Operation Manual

57
Appendix
Verklarende woordenlijst
Hieronder vindt u een uitleg van een aantal termen in deze handleiding waarmee u mogelijk niet bekend
bent of die niet zijn uitgelegd in de handleiding. Aanvullende informatie vindt u in andere publicaties
die in de winkel verkrijgbaar zijn.
Afkoelen
Dit is het proces waarbij de projectorlamp wordt
afgekoeld nadat deze heet is geworden door het gebruik.
De lamp wordt automatisch afgekoeld wanneer u op de
aan-/uitknop van de afstandsbediening of op het
bedieningspaneel van de projector drukt om de projector
uit te schakelen. Zet de voedingsschakelaar niet uit
tijdens het afkoelen, omdat het afkoelingsproces anders
niet volledig wordt voltooid. Als de afkoelingsperiode
wordt onderbroken, blijven de lamp en de interne
componenten van de projector heet, waardoor de
levensduur van de lamp kan verminderen of problemen
kunnen optreden bij het gebruik van de projector.
Het afkoelen van de projector duurt ongeveer
16 seconden. De daadwerkelijke tijd is afhankelijk van de
buitentemperatuur.
Beveiligingsslot
Een apparaat dat bestaat uit een beschermende behuizing
met daarin een opening voor een in de winkel
verkrijgbare diefstalbeveiligingskabel. Met behulp van
die kabel kan het apparaat worden bevestigd aan een tafel
of zuil. Deze projector is compatibel met het Microsaver
Security System van Kensington.
Componentvideo
Videosignalen waarbij de videohelderheidssignalen en de
kleursignalen zijn gescheiden voor een hogere
beeldkwaliteit.
Bij hoge-definitietelevisie (HDTV) verwijst deze term
naar beelden die bestaan uit drie onafhankelijke signalen:
Y (luminantiesignaal), en Pb en Pr
(kleurdifferentiatiesignalen).
Composietvideo
Videosignalen waarbij de videohelderheidssignalen en de
kleursignalen zijn gecombineerd. Dit signaaltype wordt
vaak gebruikt door videoapparatuur voor thuisgebruik (de
indelingen NTSC
, PAL en SECAM ).
Videosignalen die bestaan uit een draagsignaal Y
(luminantiesignaal) binnen het kleurbalksignaal, en een
chroma- of kleursignaal (CbCr).
Contrast
De relatieve helderheid van de lichte en donkere gebieden
van een beeld kan worden verhoogd of verlaagd om tekst
en grafische gebieden beter zichtbaar te maken, of om ze
zachter te maken.
HDMI
Afkorting voor High Definition Multimedia Interface.
Verwijst naar een standaard voor digitale transmissie van
hoge-definitiebeelden en multikanaals-audiosignalen.
HDMI is een standaard voor digitale huishoudapparatuur
en computers, waarbij digitale signalen zonder
compressie en met behoud van de oorspronkelijke hoge
kwaliteit kunnen worden verzonden en ontvangen.
De standaard voorziet ook in een digitale
signaalcoderingsfunctie.
HDTV
Afkorting voor High-Definition Television. Verwijst naar
hoge-definitiesystemen die voldoen aan de volgende
voorwaarden:
• Verticale resolutie van 720p of 1080i of meer
(p = progressief
, i = interlaced )
Schermaspectverhouding
van 16:9
Ontvangst en afspelen (of uitvoer) van Dolby Digital-
audio
Hoogte-breedte
De verhouding tussen de lengte en hoogte van een beeld.
HDTV
-beelden hebben een aspect van 16:9 en lijken
uitgerekt. Bij standaardbeelden is de verhouding 4:3.
Interlaced
Een methode van beeldscannen waarbij de gebruikte
signaalbandbreedte ongeveer de helft is van de
bandbreedte die is vereist voor sequentieel scannen bij
het verzenden van beelden met dezelfde resolutie voor
stilstaande foto's.
NTSC
Afkorting voor National Television Standards
Committee. Verwijst naar een indeling voor
aardegebaseerde, analoge kleurentelevisie-uitzendingen.
Deze indeling wordt gebruikt in Japan, Noord-Amerika,
en Midden- en Zuid-Amerika.
PAL
Afkorting voor Phase Alternation by Line. Verwijst naar
een indeling voor aardegebaseerde, analoge
kleurentelevisie-uitzendingen. Deze indeling wordt
gebruikt in alle West-Europese landen (behalve in
Frankrijk), sommige Aziatische landen (zoals China)
en Afrika.
Progressief
Een methode van beeldscannen waarbij de beeldgegevens
van één beeld sequentieel van boven naar beneden
worden gescand om één beeld te creëren.