Operation Manual

G
Selecteer het Image Type (Beeldtype).
H
Selecteer een geschikte resolutie voor uw originelen bij Resolution (Resolutie).
I
Klik op Preview (Voorbeeldscan) om de scan(s) vooraf te bekijken. Het venster Preview (Voorbeeldscan)
wordt geopend waarin u het voorbeeld kunt zien.
& “Het scangebied weergeven en aanpassen” op pagina 71
J
Selecteer indien nodig de grootte van de gescande afbeelding(en) bij Target Size (Doelgrootte). U kunt uw
afbeeldingen scannen op de grootte van het origineel, of u kunt ze verkleinen of vergroten door de Target Size
(Doelgrootte) te selecteren.
K
Pas indien nodig de kwaliteit aan.
& “Mogelijkheden voor het aanpassen van afbeeldingen” op pagina 59
Opmerking:
U kunt de door u gemaakte instellingen als een aangepaste groep opslaan met een Name (Naam) en later deze
aangepaste groep voor het scannen gebruiken. De door u aangepaste instellingen zijn tevens beschikbaar in Epson
Event Manager.
Zie de Help voor details aangaande Epson Event Manager.
L
Klik op Scan (Scannen).
M
In het venster File Save Settings (Instellingen voor Bewaar bestand) selecteert u de instelling voor Type en klikt
u op OK.
Opmerking:
Als het selectievakje Show this dialog box before next scan (Dit dialoogveld voor de volgende scan tonen) niet is
aangevinkt, start Epson Scan het scannen onmiddellijk zonder het venster File Save Settings (Instellingen voor
Bewaar bestand) weer te geven.
Uw gescande beeld wordt opgeslagen.
Het scangebied weergeven en aanpassen
Een voorbeeldmodus selecteren
Nadat u de basisinstellingen en de resolutie hebt geselecteerd, kunt u een voorbeeld van de gescande afbeelding
weergeven en het scangebied selecteren of aanpassen in het venster Preview (Voorbeeldscan). Er zijn twee manieren
om een voorbeeldscan te maken.
Normal (Normaal) voorbeeld: hiermee worden afbeeldingen volledig weergegeven. U kunt zelf het gewenste
scangebied selecteren en met de hand de beeldkwaliteit aanpassen.
Thumbnail voorbeeld: hiermee worden de afbeeldingen als miniaturen (thumbnails) weergegeven. Epson Scan
lokaliseert automatisch de randen van het scangebied, de belichtingsinstellingen worden automatisch aangepast
en indien nodig wordt de afbeelding (of worden de afbeeldingen) gedraaid.
Gebruikershandleiding
Scannen
71