Operation Manual
24 Veiligheidsvoorschriften
Locatie van de printer
De printer moet zodanig worden geplaatst dat de geproduceerde
gassen en warmte:
❏ niet rechtstreeks in het gezicht van de gebruiker worden
geblazen;
❏ zo mogelijk rechtstreeks worden afgevoerd tot buiten het
gebouw.
Voorzorgsmaatregelen bij in- en uitschakelen
In de volgende gevallen moet u de printer niet uitschakelen:
❏ Nadat u de printer hebt ingeschakeld, wacht u totdat Gereed
op het LCD-scherm verschijnt.
❏ Als het lampje knippert dat normaal aangeeft dat de printer
gebruiksklaar is.
❏ Als het lampje Gegevens brandt of knippert.
❏ Tijdens het afdrukken.