Operation Manual

NL 22
Basistechnieken
• Plaatsen
Plaats dikkere stukken aan de buitenkant op het draaiplateau.
Gerechten die aan de buitenkant op het draaiplateau geplaatst
worden ontvangen de meeste microgolven.
• Roeren
Door gerechten regelmatig te roeren verspreidt u de opgeslagen
warmte. Roer altijd van buiten naar binnen, aangezien de
buitenkant van het gerecht altijd het eerste warm wordt.
• Omdraaien
Grote, dikke gerechten regelmatig omdraaien. Ze garen dan
regelmatiger en sneller.
• Prikken
Gerechten met een vel of schaal, zoals eierdooiers, schaaldieren
en fruit, barsten open in de combi-magnetron. Voorkom dit door
er van te voren enkele keren met een vork of satéprikker in te
prikken.
• Controleren
Gerechten garen snel. Controleer ze daarom regelmatig. Haal
gerechten net voordat ze gaar zijn uit de combi-magnetron.
• Nagaren
Laat gerechten, nadat u ze uit de combi-magnetron hebt
gehaald, over het algemeen 3 tot 10 minuten afgedekt staan. De
gerechten garen dan na. Gerechten met een droge korst, zoals
cake, niet afdekken.
• Invriezen
Bij het invriezen kunt u al rekening houden met het ontdooien
in de combi-magnetron, door geen aluminiumfolie of -bakjes te
gebruiken en door plattere porties in te vriezen.
KOOKTIPS