Manual

NL
- 94 -
6.9 Werksnelheden
Let bij het boren op het juiste toerental. Dit is af-
hankelijk van de boordiameter en het materiaal.
De onderstaande lijst helpt u bij het kiezen van
toerentallen voor verschillende materialen.
De opgegeven toerentallen zijn slechts richt-
waarden.
Ø boor Grijs gietijzer Staal Ijzer Aluminium Brons
3 2550 1600 2230 9500 8000
4 1900 1200 1680 7200 6000
5 1530 955 1340 5700 4800
6 1270 800 1100 4800 4000
7 1090 680 960 4100 3400
8 960 600 840 3600 3000
9 850 530 740 3200 2650
10 765 480 670 2860 2400
11 700 435 610 2600 2170
12 640 400 560 2400 2000
13 590 370 515 2200 1840
14 545 340 480 2000 1700
16 480 300 420 1800 1500
18 425 265 370 1600 1300
20 380 240 335 1400 1200
22 350 220 305 1300 1100
25 305 190 270 1150 950
6.10 Verzinkboren en centerboren
Met deze tafelboormachine kunt u ook verzinkbo-
ren of centerboren. Let er daarbij op dat het ver-
zinkboren met de laagste snelheid moet worden
uitgevoerd, terwijl voor het centerboren een hoge
snelheid vereist is.
6.11 Houtbewerking
Gelieve er op te letten dat bij het bewerken van
hout een gepaste stofafzuiging moet worden
gebruikt omdat houtstof schadelijk voor de ge-
zondheid kan zijn. Draag bij stofverwekkende
werkzaamheden zeker een gepaste stofmasker.
7. Vervanging van de
netaansluitleiding
Gevaar!
Als de netaansluitleiding van dit apparaat be-
schadigd wordt, dan moet hij door de fabrikant
of diens klantendienst of door een gelijkwaardig
gekwali ceerde persoon vervangen worden, om
gevaren te vermijden.
8. Reiniging, onderhoud en
bestellen van wisselstukken
Gevaar!
Trek vóór alle schoonmaakwerkzaamheden de
netstekker uit het stopcontact.
8.1 Reiniging
De tafelboormachine is nagenoeg onder-
houdsvrij. Hou het toestel schoon. Trek vóór
alle afstel- en onderhoudswerkzaamheid de
netstekker uit het stopcontact. Gebruik voor
het reinigen geen bijtende oplosmiddelen. Let
er goed op dat geen vloeistoffen in het toestel
terechtkomen. Vet blanke onderdelen aan
het einde van de werkzaamheden opnieuw
in. Het is aan te raden vooral de boorkolom,
blanke onderdelen van het standaard en de
boortafel regelmatig in te vetten. Gebruik voor
het invetten een in de handel gebruikelijk zu-
urvrij smeervet.
Let op: Olie en vet bevattende reinigings-
doeken alsook vetaanslag en olie horen niet
thuis in het huisvuil. Gelieve zich ervan op
een milieuvriendelijke manier te ontdoen.
Controleer en reinig regelmatig de ventilatieo-
peningen. Bewaar het toestel in een droge
ruimte. Mocht het toestel beschadigd zijn,
probeer dan niet het zelf te herstellen. Laat de
herstelling door een elektrovakman uitvoeren.
Het is aan te bevelen het toestel direct na elk
gebruik te reinigen.
Reinig het toestel regelmatig met een vochti-
ge doek en wat zachte zeep. Gebruik geen
reinigings- of oplosmiddelen; die zouden de
kunststofcomponenten van het toestel kun-
nen aantasten. Let er goed op dat geen water
in het toestel terechtkomt. Door binnendrin-
gen van water in een elektrische apparatuur
verhoogt het risico van een elektrische schok.
8.2 Onderhoud
In het toestel zijn er geen andere te onderhouden
onderdelen.
Anl_TE_BD_550_E_SPK9.indb 94Anl_TE_BD_550_E_SPK9.indb 94 16.06.2020 12:46:5816.06.2020 12:46:58