User manual
TEC 29 22
gebruikshandleiding
NL
Onderhoud bougie
Pas op
De bougie moet goed vast zitten. Een loszittende bougie kan bijzonder
heet worden en de motor beschadigen.
Let op
Draai de bougie bij de montage een halve slag aan nadat deze de
afdichtring begint samen te persen. Als u een gebruikte bougie mon-
teert, moet u deze tussen 1/8 en 1/4 slag aandraaien nadat deze de
afdichtring begint samen te persen.
Maak nooit gebruik van een bougie met een afwijkende warmtewaarde:
1. Verwijder de kap van de bougieplug en verwijder de bougieplug
met een moersleutel.
2. Controleer de bougieplug op het oog. Vervang de bougieplug als
deze is versleten of wanneer de isolatie is gebroken of
afgeschilferd. Als de plug alleen vuil is kunt u hem reinigen met
een staalborstel en, indien hij nog in een goede conditie is, op-
nieuw gebruiken.
3. Meet de afstand tussen de elektroden met behulp van een
voelermaat. Deze afstand moet 0,7-0,8 mm zijn. Corrigeer, in-
dien nodig, deze afstand door de elektrode te buigen.
4. Controleer of de afdichtring van de bougieplug in een goede con-
ditie is, als dat het geval is moet u de bougieplug er met de hand
weer inschroeven om te voorkomen dat het schroefdraad wordt
dolgedraaid.
5. Nadat u de bougieplug met de hand hebt ingeschroefd, kunt u
hem met een plugsleutel aandraaien om de afdichtring samen te
persen.
0.7 - 0.8 mm
3 Foutopsporing, onderhoud, hergebruik