Operation Manual

7
3. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
LET OP - Als de motorzaag op de juiste
manier gebruikt wordt, is het een snel,
gemakkelijk en efficiënt werktuig; als de
motorzaag niet op de juiste manier of zonder
de nodige voorzorgsmaatregelen gebruikt
wordt, kan het een gevaarlijk werktuig
worden. Opdat u altijd prettig en veilig
kunt werken de hierna in de loop van de
handleiding volgende.
WAARSCHUWING: Het
ontstekingssysteem van uw apparaat
produceert een elektromagnetisch veld
met een zeer lage intensiteit. Dit veld kan
interferentie veroorzaken met bepaalde
pacemakers. Om het risico op ernstig letsel
of overlijden zo klein mogelijk te houden
moeten personen met een pacemaker hun
eigen arts en de fabrikant van de pacemaker
raadplegen voordat ze dit apparaat
gebruiken.
Gemotoriseerde snoeizaag
Speciale motorzaag met beperkt gewicht,
ontwikkeld voor gebruik door een getrainde
bediener voor het snoeien en opsnoeien van het
bovenste deel van hoge bomen.
Getrainde bediener
Iemand die bekwaam is in en kennis heeft van:
- het gebruik en de gevaren die kunnen
ontstaan bij gebruik van een motorzaag
(voor het snoeien van bomen), die gebouwd
is volgens de eisen van de norm ISO 11681-2,
en
- de voorzorgsmaatregelen die getroffen
moeten worden om deze gevaren te
beperken, inclusief het gebruik van de
aanbevolen individuele beschermingen.
WAARSCHUWING! – Nationale
reglementeringen kunnen bepalingen
omvatten die het gebruik van de machine
beperken.
1. Gebruik de motorzaag niet, voordat U op
specifieke wijze instructies hebt ontvangen
omtrent het gebruik. De gebruiker dient eerst
te oefenen met het apparaat voordat hij of zij
het in de praktijk gaat gebruiken.
2. De motorzaag moet alleen door volwassenen
in goede lichamelijke conditie, die de
gebruiksaanwijzingen kennen, gebruikt
worden.
3. De motorzaag niet gebruiken, als u vermoeid
bent of wanneer u alcohol, drugs of
medicijnen heeft gebruikt.
4. Geen sjaals, armbanden of andere kleding,
die tussen de machine of de ketting terecht
zouden kunnen komen, dragen.
Nauwsluitende werkkleding dragen.
5. Anti-slip werkschoenen, werkhandschoenen,
oogbescherming, haarbescherming en
veiligheidshelm dragen.
6. Bij het opstarten en het gebruik van de
motorzaag niet toestaan, dat zich andere
personen binnen diens actieradius bevinden.
7. Niet met zagen beginnen, voordat het
werkterrein volledig schoon- en vrijgemaakt
is. Niet in de buurt van electrische kabels
zagen.
8. Bij het zagen altijd een stevige en veilige
houding aannemen.
9. De motorzaag alleen in heel goed
geventileerde ruimtes gebruiken, niet
gebruiken in ontplofbare, ontvlambare of
gesloten ruimtes.
10. Als de motor loopt de ketting niet aanraken
en geen onderhouds-werkzaamheden
uitvoeren.
11. Het is verboden toestellen die niet door de
fabrikant zijn geleverd, op de
stroomaansluiting van de kettingzaag aan te
brengen.
12. Houd alle etiketten met gevaar- en
veiligheidssignaleringen in perfecte conditie.
Als ze beschadigd of onleesbaar worden,
moeten ze onmiddellijk worden vervangen
(Fig. 1).
13. Gebruik de machine niet voor andere
doeleinden dan die in de handleiding
worden aangegeven (zie pag. 14).
14. Laat het apparaat niet achter met draaiende
motor.
15. Dagelijks de motorzaag controleren om zich
ervan te overtuigen, dat ieder onderdeel, al
dan niet ter bescherming, goed functioneert.
16. A ltijd onze instructies voor de
onderhoudswerkzaamheden opvolgen.
17. Geen beschadigde, slecht gerepareerde of
gemonteerde of naar eigen goeddunken
aangepaste motorzaag gebruiken. Geen
enkele veiligheidsvoorziening verwijderen,
beschadigen of uitschakelen. Alleen een
zaagblad met de in de tabel aangegeven
lengte gebruiken.
18. Nooit zelf werkzaamheden of reparaties
uitvoeren, die niet tot het normale
onderhoud behoren. Zich alleen tot