Operation Manual

NEDERLANDS
83
Elektrische veiligheid
De elektrische motor werd voor slechts één
spanning ontworpen. Controleer altijd of de spanning
van de accuset overeenstemt met de spanning op
de kenplaat. Zorg ook dat de spanning van uw lader
overeenkomt met die van uw netspanning.
Uw DEWALT-lader is dubbel geïsoleerd
in overeenstemming met EN 60335; er is
daarom geen aardingsdraad nodig.
Indien het voedingssnoer beschadigd is, moet het
worden vervangen door een speciaal vervaardigd
snoer dat verkrijgbaar is via de onderhoudsafdeling
van DEWALT.
Een verlengsnoer gebruiken
Gebruik geen verlengsnoer, tenzij absoluut
noodzakelijk. Gebruik een goedgekeurd
verlengsnoer dat geschikt is voor de stroomtoevoer
van uw lader (zie technische gegevens). De
minimumafmeting van de geleider is 1 mm
2
; de
maximumlengte is 30 m.
Wanneer het verlengsnoer op een haspel zit, rol het
snoer dan helemaal af.
MONTAGE EN AANPASSINGEN
WAARSCHUWING: Verwijder vóór
de montage en aanpassing altijd de
accu. Schakel het gereedschap altijd uit
voordat u de accu plaatst of verwijdert.
WAARSCHUWING: Gebruik uitsluitend
DEWALT accu’s en acculaders.
De accu in het gereedschap plaatsen
of eruit verwijderen (afb. 2)
WAARSCHUWING: Om het gevaar
op ernstig persoonlijk letsel te
verminderen, zet u het gereedschap
uit en ontkoppelt u de accu,
voordat u enige aanpassing maakt of
hulpstukken of accessoires verwijdert/
installeert. Het onbedoeld opstarten kan
letsel veroorzaken.
DE ACCU IN DE HANDGREEP VAN HET GEREEDSCHAP
PLAATSEN
1. Richt de onderkant van het gereedschap op de
inkeping in de handgreep van het gereedschap
(afb. 2).
2. Schuif de accu stevig in de handgreep totdat u
het slot hoort dicht klikken.
DE ACCU UIT HET GEREEDSCHAP VERWIJDEREN
1. Druk op de vrijgaveknoppen (j) en trek de accu
stevig uit de handgreep van het gereedschap.
2. Plaats de accu in de acculader zoals
beschreven in de paragraaf over de acculader in
deze gebruiksaanwijzing.
BOORIJZER PLAATSEN EN VERWIJDEREN (AFB. 1, 4)
1. Open de boorhouder door de huls (p) tegen de
klok in te draaien en plaats de boorschacht.
2. Plaats de boor in de boorhouder zover deze
erin gaat en til hem licht op voordat u hem
vastdraait.
3. Maak hem stevig vast door de huls met de klok
mee te draaien.
4. Ga in omgekeerde volgorde te werk om de
boor weer te verwijderen.
DE BEDIENINGSMODUS KIEZEN OF DE TORSIE
AANPASSEN (AFB. 5)
De kraag van dit gereedschap heeft 15 posities voor
het aanpassen van de torsie om geschikt te zijn
voor de grootte van de schroef en het materiaal van
het werkstuk. Zie voor aanpassing van de torsie de
paragraaf Schroeven.
Kies de boormodus of torsie door het pictogram of
het nummer op de kraag (e) in een lijn te brengen
met de indicator (q) op de behuizing.
SCHUIF VOORUIT/ACHTERUIT (AFB. 6)
Om rotatie vooruit of achteruit te kiezen, gebruikt u
de schuif vooruit/achteruit (b) zoals afgebeeld (zie
pijlen op het gereedschap).
WAARSCHUWING: Om het risico
op persoonlijk letsel te verminderen
wacht u altijd totdat de motor volledige
tot stilstand is gekomen voordat u de
draairichting wijzigt.
KEUZE TWEE VERSNELLINGEN (AFB. 7)
Uw gereedschap is uitgerust met een keuze voor
twee versnellingen (f) om de snelheid/torsie ratio te
variëren.
1 lage snelheid/hoge torsie
(boren van grote gaten, schroeven vastmaken)
2 hoge snelheid/lage torsie
(boren van kleinere gaten)
Zie voor de snelheden de technische gegevens.
WAARSCHUWING: Om het risico op
persoonlijk letsel te verminderen:
Druk de keuzeschakelaar voor twee
versnellingen altijd volledig naar voren
of naar achteren.