Operation Manual

U kunt de werking van de printer controleren aan de hand van een zelftest. Zie “Een zelftest
afdrukken” op pagina 83. Als de zelftest correct wordt uitgevoerd, wordt het probleem
waarschijnlijk veroorzaakt door de computer, de software van de toepassing of de interfacekabel. Als
de zelftest niet correct wordt uitgevoerd, neemt u contact op met de dealer of een geautoriseerde
monteur.
Stroom
De printer ontvangt geen stroom.
De lampjes branden even en gaan dan weer uit. De lampjes blijven uit, zelfs als de stroom weer wordt inge‐
schakeld.
Oorzaak Te verrichten handeling
De nominale spanning van de printer en het stop‐
contact komen mogelijk niet met elkaar overeen.
Controleer of de nominale spanning van de printer overeenkomt
met die van het stopcontact. Als deze niet overeenkomen, haalt u
de stekker uit het stopcontact en neemt u direct contact op met de
dealer. Sluit de voedingskabel niet weer aan op een stopcontact.
De printer werkt niet en de lampjes op het bedieningspaneel zijn uit ook als u de printer inschakelt.
Oorzaak Te verrichten handeling
Het netsnoer zit niet goed in de elektrische aan‐
sluiting van de printer.
Zet de printer uit en zorg er voor dat het netsnoer stevig vast zit in
de elektrische aansluiting van de printer. Zet vervolgens de printer
aan.
Het stopcontact werkt niet. Gebruik een ander stopcontact.
Afdrukken
Problemen met afdrukken of afdrukkwaliteit
De printer staat aan maar drukt niet af.
Oorzaak Te verrichten handeling
De aansluitkabel is gebroken of gedraaid. Controleer of de aansluitkabel gebroken of gedraaid is. Als u een
andere aansluitkabel hebt, vervang dan de kabel en controleer of
de printer goed werkt.
PLQ-30/PLQ-30M Gebruikershandleiding
Probleemoplossing 76