Operation Manual
11
5.2 De batterij laden
U kunt uw batterij zowel in als uit de fiets laden. Tijdens het laden zal er op de
lader een rood en een oranje lampje zichtbaar zijn. De accu zal volledig
opgeladen zijn wanneer het oranje lampje groen geworden is.
Laad uw batterij in een omgeving waar de temperatuur tussen de 5° en
de 35 ° Celsius is.
Stop onmiddellijk de lading in geval van verdachte geur of
rookontwikkeling. Breng uw batterij naar uw verdeler voor
herstelling/vervanging.
Vermijd zoveel mogelijk om uw batterij voortdurend aangesloten te
laten aan de lader. Wanneer de batterij volgeladen is, ontkoppel dan
de lader van de batterij en trek de kabel van de lader uit het
stopcontact.
Wanneer de batterij volledig leeg is, dient u deze direct op te laden. Als
cellen langere tijd leeg staan, kunnen deze beschadigd raken.
Stap 1
Zet de lader op stand O.
Stap 2
Steek de lader in het stopcontact, sluit
vervolgens de laadfiche aan op de
batterij.
Stap 3
Zet de lader in stand I
Stap 4
De led lampjes op de lader branden als
volgt :
Het rode en oranje lampje branden : de
batterij is nu aan het laden
Als het rood lampje blijft branden en het
oranje gaat over naar groen, dan is de
lading afgelopen en u kunt uw batterij
van de lader loskoppelen










