Installation Instructions
Nederlands
INSTALLATIEHANDLEIDING
5.10 Aanvullende instructies
Ø
Bevestig het toestel aan de wand dmv muurbeugels (B) en meegeleverde keilbouten (zie Bijlage 3, afb. 1).
5.11 Inbouwframe
Het inbouwframe wordt apart meegeleverd. Er zijn drie soorten inbouwframes: de 3S-70, 4S-70 en 4S-30
(zie Bijlage 3, afb. 6). Met de 3S-70 is het mogelijk de onderkant van de ruit aan te laten sluiten op de vloer.
!Let op
Houd bij gebruik van het 3S-70 inbouwframe minimaal 150 mm afstand tot brandbaar materiaal aan (zie het rood
gearceerde vlak in Bijlage 3, afb. 2 (3S)).
!Let op
Er kan geen verdere informatie worden verstrekt over, danwel verantwoording worden genomen voor de wijze
waarop vloerbedekking of andere materialen worden beïnvloed door het gebruik van de kachel (bijv. het 'werken'
van een houten vloer). Dit ondanks het aanhouden van de minimaal vereiste afstanden tot brandbare
vloerbedekking of andere materialen.
Het inbouwframe dient bevestigd te worden, voordat de kachel wordt ingebouwd.
Ga als volgt te werk (zie Bijlage 3, afb. 6):
Ø
Lokaliseer de benodigde schroefgaten op de kachel.
Ø
Schroef, zo nodig, de parkers eruit die er al in zitten.
Ø
Plaats het inbouwframe tegen de kachel.
Ø
Schroef het inbouwframe vast met de parkers (S).
5.12 Ruiten
!Let op
- Voorkom beschadiging bij het verwijderen/plaatsen van de ruiten.
- Vermijd/verwijder vingerafdrukken op de ruiten, omdat deze inbranden.
5.12.1 Verwijderen ruit
Voor het verwijderen van het glasraam volgt u onderstaande stappen (zie Bijlage 3, afb. 7 t/m 11):
Ø
Draai de bout (T) in het borgbeugeltje (U) 3 slagen los (zie Bijlage 3, afb. 7 (1)).
Ø
Draai het borgbeugeltje (U) een kwartslag naar links. Hiermee wordt de hendel (X), waarmee de ruit geopend kan
worden, ontgrendeld.
Ø
Trek met de wijsvingers de hendel (X) naar beneden en schuif de hendel onderlangs 180° naar rechts
(zie Bijlage 3, afb. 7 (2 en 3)).
!Let op
Druk de ruit aan terwijl de hendel (X) naar rechts geschoven wordt. Zo wordt voorkomen, dat de ruit naar voren
valt en beschadigt.
Ø
Trek de ruit aan de twee lipjes, die zich aan de linker- en rechterbovenzijde op de omlijsting van de ruit bevinden,
naar voren totdat het niet verder kan (zie Bijlage 3, afb. 8).
Ø
Houdt de ruit aan beide zijkanten vast en trek de ruit maximaal 1 cm naar u toe (zie Bijlage 3, afb. 9).
Ø
Druk de ruit licht naar beneden en duw de ruit in de speciale uitsparingen (P). De ruit staat nu in de ‘parkeerstand’.
!Let op
Wees er zeker van dat de ruit in de 'parkeerstand' (P) staat door de ruit voorzichtig van u af te duwen waardoor de
ruit omhoog gaat. Als de ruit niet naar beneden zakt, staat deze in de 'parkeerstand'.
Ø
Duw de ruit zo ver van u af, dat de linkerbeugel (Y), die de ruit geleidt en verbindt met het toestel, kan worden
ontkoppeld. Maak hierbij gebruik van de ronde uitsparing in de beugel (zie Bijlage 3, afb. 10).
Tip!
Ondersteun de ruit met de ene hand en ontkoppel de beugel tegelijkertijd met de andere hand.
Ø
Ontkoppel nu de rechterbeugel (Y) .
Ø
Verwijder de ruit (zie Bijlage 3, afb. 11).
NL