Operation Manual

3
DITEC S.p.A. - E2 - IP1740
15N.O. STAP-VOOR-STAP MET Met DIP1=OFF en TC<MAX opeenvolging: opent-stop-sluit-opent.
AUTOMATISCHE SLUITING De stop is niet permanent maar van de duur ingesteld met TC.
STAP-VOOR-STAP ZONDER Met DIP1=OFF en TC=MAX opeenvolging: opent-stop-sluit-opent.
AUTOMATISCHE SLUITING
OPENT MET SLUITING Met DIP1=ON en automatische sluiting in werking gesteld (TC<MAX),
bediening 1-5 = opent.
AUTOMATISCH Met DIP1=ON en TC=MAX, de bediening 1-5= opent. Op automatisering
OPENT ZONDER SLUITING stopt de bediening 1-5 voert de aan de manoeuvre vóór de stop
AUTOMATISCHE tegenovergestelde manoeuvre uit.
16N.C. VEILIGHEIDSTOP Stopt en/of vermijdt elke beweging.
16N.O. SLUIT Met duiker 6 4 gesneden, voert de sluitingsmanoeuvre uit door het
contact 1-6 te sluiten.
18N.C. OMKEERVEILIGHEID Lokt de omkering uit van de beweging (heropening) tijdens de sluitings-
fase. Met duiker SO gesneden wordt de STOP uitgelokt, na de ingreep
van de nabijheidsbegrenzer tijdens de sluitingsfase.
Bij automatisering gestopt en duiker SO gesloten, vermijdt deze elke
manoeuvre, zowel openings- als sluitingsmanoeuvre.
Bij automatisering gestopt en duiker SO gesneden, vermijdt deze alleen
de sluitingsmanoeuvre.
19N.C. STOP Met contact 1-9 open stopt de automatisering en blijft deze gestopt en
wordt de automatische sluiting buiten werking gesteld.
Door de bediening 1-9 te herstellen blijft de automatisering gestopt tot
de ontvangst van een bediening 1-5 of een radiobediening.
19N.O. BEDIENINGEN Indien de DIP1=ON en de duiker 6
4 gesneden is, lokt het contact 1-9
MET PERSOON AANWEZIG open de stop van de beweging uit en stelt deze de functie met persoon
aanwezig in werking. In deze omstandigheid, werken de openings- (1-5)
en sluitingsbedieningen (1-6) alleen indien deze ingedrukt gehouden
worden, bij het loslaten ervan stopt de automatisering.
De automatische sluiting, de bediening 1-8 en de radiobedieningen zijn
buiten werking gesteld, afgezien van de aan-/uitzetbedieningen van het
hoffelijkheidslichtje.
0 11 N.C. BEGRENZER SLUIT Stopt de beweging van de motor 2 (M2) in sluitingsfase.
MOTOR 2 Met duiker OM afgesneden (modaliteit met één motor), de begrenzer 0-
11 stopt de sluitingsbeweging van de motor M1.
0 11 N.O. NABIJHEIDSBEGRENZER Zie voorbeelden in de paragraven 5 en 6.
MOTOR 2
0 12 N.C. BEGRENZER SLUIT Stopt de beweging van de motor 1 (M1) in sluitingsfase.
MOTOR 1 Met duiker OM afgesneden (modaliteit met één motor), de begrenzer 0-
12 stopt de openingsbeweging van de motor M1.
0 12 N.O. NABIJHEIDSBEGRENZER Zie voorbeelden in de paragraven 5 en 6.
MOTOR 1
1. ELEKTRISCHE VERBINDINGEN
1.1 Bedieningen


Bediening Functie Beschrijving
ATTENTIE: Alle niet gebruikte N.C.-contacten van duikers voorzien. De klemmen met gelijk nummer zijn equivalent. De
functioneringsgaranties en de verklaarde prestaties worden alleen verkregen met DITEC-veiligheidsaccessoires en -
voorzieningen.
NL