GEBRUIKSAANWIJZING VAN UW ELECTRONISCHE WASAUTOMAAT
INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 : ALVORENS DE AUTOMAAT IN GEBRUIK TE NEMEN Veiligheidsvoorschriften Aanbevelingen HOOFDSTUK 2 : INSTALLATIE Demonteren van de bevestigingsmiddelen Afstellen van de poten Elektrische aansluiting Aansluiting watertoevoerslang Aansluiting afvoerslang HOOFDSTUK 3 : TECHNISCHE SPECIFICATIES HOOFDSTUK 4 : BEDIENINGSPANEEL Toets Aan / Uit Controlelampjes werking Functietoetsen Temperatuuranpassingsknop Programmaselectieknop HOOFDSTUK 5 : WASSEN Voorbereiding van het wasgoed Werking van
HOOFDSTUK 1 : ALVORENS DE AUTOMAAT IN GEBRUIK TE NEMEN VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Gebruik geen meervoudige contactdoos of verlengsnoer. Nooit een stekker gebruiken waarvan het snoer is beschadigd of scheurtjes vertoont. Als het elektrische snoer beschadigd is, moet het vervangen worden door een erkende vakman om ieder gevaar voor elektrocutie te voorkomen. Nooit de stekker uit de contactdoos halen door aan het snoer te trekken. De stekker met de hand beetpakken om hem uit de contactdoos te halen.
Als u de automaat langere tijd niet gebruikt, moet u de stekker uit de contactdoos halen, de kraan dicht doen en het laadvenster open zetten om de automaat van binnen te laten drogen en nare luchtjes te voorkomen. Tijdens de kwaliteitscontroleproeven is het gebleken dat er een bepaalde hoeveelheid water in de automaat kan blijven staan, dit heeft geen enkele invloed op de goede werking. HOOFDSTUK 2 : INSTALLATIE Alvorens uw automaat in gebruik te nemen, moet u de volgende punten controleren.
De automaat waterpas zetten met behulp van de poten. De plastic stelmoer losdraaien (figuur 4). De poten afstellen door ze naar boven of naar beneden te draaien (figuur 5). Als de automaat goed in balans is, de plastic stelmoer weer vastschroeven door hem naar boven toe te draaien. Zet nooit karton, houten stutten of gelijksoortige voorwerpen onder de automaat om het niveauverschil te compenseren.
Een waterdruk van 0,1-1 uit uw kraan laat uw machine efficiënter werken. (Een druk van 0,1 MPa betekent een waterstroming van meer dan 8 liter in 1 minuut uit een volledig geopende kraan) Als u klaar bent met de aansluitingen, moet u de aansluitstukken op lekkage controleren door de kraan helemaal open te zetten. Controleer of de watertoevoerslang niet geknikt, gescheurd of geplet is. Schroef de watertoevoerslang op een kraan met schroefdraad 3”/4.
HOOFDSTUK 3 : TECHNISCHE SPECIFICATIES Maximale capaciteit (droog wasgoed) (kg) 5 Toegelaten waterdruk voor de installatie 1-10 bar Hoogte (cm) 85 Lengte (cm) Diepte (cm) 59,6 51 6
HOOFDSTUK 4 : BEDIENINGSPANEEL B1 1 2 7 3 5 8 9 1- Wasmiddelbakje 2- Controlelampje aan / uit 3- Controlelampjes functies 5- Controlelampje aanvang programma 7 6 6- Programmaselectietoets 7- Toets aan / uit 8- Functietoetsen 9- Controlelampje einde programma
TOETS AAN / UIT Om de automaat aan en uit te zetten en het geselecteerde programma op te starten. LET OP ! Altijd de automaat stilzetten alvorens een programma te selecteren of een programma dat aan de gang is te wijzigen. CONTROLELAMPJES FUNCTIES Zodra u op de toets aan / uit of een functietoets drukt, gaat het overeenkomstige controlelampje branden. Als u opnieuw drukt op de toets aan / uit of een functietoets, of als de cyclus van de geselecteerde functie is beëindigd, gaat het lampje uit.
PROGRAMMASELECTIEKNOP De programmaselectieknop maakt het u mogelijk het wasprogramma te selecteren. Kies het door u gewenste programma door de selectieknop in beide richtingen te draaien. Zorg ervoor dat het merkteken precies staat tegenover het door u gekozen programma. Als u de programmaselectieknop op I zet (uit) tijdens de werking van de automaat, wordt het programma gestopt.
Programma 1-Katoen 90° Vakje Max.
Programma 13-RINSING 14-SPINNING 15-DRAINING Vakje Max. hoeveelheid droog wasgoed (kg) Type wasgoed Opmerkingen Met dit programma kunt u een extra spoelcyclus voor uw wasgoed instellen na de wascyclus. U kunt dit programma voor alle soorten textielwaren gebruiken (aangeraden van wasgoed van katoen). Met dit programma kunt u een extra centrifugeercyclus instellen na de wascyclus. Is geschikt voor alle soorten wasgoed. Dit programma is aangeraden voor wasgoed van katoen.
HOOFDSTUK 5 : WASSEN De automaat aansluiten. De kraan open zetten. VOORBEREIDING Sorteren van het wasgoed Sorteer het wasgoed naar gelang de stof (katoen, synthetische vezels, fijne was, wol enz..), de wastemperaturen en de vuilheidsgraad van het wasgoed. Was altijd de witte en de gekleurde was gescheiden. Nieuwe stukken gekleurd wasgoed altijd apart wassen want zij kunnen afgeven tijdens de eerste wascyclus. Controleer of er niets meer zit in de zakken van kleren, met name metalen voorwerpen.
Wasmiddelen De hoeveelheid wasmiddel hangt af van de volgende criteria : De benodigde hoeveelheid wasmiddel hangt af van de graad van vervuiling van het wasgoed. Als het wasgoed niet erg vuil is, hoeft u geen voorwascyclus in te stellen en moet u slechts een kleine hoeveelheid wasmiddel in vakje nr 2 van het wasmiddelbakje gieten.
WERKING VAN DE AUTOMAAT Selecteren van een programma en de functies Selecteer het programma en de functies die overeenkomen met uw wasgoed, zie hiervoor de tabel 1 op bladzijde 64 en 65. Aan / Uit Met deze toets kunt u het programma dat u hebt geselecteerd opstarten of een programma dat aan de gang is stoppen. Als u dan weer drukt op deze toets, gaat het programma door met de cyclus daar waar het was opgehouden.
Einde programma De automaat stop automatisch als het door u geselecteerde programma is afgelopen. En het controlelampje aan / uit gaat uit. Zet de automaat buiten spanning door te drukken op de toets aan / uit. Doe de kraan dicht. Het laadvenster ontgrendelt automatisch ongeveer twee minuten na afloop van het programma. Doe het laadvenster open door aan het handvat te trekken en haal u wasgoed uit de automaat.
Demonteer de watertoevoerslang. Haal de filter uit het aansluitstuk van de watertoevoer op de automaat (met behulp van een tang) (figuur 10) en maak hem zorgvuldig schoon met een borstel. Maak de filter van de watertoevoerslang op de kraan schoon door hem er met de hand met zijn afdichting uit te halen (figuur 11). Na de filters schoongemaakt te hebben, ze op dezelfde manier weer op hun plaats brengen.
LET OP ! Gevaar voor brandwonden ! Het water in de pomp laten afkoelen alvorens hem schoon te maken. WASMIDDELBAKJE Op de lange duur kunnen wasmiddelen aanslag vormen in het wasmiddelbakje en op de steun van het wasmiddelbakje.
SIFON WASVERZACHTER Het wasmiddelbakje eruit halen. De dop van de sifon af halen (figuur 15) en zorgvuldig de achtergebleven resten van de wasverzachter verwijderen. De sifon schoonmaken en weer op zijn plaats brengen. Controleren of hij naar behoren op zijn plaats is aangebracht. BEHUIZING De stekker uit de contactdoos halen, de buitenkant van de behuizing schoonmaken met lauw water en een reinigingsmiddel (niet schurend). Dan afspoelen met schoon water en afdrogen met een zachte en droge doek.
HOOFSTUK 7 : PRAKTISCHE INLICHTINGEN Alcoholische dranken : De vlek met koud water wassen, dan deppen met een mengsel van glycerine en water en spoelen met een mengsel van water en azijn. Schoensmeer : De vlek afkrabben zonder de stof te beschadigen, inwrijven met een wasmiddel en spoelen. Als de vlek niet is verdwenen, inwrijven met een mengsel van 1 volume alcohol 96° op 2 volume water, dan wassen met lauw water.
Schimmel : Schimmelvlekken moet zo snel mogelijk verwijderd worden. De vlek wassen met een reinigingsmiddel. Als hij niet is verdwenen, de vlek deppen met een waterstofsuperoxideoplossing (verhouding 3%). Inkt : Koud water laten stromen over de vlek heen totdat de inkt helemaal is verdund. Dan de vlek inwrijven met citroenwater en een reinigingsmiddel. 5 minuten wachten en dan wassen. Fruit : De vlek over een bak heen plaatsen en er koud water overheen gieten. Geen warm water over de vlek heen gieten.
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK Is niet aangesloten De zekeringen zijn defect Stroomonderbreking De automaat wil niet starten U hebt niet gedruk op de toets aan / uit De programmaselectieknop staat op O (uit ) Het laadvenster is niet naar behoren gesloten De waterkraan staat niet open De watertoevoerslang is geknikt Er komt geen water in de automaat De watertoevoerslang is verstopt De filters van de aansluitstukken van de watertoevoer zijn verstopt Het laadvenster is niet naar behoren gesloten De automaat
PROBLEEM De automaat trilt MOGELIJKE OORZAAK De automaat bevat een kleine hoeveelheid wasgoed U hebt een te grote hoeveelheid wasgoed in de automaat gedaan of het wasgoed is niet goed verdeeld De automaat raakt een hard voorwerp aan U hebt teveel wasmiddel gebruikt Overmatige schuimvorming in het wasmiddelbakje De wasresultaten zijn niet bevredigend OPLOSSING Dit is geen belemmering voor de automaat om toch goed te werken U moet de maximale capaciteit wasgoed niet overschrijden en het wasgoed goed verd
PROBLEEM De wasresultaten zijn niet bevredigend MOGELIJKE OORZAAK U hebt teveel wasgoed in de automaat gedaan (meer dan de maximale capaciteit) Het water is misschien hard bij u Het wasgoed is niet goed verdeeld in de trommel De automaat loopt leeg zodra zij vol water staat U ziet geen water in de trommel tijdens de wascyclus Het uiteinde van de afvoerslang hangt te laag ten opzichte van de automaat Dit is geen storing.
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK Het centrifugeren start niet op of start te laat op Dit is geen storing. Het controlesysteem van de verdeling van het wasgoed is misschien in werking getreden OPLOSSING Het controlesysteem van de verdeling van het wasgoed zal het wasgoed beter verdelen. Zodra dit is gebeurd zal de centrifugeercyclus opstarten. Zorg er bij de volgende was voor dat u het wasgoed goed verdeeld in de trommel.
LAMPJE STORING MOGELIJKE STORING Err 02 Het lampje programma gereed knippert. Het waterniveau in uw machine is lager dan het verwarmingsele ment. De druk op de waterleiding kan te laag of geblokkeerd zijn. Err 03 Het lampje start/pauze brandt en het lampje programma gereed knippert. Storing aan de pomp of verstopping van pompfilter. CODE STORING Err 04 Het lampje programmaeinde gereed knippert. Communicatiefout TE ONDERNEMEN STAPPEN Draai de kraan volledig open.
CODE STORING LAMPJE STORING MOGELIJKE STORING Err 05 Het lampje start/pauze brandt en het lampje programma-einde knippert. Storing aan het verwarmingseleme nt van uw machine of de thermische sensor. Err 06 Het lampje programma gereed en programma-einde knipperen. Storing aan de motor. Err 07 Het lampje start/pauze brandt, het lampje gereed en het lampje programma-einde branden permanent.
HOOFDSTUK 10 : INTERNATIONALE TEXTIELSYMBOLEN Wastemperatuur Wassen verboden(wasse n op de hand) Strijken lage temperatuur Strijken middelhoge temperatuur Strijken hoge temperatuur Strijken verboden Drogen in trommel verboden Ophangen om te drogen Zonder strijken Platleggen om te drogen Bleekmiddel verboden Bleekmiddel Symbolen van chemisch reinigen. De letters geven het type te gebruiken oplosmiddel aan.