User manual

3.
Verwijder de inspuiters met dopsleutel
nr. 7. Vervang ze door de inspuiters
die nodig zijn voor het type gas dat u
gebruikt.
Om naar stadsgas te veranderen
(G110/G120/G2.350), bevestigt u
de luchtregelaar op de hoofdin-
spuiter. Draai deze zo goed mo-
gelijk vast.
4.
Monteer de onderdelen opnieuw.
Voer dezelfde procedure uit, maar be-
gin in omgekeerde volgorde.
5.
Vervang het typeplaatje (naast de
gastoevoerleiding) door het plaatje
voor het nieuwe type gastoevoer. U
kunt het plaatje vinden in de zak die
bij het apparaat geleverd is.
Als de druk van de gastoevoer niet cons-
tant is of verschilt van de vereiste druk,
moet u een geschikte drukregelaar op de
gastoevoerleiding monteren.
12.6 Instellen van het
minimumniveau
Het minimumniveau van de branders af-
stellen:
1.
Steek de brander aan.
2.
Draai de knop op de minimumstand.
3.
Verwijder de knop.
4.
Stel de branderschroefstand (A) af
met een dunne schroevendraaier. De
stand van de schroef (A) is afhankelijk
van het model.
A
Draai de instelschroef helemaal vast als
u overstapt van aardgas op vloeibaar
gas.
Als u overstapt van vloeibaar gas op
aardgas, draai de by-passschroef dan
ongeveer een kwartslag los (een halve
slag bij een driekronenbrander).
WAARSCHUWING!
Zorg dat de vlam niet uit gaat als
u de knop snel van de maximale
stand naar de minimale stand
draait.
12.7 Waterpas zetten
Gebruik kleine pootjes aan de onderkant
van het apparaat om het kookoppervlak
aan de bovenkant waterpas met andere
oppervlakken te brengen.
12.8 Anti-kantelbescherming
LET OP!
U moet de anti-kantelbescher-
ming installeren. Als u dat niet
doet, kan het apparaat kantelen.
Uw apparaat is vorozien van het
symbool weergegeven in de af-
beelding (indien van toepassing)
om u te herinneren aan de monta-
ge van de anti-kantelbescherming.
NEDERLANDS 31