User manual

Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er is een hoorbaar of zicht-
baar alarm.
De kist is kortgeleden aan-
gezet of de temperatuur in
het apparaat is nog steeds
te hoog.
Zie "Alarm hoge tempera-
tuur" en neem contact op
met de dichtstbijzijnde klan-
tenservice als het probleem
blijft bestaan.
Stroomindicatielampje knip-
pert.
Er is een fout opgetreden in
de temperatuurmeting of
het apparaat werkt niet go-
ed.
Neem contact op met de
service-afdeling.
Het deksel sluit niet volle-
dig.
Het deksel wordt geblok-
keerd door voedselverpak-
kingen.
Rangschik de verpakkingen
op de juiste wijze, zie de
sticker in het apparaat.
Er is te veel rijp. Verwijder de overmatige
rijp.
Het deksel gaat moeilijk
open.
De pakkingen van het dek-
sel zijn vies of plakkerig.
Maak de pakkingen van het
deksel schoon.
De klep is geblokkeerd. Controleer de klep.
Het lampje werkt niet. Het lampje is stuk. Zie 'Het lampje vervangen'.
De compressor werkt con-
tinu.
De temperatuur is goed in-
gesteld.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bediening'.
Er zijn grote hoeveelheden
voedsel tegelijk in de vriezer
geplaatst.
Wacht een paar uur en con-
troleer dan nogmaals de
temperatuur.
De omgevingstemperatuur
is te hoog.
Zie het typeplaatje voor de
klimaatklasse.
Het voedsel dat in het ap-
paraat werd geplaatst, was
te warm.
Laat voedsel afkoelen tot
kamertemperatuur voordat
u het opslaat.
Het deksel is niet goed
gesloten.
Controleer of het deksel go-
ed sluit en dat de pakkin-
gen onbeschadigd en
schoon zijn.
Er is te veel rijp en ijs. De deksel is niet correct
gesloten of de deurpakking
is vervormd/vies.
Zie 'De deur sluiten'.
De dop van de waterafvoer
bevindt zich niet op de
juiste plaats.
Plaats de dop voor de wa-
terafvoer op de juiste man-
ier.
De temperatuur is goed in-
gesteld.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bediening'.
NEDERLANDS
11