Operating Instructions and Installation Instructions
Table Of Contents

NL-8
Nederlands
7
7 Inbedrijfstelling
7.1 Warmwaterkring
OPGELET!
De WWP T mag niet zonder watervulling gebruikt worden!
Vereisten van de warmwaterkring
De volgende materialen kunnen in de bestaande
warmwaterkring te vinden zijn:
Koper
Roestvrij staal
Messing
Kunststof
Afhankelijk van het gebruikte materiaal in de warmwaterkring (ter
plaatse) kan er door onverdraagbare materialen corrosie
ontstaan. Dit moet in het bijzonder bij het gebruik van verzinkte
en aluminium bevattende grondstoffen in acht genomen worden.
Wanneer er bij gebruik een risico bestaat dat het water
vervuilingen bevat, moet het systeem eventueel van een filter
worden voorzien.
Inbedrijfstelling van het warmwatersysteem
Warmwaterkring via een externe aansluiting vullen.
Warmwaterkring ontluchten
(Warmwaterkranen bovenaan openen tot er geen lucht
meer uit komt).
Gehele warmwaterkring op dichtheid controleren.
Spanningsvoorziening aansluiten (stekker in stopcontact).
Warmtepompschakelaar (zie afb. onder 4.1) inschakelen.
De gewenste warmwatertemperatuur kan d.m.v. een knop
voor de temperatuurkeuze traploos (t/m 60 °C) ingesteld
worden.
Het elektrische verwarmingselement wordt bij een
aanzuigtemperatuur kleiner dan 8 °C automatisch
ingeschakeld of handmatig wanneer er meer warm water
nodig is.
Warmwaterbereiding d.m.v. een tweede warmtebron is
mogelijk door de oplaadpomp van de warmtewisselaar in te
schakelen (indien de hiervoor vereiste elektrische
aansluiting voorhanden is).
8 Onderhoud /
instandhouding
OPGELET!
Trek de stekker eruit en wacht tot de ventilator tot stilstand gekomen is
alvorens de WWP T te openen!
Algemeen
De koelkringloop van de warmtepomp heeft geen onderhoud
nodig. Voor het reinigen van de WWP T is een vochtige doek met
een kleine hoeveelheid zeepoplossing voldoende.
OPGELET!
Laat geen water op de besturingselementen komen.
Verder dient enkele dagen na de inbedrijfstelling eenmalig een
visuele controle op eventuele lekkages in het watersysteem of
verstoppingen van de condenswaterafvoer gedaan te worden.
8.1 Waterkringloop /
condenswaterafvoer
De controle van de waterkringloop beperkt zich tot eventueel ter
plaatse bestaande filters en mogelijke lekkages. Vervuilde
waterfilters schoonmaken en indien nodig vernieuwen. Het
lipventiel aan het einde van de condenswaterslang af en toe op
vervuilingen controleren en indien nodig schoonmaken.
8.2 Voorziening van de luchtkring
De instandhouding beperkt zich tot het reinigen van de
verdamper (m.b.v. een stofzuiger) regelmatig resp. al naar
behoefte
OPGELET!
Verwondingsgevaar door scherpgekante lamellen. Lamellen mogen niet
vervormd of beschadigd worden!
Bij mogelijk gebruik van luchtfilters dienen deze regelmatig op
vervuiling te worden gecontroleerd en indien nodig
schoongemaakt of vernieuwd te worden.