Operation Manual

De Label Designer gebruiken
12
Adres Het adresobject lijkt op het tekstobject, maar is bestemd voor het afdrukken van informatie die
verschillend is op elk afgedrukt label, zoals namen en adressen. Adresobjecten kunnen ook
POSTNET-streepjescodes bevatten. U kunt de lettertype-instellingen (lettertype, grootte, stijl en
dergelijke) voor tekst in adresobjecten wijzigen en u kunt de positie van de tekst bepalen. U kunt
ook speciale effecten toepassen op de tekst.
Adresobjecten zijn standaard variabele tekstobjecten. Adresobjecten kunnen ook vaste
tekstobjecten zijn. Adrestekst in vaste tekstobjecten wordt opgeslagen als deel van het label. Het
adres in variabele tekstadresobjecten wordt niet met het label opgeslagen. (Zie "Hoe het adresboek
werkt" on page 15 voor meer informatie.)
Afbeelding Met een grafisch afbeeldingsobject kunt u het bedrijfslogo of andere gewenste afbeeldingen aan uw
labels toevoegen. U kunt een groot aantal gangbare grafische bestandsindelingen importeren. U
kunt afbeeldingen op elke gewenste positie op het label plaatsen, u kunt ze vergroten of verkleinen
en u kunt zelfs een afbeelding selecteren als standaardafbeelding. U kunt ook een afbeelding uit een
grafische toepassing (zoals Microsoft Paint of CorelDRAW) kopiƫren en op een label plakken. U
kunt een afbeelding rechtstreeks uit een bestand importeren of (alleen Windows) een afbeelding
vastleggen van een videoapparaat dat op uw computer is aangesloten.
Opmerking Als u een standaard logobestand instelt, wordt het opgegeven grafische bestand
automatisch weergegeven in elk nieuw grafisch object dat u toevoegt. Raadpleeg de on-line Help
voor informatie over het instellen van een standaard logobestand.
Lijnen U kunt horizontale en verticale lijnobjecten gebruiken om het uiterlijk van een label te verfraaien.
Horizontale lijnen zijn handig als visuele scheidslijn op labels (bijvoorbeeld tussen het adres van de
verzender en van de ontvanger op verzendlabels). U kunt de dikte van de lijnen instellen en u kunt
lijnen op labels tevens verbergen.
Rechthoek Een rechthoekobject wordt net als lijnobjecten voornamelijk gebruikt als ontwerpelement om het
uiterlijk van een label te verfraaien. U kunt een rechthoek gebruiken om een rand rond andere
objecten aan te brengen. U kunt de rechthoek vullen met een grijstint. U kunt ook de dikte van de
rand van de rechthoek instellen.
Ovaal (Macintosh) Een ovaalobject wordt net als lijnobjecten voornamelijk gebruikt als ontwerpelement
om het uiterlijk van een label te verfraaien. U kunt een ovaal gebruiken om een rand rond andere
objecten aan te brengen. U kunt de ovaal vullen met een grijstint. U kunt ook de dikte van de rand
instellen.
Streepjescode Het streepjescodeobject geeft een streepjescode weer op een label en drukt dit af. U kunt een
streepjescodeobject gebruiken voor de weergave van vaste informatie die u invoert of voor
variabele informatie die afkomstig is uit een ander object. Wanneer u een streepjescodeobject
koppelt aan een ander object, codeert het streepjescodeobject de informatie in het gekoppelde
object. Als u de informatie in het gekoppelde object wijzigt, codeert het streepjescodeobject
bovendien automatisch de nieuwe informatie.
U zou het streepjescodeobject bijvoorbeeld kunnen koppelen aan een tekstobject met een
onderdeelnummer op een label. Als u het onderdeelnummer in het gekoppelde tekstobject wijzigt,
wordt het streepjescodeobject automatisch bijgewerkt.