Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave 2 Gebruikte symbolen en tekens 8 Kennismaken met uw projector 9 Kenmerken van de Projector .......................................................... 10 Laserlichtbron met lange levensduur.................................................................................... 10 Unieke interactieve functies...................................................................................................... 10 Snelle en eenvoudige installatie..................................................
Inhoudsopgave 3 Scherpstellen op het beeld ............................................................. 54 De beeldvorm corrigeren met de keystone-knoppen .................................................... 58 De beeldvorm corrigeren met Quick Corner ...................................................................... 59 De vorm van een beeld corrigeren met gebogen oppervlak ...................................... 61 De beeldvorminstelling laden uit het geheugen........................................
Inhoudsopgave 4 Interactieve functies tijdens het simultaan projecteren van twee beelden.................................................................................. 114 De beeldkleuren afstemmen.................................................................................................. 142 RGBCMY aanpassen ................................................................................................................... 143 Projectie met gesplitst scherm wisselen.............................
Inhoudsopgave Bewaking en bediening van de projector 5 167 Algemeen................................................................................................................................. 199 Interactief met pc.................................................................................................................. 201 Epson Projector Management ...................................................... 168 Instellingen projectornetwerk - Menu Netwerk .........................
Inhoudsopgave 6 De Interactieve Penbatterij vervangen ....................................... 229 De interactieve penpunt vervangen............................................ 230 De Zachte Penpunt vervangen.............................................................................................. 230 De zachte penpunt vervangen door een harde penpunt........................................... 231 Problemen oplossen 232 Projectieproblemen .............................................................
Inhoudsopgave Externe afmetingen ....................................................................... 259 Systeemvereisten USB Display ..................................................... 261 Systeemvereisten Easy Interactive Driver................................... 262 Lijst van veiligheidssymbolen (volgens IEC60950-1 A2) ........... 263 Informatie laserveiligheid............................................................. 265 Laserwaarschuwingslabels .................................................
Gebruikte symbolen en tekens Veiligheidssymbolen De projector en de handleidingen gebruiken grafische symbolen en labels om inhoud aan te duiden die u vertelt hoe u de projector veilig kunt gebruiken. Lees en volg de instructies die met deze symbolen en labels zijn aangeduid, nauwkeurig door om lichamelijk letsel of materiële schade te voorkomen. Waarschuwing Let op Dit symbool duidt informatie aan die, als deze wordt genegeerd, kan resulteren in lichamelijk letsel of zelfs de dood tot gevolg hebben.
Kennismaken met uw projector Raadpleeg dit deel voor meer informatie over de functies en namen van de onderdelen van de projector. g Verwante koppelingen • "Kenmerken van de Projector" pag.10 • "Onderdelen en functies van de projector" pag.
Kenmerken van de Projector Deze projector is voorzien van deze speciale kenmerken. Raadpleeg deze secties voor meer details. g Verwante koppelingen • "Laserlichtbron met lange levensduur" pag.10 • "Unieke interactieve functies" pag.10 • "Snelle en eenvoudige installatie" pag.11 • "Flexibele verbinding" pag.11 10 Unieke interactieve functies Eenvoudige annotatie op het geprojecteerde scherm met de interactieve pen of uw vinger (EB‑710Ui).
Kenmerken van de Projector Snelle en eenvoudige installatie • De functie Dir. Inschakelen schakelt de projector in zodra u de stekker in het stopcontact stopt. • De functie Autom. inschakeling schakelt de projector in wanneer de projector een beeldsignaal detecteert van de poort die u hebt opgegeven als de bron voor Autom. inschakeling. • Met de functie Startscherm kunt u gemakkelijk een invoerbron en nuttige functies selecteren.
Kenmerken van de Projector Verbinden met mobiele apparaten • HDMI1/MHL-poort voor het aansluiten van een MHL-kabel op het mobiele apparaat en op de projector. 12 U kunt de optionele documentcamera bedienen vanaf het geprojecteerde scherm (EB‑710Ui). U kunt ELPDC06/ELPDC11/ELPDC12/ELPDC20 niet bedienen vanaf het geprojecteerde scherm. g Verwante koppelingen • "Aansluiten op een documentcamera" pag.
Onderdelen en functies van de projector In de volgende secties worden de projectoronderdelen en hun functies uitgelegd. 13 Projectoronderdelen - Voorkant/zijkant Alle functies in deze handleiding worden verklaard aan de hand van afbeeldingen van EB‑710Ui tenzij anders vermeld. g Verwante koppelingen • "Projectoronderdelen - Voorkant/zijkant" pag.13 • "Projectoronderdelen - Bovenkant/zijkant" pag.14 • "Projectoronderdelen - Interface" pag.15 • "Projectoronderdelen - Onderkant" pag.
Onderdelen en functies van de projector Naam D Luchtafvoerventiel Functie Afvoerventilator voor lucht die wordt gebruikt voor het afkoelen van het binnenste van de projector. 14 Projectoronderdelen - Bovenkant/zijkant Let op Houd tijdens de projectie gezicht noch handen voor de luchtuitlaat; plaats evenmin voorwerpen die door de warmte kunnen vervormen of beschadigd kunnen raken in de buurt van de uitlaat.
Onderdelen en functies van de projector Naam Functie C Obstakelsensor Deze sensor detecteert obstakels in het projectiegebied. D Afstandsbedieningson Hiermee worden signalen vanaf de afstandsbediening tvanger ontvangen. E Projectievenster 15 Projectoronderdelen - Interface Beelden worden geprojecteerd vanaf hier. Waarschuwing • Kijk tijdens het projecteren niet in het projectievenster. • Plaats geen voorwerpen of uw handen in de buurt van het projectievenster.
Onderdelen en functies van de projector Naam 16 Functie Naam Functie M USB-A-poort Hier sluit u een USB-opslagapparaat of een digitale camera aan om films of afbeeldingen te projecteren via PC Free. Selecteer USB1 als de beeldbron wanneer u een USB-apparaat aansluit op deze poort met de PC Free-functies van de projector. Verbindt de optionele documentcamera aan. Selecteer USB2 als de beeldbron wanneer u een documentcamera aansluit op deze poort.
Onderdelen en functies van de projector Projectoronderdelen - Onderkant 17 Naam Functie C Bevestigingspunt van beveiligingskabel Leid hier een in de handel verkrijgbaar draadslot doorheen en sluit het af. Voer hier geen stroomuitvalpreventiedraden door als u de projector aan een wand monteert of ophangt aan het plafond. D Bevestigingspunten voor wandmontage (vier punten) Bevestig de meegeleverde of optionele instelplaat voor montage aan een muur.
Onderdelen en functies van de projector Projectoronderdelen - Bedieningspaneel 18 Naam E Functie Knoppen Veraf/Kortbij en pijlknoppen groter. : hiermee maakt u het geprojecteerde beeld : hiermee maakt u het geprojecteerde beeld kleiner. Corrigeert horizontale keystonevervorming als het scherm Keystone wordt weergegeven. Hiermee selecteert u menu-items terwijl het menu of helpbestand van de projector wordt weergegeven.
Onderdelen en functies van de projector Projectoronderdelen - Afstandsbediening 19 Naam Functie ] Hiermee schakelt u de projector in of uit. Dit wordt voortaan de Enter-knop genoemd. A Aan/uit-knop [ B [Computer]-knop C Knop [HDMI/Video] Schakelt de beeldbron tussen de HDMI- en Videopoorten. D Numerieke knoppen Voert nummers in het menu van de projector in terwijl u de [Num]-knop ingedrukt houdt. E [Auto]-knop Optimaliseert Tracking, Sync.
Onderdelen en functies van de projector Naam Functie O [Split]-knop Projecteert twee beelden van verschillende beeldbronnen tegelijk door het geprojecteerde scherm te splitsen. P Riembevestigingspunt Hiermee kunt u een in de handel verkrijgbare riem bevestigen aan de afstandsbediening. Q [Home]-knop Hiermee wordt het Startscherm weergegeven en gesloten. R [Freeze]-knop Pauzeert of hervat beelden. S Knoppen [Volume] hoger/later Hiermee past u het luidsprekervolume aan.
Onderdelen en functies van de projector Naam Functie A Penpunt Vervangbare zachte penpunt. Als de zachte punt moeilijk te gebruiken is op een oppervlak met een textuur, vervangt u dat door een harde punt. B Batterij-indicator Druk op de knop aan de zijkant van de pen om de resterende batterijlading aan te geven. • Als de batterij is opgeladen, licht de indicator blauw op totdat u de knop weer loslaat. • Als de batterij bijna leeg is, knippert de indicator blauw totdat u de knop weer loslaat.
Onderdelen en functies van de projector 22 Achterkant Voorkant Wanneer de regelaarsklep niet is bevestigd Naam Naam Functie A Regelaarsklep Verwijderen om de regelaars te gebruiken. B TCH-poort Sluit de projector aan op de aanraakeenheid met de overeenkomende verbindingskabel. C Beveiligingssleuf De beveiligingssleuf is compatibel met het door Kensington geproduceerde Microsaver Security System. D Instelknoppen Voer hoekaanpassingen uit.
Onderdelen en functies van de projector Let op • Gebruik de aanraakeenheid niet in de buurt van magnetische opslagmedia, zoals magneetkaarten of elektronische precisieapparatuur, zoals computers, digitale horloges of mobiele telefoons. De gegevens kunnen worden beschadigd of er kan een storing optreden. • Bij het installeren van de aanraakeenheid op een magnetisch oppervlak moet u oppassen dat uw vingers of een ander deel van uw lichaam niet vast komt te zitten tussen de magneet en het installatievlak.
De projector installeren Volg de instructies in deze secties om uw projector te installeren. g Verwante koppelingen • "Plaatsing van de projector" pag.25 • "Projectoraansluitingen" pag.29 • "Batterijen in de afstandsbediening plaatsen" pag.41 • "Batterijen in de pennen installeren" pag.42 • "Gebruik van de afstandsbediening" pag.
Plaatsing van de projector U kunt de projector tegen een muur of op een tafel installeren voor het projecteren van beelden. U hebt optionele beugels nodig als u de projector aan een plafond wilt hangen, aan een muur wilt bevestigen of verticaal op een tafel wilt plaatsen. Let op de volgende punten wanneer u een locatie voor de projector selecteert: • Plaats de projector op een stevig, horizontaal oppervlak of installeer het apparaat met een compatibele beugel.
Plaatsing van de projector a Bevestig de pootjes (indien meegeleverd) wanneer u de projector op een oppervlak zoals een bureau gebruikt. Voor ondersteboven/Achter ondersteboven 26 a • De standaardinstelling voor Projectie is Voor/Ondersteboven. • U kunt de Projectie-instelling als volgt wijzigen door de knop [A/V Mute] op de afstandsbediening ongeveer vijf seconden ingedrukt te houden.
Plaatsing van de projector Let op • Als de projector in een hoek is geïnstalleerd, moet deze worden geïnstalleerd door gekwalificeerde technici met montagehardware, ontworpen voor het gebruik met deze projector. • Installeer de projector op de juiste manier om te verhinderen dat deze valt. • Gebruik M4-schroeven (tot een diepte van 12 mm) om de bevestigingspunten van de ophangbeugel van de projector op vier punten aan het plafond en de standaard te monteren.
Plaatsing van de projector a • Wij raden het gebruik van een glad scherm van het whiteboardtype zonder oneffenheden aan. Als het projectiescherm oneffen is, kunnen er vervormingen optreden in het geprojecteerde beeld. • Vervormingen kunnen optreden in het geprojecteerde beeld, afhankelijk van het materiaal van het scherm en de installatiemethode. • Bij gebruik van de interactieve functies moet u de projector zo installeren, dat het geprojecteerde scherm een rechthoek zonder enige vervorming is.
Projectoraansluitingen U kunt de projector aansluiten op verschillende computer-, video- en audiobronnen voor het weergeven van presentaties, films of andere beelden, met of zonder geluid. Let op Controleer de vorm en oriëntatie van de aansluitingen op elk kabel die u wilt aansluiten. Forceer geen aansluiting in een poort als het niet past. Het apparaat of uw projector kan beschadigd of defect raken. a Raadpleeg de Introductiehandleiding voor een lijst van kabels die bij uw projector zijn geleverd.
Projectoraansluitingen b Sluit het andere uiteinde aan op een Computer-poort op de projector. 30 Aansluiten op een computer voor USB-video en -audio Als uw computer voldoet aan de systeemvereisten, kunt u video en audio overbrengen naar de projector via de USB-poort van de computer. Deze functie wordt USB Display genoemd. Sluit de projector aan op uw computer met een USB-kabel.
Projectoraansluitingen a U hoeft deze software alleen te installeren wanneer u de projector voor de eerste keer aansluit op de computer. • Windows: selecteer EMP_UDSE.EXE uitvoeren in het dialoogvenster dat wordt weergegeven om de software Epson USB Display te installeren. • Mac: de installatiemap voor Epson USB Display wordt weergegeven op het scherm. Selecteer USB Display Installer en volg de instructies op het scherm om de Epson USB Display software te installeren.
Projectoraansluitingen a Als u problemen ondervindt met de geluidsweergave via de HDMIaansluiting, sluit dan ene uiteinde van een in de handel verkrijgbare 3,5 mm stereo-minijack audiokabel aan op de Audio-poort van de projector en het andere uiteinde op de audio-uitgang van de computer. Selecteer de audio-ingang waarop u hebt aangesloten in het menu Uitgebreid van de projector.
Projectoraansluitingen Aansluiten op videobronnen 33 b Sluit het andere uiteinde aan op de HDMI-poort van de projector. Volg de instructies in deze secties voor het aansluiten van video-apparaten op de projector. a • Als de poort op het apparaat dat u aansluit een vreemde vorm heeft, gebruik dan de kabel die bij het apparaat werd geleverd of een optionele kabel voor het aansluiten op de projector. • Voor de verschillende uitgangssignalen van de aangesloten videoapparatuur zijn er verschillende kabels.
Projectoraansluitingen U kunt geluid afspelen via het luidsprekersysteem van de projector door een stereo-minijack audiokabel aan te sluiten. a 34 e Sluit het andere uiteinde aan op de Audio 1-poort van de projector. • U kunt de poort die wordt gebruikt voor de audio-invoer ook instellen via het menu Uitgebreid van de projector. s Uitgebreid > A/V-instellingen > Audio-uitvoer • Controleer of de audiokabel voorzien is van het label "Geen weerstand".
Projectoraansluitingen b Sluit het andere uiteinde aan op de Video-poort van de projector. 35 Aansluiten op externe USB-apparaten Volg de instructies in deze secties voor het aansluiten van externe USBapparaten op de projector. g Verwante koppelingen • "Projectie USB-apparaat" pag.35 • "Verbinden met een USB-apparaat" pag.36 • "Een USB-apparaat loskoppelen" pag.
Projectoraansluitingen Verbinden met een USB-apparaat 36 Een USB-apparaat loskoppelen U kunt uw USB-apparaat aansluiten op de USB-A-poort van de projector en deze gebruiken voor het projecteren van beelden en andere inhoud. Als u klaar bent met de presentatie met een aangesloten USB-apparaat, koppelt u het apparaat los van de projector. er een stroomadapter bij uw USB-apparaat is geleverd, sluit u het a Als apparaat aan op het stopcontact.
Projectoraansluitingen Verbinden met een VGA-monitor Als u projector hebt aangesloten op een computer met een Computer-poort, kunt u ook een externe monitor aansluiten op de projector. Hiermee kunt u uw presentatie zien op de externe monitor, zelfs als het geprojecteerde beeld niet zichtbaar is. a a 37 de kabel van de externe monitor aan op de Monitor Out van de b Sluit projector.
Projectoraansluitingen dat uw computer of videobron is aangesloten op de projector met a Zorg zowel audio- als videokabels zoals nodig. de geschikte kabel voor het aansluiten op uw externe luidsprekers, b Zoek zoals een stereo mini-stekker-naar-connectorkabel of een ander type kabel of adapter. c het uiteinde met de stereo ministekker aan op de Audio Out-poort d Sluit van uw projector. Sluit het ene uiteinde van de kabel aan op uw externe luidsprekers zoals nodig.
Projectoraansluitingen het ene uiteinde van de kabel aan op de SYNC IN-poort op één a Sluit projector en het andere uiteinde op de SYNC OUT-poort op de andere 39 c Selecteer het menu Uitgebreid en druk op [Enter]. projector. a Als u drie of meer projectors aansluit, moet u de projectors in serie aansluiten zoals weergegeven. b Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu]. d Selecteer de instelling Easy Interactive Function en druk op [Enter].
Projectoraansluitingen in de sectie Algemeen de optie Geavanceerd en druk dan op e Selecteer [Enter]. f Selecteer Projectors synchr. en druk op [Enter]. g Selecteer Vast en druk op [Enter]. h Druk op [Menu] of [Esc] om de menu's af te sluiten. 40 a • Als u de projector in dezelfde ruimte gebruikt als een andere projector die geen ondersteuning biedt voor kabelverbinding, zet u de instelling Bekab.synchr.mod. op Modus 2 in het menu Uitgebreid van de projector.
Batterijen in de afstandsbediening plaatsen De afstandsbediening werkt met twee AA-batterijen die bij de projector zijn geleverd. Let op Lees de Veiligheidsvoorschriften voordat u aan de slag gaat met de batterijen. a Verwijder de batterijklep zoals weergegeven. b Plaats de batterijen met de uiteinden + en – in de weergegeven richting. 41 Waarschuwing Plaats de batterijen aan de hand van de plus- (+) en mintekens (–) in de batterijhouder.
Batterijen in de pennen installeren Elke pen gebruikt een AA-batterij (EB‑710Ui). Let op Lees de Veiligheidsvoorschriften voordat u aan de slag gaat met de batterij. a Open de batterijklep zoals weergegeven. b Plaats de batterij met de uiteinden + en – in de weergegeven richting. Waarschuwing Plaats de batterij aan de hand van de plus- (+) en mintekens (–) in de batterijhouder. Als de batterij verkeerd wordt gebruikt, kan hij ontploffen of gaan lekken en brand, letsel of productschade veroorzaken.
Gebruik van de afstandsbediening Met de afstandsbediening kunt u de projector bedienen vanaf nagenoeg overal in de kamer. Zorg dat u de afstandsbediening naar de ontvangers op de projector richt binnen de hier weergegeven afstand en hoeken. a Vermijd het gebruik van de afstandsbediening in omstandigheden met felle tl-lampen of in direct zonlicht, anders zal de projector niet reageren op opdrachten. Als u de afstandsbediening langere tijd niet zult gebruiken, moet u de batterijen verwijderen.
De basisfuncties van de projector gebruiken Volg de instructies in deze secties om de basisfuncties van de projector te gebruiken. g Verwante koppelingen • "De projector inschakelen" pag.45 • "De projector uitschakelen" pag.48 • "De datum en tijd instellen" pag.49 • "De taal voor de menu's van de projector selecteren" pag.51 • "Projectiemodi" pag.52 • "Scherpstellen op het beeld" pag.54 • "De beeldhoogte aanpassen" pag.57 • "Beeldvorm" pag.58 • "De grootte van het beeld aanpassen met de knoppen" pag.
De projector inschakelen 45 Zat de computer of videoapparatuur die u wilt gebruiken aan nadat u de projector hebt ingeschakeld. a de voedingskabel aan op de voedingsingang van de projector en a Sluit steek de stekker in het stopcontact. • Wanneer Snel opstarten is ingeschakeld in het menu Uitgebreid van de projector, is de projector binnen enkele seconden gebruiksklaar wanneer u de volgende keer op de voedingsknop drukt.
De projector inschakelen a • Wanneer de instelling Dir. Inschakelen is ingesteld op Aan in het menu Uitgebreid van de projector, wordt de projector ingeschakeld zodra u deze aansluit. Houd ermee rekening dat de projector ook automatisch wordt ingeschakeld na herstel van een stroomuitval. s Uitgebreid > Bewerking > Dir. Inschakelen • Als u een specifieke poort selecteert als de instelling Autom.
De projector inschakelen I Selecteert de helderheid voor de lichtbron. a Het Startscherm verdwijnt na 10 minuten inactiviteit. g Verwante koppelingen • "Instellingen configuratie van de projector - Menu Uitgebreid" pag.196 • "Een QR-code gebruiken voor het aansluiten op een mobiel apparaat" pag.163 • "De projectormenu's gebruiken" pag.187 • "De Help-schermen van de projector gebruiken" pag.
De projector uitschakelen Schakel de projector uit na gebruik. a • Schakel dit product uit wanneer het niet in gebruik is om de levensduur van de projector te verlengen. De levensduur van de lampbron verschilt afhankelijk van de geselecteerde modus, de omgevingsomstandigheden en het gebruik. De helderheid vermindert na verloop van tijd. • De automatische lichtbronkalibratie start periodiek wanneer u de projector uitschakelt.
De datum en tijd instellen U kunt de datum en tijd instellen voor de projector. 49 U ziet dit scherm: a Zet de projector aan. b Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu]. c Selecteer het menu Uitgebreid en druk op [Enter]. d Selecteer de instelling Bewerking en druk op [Enter]. de instelling Datum & tijd en druk op [Enter]. e Selecteer U ziet dit scherm: f Selecteer de instelling Datum & tijd en druk op [Enter].
De datum en tijd instellen de zomertijd te activeren, selecteert u de instelling Zomertijd k Om instellen en drukt u op [Enter]. Selecteer dan de instellingen. l Wanneer u klaar bent, selecteert u Instellen en drukt u op [Enter]. de tijd automatisch bij te werken via een tijdserver op internet, m Om selecteert u de instelling Internettijd en drukt u op [Enter]. Selecteer dan de instellingen. n Wanneer u klaar bent, selecteert u Instellen en drukt u op [Enter].
De taal voor de menu's van de projector selecteren Als u de menu's en berichten van de projector in een andere taal wilt weergeven, kunt u de instelling Taal wijzigen. a Zet de projector aan. b Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu]. c Selecteer het menu Uitgebreid en druk op [Enter]. d Selecteer de instelling Taal en druk op [Enter]. e Selecteer de taal die u wilt gebruiken en druk op [Enter]. f Druk op [Menu] of [Esc] om de menu's af te sluiten.
Projectiemodi Afhankelijk van de manier waarop u de projector hebt geplaatst, is het mogelijk dat u de projectiemodus moet wijzigen zodat uw beelden correct worden geprojecteerd. • Voorkant is voor het projecteren vanaf een tafel die voor het scherm staat. • Voor/Ondersteboven (standaardinstelling) spiegelt het beeld verticaal om ondersteboven te projecteren vanaf een plafond- of wandbeugel. • Achterkant spiegelt het beeld horizontaal om te projecteren van achter een doorzichtig scherm.
Projectiemodi c Selecteer het menu Uitgebreid en druk op [Enter]. d Selecteer Projectie en druk op [Enter]. e Selecteer een projectiemodus en druk op [Enter]. f Druk op [Menu] of [Esc] om de menu's af te sluiten.
Scherpstellen op het beeld U kunt het testpatroon weergeven en daarna de scherpstelling aanpassen. a 54 c Selecteer Patroon en druk op [Enter]. We raden u aan de scherpstelling minimaal 10 minuten voordat u begint met projecteren, aan te passen omdat beelden niet direct stabiel zijn na het inschakelen van de projector, a Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu]. d Selecteer Testpatroon en druk op [Enter]. b Selecteer het menu Instellingen en druk op [Enter].
Scherpstellen op het beeld e Open de klep van het luchtfilter. 55 de hendel voor scherpteregeling en stel de scherpte af op het f Verplaats midden onderaan op het geprojecteerde scherm.
Scherpstellen op het beeld of de focus overeenkomt met de hoeken van het g Controleer geprojecteerde scherm. a Als er gebieden onscherp zijn, gebruik dan de focushendel voor het aanpassen totdat de hoeken dezelfde focus hebben. 56 op [Esc] op de afstandsbediening of het bedieningspaneel om het h Druk testpatroon te verwijderen.
De beeldhoogte aanpassen Als u projecteert vanaf een tafel of een ander plat oppervlak en het beeld te hoog of te laag is, kunt u de beeldhoogte aanpassen met de verstelbare voeten van de projector (alleen voor modellen die met voeten zijn geleverd). 57 het beeld is gekanteld, draait u aan de voet aan de achterkant om de c Als hoogte te regelen. Hoe groter de kantelhoek, des te moeilijker wordt het om scherp te stellen. Plaats de projector zo dat slechts een kleine kantelhoek nodig is.
Beeldvorm U kunt een gelijkmatige, rechthoekige vorm projecteren door de projector direct voor het midden van het scherm te plaatsen en waterpas te houden. Als u de projector in een hoek op het scherm plaatst, omhoog of omlaag kantelt of naar een zijde kantelt, moet u mogelijk de vorm van het beeld corrigeren. a U kunt niet tegelijkertijd een beeldvorm corrigeren met meerdere correctiemethoden. g Verwante koppelingen • "De beeldvorm corrigeren met de keystone-knoppen" pag.
Beeldvorm 59 c Druk op een keystone-knop om de beeldvorm aan te passen. g Verwante koppelingen • "Instellingen projectorfuncties - Menu Instellingen" pag.193 De beeldvorm corrigeren met Quick Corner U kunt de instelling Quick Corner van de projector gebruiken om de vorm en grootte van een beeld dat niet rechthoekig is, te corrigeren. a Schakel de projector in en geef een beeld weer. b Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu]. Na de correctie is uw beeld iets kleiner.
Beeldvorm c Selecteer het menu Instellingen en druk op [Enter]. 60 Quick Corner en druk op [Enter]. Druk opnieuw op [Enter] e Selecteer indien dat nodig is. U ziet het scherm voor het selecteren van gebieden. de pijlknoppen om de hoek te selecteren van het beeld dat u f Gebruik wilt aanpassen. Druk vervolgens op [Enter]. d Selecteer Geometrische corr. en druk op [Enter].
Beeldvorm 61 Om terug te keren naar het scherm voor de gebiedsselectie, drukt u op [Enter]. a • Als u dit scherm ziet, kunt u de vorm niet verder aanpassen in de richting die wordt aangegeven door de grijze driehoek. h Herhaal stappen 6 en 7 als u nog meer hoeken wilt aanpassen. i Druk op [Esc] wanneer u klaar bent. De instelling Geometrische corr. is nu ingesteld op Quick Corner in het menu Instellingen van de projector.
Beeldvorm c Selecteer het menu Instellingen en druk op [Enter]. 62 e Selecteer Boogcorrectie en druk op [Enter]. f Selecteer Boogcorrectie en druk op [Enter]. d Selecteer Geometrische corr. en druk op [Enter]. U ziet het scherm voor het selecteren van gebieden. de pijlknoppen om het gebied van het beeld dat u wilt g Gebruik aanpassen, te selecteren en druk dan op [Enter].
Beeldvorm a 63 Om de instellingen voor Boogcorrectie te resetten, houdt u [Esc] ongeveer twee seconden ingedrukt terwijl het gebiedsselectiescherm wordt weergegeven en selecteer dan Ja. a Om de huidige vorm van een beeld dat u hebt aangepast op te slaan, selecteert u Opslaan in geheugen in de instelling Boogcorrectie. U kunt maximaal drie beeldvormen opslaan in het geheugen Boogcorrectie. op de pijlknoppen om de beeldvorm van het geselecteerde gebied h Druk aan te passen, zoals nodig.
Beeldvorm 64 de knop [Num] op de afstandsbediening ingedrukt en druk dan b Houd op de numerieke knop (1, 2 of 3) die overeenkomt met het nummer van de opgeslagen instelling. a De bovenstaande afbeelding is slechts een voorbeeld. u klaar bent met het laden van de instellingen, volgt u de instructies c Als op het scherm. a • U kunt de instellingen ook laden via Ophalen uit geheugen in het menu Instellingen van de projector.
De grootte van het beeld aanpassen met de knoppen U kunt de grootte van het beeld wijzigen met de knoppen Veraf en Kortbij. a We raden u aan de beeldgrootte minimaal 10 minuten voordat u begint met projecteren aan te passen omdat beelden niet direct stabiel zijn na het inschakelen van de projector. a Schakel de projector in en geef een beeld weer. op de knop Veraf op het bedieningspaneel van de projector om b Druk het beeld te vergroten. Druk op de knop Kortbij om het beeld te verkleinen.
De beeldpositie bijstellen U kunt de functie Beeldverschuiving gebruiken voor het aanpassen van de beeldpositie zonder de projector te verplaatsen. a 66 de pijlknoppen op de projector of afstandsbediening om de c Gebruik beeldpositie aan te passen. • Deze functie is niet beschikbaar als de optie Zoomen is ingesteld op de breedste instelling.
Een beeldbron selecteren Wanneer meerdere beeldbronnen, zoals een computer en dvd-speler, zijn aangesloten op de projector, kunt u schakelen tussen de beeldbronnen. of de aangesloten beeldbron die u wilt gebruiken, is a Controleer ingeschakeld. voor videobeeldbronnen een dvd of andere videomedia en druk b Plaats op Afspelen.
Een beeldbron selecteren D Netwerkbron (LAN) • Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op de knop [Home]. Selecteer vervolgens de bron die u wilt gebruiken op het weergegeven scherm.
Hoogte-breedteverhouding beeld De projector kan beelden weergeven in verschillende hoogtebreedteverhoudingen. Normaal bepaalt het ingangssignaal van uw videobron de hoogte-breedteverhouding van het beeld. Voor sommige beelden kunt u echter de beeldverhouding wijzigen zodat deze past op uw scherm. Als u altijd een specifieke beeldverhouding wilt gebruiken voor een bepaalde video-invoerbron, kunt u deze selecteren via het menu Signaal van de projector.
Hoogte-breedteverhouding beeld 70 Hoogte-breedtemodus Beschrijving Zoomen Toont beelden op de volledige breedte van het projectiegebied en behoudt de hoogtebreedteverhouding van het beeld. Bronformaat Toont beelden zoals ze zijn (hoogte-breedteverhouding en resolutie worden behouden).
Kleurmodus De projector biedt verschillende kleurmodi die zorgen voor een optimale helderheid, contrast en kleur voor verschillende weergave-omgevingen en beeldtypes. U kunt de modus selecteren die past bij uw beeld en omgeving of u kunt experimenteren met de beschikbare modi. g Verwante koppelingen • "De kleurmodus wijzigen" pag.71 • "Beschikbare kleurmodi" pag.71 • "De automatische luminantie-aanpassing inschakelen" pag.
Kleurmodus 72 de projector in en schakel naar de beeldbron die u wilt a Schakel gebruiken. b Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu]. d Selecteer Dynamisch contrast en druk op [Enter]. c Selecteer het menu Beeld en druk op [Enter]. één van de volgende opties en druk op [Enter]: e Kies • Hoge snelheid om de helderheid aan te passen zodra de scène verandert. • Normaal voor een standaard helderheidsaanpassing. f Druk op [Menu] of [Esc] om de menu's af te sluiten.
De beeldkleur aanpassen U kunt verschillende aspecten van de manier waarop kleuren worden weergegeven in uw geprojecteerde beelden, fijn afstemmen. 73 c Selecteer het menu Beeld en druk op [Enter]. g Verwante koppelingen • "De tint, verzadiging en helderheid aanpassen" pag.73 • "Het gamma aanpassen" pag.74 De tint, verzadiging en helderheid aanpassen U kunt de instellingen Tint, Verzadiging en Helderheid opgeven voor individuele beeldkleuren.
De beeldkleur aanpassen • Om de algemene helderheid van de kleur aan te passen, past u de instelling Helderheid aan. 74 c Selecteer het menu Beeld en druk op [Enter]. h Druk op [Menu] of [Esc] om de menu's af te sluiten. Het gamma aanpassen U kunt verschillen in geprojecteerde beeldkleuren die optreden tussen verschillende beeldbronnen corrigeren door de instelling Gamma aan te passen. de projector in en schakel naar de beeldbron die u wilt a Schakel gebruiken.
De beeldkleur aanpassen helderder, maar kan de kleurverzadiging voor lichtere gebieden zwakker worden. a • Als u DICOM SIM hebt geselecteerd voor de instelling Kleurmodus in het menu Beeld van de projector, selecteert u de aanpassingswaarde volgens de projectiegrootte (EB‑700U). • Als de projectiegrootte inch of minder is, selecteert u een kleine waarde. • Als de projectiegrootte inch of meer is, selecteert u een grotere waarde.
De helderheid aanpassen U kunt de helderheid van de lichbron van uw projector aanpassen. a 76 d Selecteer Helderheidsinstell. en druk op [Enter]. Deze instelling is alleen beschikbaar wanneer Multiprojectie is ingesteld op Uit. s Uitgebreid > Multiprojectie > Multiprojectie de projector in en schakel naar de beeldbron die u wilt a Schakel gebruiken. b Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu]. e Selecteer Lichtmodus en druk op [Enter].
De helderheid aanpassen u Aangepast hebt geselecteerd, kiest u Helderheidsniveau op het g Als scherm Helderheidsinstell. en gebruikt u de pijlknoppen naar links en rechts om de helderheid te selecteren. een consistente helderheid te behouden, schakelt u de instelling h Om Constante modus in. a 77 Gebruiksuren constante modus Als u Constante modus inschakelt, wordt het aantal uur dat de projector de constante helderheid kan behouden, weergegeven als Geschat resterend.
De helderheid aanpassen Weergaveniveau Geschat resterend aantal uren 0 tot 1.999 uur a Het aantal uur dat wordt weergeven als Geschat resterend is slechts een richtlijn. Levensduur lichtbron De geschatte levensduur van de lichtbron verschilt afhankelijk van de instelling Helderheidsniveau en of Constante modus aan of uit is. a • De levensduur van de lichtbron verschilt afhankelijk van de omgevingsomstandigheden en het gebruik. • De hier weergegeven uren zijn bij benadering en niet gegarandeerd.
Het volume regelen met de volumeknoppen De volumeknoppen regelen het interne luidsprekersysteem van de projector. U kunt ook het volume regelen van elke externe luidspreker die u op de projector hebt aangesloten. U moet het volume afzonderlijk regelen voor elke aangesloten ingangsbron. a Schakel de projector in en start een presentatie. op de knoppen [Volume] op de afstandsbediening zoals b Druk weergegeven om het volume te verlagen of te verhogen. Een volumemeter verschijnt op het scherm.
De interactieve functies gebruiken Volg de instructies in deze secties om de interactieve functies te gebruiken. g Verwante koppelingen • "Interactieve functiemodi" pag.81 • "Het gebruik van interactieve functies voorbereiden" pag.82 • "Tekenen op een geprojecteerd beeld (annotatiemodus)" pag.93 • "Gebruik van het geprojecteerde scherm als whiteboard (Whiteboard modus)" pag.95 • "Computerfuncties Bedienen vanaf een Geprojecteerd Scherm (Modus Computer interactief)" pag.97 • "Interactie met het scherm" pag.
Interactieve functiemodi U kunt met de interactieve functies de volgende bewerkingen uitvoeren. a • De interactieve functies zijn alleen beschikbaar voor EB‑710Ui. • In Whiteboard modus kunt u interactieve pennen of uw vinger gebruiken om op het geprojecteerde "whiteboard" te schrijven. U hoeft geen computer te gebruiken of extra software te installeren om de ingebouwde whiteboardtekenfunctie te gebruiken. Dit is handig bij vergaderingen als vervanging van een whiteboard.
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden Dit hoofdstuk bevat veiligheidsaanwijzingen over het opzetten van en werken met interactieve pennen of het uitvoeren van aanraakhandelingen met uw vinger. Lees deze instructies voordat u de interactieve functies gebruikt. 82 Controleer of penbatterijen zijn geïnstalleerd. g Verwante koppelingen • "Veiligheidsinstructies voor interactieve functies" pag.82 • "De interactieve pennen gebruiken" pag.
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden a • Pennen schakelen automatisch uit na 15 seconden wanneer ze worden neergelegd. Houd de pen vast om deze opnieuw in te schakelen. • Voor de beste prestaties houdt u de pen loodrecht op het bord, zoals hieronder aangegeven. Dek de zwarte band in de buurt van de punt van de pen niet af.
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden g Verwante koppelingen • "Penkalibratie" pag.84 • "Automatisch kalibreren" pag.84 • "Handmatig kalibreren" pag.85 • "Projectoronderdelen - Interactieve pennen" pag.20 84 op de knop [Menu], selecteer het menu Uitgebreid en druk op a Druk knop [Enter]. Penkalibratie Kalibratie coördineert de positionering van de pen met de locatie van de cursor. U hoeft de projector alleen bij het eerste gebruik te kalibreren. U kunt Autom.
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden c Selecteer Autom. kalibreren en druk op de knop [Enter]. 85 Een patroon verschijnt, verdwijnt terug en het systeem wordt gekalibreerd. Als u een bericht ziet dat de kalibratie is mislukt, moet u handmatig kalibreren. De cursorlocatie en penpositie moeten na de kalibratie overeenkomen. Indien dat niet zo is, moet u handmatig kalibreren.
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden de instelling Easy Interactive Function en druk op de knop b Selecteer [Enter]. c Selecteer Handmatig kalibreren en druk op de knop [Enter]. 86 Het volgende scherm verschijnt. indien nodig de focus aan, door het luchtfilterdeksel aan de zijkant d Pas van de projector te openen en de scherpstelhendel te verschuiven. Ja en druk op de knop [Enter]. e Selecteer Een knipperende groene cirkel verschijnt in de linkerbovenhoek van het geprojecteerde beeld.
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden a Voor de nauwkeurigste kalibratie moet u ervoor zorgen dat u het midden van de cirkel aanraakt. 87 a • Zorg ervoor dat u het signaal tussen de pen en de interactieve ontvanger niet blokkeert. • Als u een fout maakt, drukt u op [Esc] op de afstandsbediening of het bedieningspaneel om terug te keren naar de vorige cirkel. • Als u het kalibreren wilt annuleren, houdt u [Esc] 2 seconden ingedrukt. h Ga door totdat alle cirkels verdwenen zijn.
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden 88 • Uw vinger als muis gebruiken in de modus Computer interactief. a • Controleer het volgende als de Aanraakeenheid niet ingeschakeld kan worden. • De instelling Voeding in het menu Inst.aanraakeenheid is ingesteld op Aan. s Uitgebreid > Easy Interactive Function > Inst.aanraakeenheid > Voeding • De Aanraakeenheid is met een aanraakeenheid-verbindingskabel verbonden met de aansluiting TCH van de beamer.
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden • Schrijven of tekenen op het projectievlak in annotatiemodus en whiteboard modus. • Als u een geprojecteerd item wilt selecteren, zoals een pictogram, tikt u met uw vinger op het projectievlak. • Om na het inschakelen van de projector de eerste keer op het geprojecteerde beeld te tekenen, selecteert u een pen in de werkbalk en tikt u met uw vinger op het projectievlak.
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden b Selecteer de instelling Easy Interactive Function en druk op [Enter]. c Selecteer Inst.aanraakeenheid en druk op de knop [Enter]. 90 d Selecteer Aanraakkalibratie en druk op de knop [Enter]. Het volgende scherm verschijnt. indien nodig de focus aan, door het luchtfilterdeksel aan de zijkant e Pas van de projector te openen en de scherpstelhendel te verschuiven. f Selecteer Ja en druk op de knop [Enter].
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden Een knipperende groene cirkel verschijnt in de linkerbovenhoek van het geprojecteerde beeld. uw vinger op het midden van de cirkel totdat de cirkel verdwijnt g Houd en de andere cirkel verschijnt. Neem dan uw vinger weg. a • Voor de nauwkeurigste kalibratie moet u ervoor zorgen dat u het midden van de cirkel aanraakt. 91 het midden van de volgende cirkel aan met uw vinger en herhaal h Raak het proces.
Het gebruik van interactieve functies voorbereiden De laser straalt vanaf de laserdiffusiepoorten aan de achterzijde van de aanraakeenheid: g Verwante koppelingen • "Laserwaarschuwingslabels - Aanraakeenheid" pag.
Tekenen op een geprojecteerd beeld (annotatiemodus) 93 U ziet de werkbalk op het geprojecteerde beeld, bijvoorbeeld: Met de annotatiemodus kunt u projecteren vanaf een computer, tablet, videoapparaat of een andere bron en notities toevoegen aan uw geprojecteerde inhoud met behulp van de interactieve pennen of uw vinger. a • U kunt de twee pennen tegelijkertijd gebruiken. • U kunt twee pennen en twee vingers tegelijkertijd gebruiken. • Zorg dat u eerst de kalibratie uitvoert. .
Tekenen op een geprojecteerd beeld (annotatiemodus) a • U kunt de projector ook bedienen vanaf het geprojecteerde scherm via de werkbalk onderaan die wordt weergegeven op het scherm. Tik op het tabblad werkbalk als de werkbalk onderaan niet wordt weergegeven. • U kunt de werkbalktabbladen en omhoog en omlaag verplaatsen, en het werkbalk-tabblad of rechts en links. g Verwante koppelingen • "Werkbalken Annotatiemodus en Whiteboard modus" pag.103 • "Werkbalk onderaan voor Projectorbediening" pag.
Gebruik van het geprojecteerde scherm als whiteboard (Whiteboard modus) 95 U ziet het Whiteboard-scherm en de werkbalk, bijvoorbeeld: U kunt de interactieve pennen of uw vinger gebruiken om te schrijven of te tekenen op het projectievlak, net zoals u dat zou doen op een schoolbord of whiteboard. a • U kunt de twee pennen tegelijkertijd gebruiken. • U kunt twee pennen en twee vingers tegelijkertijd gebruiken. • Zorg dat u eerst de kalibratie uitvoert.
Gebruik van het geprojecteerde scherm als whiteboard (Whiteboard modus) a • U kunt de projector ook bedienen vanaf het geprojecteerde scherm via de werkbalk onderaan die wordt weergegeven op het scherm. Tik op het tabblad werkbalk als de werkbalk onderaan niet wordt weergegeven. • U kunt de werkbalktabbladen en omhoog en omlaag verplaatsen, en het werkbalk-tabblad of rechts en links.
Computerfuncties Bedienen vanaf een Geprojecteerd Scherm (Modus Computer interactief) a Als de projector is aangesloten op een computer met een USB-kabel, kunt u de computer vanaf het geprojecteerde scherm bedienen met de interactieve pennen of met uw vinger, net zoals u dat zou doen met een muis. U kunt navigeren, opslaan en met de computerprogramma's werken vanaf het geprojecteerde scherm.
Computerfuncties Bedienen vanaf een Geprojecteerd Scherm (Modus Computer interactief) Windows Vista Service Pack 2 • Ultimate (32-bits) • Enterprise (32-bits) • Business (32-bits) • Home Premium (32-bits) • Home Basic (32-bits) Windows Windows 7 Service Pack 1 • Ultimate (32- en 64-bits) • Enterprise (32- en 64-bits) • Professional (32- en 64-bits) • Home Premium (32- en 64-bits) Windows 8 • Windows 8 (32- en 64-bits) • Windows 8 Pro (32- en 64-bits) • Windows 8 Enterprise (32- en 64-bits) Windows 8.
Computerfuncties Bedienen vanaf een Geprojecteerd Scherm (Modus Computer interactief) op de knop [Menu], selecteer het menu Uitgebreid en druk dan e Druk op [Enter]. 99 een van de volgende opties: g Selecteer • Selecteer Easy Interactive Function om de modus computer interactief te gebruiken met een computerkabel, een HDMI-kabel of over een netwerk. • Als u de modus Computer interactief en USB Display tegelijkertijd wilt gebruiken, selecteert u USB Display/Easy Interactive Function.
Computerfuncties Bedienen vanaf een Geprojecteerd Scherm (Modus Computer interactief) een interactieve pen dicht bij het geprojecteerde scherm of tik j Houd met uw vinger op het geprojecteerde scherm. Het pictogram a wordt weergegeven op het geprojecteerde scherm. • Het pictogram wordt voor de eerste keer weergegeven aan de rechterkant. De volgende keer wordt het weergegeven aan de kant vanaf waar u de werkbalk het laatst hebt geopend.
Computerfuncties Bedienen vanaf een Geprojecteerd Scherm (Modus Computer interactief) op de knop [Menu], selecteer het menu Uitgebreid en druk dan b Druk op [Enter]. c Selecteer de instelling Easy Interactive Function en druk op [Enter]. 101 de sectie Interactief met pc, selecteert u Geavanceerd en drukt u op d In[Enter]. e Selecteer Handmatig pengebied en druk op de knop [Enter]. a Als Autom. pengebied is ingesteld op Aan, wijzigen in Uit.
Computerfuncties Bedienen vanaf een Geprojecteerd Scherm (Modus Computer interactief) f Selecteer Ja en druk op de knop [Enter]. de CD EPSON Projector Software for Easy Interactive Function b Steek in de computer. U ziet het EPSON-venster. De muisaanwijzer verplaatst naar de linkerbovenhoek. de muisaanwijzer stopt in de linkerbovenhoek van het beeld, g Wanneer raakt u de punt van de aanwijzer aan met de pen. De muisaanwijzer verplaatst naar rechterbenedenhoek.
Interactie met het scherm Volg deze instructies om interactief te werken met het geprojecteerde beeld of om de projector te beheren. 103 • Om te schakelen tussen de annotatiemodus en whiteboard modus, selecteert u het volgende pictogram in de werkbalk. g Verwante koppelingen • "De interactieve modus schakelen" pag.103 • "Werkbalken Annotatiemodus en Whiteboard modus" pag.103 • "Werkbalk onderaan voor Projectorbediening" pag.
Interactie met het scherm In de volgende afbeelding wordt de werkbalk van de Annotatiemodus aan de linkerkant getoond, en de werkbalk van de Whiteboard modus aan de rechterkant: 104 Maakt de laatste bewerking ongedaan. Voert de laatste ongedaan gemaakte bewerking opnieuw uit. Schakelt naar de Computer interactief-modus. Selecteert een witte of zwarte achtergrond of een van vier patronen. Schrijft of tekent vrije-vormlijnen met aangepaste pen. Selecteer het pictogram pen te wijzigen.
Interactie met het scherm 105 Er verschijnt een vak zoals het volgende: Gum (dun links, dik rechts). Wist alle tekeningen. Verbergt of toont de werkbalk tijdens het tekenen. : De werkbalk is verborgen tijdens het tekenen. : De werkbalk wordt altijd weergegeven. Sluit de werkbalk. Laat zien welk gereedschap u gebruikt met de pen . of vinger : Pengereedschap gebruiken. De kleur van het pictogram geeft de kleur van de pen aan. : Wisgereedschap gebruiken. : Uw pen of vinger als muis gebruiken.
Interactie met het scherm a 106 Wanneer meerdere mensen op het geprojecteerde scherm tekenen met behulp van meerdere pennen, kunt u verschillende kleuren en lijndikten selecteren voor elke pen. Wanneer de aanraakbediening wordt gebruikt, delen alle gebruikers dezelfde kleur en lijndikte. Toont het Startscherm. Drukt het geprojecteerde scherm af. Whiteboardsjablonen selecteren In de Whiteboard modus kunt u de achtergrondkleur wijzigen en horizontale lijnen of een achtergrondsjabloon invoegen.
Interactie met het scherm 107 Verhoogt of verlaagt het volume. Schakelt de projector uit. Splitst het scherm om twee beelden tegelijk te projecteren. Tijdens de Split Screen-projectie selecteert u dit pictogram om gedetailleerde instellingen op te geven voor het gebruik van de interactieve functies bij projectie op een gesplitst scherm. Sluit de werkbalk onderaan. Telt de tijd omhoog of omlaag. Toont de werkbalk voor het bedienen van de documentcamera. U kunt ook deze functies gebruiken.
Interactie met het scherm Besturingsopdrachten Verbindingsmethode ESC/P-R Via een netwerk ESC/Page, ESC/Page-Color 108 het pictogram in de werkbalk onderaan en selecteer a Selecteer vervolgens Deelnemerslijst in de beeldbronlijst. PCL6, PCL6 Mode 1, PCL6 Mode 2 * Niet alle printers worden ondersteund. Voor meer details over ondersteunde modellen, neemt u contact op met Epson voor hulp. het pictogram op de werkbalk onderaan. a Selecteer Het scherm Afdrukken wordt weergegeven.
Interactie met het scherm A Geeft de gebruikersnamen weer voor netwerkapparaten die met de projector zijn verbonden. Bij de weergave van miniaturen, wordt elke apparaatscherm weergegeven als een miniatuur. Het pictogram wordt naast de gebruikersnaam van het momenteel geprojecteerde apparaat weergegeven. B Sluit het gebruikersselectiescherm en keert terug naar het vorige scherm. C Klik om naar de vorige of volgende pagina te gaan.
De interactieve functies via een netwerk gebruiken U kunt de projector in de modus Computer interactief gebruiken via een netwerk. Als u aantekeningen wilt maken tijdens het gebruik van de modus Computer interactief via een netwerk, moet u Easy Interactive Tools (of een ander annotatieprogramma) gebruiken. Met Easy Interactive Tools kunt u verschillende tekengereedschappen gebruiken, het tekengebied als pagina behandelen en uw tekeningen opslaan als een bestand voor later gebruik.
De interactieve functies via een netwerk gebruiken a Epson biedt geen garantie voor de verbinding met de projector op een ander subnet met Epson iProjection, zelfs als u aan de bovenstaande eisen voldoet. Wanneer u de implementatie overweegt, moet u de verbinding in uw netwerkomgeving testen.
Windows-hulpmiddelen voor peninvoer en inkt Als u Windows 10, Windows 8.1, Windows 8, Windows 7 of Windows Vista gebruikt, kunt u de peninvoer- en inktopties gebruiken om handgeschreven invoer en aantekeningen toe te voegen aan uw werk. 112 de instelling Easy Interactive Function en druk op de knop b Selecteer [Enter]. U kunt ook gebruik maken van de peninvoer- en inktfuncties via een netwerk wanneer u de interactieve functies als beschikbaar op uw netwerk instelt.
Windows-hulpmiddelen voor peninvoer en inkt Peninvoer- en inktfuncties van Windows gebruiken Als u Windows 10, Windows 8.1, Windows 8, Windows 7 of Windows Vista gebruikt, kunt u handgeschreven invoer toevoegen en deze omzetten in tekst. Als u Microsoft Office 2007 of later hebt, kunt u de inktfunctie ook gebruiken om handgeschreven notities toe te voegen aan een Word-document, Excelspreadsheet of PowerPoint-presentatie.
Interactieve functies tijdens het simultaan projecteren van twee beelden U kunt beelden uit twee bronnen tegelijkertijd links en rechts op het scherm projecteren en de interactieve functie gebruiken. U kunt schrijven of tekenen op verschillende schermen. a Selecteer het pictogram 114 op de werkbalk onderaan. b Selecteer de invoerbronnen voor het linker- en rechterscherm. a a • U kunt de modus Computer interactief op slechts één van de schermen gebruiken.
Interactieve functies tijdens het simultaan projecteren van twee beelden c Selecteer de volgende Split Screen-instellingen. • Schermgrootte: vergroot één beeld terwijl het andere beeld wordt verkleind. Afhankelijk van de video-ingangssignalen zullen de beelden mogelijk niet verschijnen in dezelfde grootte, zelfs als u het pictogram selecteert (Gelijk). • Penmodus doel: hiermee kunt u de pen of uw vinger als muis gebruiken op elk scherm. • Audiobron: selecteert de audio.
Interactieve functies bij projectie met twee projectors U kunt de interactieve functies van uw projector gebruiken terwijl u projecteert met twee projectors die naast elkaar zijn geïnstalleerd. Installeer Easy Interactive Driver ver. 4.0 van de CD-ROM Epson Projector Software for Easy Interactive Function. 116 slechts één projector door de volgende instellingen te selecteren. De instelling is alleen beschikbaar op het Startscherm.
Interactieve functies bij projectie met twee projectors c Selecteer Aan voor Gebruik alleen deze projector. op Sluiten om naar het vorige scherm terug te keren. d Druk U kunt de interactieve functies nu tijdelijk gebruiken met slechts één van de projectors. a Wanneer de projector uitschakelt, keert de instelling Gebruik alleen deze projector terug naar Uit.
Projectorfuncties aanpassen Volg de instructies in deze secties om de aanpassingsfuncties van de projector te gebruiken. g Verwante koppelingen • "Twee beelden tegelijk projecteren" pag.119 • "Een PC Free-presentatie projecteren" pag.122 • "Het beeld en geluid tijdelijk uitschakelen" pag.127 • "De video-actie tijdelijk stoppen" pag.128 • "In- en uitzoomen op beelden" pag.129 • "De afstandsbediening gebruiken als een draadloze muis" pag.130 • "De afstandsbediening gebruiken als een aanwijzer" pag.
Twee beelden tegelijk projecteren U kunt de functie Split screen gebruiken om simultaan twee beelden te projecteren van verschillende beeldbronnen. U kunt de functie Split screen bedienen met de afstandsbediening of de menu's van de projector. 119 a Druk op de knop [Split]sen op de afstandsbediening. Het beeld van de huidige bron wordt naar links in het scherm verplaatst. a U kunt dezelfde bewerkingen uitvoeren via Split Screen in het menu Instellingen van de projector. op de knop [Menu].
Twee beelden tegelijk projecteren een ingangsbron voor het andere beeld te kiezen, selecteert u de c Om instelling Bron. Druk op [Enter], selecteer de ingangsbron, selecteer Uitv. en druk op [Enter]. 120 het ene beeld te vergroten en het andere te verkleinen, selecteert u e Om Schermgrootte. Druk op [Enter], selecteer een grootte en druk op [Enter]. Druk op [Menu] om het menu af te sluiten.
Twee beelden tegelijk projecteren • USB Display en USB1/USB2/LAN • USB1/USB2 en LAN • USB1 en USB2 Beperkingen projectie gesplitst scherm Beperkingen in bediening De volgende handelingen kunt u niet uitvoeren tijdens de projectie in split screen.
Een PC Free-presentatie projecteren U kunt de functie PC Free van de projector gebruiken wanneer u een USBapparaat aansluit dat compatibele presentatiebestanden bevat. Hiermee kunt u snel en gemakkelijk een presentatie weergeven en deze bedienen via de afstandsbediening van de projector. g Verwante koppelingen • "Ondersteunde PC Free-bestandstypen" pag.122 • "Voorzorgsmaatregelen voor PC Free-projectie" pag.122 • "Een PC Free-diavoorstelling starten" pag.123 • "PC Free-filmvoorstelling starten" pag.
Een PC Free-presentatie projecteren • Koppel het USB-opslagapparaat niet los terwijl het wordt gebruikt, anders zal PC Free mogelijk niet goed werken. • U zult mogelijk de beveiligingsfuncties op bepaalde USB-opslagapparaten niet kunnen gebruiken met PC Free-functies. • Wanneer u een USB-apparaat met een stroomadapter aansluit, moet u de stroomadapter aansluiten op een stopcontact wanneer u het apparaat met uw projector gebruikt.
Een PC Free-presentatie projecteren • Om terug te keren naar een hoger mapniveau op uw apparaat, markeert u Trg nr bov. en drukt u op [Enter]. 124 U kunt het beeld ook draaien door het te vegen met de interactieve pen of uw vinger (EB‑710Ui). • Om extra bestanden in een map weer te geven, markeert u Volgende pagina of Vorige pagina en drukt u op [Enter] of drukt u op de afstandsbediening op de knoppen [Page] up of Page down.
Een PC Free-presentatie projecteren PC Free-filmvoorstelling starten Nadat u een USB-apparaat hebt aangesloten op de projector, kunt u schakelen naar de USB-ingangsbron en uw film starten. a • U kunt de bewerkingsopties van PC Free wijzigen door Optie te markeren onderaan op het scherm en op [Enter] te drukken. op de knop [Source Search] op de afstandsbediening of het a Druk bedieningspaneel. Selecteer de USB1-bron. Het scherm met de PC Free-bestandenlijst wordt weergegeven.
Een PC Free-presentatie projecteren PC Free-weergave-opties U kunt deze weergave-opties selecteren wanneer u PC Free gebruikt. Om dit scherm te openen, markeert u Optie onderaan in het scherm met de PC Freebestandenlijst en drukt u op [Enter]. 126 Instelling Opties Beschrijving Wisseltijd Nee Toont het volgende bestand niet automatisch 1 seconde tot 60 seconden Toont bestanden gedurende de geselecteerde tijd en wisselt automatisch naar het volgende bestand.
Het beeld en geluid tijdelijk uitschakelen U kunt het geprojecteerde beeld en het geluid tijdelijk uitschakelen als u de aandacht van uw publiek op een ander punt wilt richten tijdens een presentatie. Elk geluid of elke video-actie blijft echter lopen. U kunt de projectie dus niet hervatten op het punt waar u deze hebt gestopt. op de knop [A/V Mute] op de afstandsbediening om de projectie a Druk tijdelijk te stoppen en eventuele geluiden te dempen.
De video-actie tijdelijk stoppen U kunt de actie in een video- of computerpresentatie tijdelijk stoppen en het huidige beeld op het scherm houden. Elk geluid of elke video-actie blijft echter lopen. U kunt de projectie dus niet hervatten op het punt waar u deze hebt gestopt. op de knop [Freeze] op de afstandsbediening om de video-actie te a Druk stoppen. b Om de lopende video-acties te herstarten, drukt u opnieuw op [Freeze].
In- en uitzoomen op beelden U kunt de aandacht vestigen op onderdelen van een presentatie door in te zoomen op een gedeelte van het beeld en dit te vergroten op het scherm. 129 • Om terug te keren naar de originele beeldgrootte, drukt u op [Esc]. Het vergrote beeld wordt geprojecteerd en het vergrotingspercentage verschijnt op het scherm. U kunt het geselecteerde gebied een tot vier keer vergroten in 25 incrementele stappen. a Druk op de knop [E-Zoom] + op de afstandsbediening.
De afstandsbediening gebruiken als een draadloze muis U kunt de afstandsbediening van de projector gebruiken als een draadloze muis zodat u de projectie van een afstand kunt bedienen via de computer. a 130 de volgende knoppen op de afstandsbediening om uw d Gebruik presentatie te bedienen: U kunt de functies van de draadloze muis gebruiken met Windows Vista en later, of OS X 10.7.x en nieuwer. de projector aan op een computer via de poort USB-B, Computer, a Sluit or HDMI van de projector.
De afstandsbediening gebruiken als een draadloze muis a • Als de muisknopinstellingen op de computer zijn omgekeerd, worden ze automatisch ook omgekeerd op de afstandbediening. • De functie Draadloze muis werkt niet in de volgende omstandigheden: • Wanneer het menu van de projector of een Help-scherm wordt weergegeven. • Wanneer USB Type B is ingesteld op Easy Interactive Function of USB Display/Easy Interactive Function in het menu Uitgebreid van de projector (EB‑710Ui).
De afstandsbediening gebruiken als een aanwijzer U kunt de afstandsbediening van de projector gebruiken als een aanwijzer om u te helpen de aandacht van uw publiek te richten op belangrijke informatie op het scherm. De standaard aanwijzervorm is een pijl. U kunt de vorm wijzigen onder de instelling Aanwijzervorm in het menu Instellingen van de projector. a Druk op de knop [Pointer] op de afstandsbediening. de pijlknoppen om de aanwijzer te verplaatsen op het scherm.
Het beeld van een gebruikerslogo opslaan U kunt een beeld op de projector opslaan en weergeven wanneer de projector wordt ingeschakeld. U kunt het beeld ook weergeven wanneer de projector geen ingangssignaal ontvangt. Dit beeld wordt het scherm van het gebruikerslogo genoemd. 133 c Selecteer het menu Uitgebreid en druk op [Enter]. U kunt een foto, afbeelding of bedrijfslogo selecteren als het gebruikerslogo.
Het beeld van een gebruikerslogo opslaan a Aanpassingen, zoals Keystone, E-Zoom en Hoogte-breedte worden tijdelijk geannuleerd wanneer u Gebruikerslogo selecteert. 134 h Selecteer een zoompercentage en druk op [Enter]. Ja en druk op [Enter]. e Selecteer U ziet een selectievakje over uw beeld verschijnen. a Afhankelijk van het huidige beeldsignaal, kan de schermgrootte aangepast worden aan de resolutie van het beeldsignaal.
Het beeld van een gebruikerslogo opslaan g Verwante koppelingen • "Soorten wachtwoordbeveiliging selecteren" pag.
Een gebruikerspatroon opslaan Er zijn vier typen patronen vooraf geregistreerd in de projector, zoals liniaallijnen en rasterpatronen. U kunt deze patronen projecteren om te helpen bij presentaties met de instellingen Patroonweergave in het menu Instellingen. 136 b Selecteer het menu Instellingen en druk op [Enter]. U kunt het beeld dat momenteel wordt geprojecteerd ook opslaan als Gebruikerspatroon. a Nadat u een Gebruikerspatroon eenmaal hebt opgeslagen, kan het standaardpatroon niet meer teruggezet.
Een gebruikerspatroon opslaan a Aanpassingen zoals Keystone, E-Zoom, Hoogte-breedte, Zoom aanpassen of Beeldverschuiving worden tijdelijk geannuleerd wanneer u Gebruikerspatroon selecteert. Ja en druk op [Enter]. e Selecteer U wordt gevraagd of u het beeld wilt opslaan als het Gebruikerspatroon. Ja en druk op [Enter]. f Selecteer U ziet een voltooiingsbericht.
Meerdere projectors gebruiken U kunt de geprojecteerde beelden van twee of meer projectors combineren om één groot beeld te maken. 138 U kunt een unieke projector-ID instellen voor elke projector om deze individueel te bedienen met een afstandsbediening. Corrigeer daarna de helderheid en kleur voor elke projector. a • Het is mogelijk dat de helderheid en kleurtint ook na aanpassing niet volledig overeenkomen.
Meerdere projectors gebruiken de pijlknoppen om het identificatienummer dat u wilt e Gebruik gebruiken voor de projector, te selecteren. Druk vervolgens op [Enter]. 139 De huidige projector-id wordt weergegeven op het geprojecteerde scherm. Deze verdwijnt na ongeveer 3 seconden. de [ID]-knop ingedrukt en druk op de cijfertoets die b Houd overeenkomt met de id van de te bedienen projector. f Druk op [Menu] of [Esc] om de menu's af te sluiten.
Meerdere projectors gebruiken • Als de afstandsbediening wordt weergegeven als Uit, kunt u de projector niet bedienen vanaf de afstandsbediening. Herhaal de bovenstaande stappen om de afstandsbediening in te schakelen. a op de knop [Menu], selecteer het menu Uitgebreid en druk op a Druk [Enter]. • Wanneer u 0 selecteert met de afstandsbediening, kunt u alle projectoren bedienen, ongeacht de instelling voor Projector-id.
Meerdere projectors gebruiken c Selecteer Kleurgelijkheid en druk op [Enter]. d e Selecteer Aan en druk op [Enter]. Druk dan op [Esc]. f Selecteer Aanpassingsniveau en druk op [Enter]. Selecteer Kleurgelijkheid en druk op [Enter]. 141 i Selecteer het gebied dat u wilt aanpassen en druk op [Enter]. Pas eerst de omtrek aan. Selecteer tot slot Alles en pas dan het volledige scherm aan.
Meerdere projectors gebruiken m Druk op [Esc] om naar het vorige scherm terug te keren. 142 b Selecteer Multiprojectie en druk dan op [Enter]. De beeldkleuren afstemmen U kunt de weergavekwaliteit van meerdere projectors die naast elkaar zullen projecteren, afstemmen op elkaar. Schakel alle projectors in en selecteer de instelling Kleurmatching in het menu Uitgebreid van elke projector zodat de beeldkwaliteit van alle projectors overeenkomen op het gecombineerde scherm.
Meerdere projectors gebruiken Er zijn acht aanpassingsniveaus van wit via grijs en tot zwart. U kunt elk niveau afzonderlijk bijstellen. e Selecteer Rood, Groen of Blauw en pas dan de kleurtint aan. f Selecteer Helderheid en pas de waarde aan. g Keer terug naar stap 4 en pas nog een niveau aan. h Druk op de knop [Esc] om naar het vorige scherm terug te keren.
Meerdere projectors gebruiken c Selecteer RGBCMY en druk op [Enter]. d Selecteer de aan te passen kleur en druk op [Enter]. het volgende zoals nodig voor elke instelling. e Doe • Om de algemene tint van de kleur aan te passen naar blauwachtig groenachtig - roodachtig, past u de instelling Tint aan. • Om de algemene levendigheid van de kleur aan te passen, past u de instelling Verzadiging aan. • Om de algemene helderheid van de kleur aan te passen, past u de instelling Helderheid aan.
Beelden projecteren van de HDMI3-poort met de optionele interfacebox Wanneer de optionele interfacebox (ELPCB02) wordt verbonden met de projector, moet u de volgende instellingen selecteren voor het projecteren van beelden van het apparaat dat is aangesloten op de HDMI3-poort van de projector. Na het selecteren van de instellingen, schakelt de ingangsbron tussen HDMI2 en HDMI3 bij elke druk op de knop [HDMI2] op de interfacebox (EB‑710Ui). b Selecteer het menu Uitgebreid en druk op [Enter].
Beelden projecteren van de HDMI3-poort met de optionele interfacebox d Selecteer ELPCB02 verbinden en druk op [Enter]. e Selecteer Aan en druk op [Enter]. De ingangsbron schakelt tussen HDMI2 en HDMI3 bij elke druk op de knop [HDMI2] op de interfacebox. f Druk op [Menu] of [Esc] om de menu's af te sluiten.
Beveiligingsfuncties projector 147 U kunt uw projector beschermen tegen diefstal of onbedoeld gebruikt voorkomen door de volgende beveiligingsfuncties in te stellen: • Het wachtwoord Beveiliging plannen verhindert dat iemand de tijd- of roosterinstellingen van de projector wijzigt (EB‑700U). • Wachtwoordbeveiliging om te verhinderen dat mensen die het wachtwoord niet kennen de projector gebruiken en om te voorkomen dat er wijzigingen worden aangebracht aan het opstartscherm en andere instellingen.
Beveiligingsfuncties projector b Selecteer Wachtwoord en druk op [Enter]. 148 Het wachtwoord wordt weergegeven als **** terwijl het wordt ingevoerd. Er verschijnt een vraag om bevestiging nadat u het vierde cijfer hebt ingevoerd. het wachtwoord opnieuw in. e Voer U ziet het bericht "Het nieuwe wachtwoord is opgeslagen". Als u een onjuist wachtwoord invoert, verschijnt er een melding dat u het wachtwoord opnieuw moet invoeren. U ziet de vraag "Wachtwoord wijzigen?". c Selecteer Ja en druk op [Enter].
Beveiligingsfuncties projector • Om wijzigingen aan de netwerkinstellingen te verhinderen, selecteert u Aan als de instelling Netwerkbeveil. • Om wijzigingen aan de roosterinstellingen van de projector te verhinderen, selecteert u Aan voor de instelling Beveiliging plannen (EB‑700U). U kunt de beveiligd-met-wachtwoord-sticker op de projector plakken als extra diefstalbeveiliging. a 149 de knop [Num] op de afstandsbediening ingedrukt terwijl u het a Houd wachtwoord invoert met de cijferknoppen.
Beveiligingsfuncties projector De projectorknoppen vergrendelen 150 c Selecteer Slotinstelling en druk op [Enter]. U kunt de knoppen op het bedieningspaneel vergrendelen om te verhinderen dat iemand de projector gebruikt. De projector kan nog steeds bediend worden met de afstandsbediening. a Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu]. d Selecteer Toetsvergrendeling en druk op [Enter]. b Selecteer het menu Instellingen en druk op [Enter].
Beveiligingsfuncties projector • Om alle knoppen behalve de voedingsknop te vergrendelen selecteert u Ged. vergrend. U ziet een bevestigingsbericht. 151 • Gebruik het bevestigingspunt voor de beveiligingskabel op de projector om een draadkabel te bevestigen en maak deze vast aan een vast object in de kamer of aan een zwaar meubelstuk. Ja en druk op [Enter]. f Selecteer De instelling Toetsvergrendeling wordt van kracht. g Verwante koppelingen • "De projectorknoppen ontgrendelen" pag.
De projector op een netwerk gebruiken Volg de instructies in deze secties om uw projector in te stellen voor gebruik op een netwerk. g Verwante koppelingen • "Projectie Vast Netwerk" pag.153 • "Projectie draadloos netwerk" pag.156 • "Beveiligde HTTP" pag.
Projectie Vast Netwerk U kunt beelden naar uw projector verzenden via een vast netwerk. Verbind hiervoor de projector met uw netwerk en stel dan uw projector en computer in voor netwerkprojectie. 153 het andere uiteinde van de kabel aan op de LAN-poort van de b Sluit projector. Na het aansluiten en instellen van de projector zoals hier beschreven, installeert u Epson iProjection (Windows/Mac) vanaf de cd-rom Epson Projector Software (indien beschikbaar) of vanaf de website.
Projectie Vast Netwerk b Selecteer het menu Netwerk en druk op [Enter]. 154 de basisopties zoals nodig. e Selecteer • Onder Projectornaam kunt u een naam invoeren van maximaal 16 alfanumerieke tekens om de projector te identificeren via het netwerk. • Onder Wachtwoord PJLink kunt u een wachtwoord invoeren van maximaal 32 alfanumerieke tekens voor het gebruik van het PJLinkprotocol voor de projectorbediening.
Projectie Vast Netwerk f Selecteer het menu Vast netwerk en druk op [Enter]. 155 op de knop [LAN] op de afstandsbediening. k Druk De vaste netwerkinstellingen zijn voltooid wanneer u het juiste IP-adres ziet op het LAN stand-byscherm. g Selecteer IP-instellingen en druk op [Enter]. uw IP-instellingen zoals nodig. h Selecteer • Als uw netwerk automatisch adressen toewijst, stelt u DHCPinstelling op Aan.
Projectie draadloos netwerk U kunt beelden naar uw projector verzenden via een draadloos netwerk. Hiervoor moet u de Epson 802.11b/g/n draadloze LAN-module installeren en vervolgens uw projector en computer instellen voor draadloze projectie met de menu’s Netwerk van de projector. Na het installeren van de draadloze LAN-module en het instellen van de projector, installeert u de netwerksoftware vanaf de cd-rom Epson Projector Software (indien beschikbaar) of downloadt u de software zoals nodig.
Projectie draadloos netwerk a Verwijder beide schroeven van de kabeldeksel om de deksel te openen. 157 de draadloze LAN-module aan op de sleuf van de draadloze LANb Sluit module. Draadloze netwerkinstellingen handmatig selecteren Voordat u kunt projecteren vanaf uw draadloos netwerk, moet u de netwerkinstellingen selecteren voor de projector. a Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu].
Projectie draadloos netwerk 158 b Selecteer het menu Netwerk en druk op [Enter]. e Selecteer het menu Basis en druk op [Enter]. c Selecteer Aan als de instelling Voeding draadl. LAN. de basisopties zoals nodig. f Selecteer • Onder Projectornaam kunt u een naam invoeren van maximaal 16 alfanumerieke tekens om de projector te identificeren via het netwerk.
Projectie draadloos netwerk iedereen die zich niet in de ruimte van de projector bevindt. U moet een weergegeven, gerandomiseerd trefwoord invoeren vanaf een computer die Epson iProjection gebruikt om toegang te krijgen tot de projector en om het huidige scherm te delen. • Met Weergave zoekwoord kunt u kiezen of u een projectortrefwoord wilt weergeven op het geprojecteerde beeld wanneer u de projector gebruikt met Epson iProjection.
Projectie draadloos netwerk De draadloze netwerkinstellingen zijn volledig wanneer u het juiste IPadres ziet op het LAN stand-byscherm. 160 Draadloze netwerkinstellingen selecteren in Mac Selecteer voordat u een verbinding maakt met de projector het juiste draadloze netwerk in Mac. a Klik op het wifi-pictogram in de menubalk bovenaan het scherm.
Projectie draadloos netwerk d Selecteer Netwerkconfiguratie en druk op [Enter]. e Selecteer het menu Draadl. LAN en druk op [Enter]. 161 een van de volgende bewerkingen uit, afhankelijk van de h Voer beveiliging die u hebt geselecteerd. • WPA2-PSK, WPA/WPA2-PSK: Selecteer Inst. Voltooid en volg de instructies op het scherm om uw instellingen op te slaan en de menu's af te sluiten. • WPA2-EAP, WPA/WPA2-EAP: Selecteer EAP-instelling en druk op [Enter].
Projectie draadloos netwerk uw EAP-instellingen zoals vereist. p Selecteer • Met Gebruikersnaam kunt u een gebruikersnaam invoeren met maximaal 64 alfanumerieke tekens. Gebruik uw webbrowser om meer dan 32 tekens in te voeren. Als u een clientcertificaat importeert, wordt de naam die aan het certificaat is toegewezen, automatisch ingesteld. • In Wachtwoord kunt u een wachtwoord invoeren met maximum 64 alfanumerieke tekens voor de authenticatie wanneer u het type PEAP, EAP-FAST of LEAP gebruikt.
Projectie draadloos netwerk Een QR-code gebruiken voor het aansluiten op een mobiel apparaat Na het selecteren van de instellingen voor het draadloos netwerk, kunt u een QR-code weergeven op het scherm en deze gebruiken om te verbinden met een mobiel apparaat via de app Epson iProjection (iOS/Android). a • Zorg dat u de laatste versie van Epson iProjection (V1.3.0 of later ondersteunt deze functie) op uw apparaat hebt geïnstalleerd.
Projectie draadloos netwerk f Verwijder de USB-sleutel. g Sluit de USB-sleutel aan op een USB-poort op uw computer. a Als het venster Automatisch afspelen wordt weergegeven in Windows Vista, selecteert u MPPLaunch.exe en vervolgens Toestaan. de instructies op het scherm om de nodige toepassing te h Volg installeren. a • Als het bericht van de Windows Firewall wordt weergegeven, klikt u op Ja om de firewall uit te schakelen. • U moet als beheerder zijn aangemeld om de software te installeren.
Beveiligde HTTP U kunt het HTTPS-protocol gebruiken om de beveiliging tussen de projector en een webbrowser die ermee communiceert, te verbeteren. Hiervoor maakt u een servercertificaat aan, installeert u het op de projector en schakelt u de instelling Beveiligde HTTP in de projectormenu’s in om de betrouwbaarheid van de webbrowser te controleren. 165 e Selecteer het menu Overige en druk op [Enter].
Beveiligde HTTP 166 Ondersteunde webservercertificaten U kunt deze types digitale certificaten registreren. Webservercertificaat (Beveiligde HTTP) Specificatie Beschrijving Formaat PKCS#12 Extensie PFX, P12 Codering RSA Hashes MD5/SHA-1/SHA-256/SHA-384/SHA-512 Sleutellengte 512/1024/2048/4096 bit Gedeelde naam Netwerkhostnaam Organisatie Optioneel Wachtwoord * Maximaal 32 alfanumerieke tekens; vereist * U kunt een wachtwoord instellen met maximaal 64 alfanumerieke tekens.
Bewaking en bediening van de projector Volg de instructies in deze secties om de projector te bewaken en te bedienen via een netwerk. g Verwante koppelingen • "Epson Projector Management" pag.168 • "Een netwerkcomputer bedienen via een webbrowser" pag.169 • "E-mailwaarschuwingen voor het projectornetwerk instellen" pag.173 • "Bewaking instellen met SNMP" pag.175 • "ESC/VP21-opdrachten gebruiken" pag.176 • "PJLink-ondersteuning" pag.178 • "Ondersteuning Crestron RoomView" pag.
Epson Projector Management Met de Epson Projector Management-software (alleen Windows) kunt u uw projector bewaken en bedienen via het netwerk. Raadpleeg de Bedieningshandleiding voor Epson Projector Management voor instructies. U kunt Epson Projector Management downloaden van de volgende website: http://www.epson.
Een netwerkcomputer bedienen via een webbrowser Zodra u uw projector hebt verbonden met uw netwerk, kunt u de projectorinstellingen selecteren en de projectie bedienen via een compatibele webbrowser. Hiermee krijgt u externe toegang tot de projector. a 169 U ziet het scherm Epson Web Control. • Controleer of de computer en de projector op het netwerk zijn aangesloten. Als u beelden projecteert met een draadloos LAN, maakt u verbinding in de verbindingsmodus Geavanceerd.
Een netwerkcomputer bedienen via een webbrowser het pictogram dat overeenkomt met de projectorfunctie die u f Selecteer wilt bedienen. 170 K Selecteert de USB-apparaatbron L Selecteert de Computerpoortbron M Zoekacties voor bronnen de instellingen van het projectormenu te selecteren, kiest u g Om Geavanceerd in het scherm Epson Web Control. a • U kunt de projectorinstellingen ook wijzigen door het projectormenusysteem te openen vanaf het OSDbedieningspad.
Een netwerkcomputer bedienen via een webbrowser a • De volgende instellingen kunnen niet worden geselecteerd met een webbrowser.
Een netwerkcomputer bedienen via een webbrowser U ziet het scherm Epson Web Control. 172 U ziet het scherm Webcontrole. g Selecteer het certificaatbestand dat u wilt registreren. het wachtwoord in het vak Wachtwoord in en klik dan op h Voer Verzenden. u klaar bent met het registreren van het certificaat, klikt u op i Als Toepassen om uw wijzigingen toe te passen en de registratie te voltooien. e Selecteer Geavanceerd. a • Het kan zijn dat u zich moet aanmelden voordat u het scherm Geavanceerd ziet.
E-mailwaarschuwingen voor het projectornetwerk instellen U kunt de projector instellen om u een e-mailwaarschuwing te verzenden via het netwerk als er een probleem is met de projector. Als u de instelling Stand-by modus op Communicatie aan zet in het projectormenu ECO, kunt u de e-mailwaarschuwingen ontvangen, zelfs als de projector in stand-bymodus is (wanneer de voeding uit is). s ECO > Stand-by modus > Stand-by modus a Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu].
E-mailwaarschuwingen voor het projectornetwerk instellen • Gedetailleerde informatie over het probleem 174
Bewaking instellen met SNMP Netwerkbeheerders kunnen SNMP-software (Simple Network Management Protocol) installeren op netwerkcomputers zodat ze projectors kunnen bewaken. Als uw netwerk deze software gebruikt, kunt u de projector instellen voor SNMP-bewaking. a Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu]. b Selecteer het menu Netwerk en druk op [Enter]. c Selecteer Netwerkconfiguratie en druk op [Enter]. d Selecteer het menu Melding en druk op [Enter]. e Zet de instelling SNMP op Aan.
ESC/VP21-opdrachten gebruiken 176 Met ESC/VP21 kunt u de projector vanaf een extern apparaat bedienen. Item g Verwante koppelingen • "Lijst met ESC/VP21-opdrachten" pag.176 • "Kabelindelingen" pag.176 Signaalselectie Commando Computer Automatisch SOURCE 1F RGB SOURCE 11 Component SOURCE 14 HDMI1/MHL SOURCE 30 HDMI2 SOURCE A0 HDMI3 SOURCE C0 Video SOURCE 41 USB Display SOURCE 51 Als een commando wordt ingevoerd, voert de projector het commando uit en stuurt een ":" terug.
ESC/VP21-opdrachten gebruiken In de volgende afbeelding wordt de projectorzijde aan de linkerkant getoond en de computerzijde aan de rechterkant: Signaalnaam Functie GND Aarde signaaldraad TD Gegevens verzenden RD Gegevens ontvangen Communicatieprotocol • • • • • Standaardinstelling voor baudrate: 9600 bps Gegevenslengte: 8 bits Pariteit: Geen Stopbit: 1 bit Flowbesturing: Geen 177
PJLink-ondersteuning 178 PJLink is opgericht door de JBMIA (Japan Business Machine and Information System Industries Association) als een standaardprotocol voor het bedienen van netwerkcompatibele projectors, en ingesteld in het kader van hun streven om bedieningsprotocollen voor projectors te standaardiseren. De projector voldoet aan de PJLink Class2-standaard ingesteld door JBMIA. Het poortnummer dat wordt gebruikt voor de PJLink-zoekfunctie is 4352 (UDP).
Ondersteuning Crestron RoomView Als u het netwerkbewakings- en besturingssysteem Crestron RoomView gebruikt, kunt u uw projector instellen voor gebruik op het systeem. Met Crestron RoomView kunt u uw projector besturen en bewaken via een webbrowser. a • U kunt de functie Epson Web Control of de functie Message Broadcasting niet gebruiken voor Epson Projector Management wanneer u Crestron RoomView gebruikt.
Ondersteuning Crestron RoomView uw webbrowser op een computer die is aangesloten op het a Start netwerk. het IP-adres van de projector in het adresvak van de browser in en b Voer druk op de Enter-toets op de computer. U ziet dit scherm: 180 de projector-, Crestron- en de wachtwoordinstellingen te wijzigen, f Om klikt u op het tabblad Tools , selecteert u de instellingen op het weergegeven scherm en klik dan op Send.
Ondersteuning Crestron RoomView B C D Schakelt over naar beeld van de geselecteerde invoerbron. Om invoerbronnen weer te geven die niet in Sources List zijn opgenomen, klikt u op (a) of (b) om omhoog of omlaag te scrollen. De huidige invoerbron van het videosignaal wordt in het blauw weergegeven. U kunt de naam van de bron indien gewenst wijzigen. Freeze E Druk op deze knop om het beeld te pauzeren of vrij te geven. Contrast Stel hier het verschil in tussen licht en schaduw in het beeld.
Ondersteuning Crestron RoomView B C Projector Name Geef een naam op om de projector die op dat ogenblik verbonden is te differentiëren van de andere netwerkprojectors (maximum 16 alfanumerieke tekens) Location Geef een naam op voor de installatielocatie voor de projector die op dat ogenblik verbonden is met het netwerk. (maximum 32 alfanumerieke tekens en symbolen) Assigned To Voer een gebruikersnaam in voor de projector. (maximum 32 alfanumerieke tekens) DHCP Selecteer om DHCP te gebruiken.
Schema’s projectorgebeurtenissen instellen U kunt maximaal 30 gebeurtenissen plannen om ze automatisch te laten optreden op uw projector, zoals het in- of uitschakelen van de projector of het schakelen van de ingangsbron (EB‑700U). De projector voert de geselecteerde gebeurtenissen uit op de opgegeven datum en tijd in het schema dat u hebt opgemaakt. 183 f Selecteer Nieuw toevoegen en druk op [Enter]. Waarschuwing Plaats geen brandbare voorwerpen voor de lens.
Schema’s projectorgebeurtenissen instellen 184 de datum en tijd waarop u wilt dat de gebeurtenis zich h Selecteer voordoet. De geplande gebeurtenissen worden weergegeven op het scherm met pictogrammen die de gebeurtenisstatus aangeven. i Selecteer Opslaan en druk op [Enter].
Schema’s projectorgebeurtenissen instellen een optie in het weergegeven menu. k Selecteer • Met Aan of Uit kunt u de geselecteerde gebeurtenis in- of uitschakelen. • Met Bewerken kunt u de gebeurtenisdetails of de datum en tijd wijzigen. • Met Wissen kunt u de geplande gebeurtenis verwijderen van een lijst. l Selecteer Installatie voltooid en selecteer dan Ja. Om alle geplande gebeurtenissen te verwijderen, selecteert u Schema opnieuw instellen.
De menu-instellingen aanpassen Volg de instructies in deze secties om toegang te krijgen tot het projectormenusysteem en de projectorinstellingen te wijzigen. g Verwante koppelingen • "De projectormenu's gebruiken" pag.187 • "Het weergegeven toetsenbord gebruiken" pag.188 • "Instellingen Beeldkwaliteit - Menu Beeld" pag.189 • "Instellingen ingangssignaal - Menu Signaal" pag.191 • "Instellingen projectorfuncties - Menu Instellingen" pag.
De projectormenu's gebruiken U kunt de menu's van de projector gebruiken voor het aanpassen van de instellingen die bepalen hoe uw projector werkt. De projector toont de menu's op het scherm. a Druk op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op [Menu]. U ziet het menuscherm met de instellingen voor het menu Beeld. op de pijlen omhoog of omlaag om door de menu's aan de b Druk linkerzijde te lopen. De instellingen voor elk menu worden rechts weergegeven.
Het weergegeven toetsenbord gebruiken U kunt het weergegeven toetsenbord gebruiken voor het invoeren van cijfers en tekens. a Gebruik de pijlknoppen op het bedieningspaneel of de afstandsbediening om het cijfer of de letter die u wilt invoeren, te markeren en druk op de knop [Enter]. a Telkens wanneer u de CAPS-toets selecteert, veranderen de letters tussen hoofdletters en kleine letters. Telkens wanneer u de SYM1/2-toets selecteert, veranderen de symbolen die zijn ingesloten in het kader.
Instellingen Beeldkwaliteit - Menu Beeld Met de instellingen in het menu Beeld kunt u de kwaliteit van uw beeld aanpassen voor de ingangsbron die u momenteel gebruikt. De beschikbare instellingen zijn afhankelijk van de momenteel geselecteerde ingangsbron. 189 Instelling Beeldverbetering Opties Beschrijving Kleurtemperatuur Kleurtemperatuur: stelt de kleurtemperatuur in volgens de kleurmodus die u hebt geselecteerd. Hogere waarden geven het beeld een blauwe tint en lagere waarden een rode.
Instellingen Beeldkwaliteit - Menu Beeld Instelling Opties Beschrijving Dynamisch contrast Uit Normaal Hoge snelheid Past de geprojecteerde helderheid aan op basis van de beeldhelderheid. Beschikbaar wanneer de kleurmodus is ingesteld op Dynamisch of Cinema. Dit item wordt uitgeschakeld wanneer Multiprojectie is ingesteld op Aan.
Instellingen ingangssignaal - Menu Signaal Normaal gesproken detecteert en optimaliseert de projector de instellingen van het ingangssignaal automatisch. Als u de instellingen wilt aanpassen, kunt u het menu Signaal gebruiken. De beschikbare instellingen zijn afhankelijk van de momenteel geselecteerde ingangsbron. a a U kunt geen instellingen selecteren in het menu Signaal wanneer de huidige ingangsbron een van de volgende is.
Instellingen ingangssignaal - Menu Signaal Instelling Resetten Opties Beschrijving Ingangssignaal Ingangssignaal: geeft het signaaltype op van ingangsbronnen die zijn aangesloten op computerpoorten. • Automatisch: detecteert automatisch signalen. • RGB: voert computer-/RGBvideosignalen in. • Component: voert componentvideosignalen in. Videosignaal Videosignaal: geeft het signaaltype op van ingangsbronnen die zijn aangesloten op videopoorten.
Instellingen projectorfuncties - Menu Instellingen Via de opties in het menu Instellingen kunt u verschillende projectorfuncties aanpassen. Instelling Opties Geometrische corr. Beschrijving Past de beeldvorm aan naar rechthoekig. H/V-Keystone H/V-Keystone: selecteer deze optie om de horizontale en verticale zijden handmatig te corrigeren. Quick Corner Quick Corner: selecteer deze optie om de beeldvorm en uitlijning te corrigeren via een weergave op het scherm.
Instellingen projectorfuncties - Menu Instellingen Instelling Opties Beschrijving Instelling Opties Beschrijving Link aan Link aan: bepaalt wat er gebeurt wanneer u de projector of een aangesloten apparaat inschakelt. • Bidirectioneel: schakelt het aangesloten apparaat automatisch in wanneer u de projector inschakelt en omgekeerd. • Apparaat -> PJ: schakelt de projector automatisch in wanneer u het aangesloten apparaat inschakelt.
Instellingen projectorfuncties - Menu Instellingen Instelling Opties Beschrijving Patroonweergave Patroonweergave: hiermee kunt u het geselecteerde patroontype weergeven op het scherm om u te helpen bij de presentatie. Patroontype Patroontype: u hebt de keuze uit patronen 1 tot 4 of het Gebruikerspatroon. Patronen 1 tot 4 tonen vooraf geregistreerde patronen in de projector, zoals lijnen met liniëring of rasterpatronen.
Instellingen configuratie van de projector - Menu Uitgebreid Met de instellingen in het menu Uitgebreid kunt u verschillende functies van de projectorinstelling aanpassen. Instelling 196 Opties Beschrijving Bericht Bericht: stel dit in op Aan om berichten weer te geven, zoals de naam van de ingangsbron, de naam van de kleurmodus, de hoogtebreedteverhouding, geen signaalbericht of een waarschuwing voor een hoge temperatuur op uw geprojecteerd beeld.
Instellingen configuratie van de projector - Menu Uitgebreid Instelling Opties Beschrijving Gebruikerslogo — Maakt een scherm dat de projector weergeeft om zichzelf te identificeren en de beveiliging te verbeteren. Projectie Voorkant Selecteert de manier waarop de projector Voor/Onderstebove naar het scherm is gericht zodat het beeld de juiste stand heeft.
Instellingen configuratie van de projector - Menu Uitgebreid Instelling USB Type B * Opties Beschrijving Audio-uitvoer Audio-uitvoer: selecteert de audioingang wanneer u beelden projecteert van alles behalve HDMI-poorten. HDMI1-audiouitvoer HDMI2-audiouitvoer HDMI3-audiouitvoer HDMI1-audio-uitvoer/HDMI2-audiouitvoer/HDMI3-audio-uitvoer: selecteert de audio-invoerpoort bij het projecteren van beelden vanaf HDMIpoorten.
Instellingen configuratie van de projector - Menu Uitgebreid Instelling Opties Beschrijving Taal Er zijn verschillende talen beschikbaar Selecteer de taal voor het menu van de projector en de berichtweergaven. Resetten — Stelt alle aanpassingswaarden in het menu Uitgebreid opnieuw in naar de standaardwaarden, behalve voor het volgende: • Easy Interactive Function * • Kleurgelijkheid • Werkbalken * • Pictogram penmodus * • Projectorbediening * • Gebruikerslogo • Projectie • Hoogtemodus • Autom.
Instellingen configuratie van de projector - Menu Uitgebreid s Uitgebreid > Easy Interactive Function > Algemeen Instelling Opties Beschrijving Autom. kalibreren — Start de kalibratie voor penbewerkingen. 200 Instelling Opties Beschrijving Penmodus PC Free-annotatie Interactief met pc Selecteert de modus voor de interactieve pennen. Als dit is ingesteld op PC Freeannotatie, kunt u tekenen op het geprojecteerde scherm.
Instellingen configuratie van de projector - Menu Uitgebreid Instelling Opties Beschrijving Instelling Kleurenpalet Kleurenpalet: hier kunt u Palet 2 selecteren als bepaalde kleuren in het standaard kleurenpalet moeilijk zichtbaar zijn. Gebruiksmodus pen Geavanceerd (sectie Actie voor penknop Actie voor penknop: hiermee stelt u de PC Free-annotatie) functie van de knop op de zijkant van de interactieve pen in. Contr.
Instellingen projectornetwerk - Menu Netwerk Via de instellingen in het menu Netwerk kunt u netwerkinformatie weergeven en de projector instellen voor het bedienen via een netwerk. Wanneer u Netwerkbeveil. instelt op Aan in het scherm Wachtwoordbeveiliging, kunt u de netwerkinstellingen niet wijzigen. Stel Netwerkbeveil. eerst in op Uit. 202 Instelling Opties Beschrijving Netwerkinfo Draadloos Aansluitmodus Draadl. LAN-syst.
Instellingen projectornetwerk - Menu Netwerk g Verwante koppelingen • "Menu Netwerk - Menu Basis" pag.203 • "Menu Netwerk - Menu Draadloos LAN" pag.204 • "Menu Netwerk - Menu Vast netwerk" pag.206 • "Menu Netwerk - Menu Melding" pag.207 • "Menu Netwerk - Menu Overige" pag.208 • "Menu Netwerk - Menu Resetten" pag.208 • "Soorten wachtwoordbeveiliging selecteren" pag.148 Menu Netwerk - Menu Basis Via de instellingen in het menu Basis kunt u de basisnetwerkinstellingen selecteren.
Instellingen projectornetwerk - Menu Netwerk Instelling Opties Beschrijving LAN-info weergeven. Tekst en QR-code Tekst Stel het weergaveformaat in voor de netwerkinformatie van de projector. U kunt het mobiele apparaat met de projector verbinden via een netwerk door gewoon de QR-code te lezen met Epson iProjection. De standaardwaarde is Tekst en QR-code.
Instellingen projectornetwerk - Menu Netwerk Instelling Wachtwoordzin EAP-instelling Opties Beschrijving WPA/WPA2-PSK WPA/WPA2-PSK: maakt verbinding in de persoonlijke WPA-modus. De coderingsmethode wordt automatisch geselecteerd aan de hand van de instellingen van het toegangspunt. Stel een wachtwoord in dat hetzelfde is voor het toegangspunt. WPA2-EAP WPA2-EAP: de communicatie gebeurt met WPA2-beveiliging. Gebruikt AEScoderingsmethode.
Instellingen projectornetwerk - Menu Netwerk Instelling Opties Beschrijving Clientcertificaat Clientcertificaat: importeert het clientcertificaat wanneer het PEAP-TLSof EAP-TLS-type wordt gebruikt. Servercertificaat verifiëren Servercertificaat verifiëren: selecteert of het servercertificaat moet worden geverifieerd wanneer een CA-certificaat is ingesteld. CA-certificaat CA-certificaat: importeert het CAcertificaat wanneer het PEAP-, PEAPTLS-, EAP-TLS- of EAP-FAST-type wordt gebruikt.
Instellingen projectornetwerk - Menu Netwerk Menu Netwerk - Menu Melding Via de instellingen in het menu Melding kunt u instellen om een emailbericht te ontvangen als er een probleem is met de projector of als de projector een waarschuwing geeft.
Instellingen projectornetwerk - Menu Netwerk 208 Instelling Opties Beschrijving Instelling Opties Beschrijving Gemeld IP-adres IP-adres Voer het IP-adres in om de bedrijfsstatus van de projector te ontvangen wanner de functie PJLink-melding is ingeschakeld. Voer de adressen in met 0 tot 255 voor elk adresveld. Gebruik deze adressen niet: 127.x.x.x of 224.0.0.0 tot en met 255.255.255.255 (waar x een cijfer is van 0 tot 255).
Instellingen projectornetwerk - Menu Netwerk s Netwerk > Netwerkconfiguratie > Resetten Instelling Opties Beschrijving Netwerkinstellinge n resetten. Ja Nee Selecteer Ja om alle netwerkinstellingen te resetten.
Instellingen configuratie van de projector - Menu ECO Via de instellingen in het menu ECO kunt u de projectorfuncties aanpassen om energie te besparen. Als u een energiebesparende instelling selecteert, verschijnt een pictogram van een blad naast het menu-item. Instelling Helderheidsinstell. Opties Instelling 210 Opties Beschrijving Lichtmodus Lichtmodus: stel de helderheid in voor de lichtbron. Beschikbaar wanneer Multiprojectie is ingesteld op Uit.
Instellingen configuratie van de projector - Menu ECO Instelling Opties Beschrijving Sluimerstand Aan Uit Schakelt de projector automatisch uit na een interval van inactiviteit (wanneer Aan). Tijd sluimerstand 1 tot 30 minuten Stelt het interval in voor de sluimerstand. Timer A/V dempen Aan Uit De voeding van de projector schakelt na 30 minuten automatisch uit als A/V dempen is ingeschakeld (wanneer Aan). Stand-by modus Beschikbaar wanneer u A/V-uitvoer hebt ingesteld op Bij projectie.
Weergave Projectorinformatie - Menu Informatie U kunt informatie weergeven over de projector en de versie door het menu Informatie weer te geven. U kunt echter geen instellingen in het menu wijzigen. Informatie-item Beschrijving Beamerinfo Toont de projectorinformatie. Info licht Toont de informatie van de lichtbron van de projector. Versie Toont de firmwareversie van de projector. g Verwante koppelingen • "Menu Informatie - Menu Projectorinformatie" pag.
Weergave Projectorinformatie - Menu Informatie Informatie-item Beschrijving Sync. info Toont informatie die een onderhoudstechnicus nodig kan hebben. Status Toont informatie over projectorproblemen die een onderhoudstechnicus nodig kan hebben. Serienummer Toont het serienummer van de projector. Event ID Toont het Event ID-nummer van de gebeurtenis dat overeenkomt met een netwerkprobleem. Raadpleeg de lijst van Event ID-codes. g Verwante koppelingen • "Lijst Event ID-codes" pag.
Weergave Projectorinformatie - Menu Informatie Menu Informatie - Menu Info licht U kunt informatie weergeven over de lichtbron van de projector door het menu Info licht weer te geven in het menu Informatie van de projector. Informatie-item Beschrijving Uren licht Toont het aantal bedrijfsuren voor elke instelling voor Lichtmodus van de projector.
Opties projector resetten- Menu Resetten U kunt de meeste projectorinstellingen opnieuw instellen naar hun standaardwaarden met de optie Alle standaardw. in het menu Resetten. U kunt de volgende instellingen resetten via de optie Alle standaardw.: • • • • • • • • • • Ingangssignaal Zoomen Beeldverschuiving Gebruikerslogo Kleurgelijkheid Kleurmatching Instellingen rooster * Taal Datum & tijd Behalve de volgende items van het menu Netwerk: • Voeding draadl.
Menu-instellingen kopiëren tussen projectors (Batchinstelling) Na het selecteren van de menu-instellingen voor een projector kunt u de volgende methoden gebruiken om de instellingen te kopiëren naar andere projectors, zolang ze hetzelfde model hebben. • met behulp van een USB-flashstation • door de computer en de projector met elkaar te verbinden via een USBkabel • met een EasyMP Netwerkupdater Menu-instellingen zoals de volgende, worden niet naar de andere projector gekopieerd.
Menu-instellingen kopiëren tussen projectors (Batchinstelling) a f De bestandsnaam voor het batchinstellingsbestand is PJCONFDATA.bin. Als u de bestandsnaam moet wijzigen, voeg tekst toe na PJCONFDATA. Gebruik hierbij uitsluitend alfanumerieke tekens. Als u het gedeelte PJCONFDATA van de bestandsnaam wijzigt, zal de projector het bestand mogelijk niet correct herkennen.
Menu-instellingen kopiëren tussen projectors (Batchinstelling) de USB-kabel los. g Koppel De projector wordt uitgeschakeld. h Koppel de voedingskabel los van de projector waarnaar u de instellingen wilt kopiëren en controleer of alle lampjes op de projector zijn gedoofd. een USB-kabel aan op de USB-poort van de computer en op de i Sluit USB-B-poort van de projector. de knop [Menu] op de afstandsbediening of het bedieningspaneel j Houd ingedrukt en sluit de voedingskabel aan op de projector.
De projector onderhouden Volg de instructies in deze secties om uw projector te onderhouden. g Verwante koppelingen • "Onderhoud projector" pag.220 • "Het projectievenster reinigen" pag.221 • "Reinigen van de obstakelsensor" pag.222 • "De projectorbehuizing reinigen" pag.223 • "Onderhoud van de luchtfilter en ventilatieopeningen" pag.224 • "De batterijen van de afstandsbediening vervangen" pag.228 • "De Interactieve Penbatterij vervangen" pag.229 • "De interactieve penpunt vervangen" pag.
Onderhoud projector U moet mogelijk het projectievenster en de obstakelsensor periodiek reinigen en de luchtfilter en ventilatieopeningen schoonmaken om te voorkomen dat de projector oververhit raakt door geblokkeerde ventilatie. De enige onderdelen die u moet vervangen, zijn de luchtfilter, de batterijen van de afstandsbedieningen, de batterijen van de interactieve pen en interactieve penpunten.
Het projectievenster reinigen Reinig het projectievenster regelmatig of wanneer u merkt dat er stof of vegen op het oppervlak zit. Om stof of vlekken te verwijderen, veegt u het projectievenster schoon met lensreinigingspapier. Waarschuwing Gebruik geen lensreinigingsmiddel dat brandbaar gas bevat. De hoge temperatuur die wordt gegenereerd door de projector, kan brand veroorzaken.
Reinigen van de obstakelsensor Reinig regelmatig het glas van de obstakelsensor van de projector of doe dat wanneer u een bericht ziet met de vraag obstakels die het projectiegebied hinderen, te verwijderen. Om stof of vlekken te verwijderen veegt u de lens schoon met lensreinigingspapier. Waarschuwing Gebruik geen lensreinigingsmiddel dat brandbaar gas bevat om de obstakelsensor te reinigen. De hoge temperatuur die wordt gegenereerd door de projector, kan brand veroorzaken.
De projectorbehuizing reinigen Voordat u de projectorbehuizing reinigt, moet u de projector uitschakelen en de voedingskabel loskoppelen. • Om stof of vuil te verwijderen, moet u een zachte, droge, vezelvrije doek gebruiken. • Om hardnekkig vuil te verwijderen, gebruikt u een zachte doek die is bevochtigd met water en zachte zeep. Spuit vloeistof niet direct op de projector. Let op Gebruik geen was, alcohol, benzeen, verfverdunner of andere chemische producten voor het reinigen van de projectorbehuizing.
Onderhoud van de luchtfilter en ventilatieopeningen Regelmatig filteronderhoud is belangrijk voor uw projector. Reinig de luchtfilter wanneer een bericht verschijnt met de melding dat de temperatuur binnenin de projector een hoog niveau heeft bereikt. Het wordt aanbevolen deze onderdelen om de 20.000 uur te reinigen. Reinig ze vaker als u de projector in een zeer stoffige omgeving gebruikt.
Onderhoud van de luchtfilter en ventilatieopeningen c Trek de luchtfilter uit de projector. 225 Let op Gebruik geen overmatige kracht als u op de luchtfilter tikt, anders kan deze barsten en onbruikbaar worden. de voorzijde van de luchtfilter (de zijde met de lipjes) om het e Stofzuig resterend stof te verwijderen. 4 of 5 keer op elke zijde van de luchtfilter om alle overtollig stof los d Tik te schudden.
Onderhoud van de luchtfilter en ventilatieopeningen de luchtfilter in de projector zoals weergegeven en duw er f Vervang voorzichtig op tot deze op zijn plaats klikt. g Sluit het luchtfilterdeksel.
Onderhoud van de luchtfilter en ventilatieopeningen c Trek de luchtfilter uit de projector. a Gooi gebruikte luchtfilters weg conform de lokale regelgeving. • Filterframe: polypropyleen • Filter: polypropyleen 227 het nieuwe luchtfilter in de projector zoals weergegeven en duw d Plaats er voorzichtig op tot deze op zijn plaats klikt. e Sluit het luchtfilterdeksel. g Verwante koppelingen • "Reserve-onderdelen" pag.
De batterijen van de afstandsbediening vervangen De afstandsbediening gebruikt twee AA mangaan- of alkalinebatterijen. Vervang de batterijen zodra ze leeg zijn. Let op Lees de Veiligheidsvoorschriften voordat u aan de slag gaat met de batterijen. a Verwijder de batterijklep zoals weergegeven. b Verwijder de oude batterijen. c Plaats de batterijen met de uiteinden + en – in de weergegeven richting. 228 Waarschuwing Plaats de batterijen aan de hand van de plus- (+) en mintekens (–) in de batterijhouder.
De Interactieve Penbatterij vervangen De interactieve pen gebruikt één AA mangaanbatterij, AA-alkalinebatterij of oplaadbare Eneloop-batterij (BK-3MCC). Vervang de batterij zodra deze leeg is. Wanneer de batterij bijna leeg is, knippert de penindicator wanneer u op de zijkant van de pen op de knop drukt. Wanneer de batterij leeg is, dooft de indicator op de pen. Let op Lees de Veiligheidsvoorschriften voordat u aan de slag gaat met de batterijen. a Verwijder de batterijklep zoals weergegeven.
De interactieve penpunt vervangen Twee interactieve pennen worden geleverd met twee types penpunten, zachte punten en harde punten. De zachte penpunten worden standaard op de pennen geïnstalleerd. 230 b Trek de zachte punt recht naar buiten. • Als de zachte punt vuil of beschadigd wordt, zal de pen minder goed reageren. Vervang dit door een nieuw punt dat bij het product is geleverd. • Als de zachte punt moeilijk te gebruiken is op een oppervlak met een textuur, vervangt u dat door een harde punt.
De interactieve penpunt vervangen 231 b Draai de harde penpunt. De zachte penpunt vervangen door een harde penpunt a Draai de punt van de interactieve pen om te verwijderen.
Problemen oplossen Controleer de oplossingen in deze secties als u problemen ondervindt met de projector. g Verwante koppelingen • "Projectieproblemen" pag.233 • "Status projectorlampjes" pag.234 • "De Help-schermen van de projector gebruiken" pag.236 • "Beeld- of geluidsproblemen oplossen" pag.237 • "Problemen met de bediening van de projector en de afstandsbediening oplossen" pag.243 • "Problemen met interactieve functies oplossen" pag.245 • "Netwerkproblemen oplossen" pag.
Projectieproblemen Als de projector niet goed werkt, moet u deze uitschakelen, loskoppelen en opnieuw aansluiten en inschakelen. Controleer het volgende als dit het probleem niet oplost: • De lampjes op de projector kunnen het probleem aangeven. • Het Help-systeem van de projector kan informatie weergeven over algemene problemen. • De oplossingen in deze handleiding kunnen u helpen met het oplossen van veel problemen.
Status projectorlampjes De lampjes op de projector geven de projectorstatus aan en laten u weten wanneer een probleem optreedt. Controleer de status en kleur van de lampjes en raadpleeg dan deze tabel voor een oplossing. a • Als de lampjes een patroon tonen dat niet wordt vermeld in de onderstaande tabel, schakelt u de projector uit, haalt u de stekker uit het stopcontact en neemt u contact op met Epson voor hulp.
Status projectorlampjes 235 Lampje en status Probleem en oplossingen Lampje en status Voeding: uit Status: knipperend blauw Laser: uit Temp: oranje opgelicht De projector is oververhit en uitgeschakeld. Laat deze uitgeschakeld om de projector gedurende 5 minuten te laten afkoelen. • Controleer of de ventilatie-openingen en de luchtfilter niet zijn verstopt met stof of geblokkeerd worden door objecten in de buurt. • Reinig of vervang het luchtfilter.
De Help-schermen van de projector gebruiken 236 U kunt informatie weergeven om u te helpen bij het oplossen van algemene problemen via het Help-scherm van de projector. Toon het Helpmenu op het weergegeven bericht. d Selecteer Het menu Help wordt weergegeven. a Zet de projector aan. op het bedieningspaneel of de afstandsbediening op de knop b Druk [Home]. de pijlknoppen omhoog en omlaag om het probleem dat u wilt e Gebruik oplossen, te markeren. c Selecteer het pictogram op het startscherm.
Beeld- of geluidsproblemen oplossen Controleer de oplossingen in deze secties als u problemen ondervindt met de geprojecteerde beelden of het geluid. g Verwante koppelingen • "Oplossingen wanneer er geen beeld verschijnt" pag.237 • "Oplossingen wanneer een beeld onjuist is bij gebruik van de USB Displayfunctie" pag.237 • "Oplossingen wanneer het bericht "Geen signaal" verschijnt" pag.238 • "Oplossingen wanneer het bericht "Niet ondersteund" verschijnt" pag.
Beeld- of geluidsproblemen oplossen • Controleer of de Epson USB Display-software goed is geïnstalleerd. Afhankelijk van uw besturingssysteem of de computerinstellingen, wordt de software mogelijk niet automatisch geïnstalleerd. Download de recentste software van de volgende website en installeer deze. http://www.epson.com/ • Selecteer voor Mac, het pictogram USB Display in de map Dock. Als het pictogram niet verschijnt op het Dock, dubbelklikt u op USB Display in de map Toepassingen.
Beeld- of geluidsproblemen oplossen indien nodig de instellingen van de videokaart en stel d Controleer meerdere weergave-opties in op Klonen of Spiegelen. Weergeven vanaf een Mac-laptop Als het bericht "Geen signaal" wordt weergegeven bij het projecteren vanaf een Mac-laptop, moet u de laptop instellen voor gespiegelde weergave. (Raadpleeg de handleiding van uw laptop voor details.) het hulpprogramma Systeemvoorkeuren en selecteer a Open Beeldschermen.
Beeld- of geluidsproblemen oplossen Oplossingen wanneer het beeld niet rechthoekig is Probeer één van de volgende oplossingen als het geprojecteerde beeld niet gelijkmatig rechthoekig is. • Plaats de projector direct voor het midden van het scherm, indien mogelijk in een rechte hoek. • Druk op een keystone-knop op de projector om de beeldvorm aan te passen. • Pas de instelling Quick Corner aan om de beeldvorm te corrigeren. s Instellingen > Geometrische corr.
Beeld- of geluidsproblemen oplossen a Om condensatie op de lens te vermijden nadat u de projector van een koude omgeving naar binnen hebt gebracht, moet u de projector laten opwarmen naar kamertemperatuur voordat u het apparaat gebruikt. • Plaats de projector dicht genoeg bij het scherm. • Plaats de projector zo dat de hoek van de keystone-aanpassing niet zo breed is dat het beeld hierdoor wordt vervormd.
Beeld- of geluidsproblemen oplossen • Controleer de aansluitingen van de audiokabel tussen de projector en de videobron. • Als u geen geluid hoort van een HDMI-bron, stelt u het aangesloten apparaat in op PCM-uitvoer. • Controleer of er aangesloten audiokabels het label "Geen weerstand" hebben. • Als u de functie USB Display gebruikt, schakelt u de instelling Audio weergeven op projector onder het programma Instellingen Epson USB Display op uw computer in.
Problemen met de bediening van de projector en de afstandsbediening oplossen Controleer de oplossingen in deze secties als u problemen ondervindt met het bedienen van de projector of de afstandsbediening. g Verwante koppelingen • "Oplossingen voor problemen met de voeding of het uitschakelen van de projector" pag.243 • "Oplossingen voor problemen met de afstandsbediening" pag.243 • "Oplossingen voor wachtwoordproblemen" pag.
Problemen met de bediening van de projector en de afstandsbediening oplossen • Zorg dat minstens een van de externe ontvangers beschikbaar zijn in de instelling Externe receiver in het menu Instellingen van de projector. • Als de instelling Externe receiver is uitgeschakeld, houdt u de knop [Menu] op de afstandsbediening minstens 15 seconden ingedrukt om de instelling opnieuw in te stellen naar de standaardinstelling.
Problemen met interactieve functies oplossen Controleer de oplossingen in deze secties als u problemen ondervindt met de interactieve functies (EB‑710Ui). g Verwante koppelingen • "Oplossingen wanneer het bericht "Er is een fout opgetreden in Easy Interactive Function." wordt weergegeven" pag.245 • "Oplossingen wanneer de interactieve pennen niet werken" pag.245 • "Oplossingen wanneer handmatige kalibratie niet werkt" pag.
Problemen met interactieve functies oplossen Oplossingen wanneer handmatige kalibratie niet werkt Als u problemen ondervindt met het handmatig kalibreren, kunt u de volgende oplossingen proberen: • Zorg dat de projector niet te dicht bij het projectieoppervlak staat. • Verplaats de projector of schakel de storende apparatuur, bijvoorbeeld een lichtbron die infrarood-stralen gebruikt, uit.
Problemen met interactieve functies oplossen • "Instellingen configuratie van de projector - Menu Uitgebreid" pag.196 • "Instellen van het gebied voor gebruik van de pen" pag.100 Oplossingen wanneer de interactieve pennen langzaam of moeilijk te gebruiken zijn Als de pennen moeilijk te gebruiken zijn of langzaam reageren, kunt u de volgende oplossingen proberen: • Voor een gemakkelijkere bediening kunt u de pen loodrecht ten opzichte van het projectieoppervlak houden.
Netwerkproblemen oplossen Controleer de oplossingen in deze secties als u problemen ondervindt met de projector op een netwerk. g Verwante koppelingen • "Oplossingen wanneer de draadloze authenticatie mislukt" pag.248 • "Oplossingen wanneer u geen toegang krijgt tot de projector via internet" pag.248 • "Oplossingen wanneer e-mails met netwerkwaarschuwingen niet worden ontvangen" pag.248 • "Oplossingen wanneer het beeld statisch is tijdens de netwerkprojectie" pag.
Netwerkproblemen oplossen • Zorg dat u de instellingen voor e-mailwaarschuwingen van de projector correct instelt in het menu Melding van het projectornetwerk of in de netwerksoftware. • Zet de instelling Stand-by modus op Communicatie aan in het menu ECO van de projector zodat de netwerksoftware de projector kan bewaken in stand-by modus. Wijzig de instelling Poort volgens uw netwerkomgeving. s ECO > Stand-by modus > Stand-by modus • Controleer of het stopcontact en de voedingsbron goed werken.
Bijlage Raadpleeg deze secties voor de technische specificaties en belangrijke mededelingen over uw projector. g Verwante koppelingen • "Optionele accessoires en reserveonderdelen" pag.251 • "Schermgrootte en projectieafstand" pag.253 • "Ondersteunde resoluties voor de monitorweergaven" pag.255 • "Specificaties van de projector" pag.257 • "Specificaties connectors" pag.258 • "Externe afmetingen" pag.259 • "Systeemvereisten USB Display" pag.261 • "Systeemvereisten Easy Interactive Driver" pag.
Optionele accessoires en reserveonderdelen De volgende accessoires en reserveonderdelen zijn als optie verkrijgbaar. U kunt deze producten naar wens aanschaffen. 251 Beugels De volgende lijst met optionele accessoires en reserveonderdelen is van toepassing vanaf: juli 2017. Instelplaat ELPMB53 Gebruik deze als u de projector aan een wand installeert. De accessoiregegevens kunnen zonder voorafgaande opgaaf van redenen worden gewijzigd en de beschikbaarheid van accessoires verschilt per land.
Optionele accessoires en reserveonderdelen Externe apparaten Documentcamera ELPDC21/ELPDC13/ELPDC07 Gebruik deze voor het projecteren van beelden, zoals boeken, OHPdocumenten of dia's. Externe luidspreker ELPSP02 Externe luidsprekers met eigen stroomvoorziening. Aansluitings- en bedieningsdoos ELPCB02 (EB‑‑710Ui) Als de projector aan een wand is gemonteerd of is opgehangen aan het plafond, installeer dan de afstandsbediening om de betreffende projector te bedienen.
Schermgrootte en projectieafstand Raadpleeg deze tabel om te bepalen hoe ver de projector van het scherm moet worden verwijderd op basis van de grootte van het geprojecteerde beeld. 253 D Afstand vanaf het midden van de lens tot de achterkant van de projector (cm) EB‑‑710Ui/EB‑‑700U 16:10 schermgrootte A B C Minimum (veraf) tot maximum (kortbij) Kortste (Breed) Kortste (Breed) 70" 151 × 94 40.5 - 55.8 12.9 107.2 75" 162 × 101 43.6 - 60.1 14.3 115.3 80" 172 × 108 46.7 - 64.3 15.7 123.
Schermgrootte en projectieafstand 4:3 schermgrootte 114" 232 × 174 254 A B C Minimum (veraf) tot maximum (kortbij) Kortste (Breed) Kortste (Breed) 77.5 * 29.5 203.2 A B C Minimum (veraf) tot maximum (kortbij) Kortste (Breed) Kortste (Breed) * Project gebruikt Breed (maximale zoom). EB‑‑700U 16:9 schermgrootte 70" 155 × 87 41.7 - 57.5 18.3 105.5 80" 177 × 100 48.1 - 66.2 21.9 121.5 90" 199 × 112 54.6 - 74.9 25.5 137.6 100" 221 × 125 61.0 * 29.1 153.
Ondersteunde resoluties voor de monitorweergaven De tabel hier toont de compatibele vernieuwingsfrequentie en resolutie voor elk compatibel videoweergaveformaat.
Ondersteunde resoluties voor de monitorweergaven Signaal Vernieuwingssnelheid (Hz) Resolutie (beeldpunten) WUXGA (Reduced Blanking) 60 1920 × 1200 SDTV (480i/480p) 60 720 × 480 SDTV (576i/576p) 50 720 × 576 HDTV (720p) 50/60 1280 × 720 HDTV (1080i) 50/60 1920 × 1080 HDTV (1080p) 24/30/50/60 1920 × 1080 Signaal Vernieuwingssnelheid (Hz) Resolutie (beeldpunten) VGA 60 640 × 480 SDTV (480i/480p) 60 720 × 480 SDTV (576i/576p) 50 720 × 576 HDTV (720p) 50/60 1280 × 720 HDTV (10
Specificaties van de projector 257 Productnaam EB‑710Ui/EB‑700U Opslagtemperatuur -10 tot +60°C (geen condensatie) Afmetingen 494 (B) × 172 (H) × 437 (D) mm (zonder verhoogd gedeelte) Gewicht EB‑‑710Ui: Circa 11,2 kg LCD-schermgrootte 0,67" Weergavemethode Polisiliconen TFT actieve matrix Resolutie 2.304.000 pixels WUXGA (1.920 (B) × 1.
Specificaties connectors Computer-ingang 1 15-pins Mini D-sub (vrouwelijk) Monitor Out-poort 1 15-pins Mini D-sub (vrouwelijk) Video-poort 1 RCA pin-aansluiting Audio-poorten 2 Stereo mini-aansluiting Mic-poort (EB‑710Ui) 1 Stereo mini-aansluiting Audio Out-poort 1 Stereo mini-aansluiting HDMI1/MHL-poort 1 HDMI (audio wordt alleen door PCM ondersteund) HDMI2-poort 1 HDMI (audio wordt alleen door PCM ondersteund) HDMI3-poort 1 HDMI (audio wordt alleen door PCM ondersteund) USB-A-po
Externe afmetingen 259 A Midden van het projectievenster Zonder pootjes B Afstand vanaf de bovenkant tot de bevestigingspunten van de ophangbeugel
Externe afmetingen Met pootjes (EB‑‑700U) De eenheid gebruikt in deze illustraties is mm.
Systeemvereisten USB Display Om de projectorsoftware Epson USB Display te gebruiken, moet de computer voldoen aan de volgende systeemvereisten. Vereisten Windows Mac Besturingssystee m Windows Vista • Ultimate (32-bits) • Enterprise (32-bits) • Business (32-bits) • Home Premium (32-bits) • Home Basic (32-bits) OS X • 10.7.x (32- en 64-bits) • 10.8.x (64-bits) • 10.9.x (64-bits) • 10.10.x (64-bits) • 10.11.
Systeemvereisten Easy Interactive Driver Als u de modus Computer interactief wilt gebruiken, moet u de Easy Interactive Driver op uw computer installeren. Controleer de systeemvereisten die nodig zijn om de software uit te voeren. De interactieve functies zijn alleen beschikbaar voor EB‑710Ui. Vereisten Windows Mac Besturingssystee m Windows 7 • Ultimate (32- en 64-bits) • Enterprise (32- en 64-bits) • Professional (32- en 64-bits) • Home Premium (32- en 64bits) • Home Basic (32-bits) OS X • OS X 10.7.
Lijst van veiligheidssymbolen (volgens IEC60950-1 A2) 263 De volgende tabel toont de betekenis van de labels met veiligheidssymbolen op de apparatuur. Nr. Nr. H IEC60417 No.5926 Polariteit van gelijkstroomaansluiting Voor het identificeren van de positieve en negatieve aansluitingen (polariteit) op een deel van de apparatuur waarop de gelijkstroomvoeding kan worden aangesloten. I — Idem als nr. 8. J IEC60417 No.5001B Batterij, algemeen Op door batterij aangedreven apparatuur.
Lijst van veiligheidssymbolen (volgens IEC60950-1 A2) Nr. O Symboolmarkeri Goedgekeurde ng standaarden IEC60417 No.5032 Beschrijving Nr. Wisselstroom Om aan te duiden op het typeplaatje dat de apparatuur uitsluitend geschikt is voor wisselstroom; voor het identificeren van de relevante terminals. W ISO 3864 Verbod van demontage Om een risico op letsel, zoals elektrische schok, aan te geven als het apparaat is gedemonteerd. X IEC60417 No.
Informatie laserveiligheid Deze projector is een laserproduct van Klasse 1 dat voldoet aan IEC/EN60825-1:2014 de internationale norm voor lasers. Volg deze veiligheidsvoorschriften wanneer u de projector gebruikt. Waarschuwing • Open nooit een behuizing op de projector of de aanraakeenheid. Probeer nooit de projector of de aanraakeenheid te demonteren of aan te passen. Elektrische spanningen in de projector kunnen ernstig letsel veroorzaken.
Informatie laserveiligheid Zijkant Net als met elke heldere bron, mag u niet in de lichtstraal kijken, RG2 IEC/EN 62471-5:2015. 266 De labels met aanduiding van laserproduct van Klasse 1 en waarschuwingen worden op de volgende plaatsen op de aanraakeenheid aangebracht: De labels geven het volgende aan: Laserwaarschuwingslabels - Aanraakeenheid De aanraakeenheid is een laserproduct van Klasse 1 conform IEC/EN608251:2014. • KLASSE 1 LASERPRODUCT • WAARSCHUWING: open nooit de afdekkingen van dit toestel.
Woordenlijst In dit gedeelte worden kort de moeilijke termen uitgelegd die niet zijn toegelicht in de tekst van deze handleiding. Raadpleeg eventueel andere in de winkel verkrijgbare publicaties voor meer informatie. AMX Device Discovery AMX Device Discovery is een door AMX ontwikkelde technologie waarmee AMX-regelsystemen bepaalde doelapparatuur gemakkelijk kunnen aansturen.
Woordenlijst MHL Progressief Een afkorting voor Mobile High-definition Link, wat een standaard is voor high-definition interface waarmee overdracht van videosignalen op mobiele toestellen op hoge snelheid mogelijk is. Het is een norm gericht op smartphones en tablets die nietgecomprimeerde digitale signalen zonder verlies van kwaliteit verstuurt en dergelijke apparaten tegelijkertijd oplaadt. 268 SVGA Een standaard schermgrootte met een resolutie van 800 (horizontaal) x 600 (verticaal) punten.
Mededelingen Controleer deze secties voor belangrijke mededelingen over uw projector. g Verwante koppelingen • "Indication of the manufacturer and the importer in accordance with requirements of EU directive" pag.269 • "Gebruiksbeperkingen" pag.269 • "Referenties besturingssysteem" pag.269 • "Handelsmerken" pag.270 • "Kennisgeving betreffende auteursrechten" pag.270 • "Toekenning auteursrechten" pag.
Mededelingen Handelsmerken EPSON is een gedeponeerd handelsmerk, EXCEED YOUR VISION, ELPLP en hun logo's zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Seiko Epson Corporation. Mac, Mac OS, OS X en macOS zijn handelsmerken van Apple Inc. Microsoft, Windows, Windows Vista, PowerPoint en het Windows-logo zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. WPA™ en WPA2™ zijn gedeponeerde handelsmerken van Wi-Fi Alliance.