Operation Manual
Hoe u de radio bedient
25
Hoe u zenders opslaat
Het zendergeheugen kan 10 stations in het FM-bereik
(UKG) en 10 stations in het MG-bereik opslaan.
Aanwijzing:
De opgeslagen zenders blijven ook bij stroomuitval
behouden.
Î In de modus RADIO met de toets BAND/RADIO 7
op FM- of MG-ontvangst schakelen.
Î De gewenste zender met de toetsen IWW , XXI 9,
33, 34 instellen.
Î Toets PROG 29 indrukken, PRESET en het
zenderplaatsnummer knippert op het display.
Î Met de toets PRESET 27 een zenderplaats kiezen,
evt. hiervoor de toets meermaals indrukken.
Î Met de toets PROG 29 de ingestelde zender op de
zenderplaats opslaan.
Aanwijzing:
Wordt ca. 5 seconden lang geen enkele toets ingedrukt,
dan is de programmeermodus beëindigd.
Î Opslaan van bijkomende zenders: handeling
herhalen.
Selecteren van de geprogrammeerde
stations
Î U kunt door het indrukken van de toets PRESET 27
de opgeslagen zenderplaats opwaarts doorbladeren.
Het DISPLAY 2 geeft telkens het ingestelde kanaal en de
geheugenplaats weer.
Wissen van een vastgelegde zenderplaats
Î U kunt een vastgelegde zenderplaats wissen door
een nieuwe zender op de zenderplaats op te slaan.