Introductie Voor uw veiligheid bij het gebruik van de CD8445E zijn er waarschuwingssignalen in deze gebruiksaanwijzing en op de CD8445E gedrukt, zoals hieronder afgebeeld. Zij tonen hoe veilig en correct met het product dient te worden omgegaan om persoonlijk letsel en materiële schade te voorkomen. Alvorens het handboek door te lezen wordt u verzocht de belangrijke informatie in dit gedeelte goed door te lezen en eigen te maken.
Voor uw veiligheid bij het gebruik van de CD8445E Waarschuwing ● Gebruik het toestel niet als het defect is (display blijft donker of geen geluid). Dit kan brand of elektrische schokken veroorzaken. ● Vervang zekeringen altijd door nieuwe zekeringen met dezelfde capaciteit en kenmerken. Gebruik nooit een zekering met een hogere capaciteit. Een verkeerd type zekering kan brand of ernstige schade veroorzaken.
Introductie Let op! ● Berg de afstandsbediening op waar hij niet aan direct zonlicht, hoge temperaturen en vochtigheid is blootgesteld. De behuizing kan vervormen en de batterijen kunnen openbarsten en lekken. ● Monteer deze apparatuur alleen in voertuigen. Montage op andere plaatsen kan letsel of elektrische schokken tot gevolg hebben. ● Let op de instelling van de volumeknop als u de "ON" knop bedient. Er kan gehoorbeschadiging ontstaan als de unit zeer hard staat wanneer hij wordt aangezet.
Inhoudsopgave Voor uw veiligheid bij het gebruik van de CD8445E .............. 218 I Voorzorgsmaatregelen ............................................................. 228 II Benaming van bedieningstoetsen en onderdelen ................. 229 III Bediening van de CD-speler .................................................... 233 IV Bediening van de MP3/WMA-speler ........................................ 240 V Bediening van de Memory Stick-speler ..................................
Inhoudsopgave Voor uw veiligheid bij het gebruik van de CD8445E ............................... 218 Voorzorgsmaatregelen ...................................................................... 228 Tips voor de bediening ............................................................................................... 228 Benaming van bedieningstoetsen en onderdelen .............................. 229 De voeding aan- en uitzetten....................................................................................
Inhoudsopgave MP3/WMA afspeeltijd display............................................................................... 242 Weergegeven volgorde van MP3/WMA bestandsnamen .................................... 242 Naar MP3/WMA bestanden luisteren ......................................................................... 243 Naar de volgende track (bestand) of terug naar het begin van de track (bestand) die speelt. ................................................................................................
Inhoudsopgave RDS data ontvangen................................................................................................... 256 AF (alternatieve frequentie) instellen .................................................................... 256 REG (REGIONAAL) instelling............................................................................... 256 Verkeersinformatie ontvangen ....................................................................................
Inhoudsopgave Gebruik van de ESN (Memory Stick) beveiliging........................................................ 269 Een beveiligingscode opnemen ........................................................................... 269 De Memory Stick beveiliging opheffen................................................................. 270 Hoe de Memory Stick te verwisselen ................................................................... 271 Hoe terug te gaan naar normale bediening (ESN beveiliging uit) .......
Inhoudsopgave Bediening in de Pro-modus......................................................................................... 293 Aanpassing parametrische equalizer (PEQ) ............................................................... 294 4 speakers + subwoofer speakerconfiguratie ....................................................... 294 3-WEG instellingen voor speakerconfiguratie....................................................... 296 Kies een equalizermodus uit het geheugen.......................
Inhoudsopgave Andere................................................................................................. 315 Draagbare audiospelers aan de AUX contactbus aansluiten ..................................... 315 De gevoeligheid van de aux-ingang aanpassen................................................... 316 Telefoonmute-functie .................................................................................................. 316 Bediening van het DISP scherm ......................................
Introductie Voorzorgsmaatregelen Tips voor de bediening • Zet voor een veilig gebruik de volumeknop op een zodanige stand, dat u geluiden van buitenaf nog horen kunt • Wij adviseren u bij deze speler CD's te gebruiken met het logo naar links. TEXT M EM ORYSTICK M AGIC G ATE • U kunt voor deze speler alle typen CD's (CD-R/CD-RW) gebruiken. Verzeker u ervan goed gebrande CD's te gebruiken.
Benaming van bedieningstoetsen en onderdelen Benaming van bedieningstoetsen en onderdelen Front 1 2 34 5 6 78 9 II III ? F E Nr. Knop D C Naam/functie BA Nr. Knop 9 Naam/functie [Release] knop [CD (OPEN / EJECT)] knop Om het rechter gedeelte van het frontpaneel van de unit te verwijderen. Opent/sluit het frontpaneel en werpt de CD uit. [AUDIO CONTROL] knop [ Volumeregeling en andere functies. / ] knop Automatische radioontvangst of snel vooruit-/ terugspoelen.
Introductie Nr. Knop Naam/functie Nr. Knop Naam/functie [FM AM] knop In radiomodus schakelen en van zender wisselen. Knoppen [1] tot [6] [PWR] knop Voorkeuzetoetsen en diskmodus functies. Deck voeding ON/OFF (aan/ uit). [MUTE] knop Mute aan- of uitzetten. H MEMORY STICK Nr. G M AGIC GATE Naam/functie CD gleuf Voor Compact Discs. Memory Stick gleuf Voor Memory Stick. Let op! Plaats geen voorwerpen op het opengeklapte front en leun er niet op.
Benaming van bedieningstoetsen en onderdelen De voeding aan- en uitzetten 3 Als de voeding (power) wordt aangezet, start de unit weer in dezelfde toestand als voor het uitzetten, wat betreft de radiozender of het afspelen van de cd bijvoorbeeld. Als de auto geen ACC positie in het contactslot heeft, let dan op bij het uitschakelen van de unit. Volg stap 2 of 3 voor het uitschakelen van de voeding. 1 Als de voeding uit staat, druk dan op de [PWR] knop. De voeding is nu aan (ON).
Introductie Afstandsbediening 1 7 2 8 3 9 4 ? 5 6 Nr. Knop A Naam/functie Nr. [PWR] knop Knop Naam/functie [MODE] knop Deck voeding ON/OFF (aan/ uit). Wisselt in de afspeelmodus. [TU] knop [DISC] knop Wisselt in de tunermodus. Wisselt in de diskmodus. [BAND] knop [AUX] knop Wisselt tussen de radiomodus en de diskmodus. Wisselt in de AUX-modus. [ [ ] knop ] knop Het volume verhogen. Het volume verlagen.
Bediening van de CD-speler Bediening van de CD-speler Over compact discs • De cd wordt door een laserstraaltje gelezen; het CD-oppervlak komt dus met niets in aanraking. Krassen op de cd of een kromme cd veroorzaken een slechte geluidskwaliteit of hebben tot gevolg dat de cd niet goed afgespeeld kan worden. Neem de volgende richtlijnen in acht om een goede geluidsweergave te waarborgen: III • Laat een uitgeworpen cd niet te lang in de opening zitten; hij kan kromtrekken.
Bediening Over CD accessoires • Gebruik geen accessoires (stabilisatoren, beschermende coatings, laserlenscleaners) of andere zgn. "geluidsverbeterende middelen" voor uw cd's. Deze middelen veroorzaken een onregelmatig oppervlak op uw CD's waardoor er afspeelproblemen kunnen ontstaan. • Plak geen ringvormige beschermingen of ander accessoires op uw cd's. Deze accessoires zijn sinds enige tijd verkrijgbaar en heten de cd te kunnen beschermen en de geluidskwaliteit te kunnen verbeteren (antivibratie-effect).
Bediening van de CD-speler 1 Druk voor minder dan één seconde op de [DISC MS] om naar de CD-speler te luisteren. De CD wordt afgespeeld. De diskmodus schakelt afwisselend om van CD-speler ➔ Memory Stickspeler als er op de knop word gedrukt. Naar CD luisteren 1 Druk minder dan een seconde op de [CD ] knop. Het frontpaneel gaat open.
Bediening Fast Forward/Rewind Snel afspelen of terugspoelen van de song die speelt. 1 Houd knop [ [ ] knop: Fast forward. [ ] knop: Rewind. ] of [ ] ingedrukt. Druk op de [4 SCAN] knop. Met een druk op de knop speelt de unit de volgende track 10 seconden lang, gaat naar de daaropvolgende track van dezelfde CD, speelt die 10 seconden enzovoorts, totdat er opnieuw op de knop wordt gedrukt. ATTENTIE! • Druk opnieuw op de knop om het scannen te stoppen en een bepaald bestand af te spelen.
Bediening van de CD-speler Een titel voor een CD creëren 5 Er kan een CD-titel worden gecreëerd en aan de CD worden toegewezen om op het display te worden weergegeven. Ook bij externe CDwisselaars kan u de CD-titel op dezelfde manier creëren. Er wordt verondersteld dat de CD die een titel krijgt toebedeeld al wordt afgespeeld. Het teken wordt ingevoegd op de plaats waar de cursor knippert: [SEL] knop: Beweegt de cursor naar rechts. ATTENTIE! [ Er kan geen tekst-CD worden ingesteld.
Bediening ATTENTIE! • Herhaal stap 3 en 4 om het tekentype te veranderen. • Per titel kunnen er 12 tekens worden ingevoerd. • Er kunnen 30 titels worden opgeslagen. • Als het aantal disks dat kan worden opgeslagen vol is, wordt de langst opgeslagen disk gewist. 4 [ Druk op de [RTN] knop. Druk op de [FUNC] of de [RTN] knop om de functiemodus te verlaten. Draai de [SEL] knop naar links of rechts om een teken te selecteren. Naar rechts draaien: De tekens verschijnen oplopend.
Bediening van de CD-speler CD tekst weergeven Een bestaande titel wissen Ook bij externe CD-wisselaars kan u de CDtitel op dezelfde manier wissen. Er wordt verondersteld dat de diskmodus al geselecteerd is. 1 Druk minder dan een seconde op de [FUNC] knop als de unit in de diskmodus staat. CD TEXT wordt alleen ondersteund door de ingebouwde unit. Het kan niet worden weergegeven met de optionele CD-wisselaar. Als de CD het onderstaande logo heeft, werd hij opgenomen met een disktitel en tracktitels.
Bediening Bediening van de MP3/WMA-speler Over MP3/WMA ATTENTIE! MP3/WMA bestanden die zijn opgenomen van bronnen zoals uitzendingen, platen, bandopnames, video's en live optredens zonder toestemming van de copyrighthouder, zijn verboden voor doeleinden die persoonlijk gebruik te boven gaan. Wat is MP3/WMA? MP3 (MPEG Audio Layer III) is een standaardformaat voor audiocompressie. Met behulp van MP3 kan een bestand tot een tiende van de normale grootte worden gecomprimeerd.
Bediening van de MP3/WMA-speler Media Media die MP3/WMA kunnen afspelen zijn onder andere CD-R's en CD-RW's. In vergelijking met de CD-ROM's die voor audio-CD's worden gebruikt, zijn CD-R's en CD-RW's gevoelig voor hoge temperaturen/hoge vochtigheid, waardoor er gedeeltes van de CD-R's en CD-RW's onafspeelbaar kunnen worden. Vingerafdrukken en krassen op de CD kunnen hem onafspeelbaar maken of sprongen bij het afspelen veroorzaken.
Bediening Bestandsnamen Alleen bestanden met de MP3/WMA bestandsextensies ".mp3" en ".wma" kunnen als MP3/WMA worden afgespeeld. Let erop MP3 bestanden met de ".mp3" bestandsextensie op te slaan. Let erop WMA bestanden met de ".wma" bestandsextensie op te slaan. Het maakt niet uit of de letters "MP" of "WMA" als hoofdletter of als kleine letter worden geschreven. Let op! Als er een ".mp3" of ".
Bediening van de MP3/WMA-speler ● Let op! ● • Als er normale muziekbestanden (CD-DA) en MP3/WMA muziekbestanden op dezelfde CD staan, worden de normale bestanden afgespeeld. Druk langer als een seconde op knop [3] om naar de MP3/WMA muziekbestanden te luisteren. Naar MP3/WMA bestanden luisteren 1 In de CD-afspeelmodus wisselen. Let op! • Er kunnen onderbrekingen bij het afspelen optreden als er krassen of vuil op de CD zitten. • Er kunnen maar twee CD-wisselaars worden aangesloten.
Bediening Naar de volgende of vorige map springen 1 Druk op knop [1 ] of [2 Het begin van de bestanden afspelen (SCAN) 1 ] Druk kort op de knop om de eerste 10 seconden van iedere song in de layer van de map die wordt afgespeeld te horen. Knop [1 ]: Kies de vorige map Knop [2 ]: Kies de volgende map. Als u de knop ingedrukt houdt totdat er [FOLDER SCAN] wordt weergegeven, speelt de unit de eerst 10 seconden van de eerste song van elke map.
Bediening van de MP3/WMA-speler Bestanden in toevallige volgorde afspelen (RANDOM) 1 Titelweergave 1 Druk op de [6 RAND] knop. Druk kort op de knop om alle bestanden willekeurig af te spelen die zich in dezelfde layer bevinden als de map die wordt afgespeeld. Als u de knop 2 seconden ingedrukt houdt en [ALL RANDOM] verschijnt, worden alle bestanden in alle mappen willekeurig afgespeeld. Druk om af te breken, nogmaals op de [6 RAND] knop.
Bediening Bediening van de Memory Stick-speler Over Memory Sticks • Stel Memory Sticks niet bloot aan statische elektriciteit en elektrische bronnen. Dit om te voorkomen dat gegevens op de stick verloren gaan. • Ter bescherming van de speler, stopt deze automatisch met spelen als er zich een probleem voordoet. Als de speler het na het volgen van de instructies op het scherm nog steeds niet doet, vraag dan om advies aan de verkoper van uw speler.
Bediening van de Memory Stick-speler • Gebruik geen Memory Sticks met loszittende of aangehechte labels. • Berg memory sticks veilig op, vrij van direct zonlicht en vocht, dit om te voorkomen dat de sticks onbruikbaar worden. • Bewaar Memory Sticks in de beschermende verpakking gedurende transport en opslag VI • Raak de contacten niet met uw handen of met metaal-achtige voorwerpen aan. • Trek bij het uitnemen de Memory Stick recht uit de opening.
Bediening • Als er al een MG Memory Stick in de gleuf zit, druk dan de [DISC MS] knop om in de Memory Stick modus te wisselen. Naar de MG Memory Stick luisteren Let op! 1 Druk langer dan een seconde op de [CD ] knop. Het frontpaneel gaat open. 2 Schuif een MG Memory Stick in de Memory Stick gleuf. Druk nooit op de [CD ] knop terwijl er een MG Memory Stick wordt ingevoerd. Dit kan letsel veroorzaken en schade aan het frontpaneel. 3 Druk minder dan een seconde op de [CD ] knop.
Bediening van de Memory Stick-speler ATTENTIE! • De naam van de artiest en de muziektitel (track titles) kunnen worden weergegeven als ze op de MG Memory Stick zijn opgenomen. Er kunnen t/m 10 tekens (1 byte alfanumeriek en symbolen) worden weergegeven. • Muziekbestanden die met MP3/ WMA of ATRAC3 Plus zijn opgenomen, kunnen niet worden weergegeven. 1 Draai de [SEL] knop naar links of rechts. Naar rechts draaien: Volgende track. Terug naar het begin van de track die (Draai opnieuw voor speelt.
Bediening Tracks in willekeurige volgorde afspelen (RANDOM) 1 Druk op de [6 RAND] knop om de track willekeurig af te spelen. De MG Memory Stick formatteren (quick format) De MG memory geformatteerd. Druk om af te breken, nogmaals op de [6 RAND] knop. 1 stick kan worden Druk kort op de [FUNC] knop. De Function modus is geactiveerd. ATTENTIE! • Druk, tijdens willekeurige weergave op de [5 RPT] knop, om de track die speelt opnieuw te horen.
Bediening van de Memory Stick-speler De Memory Stick uitwerpen ATTENTIE! • Schakel de voeding niet aan/uit aan het deck of via het contactslot tijdens het formatteren. Als de procedure wordt onderbroken kunnen de bestanden worden beschadigd. • Bij het formatteren van de Stick, zullen alle opgeslagen bestanden worden gewist. (Inclusief de veiligheidsen geluidskwaliteitsdata). • Nieuwe MG Memory Sticks voor gebruik formatteren.
Bediening Bediening van de tuner FM ontvangstkenmerken Over het algemeen biedt FM een veel betere klankkwaliteit dan AM. FM en FM stereo hebben met andere karakteristieke problemen te kampen die AM niet kent. FM is moeilijker te ontvangen dan AM in een bewegend voertuig. Het volgende geeft uitleg over wat er van FM ontvangst kan worden verwacht en hoe er bevredigende resultaten mee kunnen worden bereikt.
Bediening van de tuner Het ontvangstgebied van FM zenders Zendmast 100 meter hoog effectief stralingsvermogen 1kW FM stereo autoradio 20 km FM mono autoradio 50 km Een ontvanger in een woning kan ook zwakke FM stereo-signalen ontvangen m.b.v. een hoge richtingsantenne of een ultragevoelige antenne. In een bewegend voertuig is het gebied waarin een goede ontvangst mogelijk is, beperkt.
Bediening ATTENTIE! • Het is soms moeilijk de optimale ontvangst te handhaven omdat de antenne aan uw auto continu in beweging is (in verhouding tot de zendmast) en het ontvangen signaal dus voortdurend varieert. Andere factoren die de ontvangst beïnvloeden, worden veroorzaakt door natuurlijke obstakels, verkeersborden, enz. Afstemmen op een zender Druk eerst op de [FM AM] knop om de tuner te gebruiken. Er zijn automatische en handmatige methodes om zenders in het geheugen op te slaan.
Bediening van de tuner ATTENTIE! Let op! • Door op de voorkeuzetoetsen ([1] tot [6]) te drukken kunt u direct naar een zender springen. De frequentie van de gekozen zender wordt weergegeven. • Als er een nieuwe zender in het geheugen wordt opgeslagen, wordt de vorige zender gewist. • Als er minder dan zes zenders worden ontvangen, blijven de vorige zenders opgeslagen.
Bediening De ontvangstgevoeligheid van het automatisch scannen U kunt de ontvangstgevoeligheid van het automatisch scannen naar zenders aanpassen. De twee gevoeligheidsmodussen van het deck zijn de AUTO modus en de DX modus. AUTO modus Tijdens het automatisch scannen wordt er automatisch voor een van de twee ontvangstgevoeligheidsmodussen gekozen. De ontvangstgevoeligheid staat eerst op het lage niveau, zodat alleen sterke zenders worden ontvangen.
Bediening van de tuner Als zowel TP als TA op ON (aan) staan: Verkeersinformatie ontvangen Als er een zender met verkeersinformatie wordt ontvangen, licht de [TA]-indicatie op. Het TP (traffic program verkeersprogramma)/TA (traffic announcement - verkeersbericht) instellen 1 Als de verkeersberichten niet meer kunnen worden ontvangen, begint de [TA] indicatie te knipperen. Draai aan de [TA] knop en kies een item.
Bediening PTY (programmatype) instellen ATTENTIE! • Als de TP-functie aan staat (ON), zoekt de unit alleen naar zenders met verkeersinformatie. Als er verkeerinformatie wordt ontvangen maar het signaal een bepaalde tijd lang zwak blijft, begint de [TP] of [TA] indicatie te knipperen. Als u op de [ ] of [ ]-knop drukt terwijl de unit in FM-modus staat, verschijnt er [TP SEEK] op het display en de unit begint verkeersinformatie te zoeken.
Bediening van de tuner PTY SEEK instellen 1 Druk langer dan een seconde op de [PTY]-knop terwijl het RDSzendergenre wordt weergegeven. Door vaker op de [FUNC]-knop te drukken, kunt u uit de volgende opties kiezen: NEWS ➔ SPORTS ➔ TALK ➔ POP ➔ CLASSICS ➔ NEWSwww ATTENTIE! • Als er een PTY31-signaal wordt ontvangen, verschijnt er [ALARM] op het display en de nooduitzending wordt weergegeven.
Bediening Gebruik van de afstandsbediening Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik van de afstandsbediening • Wees voorzichtig met de afstandsbediening, hij is licht en klein. Als hij valt kan hij kapot gaan, de batterij kan leeglopen of een storing veroorzaken. • Vermijd contact met vochtigheid, stof en water. Stel de afstandsbediening niet bloot aan schokken. • Berg de afstandsbediening niet in de buurt van hittebronnen op, zoals op het dashboard of dichtbij de verwarming.
Gebruik van de afstandsbediening De voeding aan- en uitzetten Afspeelmodussen wisselen Als de voeding (power) wordt aangezet, speelt de unit hetzelfde af als voor het uitzetten (radio of cd bijvoorbeeld). 1 1 Druk op de [MODE] knop. Druk op de knop om de afspeelmodus te wisselen in deze volgorde: Druk op de [PWR] knop. Als er op de knop wordt gedrukt gaat de voeding (power) aan of uit. Tuner ➔ Disk ➔ AUX ➔ Tuner www ATTENTIE! ATTENTIE! Als de hoofdunit uit is, werkt de afstandsbediening niet.
Bediening Een station kiezen (handmatig of automatisch) 2 Als er een of twee CD-wisselaars zijn aangesloten, druk dan op de [BAND] of [DISC] knop om de modus te wisselen van CD-speler ➔ CD-wisselaar 1 ➔ CD-wisselaar 2. Als één van de afspelers niet geladen is, wordt hij overgeslagen. Met een korte druk op de knop kunt u de zenders handmatig instellen. Als u de knop meer dan een seconde ingedrukt houdt, begint de automatische afstemming. 1 Druk op de [ knop.
Gebruik van de afstandsbediening Vooruit naar de volgende track (bestand) of terug naar het begin van de track (bestand) die speelt MP3/WMA afspelen Diskmodussen wisselen 1 1 Druk op de [DISC] knop. De diskmodus is geactiveerd. 2 Druk op de [BAND] of [DISC] knop. Als er een of twee CD-wisselaars zijn aangesloten, druk dan op de [BAND] of [DISC] knop om de modus te wisselen van CD-speler ➔ CD-wisselaar 1 ➔ CD-wisselaar 2. Als één van de afspelers niet geladen is, wordt hij overgeslagen.
Bediening De batterij vervangen Let op! • Neem batterijen nooit in de mond. Waarschuwing Berg batterijen buiten bereik van kinderen op om ongevallen te voorkomen. Als een kind toch een batterij heeft ingeslikt, direct medische hulp opzoeken. Gebruik twee AAA batterijen. 1 Verwijder het deksel van de afstandsbediening door er behoedzaam op te drukken en in de richting van de pijl te schuiven. 2 Stop de twee batterijen in hun vakje zoals in het vakje aangeduidt.
ESN bedieningsprocedure beveiliging ESN bedieningsprocedure beveiliging Over ESN Dit deck is voorzien van ESN (Eclipse Security Network). Een voorgeregistreerde muziek CD (Key CD), veiligheidscode met vier getallen of een Memory Stick waarmee niet alle unitfuncties werken, zelfs niet door het schakelen naar de ACC of ON-positie of de batterijen opnieuw plaatsen na de schakelaar uit gezet te hebben of door het uitnemen van de batterijen tijdens spelen.
Verscheidene instellingen Gebruik van de ESN (Key CD) beveiliging Programmeren van de Key-CD te programmeren Hoe het beveiligingstype te wisselen (Key CD beveiliging/ Memory Stick beveiliging) U kunt kiezen tussen de verschillende beveiligingsstanden (Key CD beveiliging of Memory Stick beveiliging). De fabrieksinstelling is ingesteld op het gebruik van de Key CD-beveiliging. 1 Controleer of de unit standby staat.
ESN bedieningsprocedure beveiliging ATTENTIE! 4 • Als er een probleem ontstaat met de CD, verschijnt een [ERR] boodschap voor twee seconden, de CD wordt vervolgens uitgeworpen. De CD opnieuw invoeren. • Als een CD tot tweemaal toe een [ERR] melding veroorzaakt, verschijnt er twee seconden lang [CHANGE]. Probeer een andere CD. • Alleen lezen-CD's en MP3/WMA CD-ROM's kunnen niet gebruikt worden voor het programmeren van Key-CD-beveiliging.
Verscheidene instellingen Hoe terug te gaan naar normale bediening (ESN beveiliging uit) Wat gebeurt er als er een verkeerde CD ingebracht is? Als de voeding eraf gaat wanneer de ESNbeveiliging actief is (een Key CD is geprogrammeerd), is bediening niet mogelijk totdat de voeding weer is aangesloten en de unit ontgrendeld. Volg deze procedure om terug te gaan naar normale bediening. 1 2 Als de voeding wordt aangezet nadat de accu los is geweest, zal er twee secondes lang een [SEC] melding verschijnen.
ESN bedieningsprocedure beveiliging ● Let op! ● Als na 5 pogingen de juiste Key CD niet ingevoerd is, laat het display [CALL] zien; de unit moet dan terug naar Eclipse om te worden gereset. Neem in dat geval contact op met uw Eclipse-dealer voor assistentie. Gebruik van de ESN (Memory Stick) beveiliging Een beveiligingscode opnemen De Key CD wordt makkelijk vergeten. Maak daarom een notitie van de albumnaam (Zie pagina 322). 1 Controleer of de unit standby staat.
Verscheidene instellingen 4 Voer een beveiligingscode in door op de volgende knoppen te drukken [1] tot [4]. De beveiligingsfunctie opheffen door het invoeren van de beveiligingscode. Voer een beveiligingscode met vier letters/getallen in, 0 tot 9 en A tot F. Het nummer op het display verandert in oplopende volgorde telkens als de knop wordt ingedrukt. Elke knopnummer (1 tot 4) correspondeert met elk getal/letter (eerste tot vierde) van de beveiligingscode.
ESN bedieningsprocedure beveiliging Opheffen van de beveiligingsfunctie met de Memory Stick ATTENTIE! 1 Controleer of de unit standby staat. 2 Houd de [1] knop ingedrukt, druk dan op [FUNC] knop, en houd beide knoppen meer dan een seconde ingedrukt. • Als er een leesfout optreedt of er wordt een verkeerde Memory Stick ingevoerd, verschijnt [ERR] op het display voor twee seconden en dan [EJECT]. Haal in dit geval de Memory Stick er even uit en doe hem er opnieuw in.
Verscheidene instellingen Hoe terug te gaan naar normale bediening (ESN beveiliging uit) ATTENTIE! Als de voeding eraf gaat wanneer de ESNbeveiliging actief is (een beveiligingscode is geprogrammeerd), is bediening niet mogelijk totdat de voeding weer is aangesloten en de unit ontgrendeld. Volg deze procedure om terug te gaan naar normale bediening.
ESN bedieningsprocedure beveiliging Opheffen van de ESN beveiliging met de Memory Stick 1 Als de batterij is ingebracht en het deck aan staat, verschijnt er twee seconden lang [SEC] op het display. Hierna verschijnt het [- - - -] (beveiligingscodeinvoerdisplay). 2 Druk op de [DISC MS] knop. [MS] verschijnt op het display. Als u de [DISC MS] knop nogmaals indrukt, springt het display terug op [----] (beveiligingscodeinvoerdisplay).
Verscheidene instellingen Wat doen als een Memory Stick of beveiligingscode niet functioneert? 1 Bediening van de ACC beveiliging Na de 5e poging laat het display vijf secondes lang [HELP]zien. Na de [HELP] melding, verschijnt het serienummer op het display. ACC beveiliging houdt het gebruik van de Memory Stick beveiliging in, om een beveiligingscode op te nemen waardoor er na het in OFF zetten van de contactsleutel en dan in ACC, de bediening niet meer mogelijk is.
ESN bedieningsprocedure beveiliging Het aan-/uitzetten van de beveiligingsindicator. Wanneer de ESN beveiliging is geactiveerd, knippert het indicatielampje als de auto van het contact af is, ten einde potentiële dieven te waarschuwen dat de unit beveiligd is. Indien u dit niet wenst, kan deze functie uitgeschakeld worden. 1 2 Houd, terwijl de unit in standby staat, de [FUNC] knop ingedrukt, druk dan op [2], en houd beide knoppen meer dan twee seconden ingedrukt. [IND. FLASH] of [IND.
Verscheidene instellingen Frontpaneel verwijderen Het frontpaneel bevestigen Frontpaneel verwijderen Het frontpaneel van de unit kan verwijderd worden. 1 Het linker gedeelte van het frontpaneel dient vast te haken aan de unit. Als u het frontpaneel meeneemt als u de auto verlaat, voorkomt u diefstal van de unit. Het frontpaneel verwijderen 2 1 Schaken de voeding (power) uit. 2 Druk op de [Release] knop. Het rechter gedeelte frontpaneel komt los.
Bediening van de AUDIO CONTROL Bediening van de AUDIO CONTROL Loudness control activeren V Het volume aanpassen 1 Draai de [AUDIO CONTROL] knop naar links of rechts. Draaien verhogen. naar Loudness control kan worden aangezet om de lage en hoge frequenties bij zacht geluid te versterken. Loudness compenseert de schijnbaar zwakke lage en hoge frequenties bij laag volumeniveau door het niveau van de lage en hoge tonen te verhogen. rechts:volume Draaien naar links:volume verlagen.
Verscheidene instellingen Tussen audio-regelmodussen wisselen Verschillende audio-regelmodussen kunnen fijner worden afgestemd via deze procedure. 1 Druk korter dan een seconde op de [AUDIO CONTROL] knop om het item te kiezen dat u wilt aanpassen.
Bediening van de AUDIO CONTROL Voorbeeldinstellingen: Het volume van de originele FM modus (standaardwaarde: 40) wordt als referentie genomen om de verschillende volumeniveaus van de audiomodussen op te slaan.
Verscheidene instellingen Bediening van de klankaanpassingsmodus Over de klankaanpassingsmodus Dit deck is uitgevoerd met twee verschillende klankaanpassingsmodussen: de normale en de Promodus. In de normale modus kunnen de akoestische eigenschappen binnenin het voertuig met relatief eenvoudige middelen worden aangepast. De modus komt overeen met een normaal geluidssysteem met speakers voorin, achterin en een subwoofer.
Bediening van de klankaanpassingsmodus Parametrische equalizer Het interieur van een auto, de stoelen en de ruiten, bestaan uit verschillende materialen en omdat deze materialen het geluid verschillend absorberen en reflecteren, kunt u de pieken en dalen van het frequentiespectrum in het interieur met de equalizer aanpassen en compenseren.
Verscheidene instellingen Time alignment In hifi-systemen in auto's zijn de speakers in verhouding tot de luisteraar zodanig geplaatst, dat de afstanden tot de luisteraar van de linker en de rechter speaker altijd verschillen. Dit afstandsverschil heeft tot gevolg dat de tijd die het geluid nodig heeft om bij de luisteraar aan te komen voor iedere speaker verschilt. Dit heeft tot gevolg dat de fases van de speakers (biases) elkaar storen en het geluid daardoor onnatuurlijk en 'bekrompen' klinkt.
Bediening van de klankaanpassingsmodus -3 dB Basbereik 20 Hz Middenbereik fc1(LPF) fc2(HPF) Hogetonenbereik fc3(LPF) fc4(HPF) 20 kHz fc*: Afsnijfrequentie Als bijvoorbeeld de frequenties onder de afsnijfrequentie toenemend sterker worden getemperd in plaats van helemaal niet afgespeeld. De functie waarmee de 'helling' wordt aangepast is bedoeld als aanpassingsmogelijkheid van deze dempingskarakteristieken.
Verscheidene instellingen Multi-harmonizer Als de oorspronkelijke geluidssignalen in het MP3/WMA en Memory Stick (ATRAC3) formaat worden omgezet, worden de frequentiebereiken die normaal gesproken voor het menselijk oor niet hoorbaar zijn, gecomprimeerd. De multi-harmonizer kan worden gebruikt om de weergave van deze gecomprimeerde geluidssignalen weer zo origineel mogelijk te laten klinken en zodoende een helder en krachtig geluid te produceren.
Bediening van de klankaanpassingsmodus SRS Circle Surround II (CS II) Het systeem produceert surround sound door de combinatie van SRS TruBass, dat de verschillen tussen twee frequenties gebruikt om lage tonen te versterken en SRS Circle Surround dat m.b.v. 2-kanaal (li/re) correlatie het geluid expandeert. Bediening in de normale modus CSII modussen instellen Druk op de [SOUND] knop.
Verscheidene instellingen ATTENTIE! 5 Als de CS II modus is ingesteld (niet op OFF), zijn de BAL (balans) en FAD (fader) instellingen niet meer bereikbaar. Houd knop [ ] of [ ] ingedrukt. Hiermee past u het frequentieniveau aan. [ ] knop: Verhoogt het niveau. [ ] knop: Verlaagt het niveau. Aanpassing parametrische equalizer (PEQ)) De parametrische equalizer frequentiebereiken aan. past 7 1 Draai aan de [SEL] knop en kies PEQ. 2 Druk op de [SEL] knop.
Bediening van de klankaanpassingsmodus Kies een equalizermodus uit het geheugen Meten/weergeven van frequentiekarakteristieken ATTENTIE! Voor meer informatie over de bediening, neem dan contact op met de winkelier. Druk op een voorkeuzetoets om de opgeslagen equalizermodus te selecteren. De knoppen waarmee de equalizermodussen in het geheugen worden opgeslagen worden voorkeuzetoetsen genoemd. 1 Draai aan de [SEL] knop en kies PEQ. 2 Druk op de [SEL] knop.
Verscheidene instellingen 4 Druk korter dan twee seconden op knop [AUDIO CONTROL]. Na een druk op de knop, begint de 10 seconden countdown. Verlaat de auto nu. 8 De speakers gaan 'pink noise' weergeven en de meting van de frequentiekarakteristieken begint. Tijdens het meten verschijnt er [MS] op het display. Als de metingen zijn afgesloten verschijnen de meetresultaten op het display. U kunt het volume aanpassen (met de [AUDIO CONTROL] knop) en de meting herhalen terwijl er een meting wordt uitgevoerd.
Bediening van de klankaanpassingsmodus Instelling positiekeuze (POSITION) ATTENTIE! 2 Druk op de [SEL] knop. De modus wisselt nu naar de positiekeuzemodus. Draai aan de [SEL]-knop en kies de instelling.
Verscheidene instellingen Druk op de [SOUND] of [RTN] knop om de klankaanpassingsmodus te verlaten. ATTENTIE! Als de speakers voorin in het dashboard zijn gemonteerd, kunt u de tweeters op "Dash" instellen, ook als er geen tweeter geïnstalleerd is. Hogetonen-instellingen (Tweeter) U kunt hier de plaats van de tweeters uitkiezen en of er überhaupt een tweeter is geïnstalleerd, waardoor u automatisch optimale time alignment-instellingen kunt bereiken. 1 Turn the Tweeter.
Bediening van de klankaanpassingsmodus 7 Druk op de [SOUND] of [RTN] knop om de klankaanpassingsmodus te verlaten. ATTENTIE! Als er geen woofer is aangesloten, stel de helling (slope adjustment) dan op "PASS". (Als de helling (slope) in een andere instelling als PASS, wordt de lage frequentie niet meer door de speakers weergegeven.
Verscheidene instellingen Draai aan de [SEL]-knop en kies de instelling. Als u aan de knop draait, veranderen de instelpunten in deze volgorde, waarbij het geselecteerde item gemarkeerd is: ➔ www OFF (UIT) ➔ UITwww ➔ Hi ➔ 3 3 REVERSE: Omgekeerde fase ➔ Laag 4 ➔ Hi: hoge effectiviteit 5 6 Druk op de [RTN] knop. U kunt nu nog andere aanpassingen in de normale modus voornemen. 6 Druk op de [RTN] knop. U kunt nu nog andere aanpassingen in de normale modus voornemen. Druk op de [SEL] knop.
Bediening van de klankaanpassingsmodus 6 Druk op de [SOUND] of [RTN] knop om de klankaanpassingsmodus te verlaten. 8 Het gekozen bestand wordt aan de gekozen knop toegewezen. Als u een CD-R heeft gebruikt, wordt hij automatisch uitgeworpen na het wegschrijven. Het display toont weer het bestandskeuzescherm. Sound data importeren De geluidsdata die u op de website heeft aangepast kunt u op een Memory Stick of CDR kopiëren en van daar naar het deck.
Verscheidene instellingen Draai aan de [SEL]-knop en kies een instelling. Als u aan de knop draait, veranderen de instelpunten in deze volgorde, waarbij het geselecteerde item gemarkeerd is: Als de speakerconfiguratie op 4SP + SW is ingesteld, kan de parametrische equalizer worden ingesteld op vijf banden voor de speakers voor- en achterin (10 banden in totaal). De frequenties die voor iedere band kunnen worden ingesteld worden hieronder vermeld.
Bediening van de klankaanpassingsmodus Er zijn 10 frequentiebanden achter & voor (5 + 5) beschikbaar in de parametrische equalizer. De parametrische equalizer heeft twee kanalen: Front & Rear. 3 Telkens als u op de knop drukt, verschijnt het volgende in deze volgorde: Een toegewezen frequentie is wit gemarkeerd en kan niet tegelijkertijd anders worden geprogrammeerd (Zie pagina 295).
Verscheidene instellingen 5 Houd knop [ ] of [ 10 ] ingedrukt. Hiermee past u het frequentieniveau aan. 6 [ ] knop: Verhoogt het niveau. [ ] knop: Verlaagt het niveau. MIDDEN TOT VLAK Herhaal 3 tot de 6 Als u de software wilt updaten, druk op de [AUDIO CONTROL]-knop om de frequentiekarakteristieken te meten en weer te geven. 3-WEG instellingen voor speakerconfiguratie Mid-band (Group-1) parametrische instellingen op 5 banden met 25 frequenties.
Bediening van de klankaanpassingsmodus Gekozen banden worden grijs afgebeeld in het schema om aan te duiden hoe ze zijn ingesteld en dat ze niet meer beschikbaar zijn.
Verscheidene instellingen ATTENTIE! • Als het niveau van de naburige frequenties op maximum staat, zal dit vervorming veroorzaken. • Pas de PEQ aan om de frequentieniveaus gelijkvormig te maken. Het is het meest zinvol de bereiken met de grootste geluidsdruk (pieken) aan de bereiken met lage geluidsdruk aan te passen. 6 Druk op knop [6] om het Q curvepatroon te selecteren.
Bediening van de klankaanpassingsmodus Time alignment-instellingen (Time Alignment) 4 Door de aanpassingen aan de vertraging en het geluidsniveau van iedere speaker kunt u de nadelen van de verschillende posities van de speakers t.o.v. de luisteraar compenseren. 1 Draai aan de [SEL] knop en kies Time Alignment. 2 Druk op de [SEL] knop. 3 Draai aan de [SEL]-knop en kies een instelling. De vertraging kan worden ingesteld in een bereik van 0,0 tot 10,0 ms., in 0,1 ms. stappen.
Verscheidene instellingen 5 Pas het volume van de speakers aan door op de [ ] of [ ]knoppen te drukken. 3 Het volume van iedere speaker kan worden aangepast in een bereik van 0~-30 dB, - . [ [ 6 ] knop: Verlaagt het niveau. de andere passen. 7 Als de speakerconfiguratie ingesteld op 4SP + SW: F(Front) ➔ R(Rear=achterin) W(Woofer) ➔ F(Front)www ] knop: Verhoogt het niveau. Herhaal stappen 3 t/m speakers 5 om aan te U kunt nu nog andere aanpassingen in de pro-modus doen.
Bediening van de klankaanpassingsmodus [ ] knop: De helling wordt minder steil. [ ] -knop: De helling wordt steiler. De helling kan worden ingesteld op "PASS", "6 dB/oct", "12 dB/oct", "18 dB/oct" of "24 dB/oct". Multi-harmonizer instellingen (Harmonizer) Deze functie maakt gebruik van harmonische synthese om het hoogfrequente component dat bij de compressie verloren is geraakt weer te herstellen om een frisser geluid te produceren bij de weergave van MP3 /WMA en Memory Stick (ATRAC3).
Verscheidene instellingen Selectie van de non-fader fase (Non-F Phase) Non-fader uitgang Het samensmelten van het geluid van de speakers voor- en achterin en de woofer kan worden verbeterd door de fase in te stellen. Stel een fase in die de speakers laat harmoniëren. 1 Draai aan de [SEL]-knop en kies Non-F Phase. 2 Druk op de [SEL] knop. 3 4 De non-fader uitgang kan stereo of mono zijn. Selecteer de methode die bij het subwoofersysteem past dat is aangesloten. 2 Druk op de [SEL] knop.
Bediening van de klankaanpassingsmodus 3 Draai aan de [SEL]-knop en kies een instelling. 3WAY: 3-weg speakersysteem 4SP + SW: 4 speakers en een subwoofer 4 Druk langer dan vijf seconden op de [SEL]-knop. 5 De bevestiging van de speakerconfiguratie wordt weergegeven. Als de speakerlayout OK is, druk dan op [SEL]. Druk op de [RTN]-knop om naar het speakerconfiguratiescherm terug te keren. 6 De Custom Mode kiezen De waardes (PEQ, time alignment, crossoverwaarde) kunnen m.b.v.
Verscheidene instellingen Instellingen wijzigen met de display-aanpassing Het bewegende beeld veranderen Hiermee kunt u de helderheid van het display en de kleur van de knoppenverlichting aanpassen en het display aan en uit zetten. 1 Druk minder dan een seconde op de [DISP] knop. De displayaanpassingsmodus verschijnt. U kunt een van de opgeslagen bewegende beelden kiezen om het op het display weer te geven. Het deck heeft drie verschillende bewegende beelden.
Instellingen wijzigen met de display-aanpassing Helderheid aanpassen De verlichtingskleur wijzigen Stel de displayhelderheid op het hoogste niveau in. U kunt op de volgende manier de kleur van de knoppenverlichting wijzigen: 1 Draai aan de [SEL] knop en kies Bright. 1 Draai aan de [SEL]-knop en kies ILL. 2 Druk op de [SEL] knop. 2 Druk op de [SEL] knop. Het scherm voor de wijziging van de verlichtingskleur verschijnt. De modus wisselt nu naar de verlichtingsaanpassing.
Verscheidene instellingen Het display uitzetten 6 U kunt het display als volgt aan- en uitzetten. 1 Draai aan de [SEL] knop en kies ON/OFF. 2 Druk op de [SEL] knop. Het scherm waarin het display kan worden aan- en uitgeschakeld verschijnt. ATTENTIE! Het scherm waarin het display kan worden aan- en uitgeschakeld verschijnt. 3 Draai aan de [SEL] knop en kies ON of OFF. Het gekozen item is gemarkeerd. 4 Druk op de [SEL] knop. De gekozen instelling is in werking gesteld.
Instellingen wijzigen met de display-aanpassing DISP schermen importeren Motion Picture-bewegende beelden die zijn gedownload van de Eclipse webdiensten kunnen worden geïmporteerd om de standaard bewegende beelden te vervangen. Volg de aanwijzingen van de Eclipse webdiensten om Motion Picture-bewegende displaybeelden te downloaden. Nadat u de data op uw pc heeft gedownload kunt u ze op een Memory Stick of CD-R kopiëren en van daar naar het deck. (URL: http://www.eclipse-web.
Verscheidene instellingen 1 Draai aan de [SEL]-knop en kies Disp Data. 2 Druk op de [SEL] knop. 10 [OK?] verschijnt op het display. 11 De Disp Data modus is geactiveerd. 3 Draai aan de [SEL]-knop en kies het mediatype. 4 Druk op de [SEL] knop. • Als u een CD-R gebruikt: het frontpaneel opent automatisch; als er al een CD inzat, wordt deze automatisch uitgeworpen.
Instellingen wijzigen met de display-aanpassing • Schakel de voeding niet aan/uit aan het deck of via het contactslot tijdens het importeren van bestanden. Als de import wordt onderbroken kunnen de bestanden worden beschadigd. • Als de bestanden van een CD-R worden geïmporteerd kan de procedure erg lang duren als er nog andere gegevens op de CD-R staan.
Verscheidene instellingen Instellingen wijzigen met de Function modus De systeemgeluiden afzetten (bij bediening met de knoppen) Verscheidene aangepast. 1 instellingen kunnen worden Druk kort op de [FUNC] knop. Af fabriek is de receiver geprogrammeerd met systeempiepjes als er op de knoppen wordt gedrukt. Dit kenmerk kan worden afgezet op de volgende manier: De Function modus is geactiveerd.
Instellingen wijzigen met de Function modus Klok display aan/uit Tijd instellen Schakelt de klok in de display ON (aan)/ OFF(uit). 1 Draai aan de [SEL]-knop en kies Clock. 2 Druk op de [SEL] knop. Deze receiver gebruikt de 12-uurs weergave. 1 Draai aan de [SEL]-knop en kies Clock Adjust. 2 Druk op de [SEL] knop. De klokaanpassingsmodus geactiveerd. De displayklok ON/OFF-modus is geactiveerd. 3 4 Draai aan de [SEL] knop en kies ON of OFF. Het gekozen item is gemarkeerd.
Verscheidene instellingen Demonstratieschermweergave wisselen 4 U kunt de demonstratieschermweergave zichtbaar of onzichtbaar maken als de voeding wordt aangeschakeld. Als de unit aan wordt gezet, verschijnen er verschillende demonstratieschermen achter elkaar, zoals audiobedieningsschermen en bewegende beelden, in deze volgorde: Als u tijdens de weergave van de demonstratieschermen op een knop drukt, stopt de weergave en het audiobedieningsscherm verschijnt.
Bediening van de receiver als er een optionele CD-wisselaar is aangesloten Bediening van de receiver als er een optionele CD-wisselaar is aangesloten Fast Forward/Rewind Snel afspelen of terugspoelen van de song die speelt. Dit hoofdstuk gaat over de bediening van een optionele CD-wisselaar die op de receiver kan worden aangesloten. Druk kort op de [DISC MS] knop om in deze modus te komen. Druk minder dan een seconde op de [DISC MS] knop.
Over de optionele unit • Als een van de volgende functies "Het begin van de tracks afspelen", "Dezelfde track herhalen" en "De tracks in toevallige volgorde afspelen" - is geselecteerd, wordt er een melding weergegeven om de lopende functie te verifiëren, zoals [SCAN], [ALL SCAN], [REPEAT], [ALL REPEAT], [RANDOM] of [ALL RANDOM]. • De willekeurige afspeelvolgordefunctie wordt niet afgezet als er een magazijn wordt uitgeworpen. Dezelfde track herhalen (REPEAT) 1 Druk op de [5 RPT] knop.
Andere Andere Draagbare audiospelers aan de AUX contactbus aansluiten Gebruik een normaal verkrijgbare kabel met de passende plug om een draagbare audiospeler aan de AUX contactbus van dit systeem aan te sluiten. 1 Schakel de draagbare audiospeler aan en laat een titel afspelen. 2 Schakel in de AUX modus door langer dan een seconde op de [DISC MS] knop te drukken. • Het volumeniveau van de apparaten die op deze manier kunnen worden aangesloten is verschillend.
Over de optionele unit De gevoeligheid van de aux-ingang aanpassen De gevoeligheid van de aux-modus kan worden aangepast. 1 Druk kort op de [FUNC] knop. De Function modus is geactiveerd. 2 Draai aan de [SEL] knop en kies AUX Sensitivity. Het gekozen item is gemarkeerd. 3 Druk op de [SEL] knop. De AUX sensitivity geactiveerd. 4 modus is Telefoonmute-functie Als er een telefoongesprek binnenkomt, wordt het volume van de audiofunctie op nul gezet.
Bij vragen: Bij vragen: [RESET] knop Controleer eerst het volgende alvorens u probeert storingen te verhelpen. Let op! Als er problemen optreden, bijvoorbeeld als de unit niet op het drukken op de knoppen reageert of het display functioneert niet meer, druk dan op de [RESET] knop met een paperclip of iets dergelijks. Een druk op de [RESET] knop wist alle ingevoerde gegevens uit het geheugen. De instellingen worden weer op de fabrieksinstellingen teruggezet.
Verdere informatie Inhoud informatie Uitleg en oplossing INFO 7 • Schakel het contact uit en weer aan alvorens de unit in werking te zetten. • Als deze toestand niet vanzelf verdwijnt, neem dan contact op met de dealer. AN INTERNAL POWER SUPPLY FAILURE IS OCCURRING LOAD De CD-wisselaar zoekt het magazijn door naar CD's nadat er een magazijn in de CD-wisselaar is gestopt.
Bij vragen: Modus Probleem Geen geluid/ zwak geluid De voeding schakelt niet aan. Gebruikelijk De afstandsbediening functioneert niet. De CD kan niet worden ingevoerd. De CD wordt meteen weer uitgeworpen. Of de CD wordt niet meer uitgeworpen. De CD kan niet worden gewisseld. Er zitten sprongen in de weergave. Het geluid wordt stotterend weergegeven Het geluid klinkt slecht. De CD kan niet worden uitgeworpen.
Verdere informatie Modus Tuner Probleem Ontvangt geen zenders of alleen maar ruis. Oorzaken Oplossing die uit te voeren is Raadpleeg pagina Is de antenne ingetrokken? Schuif de antenne uit. Is de tuner correct afgestemd op een zender? Stem op een zender af. 254 Heeft u het gebied van de voorkeuzezenders verlaten? Stem op een lokale zender af. (Er kunnen eventueel geen lokale zenders in het gebied waar u rijdt zijn.
Specificaties Specificaties Uitgangsvermogen Line out-niveau/impedantie Voeding Stroomsterkte Afmetingen (B × H × D) Klankregeling Loudness MOSFET 50 W × 4 8 V (0 dB)/55 Ω 14,4 V DC (11 - 16 V) 3A 178 × 50 × 155 mm BASS: ±12 dB bij 80 Hz MID: ±12 dB bij 630 Hz Treble: ±12 dB bij 10 kHz +10 dB bij 100 Hz/+ 6,5 dB bij 10 kHz Frequentiebereik Bruikbare gevoeligheid 50 dB Quieting Sensitivity Frequentiebereik Stereoscheiding 87,5 - 108,0 MHz (50 kHz stappen) 13 dBf 14 dBf 3
BELANGRIJK SCHRIJF HIER UW "KEY CD" OF "MEMORY STICK (SECURITY CODE)" OP... BERG UW "KEY CD" OF "MEMORY STICK (SECURITY CODE)" BIJ UW HANDBOEK OP...