Bedieningshandleiding voor de eindgebruiker en de erkende vakman Systeembeheerder KKM8 10/2006 Art. Nr.
Inhoud Inhoud Bediening Notities 2 …………………………………………………. Aansluiting op het lichtnet……………….….. Garantievoorwaarden…………………..……. Functie………..……………………………….. Keuze modus…...……………………………. Werking van het modus……………………... Display in normale modus…………….…….. Veranderen van instellingen…..……………. Bedieningsmenu's…………….……………... Veranderen van instellingen.……………….. Overzicht van aanduiding / instelwaarden…. Algemene functiebeschrijvingen…...……..... Installatie en ingebruikstelling………………. ………………………………………………….
Bediening Aansluiting op het lichtnet Garantievoorwaarden Functie Aansluiting op het lichtnet Bij de aansluiting gelieve u de voorschriften van het elektriciteitsbedrijf op te volgen. De verwarmingsregelaar mag alleen door erkende installateurs worden gemonteerd en onderhouden. E Bij ondeskundige installatie bestaat er gevaar voor lijf en leven.
Bediening Keuze modus Werking van het modus Lees voor de eerste inbedrijfstelling eerst het hoofdstuk "Installatie en inbedrijfstelling". Bediening in normaal modus (gesloten bedieningsklep) Bedieningselementen Ç Veranderen van het ingestelde modus Keuze modus Door verdraaien van de knop kunt u het gewenste modus kiezen. Het gekozen modus wordt door een symbool onderin de display getoond. Deze is werkzaam indien de instellingen na 5 seconden niet veranderd wordt.
Bediening Display in normale modus Display in normale modus Toelichting A Huidige tijd B Vrije keuze van weergave (zie parameter "SCHERMWEERG") C DCF ontvangst OK (alleen bij op de eBus aangesloten ontvanger) D Bus-symbool (als dit symbool niet verschijnt, de dataleiding naar aangesloten CAN regelaars controleren => eBUS via menu AANGEVEN controleren) E Weergave van het actieve stookprogramma voor de eerste stookkring (hier: 6:00 tot 08.00 uur en 16.00 tot 22.
Bediening Veranderen van instellingen Veranderen van instellingen Voor het wijzigen of opvragen van de instelwaarden moet eerst de bedieningsklep geopend worden. => Regelaar schakelt om naar de bedieningsmodus a b Display met weergave van het huidige hoofdmenu Gaten voor het ontgrendelen van de regelaarbevestigingen. Een dunne schroevendraaier diep in de gaten steken en vervolgens de regelaar optillen.
Bediening Bedieningsmenu's Bedieningsmenu's De bediening is in verschillende menu’s ingedeeld: Algemeen – Weergeven – Gebruiker – Tijdprogramma- Monteur Bij het openen van het klepje activeert men automatisch het weergeven menu.
Bediening Veranderen van instellingen Veranderen van instellingen Hoofdmenu Submenu Algemeen Samenvatting van de ingestelde waarden Service => voor de monteur Datum/tijd/vakantie => voor de gebruiker De instelwaarden zijn in verschillende submenu’s in de bedieningsmenu’s gesorteerd; Installatie Warmwater (tapwater) Stookkring I Stookkring II Zonne / MF Weergeven Weergave van systeem van waarden (VB: voeler- gewenste waarde). Instellingen veranderen is niet mogelijk. Een bedieningsfout is uitgesloten.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Overzicht van aanduiding / instelwaarden Menu Algemeen (Hoofdmenu met Ç kiezen en met Ä openen) Datum/tijd/vakantie In dit menu zijn verschillende waarden verzameld voor een snellere toegang tot deze waarden.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden ! Niet in combinatie met TijdMeester of DCF (Radio gecontroleerde klok). Zomertijd => Instelgroep (Algemeen menu: datum/tijd/vakantie) De waarden van deze groep wordt op volgorde ingesteld. Verstellen met Ç => verder gaan met Ä ! De standaardinstelling is geldig voor Midden-Europese tijdzones. Een verandering is alleen vereist indien de datum van de tijddomschakeling door politieke besluit veranderd zijn.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Met Ä Sensortest starten, met Ç sensor (voeler) kiezen => temperatuur wordt weergegeven; met Ä Sensortest beëindigen Sensortest => Waardegroep (menu algemeen -> Service) Sensor/voeler met Ç kiezen => waarde wordt weergegeven F1 Boilerbuffervattemperatuur Onder F2 Boilerbuffervattemperatuur Midden of omgevingstemperatuur Stookkring 1 F3 Boilerbuffervattemperatuur Boven F5 Aanvoertemperatuur stookkring 2 F6 Warmwatertemperatuur boven F8 Warmtebro
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden SW NO XXX-XX (Software nummer) Weergave van het softwarenummer met index (indien problemen/vragen van regelaar ingeven) Verdere ingaven (menu algemeen=service) waarde met Ç kiezen => waarde wordt weergegeven. SW NO XXX-XX Softwarenummer met index CAS-HANDM (alleen met code-nr.) (Alleen bij cascade => servicemodus) Met Ä menu openen en met Ç brandertrap kiezen. Na selectie van de warmtebron Ä kan een vermogen voor deze WP ingesteld worden.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Menu weergeben Installatie (WP => warmtebron) met Çparameter uitkiezen ! T-BUITEN Buitentemperatuur T-EXT GEW Gewenste externe gegeven waarde (0-10V) T-COLL GEW WP / collecter gewenste gegeven waarde (cascade) T-BUITEN De gemeten buitentemperatuur wordt door de regelaar afgerond. De afgeronde temperatuur wordt weergegeven.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden ! Een weergave wordt alleen getoond, indien er een voeler is aangesloten, bijv; wanneer er een waarde in het systeem aanwezig is. Is er geen instelwaarde aanwezig, wordt er niets op het display aangegeven of Toont het display alleen - - - - -. T-WW O (boiler onder temperatuur) Temperatuur bij onderste voeler van de warmwaterboiler. T-RUIM GEW A (Hdg.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Menu gebruiker Alle instelwaarden die door de gebruiker van het systeem ingesteld kunnen worden.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Anti-legionella functie ANTILEGION = 01 => Bij iedere 20 e opwarming resp. minstens eenmaal per week op zaterdag om 01:00 uur wordt de boiler opgewarmd tot 65°C. Het is mogelijk om via de derde warmwatervrijgavetijd een eigen anti-legionella functie in te stellen. 1 X SWW (1x warmwater) 01= De boiler wordt voor een vulling vrijgegeven, bijv. voor douchen buiten de warmwatertijden.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden MODUS - - - - => Hier geldt de programmaschakelaar van de regelaar. Bij instellen van een status geldt deze alleen voor de toegewezen stookkring. Bij het instellen van de bedrijfstypen "i = paraat/UIT", en "F = zomerbedrijf" via de regelaarprogrammaschakelaar, werken deze reducerend voor alle stookkringen resp. verbruikerskringen van de totale installatie.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Overstijgt de door de regelaar gemeten en gemiddelde buitentemperatuur de hier ingestelde verwarmingsgrens, dan wordt de verwarming geblokkeerd, de pompen schakelen af en de mixers gaan open. De verwarming wordt weer vrijgegeven wanneer de buitentemperatuur 1K (=1 graad Celsius) lager is dan de ingestelde verwarmingsgrens.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden ADAPT STKL (Verwarmingscurve Adaptatie) Alleen actief bij het aansluiten van een analoge ruimtetoestel FBR (omgevingsvoeler + keuze van het modus) en een buitenvoeler. Functie voor het automatisch instellen van de verwarmingscurve. Start voorwaarden Buitentemperatuur minder dan 8 graden Celsius Modus is automatisch (I of II) Duur van de verlagingsfase tenminste 6 uur Aan het begin van de verlagingstijd wordt de huidige omgevingstemperatuur gemeten.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden START OPT (Opwarmoptimalisering) Deze functie activeert de automatische opwarmoptimalisering voor de tijd van het verwarmingsprogramma. Voorbeeld Verwarmprogramma 6:00 uur tot 22:30 uur UIT: Om 6:00 uur wordt met het verwarmen van de woning begonnen. AAN: Het stoken wordt afhankelijk van de weersomstandigheden en de huidige omgevingstemperatuur zo vroeg begonnen dat de woning om 6:00 uur de ingestelde gewenste omgevingstemperatuur net heeft bereikt.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Menu Tijdprogramma In dit menu kunnen alle tijdprogramma’s worden ingesteld. ò Klep OPEN Î = met Ç naar rechts menu opzoeken, met Ä openen Kiezen van een tijdprogramma Klep openen => "weergeven => installatie", Ç naar rechts tot klok => " GEBRUIKER” => " INSTALLATIE ” Ç naar rechts tot uur => "TIJDPROGRAM => PROG CIRCPOMP" Ç tijdprogramma kiezen => b.v.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Stookkring 1 Stookprogramma 1 => Fabrieksinstelling: Ma tot Vr.: 06:00 tot 22.00 Za tot Zo.: 07:00 tot 23:00 Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 1 Periode 2 Periode 3 Ma Di Wo Do Vr Za Zo Stookprogramma 2 => Fabrieksinstelling: Ma tot Vr: 06:00 tot 08.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Warmwater Fabrieksinstelling: Ma tot Vr: 05:00 tot 21.00 Za tot Zo: 06:00 tot 22:00 Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 1 Periode 2 Periode 3 Ma Di Wo Do Vr Za Zo Circulatie Fabrieksinstelling: Ma tot Vr: 05:00 tot 21.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Menu Monteur Installatie òKlep OPEN ÎNaar met Ç naar rechts menu zoeken, met Ä openen Aanduiding Instelbereik Standaard CODENUMMER 0000 - 9999 Invoeren De aanpassing van deze instelwaarden is pas na invoer van het code-nr. mogelijk (zie pagina 10).
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden TIJDMASTER (Alleen zonder DCF of TIJDMASTER in het systeem) 00 geen tijdmeester => elk verwarmingssysteem heeft zijn eigen tijd. 01 Regelaar is tijdmeester => Alle regelaars en afstandsbedieningen nemen de ingestelde tijd over van deze regelaar. ! Er is maximaal 1 tijdmeester per systeem toegestaan! MAX T-WP 1/2 (Max temperatuur WP) Beschermt tegen oververhitting van de WP/ verhindert het aanspreken van de veiligheidsbegrenzer (STB).
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden WP GEVONDEN (aantal WP's) Weergave van de op de BUS automatisch aangemelde warmtebronnen met busadres (ketelnummer) Installatie (alleen bij cascaden via BUS) WP gevonden Alleen aanwijzing VERM/STAP (ketelvermogen voor elke stap) Weergave van het WP-nummer en de stap => selectie met Prog-toets => invoer/instellen van het vermogen van de WP - - - - = stap / ketel niet aanwezig of niet actief Bij ketels met hetzelfde vermogen volstaat een ketelvrijgave, b
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden SCHAKELWAARDE (-99 – +99) Interne regelwaarde => alleen in schakelende cascade! Als deze waarde de "0" bereikt, dan wordt de volgende WP dichtgeschakeld (pas na afloop van de inschakelvertraging!). Als de schakelwaarde de "-0" bereikt, dan wordt de laatste WP uitgeschakeld. Bij de overschrijding met 1K van de gewenste temperatuur dan wordt eveneens de laatste ketel uitgeschakeld. BLOKKEERTIJD (huidige restwaarde) Weergave van de huidige blokkeertijd.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden CYCLUSWISSEL (tijd tot cycluswissel) Voor gebruik met tenminste 2 WP's bestaat de mogelijkheid om de volgorde van de ketel om te wisselen volgens het hier ingestelde aantal bedrijfsuren van de huidige WP van de actieve cyclus. Installatie (alleen bij cascade of 2-trapsbedrijf) BLOKKEERTIJD (inschakelvertraging voor volgende stap) Min.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden WP1 TYPE (type primaire warmtebron) 00 = geen primaire warmtebron Installatie (configuratie van de installatie) Aanduiding Instelbereik Standaard eentraps modulerend WP1 TYPE 00 - 06 06 03 = tweetraps WP schakelend (tweede trap boven A7 ) WP1 BUS 00 - 04 01 04 = twee losse WP's schakelend (tweede WP boven A7 ) meertraps schakelend (cascade via BUS) WP2 TYPE 00 - 05 00 WP2 BOILER 00 - 03 00 00, 01, 02 00 01 = eentraps WP schakelend
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden ! ! Installatie De startdag wordt niet meegeteld: Het vloerprogramma start met de gewenste temperatuur van "dag 1" en schakelt om 00.00 uur naar "dag 1" en daarna telkens om 00.00 uur naar de volgende dag. De huidige dag wordt in het programma "DROOGPROG V" door een "x" aangegeven. Aanduiding DROGING VL Na afbreken / beëindigen van de functie stookt de regelaar verder op basis van het ingestelde modus.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden LAADPMPBLOK (Laadpompblok) De vulpomp wordt pas ingeschakeld als de warmtebrontemperatuur 5K boven de boilertemperatuur komt. Zij wordt uitgeschakeld als de warmtebrontemperatuur onder de boilertemperatuur komt. Hierdoor wordt het afkoelen van de boiler door de warmtebron aan het begin van de warmwaterbereiding verhinderd. POMP-PARA (pompen parallelloop) 00 => Warmwatervoorrangsbedrijf: Bij warmwaterbereiding worden de stookkringen geblokkeerd.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden De parameters van dit menu veranderen overeenkomstig met de gekozen functies voor het verwarmingssysteem (CIRCUITFUNC). Stookkring I/II CIRCUITFUNC (functiekeuze stookkring) Door het veranderen van deze parameters wordt de regelaar opnieuw gestart. In de display verschijnt kort "RESET".
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden 01 => Pompenschakeling volgens verwarmingsgrenzen Opwarmtijd: Buitentemperatuur < ingestelde dag verwarmingsgrens+1K Afbouwtijd: Buitentemperatuur < ingestelde nacht verwarmingsgrens+1K 02=> Pompenschakeling volgens verwarmingsgrenzen Opwarmtijd: Pomp is AAN: verwarmsysteem is vrij Afbouwtijd: Pomp is UIT: verwarmsysteem is geblokkeerd 03=> continubedrijf De pomp loopt 24 uur door! Het verwarmsysteem is continu vrij.
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden Functies voor de extra relais De multi-functierelais = MF-relais zijn steeds met een basisfunctie bezet MF-1: Mengklep SK1 OPEN (FUNC RELAIS1 = 00) MF-2: Mengklep SK1 DICHT (FUNC RELAIS2 = 00) MF-3: Collectorpomp (FUNC RELAIS3 = 01) MF-4: Circulatie (tijd) (FUNC RELAIS4 = 02) Als deze basisfunctie van een MF-relais niet nodig is (configuratie van de installatie in het Installatie-menu), kan voor elk vrij relais een van de hieronder beschreven functies geko
Bediening Overzicht van aanduiding / instelwaarden 22 = Integratie van vaste brandstofketel (bijv.
Bediening Algemene functiebeschrijvingen Verwarmingssysteemregeling Weersafhankelijke regeling Over de ingestelde verwarmingscurve wordt de warmtebron – of aanvoertemperatuur aangepast aan de gemeten buitentemperatuur, zodat bij een correct berekend verwarmingssysteem in de referentieruimte ongeveer de ingestelde gewenste omgevingstemperatuur heerst.
Bediening Algemene functiebeschrijvingen Pompen naloop Na het uitschakelen lopen de circulatiepompen 5 minuten na wanneer de brander gedurende de laatste 5 minuten voor het uitschakelen ingeschakeld was. Pompen blokkeerbeveiliging De regeling verhindert het blokkeren van de pompen door te lange tijden van stilstand. Door de geïntegreerde blokkeer beveiligingfunctie worden alle pompen, die in de afgelopen 24 uur niet hebben gedraaid, dagelijks om 12:00 uur even (1 minuut) ingeschakeld.
Bediening Installatie en ingebruikstelling Installatie Montage / Demontage Principeschema: A Regelaar van opzij gezien B Schakelbord C Bevestigingsklem D Ontgrendelingsgat (zie hoofdstuk veranderen van de instelling) E Puntig voorwerp Montage van de regelaar 1. Bevestigingsklem op de wanddikte van het ketelfront instellen (aan de lin-ker en rechter kant van de regelaar): a Bevestigingsklem beneden van de regelaarwand trekken (vertanding).
Bediening Installatie en ingebruikstelling Schema van de installatie Meeste uitgebreide configuratie: WP regeling (2-traps) Warmtapwaterbereiding 2 gemengde stookkringen via BUS op afstand bediend of 1 gemengde stookkring & vaste waarde-/ zwembadregeling Retourwater voorverwarming/zonneenerge/vaste brandstof Circulatiepomp 39
Bediening Installatie en ingebruikstelling Elektrische aansluiting 230V∼; Schakelvermogen van de relais 2(2) A, 250 V∼ MT2 MT1 G 7 8 4 5 6 A1 A2 A3 A4 A5 ZZ Z N L1 L1' D1 D2 4 Bus + - L H 2 1 F17 IX 4 3 3 2 3 Aansluitingen klemmen VII (1+2): eBUS (FA) of 0-10V uitgang I (1,2,3+M): F1/F2/F3 = Buffer onder/ midden/boven I (2+3+M): FBR2 (FBR1) voor stookkring 1 I (2+M): F2 = omgevingsvoeler voor stookkring 1 I (4+5): F5 = aanvoervoeler stookkring 2 I (6+7): F6 = boilervoeler I (7+8): F8 =
Bediening Installatie en ingebruikstelling Aansluitingen netklemmen 1 N Stekker 2 [II] II 2 L1 L1' 3 v M 2 r T1 T2 v 2 3 n 4 1 2 1 2 3 4 5 A8 A9 IV A10 A11 1 M 1 v 1 2 VI A7 s T3 T 4 Stekker 4 [IV] 4 5 6 7 8 9 10 A1 A2 A3 A4 A5 A6 ZZ Z D1 D2 Stekker 6 [VI] N: L1: L1´: D 1: D 2: F: v: v: Nul Voedingssp.
Bediening F12 F11 2 V1 F14 F13 VIII 2 11 F15 3 PIN2: PIN3: FBR Stookkring 2 (omgevingsvoeler) / 0-10V IN / Licht FBR stookkring 2 (massa) FBR Stookkring 2 (gewenste waarde) / impulsteller voor opbrengst 1 2 3 IX 4 + - PIN 1: Voeler WP2 / Zonne-energie 2 / multi-functierelais 3 PIN 2: Voeler zonne-energie 1 / voeler multifunctierelais 4 2 III 1 H F17 1 SPF VF 2 H Bus 42 PIN 1: Aanvoervoeler Stookkring 1 / voeler multifunctie 1 PIN 2: Leidingwater onder voeler / voeler multifunctie 2 PIN1:
Bediening Installatie en ingebruikstelling Toebehoren De bedieningsmodule BM 8 (Alleen voor regelaartypen met CAN-Bus aansluiting) Met de regelaar kan voor elk verwarmings-groep een bedieningsmodule BM via een busleiding worden aangesloten. Door de bedieningsmodule kunnen verscheidene bedieningsfuncties en de bewaking van de installatie vanuit de woning plaatsvinden. Hierdoor wordt een hoge mate aan comfort gereali-seerd.
Bediening Installatie en ingebruikstelling Montageplaats - - In de referentie-/ hoofdwoonruimte van de stookkring (op een binnenwand in de woonruimte). Niet in de buurt van radiatoren of an-dere warmtebronnen Naar wens, als de ruimtevoeler invloed uitgeschakeld wordt. Montage Kap met schroevendraaier verwijderen. Sokkel op montageplaats bevestigen. Elektrische leidingen aansluiten. Kap weer op z'n plaats duwen.
Bediening Installatie en ingebruikstelling Maximaalbegrenzer Als een maximaalbegrenzer noodzakelijk is, dan moet deze tussen de pomp van de stookkring en de regelaarschakeluitgang voor de pomp worden aangesloten. Stekker I, klem 4 resp. 5 1 234 5 T T D1 D2 N L1 L1 Telefonische afstandsbediening Met een telefonische afstandsbediening kan de verwarming in de verwarmingsstand h worden geschakeld.
Bediening Installatie en ingebruikstelling 5KOhm NTC: AF, KF, SPF, VF 1KOhm PTC: AFS, KFS, SPFS, VFAS Temperatuur 5KOhm NTC 1KOhm PTC PT1000 -60 °C 698961 Ω 470 Ω - De regelaar werkt met 5KOhm NTC (standaard) en ook met 1KOhm PTC voelers. Het vastleggen van het voelertype wordt gedaan tijdens het inbedrijfstellen in het inbedrijfstellingdsmenu.
Bediening Installatie en ingebruikstelling Buitenvoeler AF (AFS) S Montageplaats Indien mogelijk op een wand aan de Noord- of Noordoostzijde achter een verwarmde ruimte Ca. 2,5 m boven de grond Niet boven ramen of luchtroosters Montage Deksel verwijderen. Voeler met bijgeleverde schroef bevestigen. Aanvoervoeler VF (VFAS v Montageplaats Bij ketelbesturingen in plaats van de ketelvoeler KF zo dicht mogelijk achter de ketel op de aanvoerleiding van de verwarming - Bij het werken met mengklep v ca.
Bediening Installatie en ingebruikstelling Inbedrijfstelling Procedure van het in bedrijf nemen 1. Leest u alstublieft deze handleiding voor in bedrijfsstelling aandachtig door. 2. Regelaar monteren, elektriciteit aansluiten en dan de spanning ofwel resp. de warmtebron inschakelen. 3. Wacht tot standaard aanduiding van de regelaar verschijnt. 4. Bedieningsklep openen Inbedrijfstellingsmenu Alle waarden in dit menu moeten na elkaar, zonder onderbreking, ingegeven worden.
Bediening Installatie en ingebruikstelling WP1 TYPE (type primaire warmtebron) 00 = 01 = 02 = 03 = 04 = 05 = 06 = geen primaire warmtebron eentraps WP schakelend eentraps modulerend tweetraps WP schakelend (tweede trap boven A7 ) twee losse WP's schakelend (tweede WP boven A7 ) meertraps schakelend (cascade via BUS) meertraps modulerend (cascade via BUS) WP1 BUS (aansluiting voor WP) 00 = Relais => Standaard (schakelende WE) 01 = CAN-BUS => Standaard (cascade schakelend) 02 = eBUS => WP zonder temperatuu
Bediening Installatie en ingebruikstelling 00 => Standaard verwarmingssysteem 01 => Regeling met vaste aanvoertemperaturen Tijdens de stooktijden (zie stookprogramma) werkt de stookkring met de ingestelde vaste aanvoertemperatuur [T-VO-DAG], tijdens de verlagingsperioden werkt deze met de ingestelde vaste aanvoertemperatuur [T-VO-NACHT]. 02 => Zwembadregeling (alleen voor stookkring II) Deze functie kan voor het verwarmen van een zwembad worden gebruikt.
Bediening Installatie en ingebruikstelling Functies voor de extra relais De multi-functierelais = MF-relais zijn steeds met een basisfunctie bezet MF-1: Mengklep SK1 OPEN (FUNC RELAIS1 = 00) MF-2: Mengklep SK1 DICHT (FUNC RELAIS2 = 00) MF-3: Collectorpomp (FUNC RELAIS3 = 01) MF-4: Circulatie (tijd) (FUNC RELAIS4 = 02) Als deze basisfunctie van een MF-relais niet nodig is (configuratie van de installatie in het Installatie-menu), kan voor elk vrij relais een van de hieronder beschreven functies gekozen word
Bediening Installatie en ingebruikstelling De pomp wordt ook uitgeschakeld als de temperatuur van de vaste brandstofketel 5K onder de ingestelde grenstemperatuur [MF1 T-NOM] komt. De pomp wordt weer vrijgegeven als de temperatuur van de vaste brandstofketel boven de ingestelde grenstemperatuur [T-MF1 NOM] komt. De pomp wordt ingeschakeld als de temperatuur van de zonnecollector de temperatuur bij de inlaat van de boiler (T-WW O) overschrijdt met de hysteresis (MF4 HYST + 5K).
Bediening Installatie en ingebruikstelling Systeembus Het verwarmingssysteem De regelaar kan m.b.v. een toevoegmodule, die over de integreerde BUS aangesloten kan worden, modulair uitgebreid worden. Het systeem kan in de maximale uitvoering van de regelaar de volgende componenten van een verwarmingssysteem toepassen.
Bediening Installatie en ingebruikstelling Fout oplossen Algemeen Bij het slecht functioneren van uw systeem moet u uw bedrading van de regelaar en regelcomponenten controleren. Voeler: In het menu "Algemeen/Service/ Sensortest" kunnen de voelers gecontroleerd worden. Hier moeten alle aangesloten voelers met reële meetwaarden verschijnen. Actoren (mengventielen, pompen): In het menu "Algemeen/Service/ Relaistest" kunnen de actoren worden gecontroleerd.
Notities 55
Service: ELCO GmbH D - 64546 Mörfelden-Walldorf ELCO Austria GmbH A - 2544 Leobersdorf ELCOTHERM AG CH - 7324 Vilters ELCO-Rendamax B.V. NL - 1410 AB Naarden ELCO Belgium n.v./s.a.