Operation Manual
4
6 Onderhoud
1. Sluit de kraan na elk gebruik en open daarna de spuitkop nog even om
de waterdruk weg te laten vloeien.
2. Voer geen chemicaliën of vaste stoffen door de slang; die zouden hem
kunnen beschadigen.
3. Sla de haspel binnen op wanneer hij langere tijd niet wordt gebruikt.
7. problemen en oplossingen
Soms rolt de slang zichzelf niet weer op nadat hij volledig is uitgetrokken.
Dat komt omdat het oprolmechanisme zich aan het eind van de slang
bevindt en er geen slang meer resteert om een rukje aan te geven. U kunt
dit als volgt oplossen:
Houd de slang vast bij de gele
markering en geef van daaruit rukjes
aan de slang tot hij op begint te
rollen.
Wil dat niet, neem dan de haspel
van de montagebeugel, leg hem met
zijn rechterzijde op de grond en trek
dan aan de slang tot hij oprolt.
8. Technische gegevens
Model
slang-
lengte
slang-
materiaal
max.
druk
slang-
doorsnee
werk-
temp.
kast-
materiaal
kraan-
aansl.
SL20
20m
PVC
10,3
bar
½” of
12,5mm
0-
45°C
PP
¾”
bi.dr.
SL30
30m
9. Bijgeleverde toebehoren
Montagesteun, twee schroeven, vier keilbouten