® Installatiehandleiding Veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 De printer monteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 De printer installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Een papierrol laden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Losse vellen laden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 De printer aansluiten op de computer . . . . . . . . 12 De printersoftware installeren. . . . . . . . . . . . . . . .
Onderdelen van de printer Vooraanzicht Kap van papierrol Papierhendel Printerkap (bovenzijde) Handmatige papiertoevoer (achterzijde) Bedieningspaneel Steun voor rolpapier Inkthendel Onderhoudscassette Kap van papierlade Papierlade Handmatige papiertoevoer (voorzijde) Inktcompartiment Sleuf voor cartridge Achteraanzicht Knoppen Achterste kap Netsnoeraansluiting USB-aansluiting IEEE1394-aansluiting Alle rechten voorbehouden.
Veiligheidsvoorschriften ❏ Zet het apparaat in de buurt van een wandstopcontact waar u de stekker gemakkelijk uit het stopcontact kunt halen. Lees de volgende instructies goed door voordat u de printer in gebruik neemt. Neem ook alle waarschuwingen en voorschriften die op de printer zelf staan in acht. ❏ Als u een standaard gebruikt, moet deze minimaal 50 kg kunnen dragen.
❏ Haal in de volgende gevallen de stekker uit het stopcontact en doe een beroep op een onderhoudstechnicus: Als het netsnoer of de stekker beschadigd is, als er vloeistof in het apparaat is gekomen, als het apparaat is gevallen of als de behuizing beschadigd is, als het apparaat niet normaal werkt of als er een duidelijke wijziging in de prestaties optreedt. De cartridges vervangen ❏ Houd cartridges buiten het bereik van kinderen en let erop dat ze niet uit de cartridges drinken.
Beschermingsmateriaal verwijderen Ter voorkoming van transportschade is de printer verpakt met een aantal stukken beschermingsmateriaal. Verwijder dit materiaal van de printer voordat u het apparaat in gebruik neemt. Open de bovenste kap, draai de twee schroeven los en trek het plaatje waarmee het loopstuk is vastgezet naar buiten. c Let op: Het voltage waarop de printer werkt, kan niet worden gewijzigd.
De cartridges installeren w Waarschuwing: De cartridges zijn gesloten eenheden. Bij normaal gebruik zal er geen inkt uit de cartridges lekken. Als u toch inkt op uw handen krijgt, wast u deze grondig met water en zeep. Als u inkt in uw ogen krijgt, moet u deze onmiddellijk spoelen met water. 1. Zet de printer aan door op de aan-uitknop te drukken. Na enige tijd verschijnt GEEN CARTRIDGE op het LCD-display. 2. Open de klep van het (de) inktcompartiment(en) door erop te duwen.
5. Houd de cartridge vast met het pijltje naar boven en naar de achterkant van de printer gericht en druk de cartridge in de sleuf. 9. De klep van het (de) inktcompartiment(en) sluiten. Opmerking: Sluit de klep van het (de) inktcompartiment(en) niet als u een cartridge van 220 ml hebt geïnstalleerd. Een papierrol laden De papierrol op de houder plaatsen 6. Herhaal stap 4 en 5 voor de overige cartridges. 7. Breng de inkthendels omlaag wanneer u alle cartridges in hun sleuf hebt gestoken.
Opmerking: Zet de houder niet rechtop wanneer u de papierrol aanbrengt. Hierdoor kan het papier scheef worden ingevoerd. 4. Ontgrendel de papierhendel. 4. Schuif de verwijderbare flens (die u bij stap 1 hebt verwijderd) terug op de houder en in het uiteinde van de papierrol totdat hij vastzit. Rolpapier in de printer plaatsen Voer de onderstaande stappen uit om het rolpapier in de printer te plaatsen. 5. Houd beide zijden van het papier vast en steek het papier in de invoersleuf. 1.
7. Houd zowel de vaste als verwijderbare flens vast en wikkel het papier weer op tot de lijn waarbij een pijl staat. 8. Vergrendel de papierhendel. Het papier gaat automatisch naar de afdrukpositie. 11. Trek de papierlade en de kap van de papierlade zo ver uit als nodig is voor de gebruikte papierlengte. 12. Druk op de papierbronknop en selecteer de optie voor het automatisch afsnijden van rolpapier op het LCD-display.
3. Open de kap van de papierlade en trek de rol van de papiergeleider uit. 4. Breng de papiergeleider omhoog en schuif de zijgeleider naar links. Maak op deze manier voldoende ruimte voor het papier. 7. Laad de vellen met de afdrukzijde naar beneden en de rechterkant van het papier tegen de rechterkant van de papierlade. Opmerking: ❏ Plaats het papier altijd met de korte zijde eerst in het apparaat.
Photo Quality Ink Jet Paper A4 200 LTR 200 EPSON Proofing Paper Semimatte (Commercial) Super A3/B 50 Archival (Enhanced) Matte Paper A4 100 LTR 100 A3 50 Super A3/B 50 Watercolor Paper-Radiant White Super A3/B 20 Bright White Inkjet Paper A4 100 8. Pas de lengte van de papiergeleider en de zijgeleider aan het papierformaat aan. Papier laden in de handmatige papiertoevoer aan de achterzijde Opmerking: ❏ U kunt maar één vel tegelijk laden in de papiertoevoer aan de achterzijde.
4. Pas de lengte van de papierlade en de kap van de papierlade aan het papierformaat aan. Als u ze niet uitschuift, kan de afdruk uit de printer vallen. De ingebouwde USB-interface gebruiken Voor aansluiting van de printer op een USB-poort hebt u een gewone afgeschermde USB-kabel nodig. Voer de onderstaande stappen uit om de printer op de computer aan te sluiten via de ingebouwde USB-interface.
De ingebouwde IEEE1394-interface gebruiken De apart verkrijgbare interfacekaart gebruiken Voer de onderstaande stappen uit om de printer op de computer aan te sluiten via de geïnstalleerde IEEE1394-interfacekaart. Met de volgende als optie verkrijgbare Ethernet-interfacekaart kunt u de printer gebruiken in een netwerk. De Ethernet-interfacekaart detecteert zelf het juiste netwerkprotocol. U kunt dus afdrukken onder Windows XP, Me, 98 en 2000, of onder Mac OS X en 9.x in een AppleTalk-netwerk.
4. Verwijder met een kruiskopschroevendraaier de twee schroeven van het plaatje dat de sleuf voor de interfacekaart afdekt en verwijder het plaatje. Bewaar de schroeven voor het geval u het afdekplaatje later opnieuw wilt aanbrengen. De printersoftware installeren Nadat u de printer hebt aangesloten op de computer, dient u de software te installeren die met de printer wordt meegeleverd op de cd-rom met printersoftware. Voer de onderstaande stappen uit om de printersoftware te installeren.
Voor Mac OS 9.x 1. Zorg ervoor dat de printer uitstaat. 2. Voor gebruikers van de USB-interface: klik op het pictogram van uw printer en op de poort waarop de printer is aangesloten. Voor gebruikers van de IEEE1394-interface: klik op het pictogram van uw printer en op de FireWire-poort waarop de printer is aangesloten. 2. Plaats de cd-rom met printersoftware (deze cd-rom is bij de printer geleverd) in de cd-romlezer. 3. Schakel de optie Afdrukken op de achtergrond (Background Printing) in of uit.
7. Klik vervolgens op Installeer om de installatie van de printersoftware te starten. De online-gebruikershandleiding gebruiken 8. Volg de instructies op het scherm om de software te installeren. 9. Start de computer opnieuw na het installeren van de software. Zet vervolgens de printer aan. Uw printer selecteren Nadat u de printersoftware op uw computer hebt geïnstalleerd, moet u uw printer selecteren.