Operation Manual

16
Motor starten
Het model is uitgerust met een halfautomatische decompres-
sieklep (1) om het starten te vergemakkelijken. Door de rubberen
afdekking in te drukken tot deze merkbaar vastklikt, wordt de
achterliggende decompressieklep ingedrukt. Daardoor vermin-
dert de compressiearbeid, zodat de motor al met een geringe
krachtuitoefening via het startkoord op zijn starttoerental wordt
gebracht.
Door de hoge drukstijging in de verbrandingskamer, ten ge-
volge van de eerste ontstekingen, wordt de decompressieklep
automatisch gesloten.
indien
noodzakelijk
LET OP:
Let beslist op de VEILIGHEIDSTIPS op bladzijde 4 en 5.
De scheidingsslijper mag eerst na complete montage en
controle worden gestart!
Op minstens 3 m afstand van de plek waar getankt wordt.
Veilig gaan staan en de scheidingsslijpmachine zó op de
vloer zetten dat de scheidingsinrichting vrij staat.
3 meters
Breng de beschermkap (3) in de, voor het uit te voeren werk
optimale positie (zie afbeelding).
De beschermkap (3) kan door middel van de handgreep (2) bin-
nen de aanslagen in beide pijlrichtingen worden gekanteld.
Let op!
Controleer in elk geval of de rechte buitenkant van de aan-
slagplaat (4) en de rand van de beschermkap parallel zijn (zie
pijl).
Is dit niet het geval, dan dient u een vakman te raadplegen.
Koudstart
Combischakelaar (6) naar boven drukken (choke-stand).
De handgreep omvatten (de veiligheidssper- knop (8) wordt
met de handpalm bediend).
Gashendel (9) doordrukken en zo houden.
Rustknop (7) indrukken en gashendel (9) loslaten (de gashendel
wordt door de rustknop in de halfgasstand vastgezet).
OPMERKING: Is de scheidingsslijpmachine op een geleide-
wagen gemonteerd, dan moet de regelhendel ongeveer in de
derde of vierde vastzetpositie worden gezet.
Decompressieklep (5) indrukken.