Operation Manual

16
De tijd instellen:
Volg dezelfde procedure als voor het instellen van de datum.
Netwerk
Vanaf nu zoekt het toestel voortdurend naar een netwerk voor het tot stand brengen van verbin-
dingen. Als het toestel een netwerk vindt, verschijnt de naam van het netwerk op het scherm. U
kunt nu oproepen doen of ontvangen.
Als het netwerkpictogram verschijnt, zijn er oproepen mogelijk via het netwerk van uw eigen
serviceprovider. Als de letter R en de naam van een netwerk verschijnen, zijn er oproepen
mogelijk via het netwerk van een andere serviceprovider. Als de letter E verschijnt zonder
netwerknaam, zijn alleen de alarmdiensten (ambulance, politie, brandweer) toegankelijk. Als
het netwerkpictogram knippert, is het toestel in de zoekmodus. Er is geen netwerk beschikbaar
zolang het pictogram knippert. De signaalsterkte-indicator geeft aan wat de ontvangstkwaliteit
is. Als de indicator minder dan drie streepjes aangeeft, moet u zoeken naar een locatie met een
betere ontvangst om zonder storing te kunnen bellen.
Eerste oproep
Kies het nummer van degene die u wilt bellen.
Druk op de toets
.
Tijdens het tot stand brengen van de verbinding knippert het pictogram Oproep actief op
het scherm. Eventueel wordt met een geluidssignaal aangegeven of de oproep tot stand is
gekomen. Als de verbinding eenmaal tot stand is gekomen, stopt het oproeppictogram met
knipperen. U kunt het geluidsvolume aanpassen met de navigatiestick.
Aan het einde van het gesprek drukt u op de toets om de verbinding te verbreken.
Voicemail bellen
Houd in het beginscherm de toets 1 ingedrukt.
Internationaal bellen
Houd de toets 0 ingedrukt tot „+“ wordt weergegeven en toets dan zonder te wachten op de
kiestoon de landcode, het netnummer en het abonneenummer in.