Operation Manual

Problemen oplossen
47
f De melding "Not supported." (Niet ondersteund) wordt weergegeven
f De melding "No Signal." (Geen signaal) wordt weergegeven
f Vaag of onscherp beeld
Controleer Oplossing
Is de instelling voor het beeldsignaal juist? Wijzig de instelling in het signaal dat afkomstig is van het aangesloten apparaat. s"Signal" (Signaal) -
"Video Signal" (Videosignaal) pag.33
Komen de resolutie van het beeldsignaal en de
verversingsfrequentie overeen met de modus?
Raadpleeg de bij de computer geleverde documentatie voor informatie over het wijzigen van de resolutie
van het beeldsignaal en verversingsfrequentie van de computer. s"Lijst met ondersteunde
monitorbeeldschermen" pag.70
Controleer Oplossing
Zijn de kabels op de juiste manier aangesloten? Controleer of alle benodigde kabels goed zijn aangesloten. sIntroductiehandleiding
Is de juiste invoerpoort geselecteerd? Druk op de [Source Search]-knop op de afstandsbediening of het bedieningspaneel om het beeld te wijzigen.
s pag.13
Is de computer of het videoapparaat ingeschakeld? Schakel het apparaat in.
Worden de beeldsignalen doorgegeven naar de projector? Als de beeldsignalen alleen naar de LCD-monitor van de computer of naar de extra monitor worden
doorgegeven, moet u de instellingen zodanig wijzigen dat het signaal zowel naar een externe bestemming als
naar de computermonitor wordt doorgeven. Bij sommige computermodellen worden de beeldsignalen niet
meer op de LCD-monitor of extra monitor weergegeven wanneer ze naar een extern apparaat worden
doorgegeven. sRaadpleeg de bij de computer geleverde documentatie, onder "Signaal doorgeven aan
externe apparatuur", "Een externe monitor aansluiten" of een vergelijkbare titel.
Als u de externe apparatuur aansluit terwijl de projector of computer al is ingeschakeld, is het mogelijk dat
de [Fn]-functietoets waarmee u het beeldsignaal van de computer naar een extern apparaat kunt verplaatsen,
niet werkt. Zet de computer en de projector uit en vervolgens weer aan.
Controleer Oplossing
Is de scherpte juist ingesteld? Draai de scherpstelring om de scherpte in te stellen.
Is de projector op de juiste afstand opgesteld? De aanbevolen projectieafstand is tussen 99 tot 1.211 cm.
Stel de projector op binnen dit bereik. s pag.62
Is de keystonecorrectiewaarde te laag? Verminder de projectiehoek om de keystonecorrectiewaarde te verminderen.
Is er condensvorming op de lens? Als u de projector plotseling van een koude omgeving naar een warme omgeving verplaatst, of als de
omgevingstemperatuur plotseling verandert, kan er condensvorming op de lens optreden. Hierdoor kan het
beeld vaag overkomen. Plaatse de projector ongeveer één uur voordat u hem wilt gebruiken in de kamer. Als er
condensvorming op de lens optreedt, schakel de projector dan uit en wacht totdat de condens is verdwenen.
Alleen als er videobeelden worden geprojecteerd
Alleen als er computerbeelden worden geprojecteerd
Alleen als er beelden van een laptopcomputer
of een computer met ingebouwd LCD-scherm
worden geprojecteerd