Operation Manual

Beveiligingsfuncties
20
B
Schakel "Inschakelbeveiliging".
(1) Selecteer "Inschakelbeveiliging" en druk vervolgens op de
[Enter]-knop.
(2) Selecteer "Aan" en druk vervolgens op de [Enter]-knop.
(3) Druk op de [Esc]-knop.
C
Schakel "Gebr. logo beveil." in.
(1) Selecteer "Gebr. logo beveil." en druk vervolgens op de
[Enter]-knop.
(2) Selecteer "Aan" en druk vervolgens op de [Enter]-knop.
(3) Druk op de [Esc]-knop.
D
Schakel "Netwerkbeveil.".
(1) Selecteer "Netwerkbeveil." en druk vervolgens op de
[Enter]-knop.
(2) Selecteer "Aan" en druk vervolgens op de [Enter]-knop.
(3) Druk op de [Esc]-knop.
E
Het wachtwoord instellen
(1) Selecteer "Wachtwoord" en druk vervolgens op de [Enter]-knop.
(2) Wanneer de melding "Wachtwoord wijzigen?" wordt
weergegeven, selecteert u "Ja" en drukt u op de [Enter]-knop.
De standaardinstelling voor het wachtwoord is "0000". Wijzig
dit in het door u gekozen wachtwoord. Als u "Nee" selecteert,
wordt het in stap 1 getoonde menu voor het instellen van de
wachtwoordbeveiliging opnieuw weergegeven.
(3) Voer met de numerieke knoppen een viercijferig getal in. Het
ingevoerde nummer wordt weergegeven als "* * * *". Als u het
vierde cijfer invoert, wordt het bevestigingsscherm weergegeven.
(4) Voer het wachtwoord opnieuw in.
De melding "Het nieuwe wachtwoord is opgeslagen." wordt
weergegeven.
Als u een onjuist wachtwoord invoert, verschijnt er een
melding dat u het wachtwoord opnieuw moet invoeren.
Afstandsbediening
Numerieke knoppen