Operation Manual

Printer instellen in een netwerk 151
5
5
5
5
5
5
5
5
5
5
5
5
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de printerdriver installeert
door vanuit de map Printers toegang te krijgen tot de gedeelde
printer. U kunt ook toegang krijgen tot de gedeelde printer via
Network Neighborhood (Netwerkomgeving) of My Network (Mijn
netwerk) op het bureaublad van Windows.
U kunt de extra driver niet gebruiken voor het besturingssysteem
van het serversysteem.
Wanneer u EPSON Status Monitor 3 wilt gebruiken vanaf een
client, moet u de printerdriver en EPSON Status Monitor 3 vanaf
de cd-rom installeren op elke client.
Windows Me, 98 of 95
Volg de onderstaande instructies om clients met Windows Me, 98
of 95 in te stellen:
1. Klik op Start en kies Settings (Instellingen) en Printers.
2. Dubbelklik op het pictogram Add Printer (Printer toevoegen)
en klik op Next (Volgende).
3. Selecteer Network printer (Netwerkprinter) en klik op Next
(Volgende).
4. Klik op Browse (Bladeren). Het dialoogvenster Browse for
Printer (Zoeken naar printer) verschijnt.
Opmerking:
U kunt ook \\(naam van de computer die lokaal is
aangesloten op de gedeelde printer)\(naam van de
gedeelde printer) typen voor het netwerkpad of de
wachtrijnaam.