Operation Manual

NEDERLANDS
nl - 5 46
Wisselen van een slijp- of wetsteen (fig. C1 & C2)
• Demonteer met behulp van de meegeleverde
steeksleutel de drie moeren (7).
• Verwijder de beschermkap (8).
• Draai met behulp van de meegeleverde
steeksleutel de moer (9) van de spil (10). De moer
op de rechter as heeft een rechtse draad (fig. C1),
de moer op de linker as heeft een linkse draad
(fig. C2).
• Neem de buitenste flens (11), de pakkingring (12)
en de steen (13) van de spil.
• Plaats een nieuwe steen op de spil.
• Monteer de pakkingring, de buitenste flens en de
moer op de spil.
• Draai de moer (9) goed vast (draaimoment: 6 Nm).
• Plaats de beschermkap.
• Monteer de drie moeren (7) en draai ze goed vast
(draaimoment: 5 Nm).
• Schakel de machine in, laat de steen een minuut
lang onbelast draaien en controleer daarbij op
scheuren.
Gebruik geen beschadigde steen.
Monteren van de vonkenvanger (fig. D1 & D2)
De vonkenvanger biedt extra bescherming tegen
vonken en moet, indien mogelijk, altijd gebruikt
worden. Er is voor iedere steen een vonkenvanger
meegeleverd.
• Monteer het transparante scherm (14) op de
vonkenvanger (6) door een bolkopbout (15) door
het scherm en de vonkenvanger te steken en een
ring (16) en moer (17) op de bout te plaatsen
(fig. D1). Draai de moer vast.
• Houd de vonkenvanger tegen de rand op de
bovenkant van het huis (18) zoals afgebeeld (fig. D2).
• Steek een bolkopbout (19) door de
vonkenvanger en het huis.
• Plaats een ring (20) en moer (21) op de bout en
draai de moer handvast.
• Schuif de vonkenvanger in de richting van de
steen tot op een afstand van ca. 2 mm van de
steen.
• Draai de moer goed vast (draaimoment: 6 Nm).
Afstellen van de werkstukdrager (fig. E)
De werkstukdrager kan op het werkstuk en de
gewenste bewerkingshoek afgesteld worden.
• Draai de bevestigingsmoer van de
werkstukdrager (3) los.
• Zet de werkstukdrager in de gewenste positie en
let erop dat de drager zich zo dicht mogelijk bij
de steen bevindt.
• Draai de moer vast (draaimoment: 6 Nm).
Monteren en afstellen van de gereedschapklem
(fig. A & F)
De gereedschapklem wordt gebruikt om het werkstuk
onder een vaste hoek tegen de steen te houden.
• Verwijder de bevestigingsmiddelen waarmee de
werkstukdrager (3) aan de beugel (4) is gemonteerd
en verwijder de werkstukdrager (fig. A).
• Monteer de gereedschapklem (22) met behulp
van de zeskantbout (23) en de bijbehorende
moer (24) volgens tekening op de beugel (4) op
de machine (fig. F). Let erop dat de beugel van
de gereedschapklem zich op een afstand ca. 2 mm
van de slijpsteen bevindt.
• Steek de stang (25) van de slijpinrichting volgens
tekening in de vorken van de beugel.
Aanwijzingen voor gebruik
• Neem altijd de veiligheidsinstructies in
acht en houdt u aan de geldende
voorschriften.
• Gebruik de machine uitsluitend als deze
goed op een werkbank is bevestigd en
alle afschermingen zich op hun plaatsen
bevinden.
• Draag bij droogslijpen altijd een
veiligheidsbril.
In- en uitschakelen (fig. A)
• Inschakelen: zet de aan/uit-schakelaar (1) in
positie 1.
• Uitschakelen: zet de aan/uit-schakelaar (1) in
positie 0.
Gebruik van de slijpsteen (fig. A)
• Beweeg om een nauwkeurig rechte snijkant te
verkrijgen het werkstuk langzaam heen en weer
over de slijpsteen (2). Oefen slechts weinig druk uit.
Gebruik van de klem- en slijpinrichting (fig. G)
• Zet het werkstuk in de klem (26).
DW754.PM5 14-03-2001, 15:2454