Operation Manual
4. Leg enveloppen met de korte zijde eerst en met de klep naar beneden en naar links in de
papiertoevoer. Schuif vervolgens de linkergeleider tot tegen de enveloppen.
Opmerking:
❏ De dikte van enveloppen en de mate waarin ze kunnen worden gevouwen varieert sterk. Als de stapel
enveloppen in totaal meer dan 15 mm dik is, moet u de enveloppen goed platdrukken voordat u ze in
het apparaat legt. Als de afdrukkwaliteit te wensen overlaat wanneer er een stapel enveloppen in het
apparaat ligt, leg dan maar één envelop tegelijk in het apparaat.
❏ U kunt maximaal 15 enveloppen tegelijk in de papierlade laden.
❏ Gebruik geen gekrulde of gevouwen enveloppen.
❏ Druk de klep van de enveloppen eerst goed plat.
❏ Druk de zijde die als eerste in het apparaat gaat goed plat.
❏ Gebruik geen enveloppen die te dun zijn. Dunne enveloppen kunnen gaan krullen tijdens het
afdrukken.
Zie de volgende afdrukinstructies voor meer informatie.
& Zie “Op enveloppen afdrukken” op pagina 43.
B-310N/B-510DN Gebruikershandleiding
Papier gebruiken 32