Operation Manual

NL
>> legende >> 087
Het scherm en de symbolen
(D1) Hoofdscherm – toont afwisselend de verschillende instellingen en de
belangrijkste waarden
(D2) STOP
– meetfunctie onderbroken, geen activiteit
(D3)
 knipperend: de hartslag wordt verzonden
(D4) SCAN
– meetfunctie actief
(D5) TIME
– de trainingstijd (in minuten)
(D6) SP
– de snelheid (in kilometers/uur)
(D7) RPM
– trapfrequentie (in pedaalrotaties/minuut)
(D8) DIST
– afgelegde afstand in kilometers
(D9) CAL
– calorieverbruik in kilojoule
(D10) ODO
– totaal aantal afgelegde kilometers
(D11) PULSE
– huidige hartslag in hartslagen per minuut
(D12) K
– eenheid waarin gemeten wordt, in kilometers of kilometers/uur
De behuizing
Voorkant
(C1) Scherm
– toont afwisselend de belangrijkste gemeten en berekende
waarden en functies
(C2) MODE
– toont afwisselend de verschillende functies
(C3) SET
– om een ingestelde waarde te veranderen en te bevestigen
(C4) RESET
bij kort indrukken: de uitgekozen waarde wordt gereset (op 0)
• bij langer indrukken (minstens 2 seconden): alle waarden worden
gereset, de computer start opnieuw op en de ingestelde waarden
worden gewist
Achterkant
(
C5) PULSE INPUT – aansluiting voor de handsensoren van het tnessap-
paraat
(
C6) Batterijhouder
(C7) Schuif
– houder om de computer aan het tnessapparaat vast te
maken, inclusief inwendige schroefdraad voor de schroeven
(C8) Verbindingskabel – gegevenskabel
Legende
Druk op de Mode-knop
Druk op de Set-knop
Druk op de Reset-knop