. Draai de knop terug tot de zaag gemakkelijk
glijdt.
4. Houd de railregelaar in de stand en sluit de
schroef opnieuw.
OPMERKING: ALTIJD het systeem opnieuw
instellen voor gebruik met andere rails.
SPLINTERBESCHERMING
De geleidingsrail is uitgerust met een
splinterbescherming, die op maat moet gesneden
worden voor het eerste gebruik:
BELANGRIJK: ALTIJD de instructies van het
geleidingssysteem lezen en opvolgen alvorens de
splinterbescherming te snijden.
1. Stel de snelheid van de inval-cirkelzaag in op
niveau 5.
2. Plaats de geleidingsrail op een stukje hout.
3. Stel de inval-cirkelzaag in op 5 mm snijdiepte
4. Plaats de zaag op het achtereinde van de
geleidingsrail.
5. Schakel de zaag aan, druk het omlaag
naar de ingestelde snijdiepte en snij de
splinterbescherming langs de volledige lengte
in een doorlopende bewerking. De rand van de
splinterbescherming stemt nu precies overeen
met de snijrand van het blad.
WAARSCHUWING: Om het risico op
verwondingen te beperken, bevestigt u
ALTIJD de geleidingsrail (z) met
een klem (aa).