Operation Manual

14 Een foto of document faxen
2. Selecteer of typ het snelkiesnummer dat u
wilt bewerken en druk vervolgens op
OK
.
3. Met het numerieke toetsenbord en andere
knoppen op het bedieningspaneel kunt u
het telefoonnummer wijzigen (
&
“Gebruik
van het bedieningspaneel in de faxmodus”
op pagina 11).
4. Druk op OK.
5. Met het numerieke toetsenbord en andere
knoppen op het bedieningspaneel kunt u de
naam voor het snelkiesnummer wijzigen
(
&
“Gebruik van het bedieningspaneel in de
faxmodus” op pagina 11).
6. Druk op OK. U keert terug naar
Snelkiezen inst.
Snelkiesnummers verwijderen
1. Selecteer Verwijderen in het menu
Snelkiezen inst. en druk vervolgens op
OK. De geregistreerde snelkiesnummers
worden weergegeven.
2. Selecteer of typ het snelkiesnummer dat
u wilt verwijderen en druk vervolgens
op OK.
3. Er verschijnt een bevestigingsbericht.
Druk op OK om het nummer te
verwijderen, of druk op y Back om de
verwijdering te annuleren. U keert terug
naar Snelkiezen inst.
Een fax verzenden
Leg voordat u een fax verzendt uw origineel op
de glasplaat of in de automatische
documenttoevoer (
&
“Kopiëren” op pagina 19).
Verzend vervolgens de fax door een faxnummer
in te voeren, het vorige faxnummer te herhalen of
een nummer te selecteren in de snelkieslijst.
Een faxnummer invoeren of
herhalen
1. Druk op K Fax om naar de faxmodus te
gaan.
2. Voer met de toetsen op het numerieke
toetsenbord het faxnummer in. U kunt
maximaal 64 cijfers invoeren.
Druk op
als u het laatst gebruikte
faxnummer wilt herhalen. U hoeft dan
geen faxnummer in te voeren. Het laatst
gebruikte faxnummer wordt op het
display weergegeven.
3. Druk op d.
4. Selecteer Kleur of Z/W.
Druk op x Menu als u de resolutie of
het contrast wilt wijzigen. U kunt dit hier
instellen of wijzigen.
Ook kunt u het tijdstip instellen waarop
u het faxbericht wilt verzenden
(& “Verzendtimer” op pagina 15).
5. Druk op OK. Het scherm met informatie
over de verzending verschijnt.
6. Druk op x Start.