Operation Manual

Controleer Oplossing
Is de computer of het videoapparaat ingeschakeld? Schakel het apparaat in.
Worden de beeldsignalen doorgegeven naar de projector?
Alleen als er beelden van een laptopcomputer of een computer met
ingebouwd LCD-scherm worden geprojecteerd
Als de beeldsignalen alleen naar de LCD-monitor van de computer of naar de extra monitor worden doorgegeven, moet
u de instellingen zodanig wijzigen dat het signaal zowel naar een externe bestemming als naar de computermonitor
wordt doorgeven. Als bij sommige computermodellen de beeldsignalen extern worden uitgevoerd, worden zij niet
langer weergegeven op de LCD-monitor of de extra monitor.
Als u de externe apparatuur aansluit terwijl de projector of computer al is ingeschakeld, is het mogelijk dat de [Fn]-
functietoets waarmee u het beeldsignaal van de computer naar een extern apparaat kunt verplaatsen, niet werkt. Zet de
computer en de projector uit en vervolgens weer aan.
s "Van installatie tot projectie" pag.28
sDocumentatie van de computer
Vaag, vervormd of onscherp beeld
Controleer Oplossing
Staat Autom. V-Keystone op Uit? Door dit in te stellen op Aan wordt Autom. V-Keystone mogelijk.
s Instellingen - Keystone - Autom. V-Keystone pag.76
Gebruikt u de projector met deze instelling uit, pas het projectiebeeld dan handmatig aan.
s "Handmatige correctie (handmatige H/V-Keystone)" pag.34
Is de scherpte juist ingesteld? Draai aan de scherpstelring om de scherpte aan te passen.
s "Scherpstellen" pag.38
Is de projector op de juiste afstand opgesteld? Staat de projector niet op de juiste afstand?
Stel de projector op binnen het aanbevolen bereik.
s "Schermgrootte en projectieafstand" pag.113
Is de keystonecorrectiewaarde te groot? Verminder de projectiehoek om de keystonecorrectiewaarde te verminderen.
s "De beeldpositie bijstellen" pag.37
Heeft zich condens op de lens gevormd? Als u de projector plotseling van een koude omgeving naar een warme omgeving verplaatst, of als de
omgevingstemperatuur plotseling verandert, kan er condensvorming op de lens optreden. Hierdoor kan het beeld vaag
overkomen. Plaats de projector ongeveer één uur voordat u hem wilt gebruiken in de kamer. Als zich condens op de lens
vormt, schakelt u de projector uit en wacht u totdat de condens is verdwenen.
Problemen oplossen
96