Operation Manual
54 Aanvullende functies gebruiken
2. Druk op de knop Setup en selecteer DirectPrint beeld inst. met
de knoppen u/d. Druk vervolgens op de knop OK.
3. Pas de instellingen aan op de digitale camera (zoals papierformaat,
papiertype en lay-out).
4. Wijzig eventueel de afdrukinstelling (zie “De afdrukinstellingen
wijzigen” op pagina 37).
5. Druk af vanaf de digitale camera.
De op een geheugenkaart opgeslagen
afbeeldingen opslaan op een extern apparaat
(back-up)
1. Controleer of dit apparaat en het externe apparaat uitstaan.
2. Sluit het externe apparaat op dit apparaat aan met een USB-kabel en
zet beide apparaten aan.
1. Selecteer DirectPrint beeld inst..
2. Druk op de knop OK.