Operation Manual

Functies van het bedieningspaneel 5
Nederlands
Functies van het bedieningspaneel
Bedieningspaneel
Het ontwerp van het bedieningspaneel kan van land tot land verschillen.
Knoppen
a b c digl
m
e f k
n
h j
Knoppen Functie
a P On Hiermee zet u de
printer aan en uit.
(Brandt wanneer de
printer aanstaat en
knippert wanneer de
printer actief is of
wordt aan- of
uitgezet.)
b Mode * Hiermee selecteert u
de gewenste modus:
r Copy,
s Memory Card,
K Fax en J Photo.
(Aan de lampjes ziet
u welke modus is
geselecteerd.)
c F Setup * Hiermee start u de
onderhoudspro-
gramma's of wijzigt u
diverse instellingen.
d x Menu * Hiermee geeft u de
gedetailleerde
instellingen van elke
modus weer.
e u d l r
Cursor met
4 pijltjes
Hiermee selecteert u
foto's en
menuopties.
OK Hiermee activeert u
de geselecteerde
instellingen.
f y Back Hiermee annuleert u
de huidige
bewerking en keert u
terug naar het vorige
menu.
g Display/Crop Hiermee wijzigt u de
weergave van de
foto's op het display
of snijdt u deze bij.
In de faxmodus kunt
u met deze knop ook
de snelkieslijst,
faxen en andere
rapporten afdrukken.
hNumeriek
toetsenbord
1234567890*#
Hiermee kunt u
faxnummers
invoeren, en ook
snelkiesnummers
opgeven of invoeren,
de datum/tijd
opgeven, het aantal
exemplaren
opgeven voor
afdrukken
enzovoort.
iExemplaren
(+ en -)
Hiermee stelt u het
aantal exemplaren in
of wijzigt u de
uitsnede.
Knoppen Functie