Operation Manual

neDerlanDs
70
3. Draai de sluithendel (m) met de klok mee tot
deze stopt.
4. Druk de sluithendel (m) omlaag en draai het
blad tot de sluitstand gevonden is.
OPMERKING: Het blad (k) is nu vergrendeld en kan
niet met de hand gedraaid worden.
5. Draai de klemschroef (n) van het blad tegen de
klok in om deze te verwijderen.
6. Verwijder de buitenflens (o) en het versleten blad
(k). Plaats het nieuwe blad op de binnenflens (p).
7. Plaats de buitenflens (o) terug en de
klemschroef (n) van het blad. Draai de schroef
met de hand met de klok mee.
OPMERKING: De draairichting van het zaagblad en
de rotatie van de inval-cirkelzaag MOETEN hetzelfde
zijn.
8. Draai de bladklemschroef goed vast met de
Allensleutel.
9. Maak de sluithendel (m) los en draai hem tegen
de klok in tot deze stopt.
10. Verplaats de inval-cirkelzaag terug naar de
bovenstand.
11. Druk de verstektrekker (a) voorwaarts om de
wijziging van het zaagblad te vergrendelen.
Het splijtmes aanpassen (afb. 3)
Voor de correcte afstelling van het splijtmes (q), zie
figuur 3. Pas de ruimte van het splijtmes aan na
vervanging van het zaagblad of indien nodig.
1. Volg stappen 1–4 Het Zaagblad Wijzigen.
2. Maak de afstelschroef (r) van het splijtmes
losmet een Allensleutel en stel het splijtmes in
zoals afgebeeld in afb. 3.
3. Span de schroef van het splijtmes(r) aan.
4. Draai de sluithendel (m) tegen de klok in tot
deze stopt.
5. Verplaats de inval-cirkelzaag terug naar de
bovenstand.
6. Druk de verstektrekker (a) voorwaarts om de
wijziging van het zaagblad te vergrendelen.
Afstelling snijdiepte (afb. 4)
De snijdiepte kan ingesteld worden op 0 – 59 mm
zonder geleidingsrail bevestigd; met de geleidingsrail
bevestigd: 0 55 mm.
1. Maak de afstelknop van de diepte (f) los en
verplaats de indicator om de correcte snijdiepte
te bekomen.
2. Span de afstelknop van de diepte (f) aan.
OPMERKING: Voor optimale resultaten, laat het
zaagblad uitsteken uit het werkstuk met ongeveer
3 mm (afb. 4).
BEDIENING
WAARSCHUWING: Alvorens de
inval-cirkelzaag te gebruiken, zorgt u
er ALTIJD voor dat alle functies goed
werken!
Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING: Neem altijd de
veiligheidsinstructies en toepasselijke
voorschriften in acht.
Aan- en uitzetten (afb. 1)
Druk op de aan-/uitschakelaar om de inval-
cirkelzaag aan te schakelen.
Het gereedschap vasthouden en
geleiden (afb. 5, 6)
WAARSCHUWING!
•ALTIJD het werkstuk bevestigen op
zo’n manier dat het niet kan bewegen
tijdens het zagen.
•ALTIJD de machine voorwaarts
duwen NOOIT de machine
achterwaarts naar u toe trekken.
•ALTIJD de inval-cirkelzaag gebruiken
met beide handen. Plaats één hand
op de hoofdhendel (c) en de tweede
hand op de hendel vooraan (h) zoals
afgebeeld in figuur 5.
•ALTIJD de klem gebruiken om de rail
vast te houden op het werkstuk zoals
afgebeeld in figuur 6.
•Zorgervoordathetsnoernietinhet
pad van de zaag komt.
• Houdhetgereedschapvastbijdehoofdhendel
(c) en de hendel vooraan (h) om de zaag goed
te geleiden.
• Desnij-indicator(t)toontdesnijlijnvoorsneden
van 0° en 47° (zonder geleidingsrail).
• Deindicatorvandebladstand(y)toontde
bladstand voor volledig verstek.
• Vooroptimaleresultaten,klemhetwerkstuk
vast met de onderkant naar boven.
SNIJDEN
1. Plaats de machine met het voorste gedeelte van
de zaagbasis op het werkstuk.