User Manual
NL
- 27 -
De machine mag slechts voor werkzaamheden
worden gebruikt waarvoor ze bedoeld is. Elk
ander verder gaand gebruik is niet reglementair.
Voor daaruit voortvloeiende schade of verwon-
dingen van welke aard dan ook is de gebruiker/
bediener, niet de fabrikant, aansprakelijk.
Wij wijzen erop dat onze gereedschappen overe-
enkomstig hun bestemming niet geconstrueerd
zijn voor commercieel, ambachtelijk of industrieel
gebruik. Wij geven geen garantie indien het ge-
reedschap in ambachtelijke of industriële bedrij-
ven alsmede bij gelijk te stellen activiteiten wordt
gebruikt.
4. Technische gegevens
Netspanning: ..................................230V ~ 50 Hz
Nominale ingangsstroom: .........................0,45 A
Nominaal opgenomen vermogen: ............... 84 W
Nominale
uitgangs-
spanning
6 V d.c. 12 V d.c
Nominale
uitgangs-
stroom “ ”
5,6 A arith.
8 A eff .
4,6 A arith.
6,5 A eff .
20-120 Ah
Nominale
uitgangs-
stroom “
”
0,55 A
arith.
0,85 A eff .
0,8 A arith.
1,2 A eff .
3,7-30 Ah
5. Vóór inbedrijfstelling
Conform de instructies van de meeste motor-
voertuigfabrikanten moet de batterij vóór het
laden van het boordnet worden gescheiden.
Wij wijzen erop dat de voertuigen in stan-
daarduitvoering reeds voorzien zijn van tal-
rijike elektronische componenten (zoals. b.v.
ABS, ASR, injectiepomp, boordcomputer).
Door eventueel zich voordoende spanning-
spieken kan schade aan de elektronische
componenten worden berokkend. Daarom
moet de batterij bij het laden van het boord-
net worden gescheiden.
Gelieve de instructies in de handleidingen
voor auto, radio, navigatiesysteem enz. in
acht te nemen.
5.1 Laden van de batterij:
•
Draai de batterijdoppen (indien aanwezig) los
of verwijder ze van de batterij.
•
Controleer het zuurpeil van uw batterij. Indi-
en nodig, vul gedestilleerd water bij (indien
mogelijk). Let op! Batterijzuur is bijtend. Zuur-
spetters onmiddellijk met veel water grondig
afspoelen, desnoods de dokter consulteren.
•
Fig. 2: Kies de laadspanning. Neem absoluut
de spanning in acht die vermeld staat op de
te laden batterij. Kies de laadstroom overeen-
komstig de symbolen.
•
Sluit eerst de rode laadkabel aan op de
pluspool van de batterij.
•
Daarna wordt de zwarte laadkabel verwijderd
van batterij en benzineleiding aangesloten op
de carrosserie.
•
Waarschuwing! Normaal gezien is de nega-
tieve accupool verbonden met de carrosserie
en gaat u om te laden te werk zoals hierboven
beschreven. In uitzonderingsgevallen kan
het mogelijk zijn dat de positieve accupool is
verbonden met de carrosserie (positieve aar-
ding). In dit geval sluit u de zwarte aardkabel
aan aan de minpool van de accu. Vervolgens
verbindt u de rode laadkabel, op afstand van
accu en benzineleiding, met de carrosserie.
•
Na het aansluiten van de batterij op de lader
kunt u de lader aansluiten op een stopcontact
met 230V~50Hz. Het aansluiten op een stop-
contact met een andere netspanning is niet
toegestaan. Let op! Door het laden kan ge-
vaarlijk knalgas vrijkomen; daarom tijdens het
laden vonkvorming en open vlam vermijden.
Explosiegevaar!
Berekening van de laadtijd ( Fig. 3):
De laadtijd wordt bepaald door de laadtoestand
van de batterij. Bij een lege batterij kan de ap-
proximatieve laadtijd door de volgende formule
worden berekend:
batterijcapaciteit in Ah
laadtijd/h =
amp. (laadstroom aritm.)
24 Ah
Voorbeeld = = 9,6 h max.
2,5 A
Anl_CC_BC_8_SPK2.indb 27Anl_CC_BC_8_SPK2.indb 27 07.03.2016 15:40:5807.03.2016 15:40:58