A140 AIR H100-H140
CE VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING VOOR MACHINES (RICHTLIJN 2006/42/EG) Fabrikant: FAAC S.p.A. Adres: Via Calari, 10 - 40069 Zola Predosa BOLOGNA - ITALIË Verklaart dat: Het automatisch systeem mod.
AUTOMATISCHE DEUR A140 AIR H100 - H140 i h g e d f k j l c b fig. 1 a 1 BESCHRIJVING Met de systemen FAAC serie A140 AIR kunnen schuifdeuren met één of twee vleugels automatisch worden ingeschakeld, en kan de werking ervan worden beheerd en ingesteld.
1.2 ACCESSOIRES VOOR AFSLUITING Om het afsluitprofiel beter aan de loopwagens aan te kunnen passen, en om de installatie correct te kunnen afwerken, stelt FAAC standaard de volgende artikelen ter beschikking: Paar glijschoenen (fig. 24-25 ref. a) Deze worden per paar geleverd, ze kunnen aan de wand (of aan de vaste vleugel) of rechtstreeks op de vloer worden bevestigd. Onderste railprofiel (fig. 24-25 ref.
LEGENDA PROFIELEN h j i g h k NEDERLANDS STEUNPROFIEL b PROFIEL KAP H12 EN H140 c BEVESTIGINGSPROFIEL VLEUGEL d ONDERSTE RAILPROFIEL e KLEM VOOR GLAZEN VLEUGEL f GLIJSCHOEN ONDERKANT VOOR GLAZEN VLEUGEL g KABELDOORGANG h ZELFDRAGENDE PLAAT i ZELFDRAGEND PROFIEL j PROFIEL BOVENLICHT k AFSTANDHOUDER LOOPSchlitten VLEUGEL fig.
fig.
NEDERLANDS A140 AIR H100- H140 glazen vleugel fig.
fig.
Motore Motor Vp B = Afstand bevestiging loopwagens op de schuivende vleugel C = Waarde positie motor D = Lengte transmissieriem I = Asafstand motor / transmissiegroep Lt = Lengte dwarsbalk Vp = Vrije doorgang 100 = mm overlap tussen de vleugels (zie par. 1.
Motor = Afstand bevestiging loopwagens op de schuivende vleugel C = Waarde positie motor D = Lengte transmissieriem I = Asafstand motor / transmissiegroep Lt = Lengte dwarsbalk Vp = Vrije doorgang 100 = mm overlap tussen de vleugels (zie par. 1.1B) B fig.
10 215 265 315 365 415 465 515 565 615 665 1900 2100 2300 2500 2700 2900 3100 3300 3500 3700 900 = Afstand bevestiging loopwagens op de schuivende 1000 vleugel 1100 C = Waarde positie motor 1200 D = Lengte transmissieriem I = Asafstand motor / transmissiegroep 1300 Lt = Lengte dwarsbalk 1400 Vp = Vrije doorgang 100 = mm overlap tussen de vleugels (zie par. 1.
A. ASSEMBLAGE AUTOMATISCH SYSTEEM ALS KIT In dit deel is weergegeven hoe het automatisch systeem als kit moet worden geassembleerd. Het wordt aangeraden om, na de noodzakelijke profielen gereed te hebben gelegd, de assemblage tegelijk met de installatie uit te voeren. Vrijstaande Automation verwijzen naar Hoofdstuk 21 1A GEREEDMAKEN VAN HET STEUNPROFIEL De steunprofielen zijn beschikbaar in twee maten: 4300 mm of 6100 mm.
200 30 30 37,5 30 200 fig. 11 1.2A MONTAGE STAAF ELEKTRONICA-MODULE Let op: de staaf met trekschroeven moet worden gemonteerd voordat end ring motor het steunprofiel aan de wand wordt bevestigd. Als de staaf niet is gemonteerd, kunnen in plaats daarvan de plaatjes met de schroeven worden gemonteerd Zet de staaf met de trekschroeven vanaf de zijkant in het steunprofiel voor de montage van de elektronica-module en ring motor fig. 12- . b fig. 12 1.
c Gebruik een inbussleutel om de 2 inbusschroeven van de mechanische aanslagen aan de zijkant en in het midden vast te zetten M5 (fig.15 en fig.16 ). Let op : zorg dat de aanslagen in het midden en aan de zijkant goed op hun plaats zitten, tegen het profiel, alvorens ze vast te zetten (fig.14 c). Gebruik een inbussleutel M5. 2A fig. 14 fig. 15 Gebruik een inbussleutel M5. fig. 16 GEREEDMAKEN VAN DE VLEUGELS Maak de vleugels gereed zoals hieronder beschreven. 2. 3. 4. 5.
2A-1 VLEUGELS GEREEDMAKEN - Alternatieve methode voor montage zware vleugels Maak de vleugels gereed zoals hieronder beschreven: Haal de loopSchlitten uit elkaar door de boven- en onderplaat van de Schlitten los te halen, fig.20 ref. b en de 2 bevestigingsschroeven, fig.20 rif., te verwijderen M6. b fig.20 monteer vervolgens de bovenplaat van de loopSchlitten op het schuifprofiel, fig 21 ref.
b fig.22 Licht vleugel plus onderplaat loopSchlitten op tot aan de bovenplaat van de loopSchlitten, fig 22 ref.a. Bevestig de 2 delen van de loopSchlitten met de 2 schroeven M6, fig 22 ref. b Stel de loopSchlittens op de vleugels af volgens de waarden in fig. 9 voor de dubbele vleugel, en in fig. 7-8 voor de enkele vleugel. Draai de borgschroeven van de loopSchlittens vast, fig. 23 . 15 NEDERLANDS fig.
3A INSTALLATIE GLIJSCHOENEN ONDERKANT De glijschoenen aan de onderkant kunnen aan de wand (of aan de vaste vleugel), of aan de vloer worden bevestigd. Zet de glijschoenen in elkaar volgens de waarden in figuur 24 en 25 Bevestiging aan de wand (of aan de vaste vleugel): • Bevestig de glijschoenen met geschikte schroeven zoals aangegeven in fig. 26 ref a. Bevestiging op de vloer • Bevestig de glijschoenen met geschikte schroeven en pluggen rechtstreeks op de vloer, zoals aangegeven in fig. 26 ref. b.
4.3A AFSTELLEN VAN HET GELEIDEWIEL De loopwagens zijn voorzien van een geleidewiel dat verhindert dat de loopwagen uit de rail loopt. a Het wiel moet op zo worden afgesteld dat het niet op het steunprofiel drukt, om te voorkomen dat er meer wrijving ontstaat. Handel als volgt om het geleidewiel af te stellen. • Draai de cilinderkopschroef los M6 (fig. 30 ref. a). • Stel de wielsteun zo in de hoogte af dat het wiel zo dicht mogelijk bij het basisprofiel komt zonder het te raken (fig. 30 ref. b).
6A AFSTELLEN MECHANISCHE AANSLAGEN VOOR HET SLUITEN (DUBBELE VLEUGELS) De automatische deur wordt geleverd met de mechanische aanslagen voor het sluiten gemonteerd op het middelpunt van het steunprofiel. Als het middelpunt van de deur moet worden bijgesteld, handel dan als volgt: • Controleer of de mechanische aanslagen midden op het profiel zitten. • Zet de vleugel of vleugels in de gesloten stand. • Draai de 2 bevestigingsbouten van de loopwagens los, (fig. 33 ref. a).
MONTAGE BORSTELS Automatische systemen met dubbele vleugels: Monteer de borstels, zoals aangegeven in fig. 34 ref. A. Automatische systemen met enkele vleugel: Monteer de borstels zoals aangegeven in fig. 34 ref. B. Dubbele vleugel A Doorgang borstel Enkele vleugel links openend borstel Enkele vleugel rechts openend B borstel Doorgang Doorgang borstel fig.
8A MONTAGE ELEKTRONICA-MODULE EN MOTORGROEP Zet vervolgens de elektronica-module erin en zet hem vast met de twee bouten van de staaf. (fig.35 B a b ). Plaats 3 plaatjes naast profiel en monteer de motor met de 3 schroeven aan het steunprofiel (fig.35 A (fig.36 B a ). Eenmaal vastgestelde de motor, zet de afdichting van de motor in de motorzijde zoals weergegeven ( fig.35 A c ). Op de motorbeugel zit een sjabloon die dient om te voorkomen dat de riem omhoog komt (fig.35 A b ). A a b c b B a fig.
10A AFSTELLEN BEVESTIGING RIEM AAN LOOPWAGENS handel dan als volgt: Dubbele vleugel c a c b b a Doorgang Enkele vleugel rechts openend Enkele vleugel links openend a c a c b Doorgang b Doorgang met de riem reeds aan de loopwagens bevestigd door middel van bevestigingen fig. 37 ref. c De kruising van de riem is bevestigd aan de onderkant of bovenkant. 21 NEDERLANDS fig.
10-1A AFSTELLEN RIEMSPANNING Controleer of de riem niet te los of te strak gespannen is. Handel als volgt om de riem goed te spannen: • Draai de moer los (fig. 37b ref. a). • Draai aan de moer en de bout (fig. 37b ref. b) om de riem strakker of losser te zetten. • Draai na de riemspanning te hebben afgesteld de moer vast (fig. 37b ref. a). fig. 37b 22 NEDERLANDS • Zet het automatisch systeem in de gesloten stand. • Draai aan de twee paar schroeven (fig. 37 ref.
11A MONTAGE VALBEVEILIGING EN AFSTANDHOUDER Controleer of de kabeltjes van de valbeveiliging aanwezig zijn, en bevestig ze eventueel op de uiteinden van het steunprofiel, door het uiteinde van het grootste uiteinde van het kabeltje in de speciale sleuf te zetten (fig. 38 ref. a). Controleer of er op de buitenrand van het steunprofiel 3 trillingdempende afstandhouders (fig. 38 ref. b) zitten, en zet ze er eventueel op, op de uiteinden en in het midden (bij profielen van meer dan 3 meter). b a fig.
De zijplaatjes H100 en H140 worden bevestigd met de 3 bijgeleverde schroeven zoals aangegeven in fig.41 ref.3 en ref.4. c d fig. 41 Als u de zijplaatjes niet wilt monteren, moeten de 3 bevestigingsbeugels voor de afdekkap worden gemonteerd, twee aan de zijkant en een in het midden (bij profielen van meer dan 3 meter) zoals aangegeven in fig. 42 ref. 5. e fig. 42 24 NEDERLANDS Bij de uitvoering A140 AIR H140 worden hogere bevestigingsbeugels H140 geleverd.
13A MONTAGE AFDEKKAP • Zet de afdekkap op de eerder gemonteerde afstandhouders, zoals aangegeven in fig. 43 ref. a of b. • Om de kap open te houden, licht u hem op (fig. 43 ref. c) en duwt u hem (fig. 43 ref. d) tegen het profiel tot het metalen uitsteeksel in het profiel vastklemmen.. • Bevestig de kabeltjes van de valbeveiliging in de speciale sleuven in de kap (fig. 43 ref. e). • De afsluitkap wordt vastgezet ter hoogte van de twee zijplaatjes en de centrale plaat of van de bevestigingsbeugels (fig.
14A INWERKINGSTELLING VAN HET AUTOMATISCH SYSTEEM • Controleer met de hand of de vleugels en alle bewegende delen goed glijden. • Maak / controleer de aansluitingen van de elektriciteitskabels afkomstig van de voedingseenheid, de motor en van de accessoires op de bedieningskaart, raadpleeg daarbij de instructies van de elektronische kaart. • Gebruik de speciale sleuven (fig. 44 ref.
15A MONTAGE MOTORBLOKKERING Het is raadzaam de elektriciteitskabels van het motorblokkering E140 aan te sluiten alvorens de kaart op de motor te monteren. Raadpleeg voor de bekabeling het hoofdstuk van deze handleiding over de aansluitingen van de elektronische kaart. Installeer de motorblokkering door de pen van de motor in de opening van de motorblokkering te steken zoals in figuur 45 ref.
16A INSTALLATIE INTERNE ONTGRENDELKNOP UITVOERINGEN DUBBELE VLEUGEL: Als Vp = (800 ÷ 1000) mm wordt aangeraden een ontgrendelknop tegenover de motor te installeren. Als Vp = (1000 ÷ 3000) mm wordt aangeraden een ontgrendelknop aan de kant van de motor te installeren. • Zet de ontgrendelknop op de zijbeugel zoals aangegeven in fig. 47, na twee plaatjes in het profiel te hebben gezet (fig. 47 ref. a). • Draai de stelschroef met de bijbehorende borgmoer aan, zoals aangegeven in fig. 48 ref. a.
17A MONTAGE AFDEKKAP 19A MONITORSENSOR Zaag de afdekkap op dezelfde lengte als het steunprofiel, min 2mm om de bevestiging met de zijplaatjes te vereenvoudigen. Als er een motorblokkering is met een bijbehorende ontgrendelknop, boor dan een gat van minstens 18 mm, en let er daarbij op dat het gat gecentreerd is t.o.v. de ontgrendelknop. Neem, om het gat beter te kunnen boren, de lijn in fig. 50 ref. a als referentiepunt .
B. INSTALLATIE GEASSEMBEERD AUTOMATISCH SYSTEEM Er zijn 2 types aluminium profielen voor de dwarsbalk: -Steunprofiel Het steunprofiel wordt gebruikt om het automatisch systeem te bevestigen aan een dragende metalen of gemetselde structuur zonder ernstige vervormingen. Leg de dwarsbalk op de grond en trek de kabels van de valbescherming uit de afdekkap, en demonteer de kap zelf. Haal eventueel ook die onderdelen uit het profiel (bijv.
21 A140 AIR H100-H140 ZELFDRAGEND Zelfdragend profiel - bevestiging met zijbeugels De A140 AIR Zelfdragend bestaat uit een steunprofiel en een ander profiel dat de structuur zelfdragend maakt. De dwarsbalk kan aan de twee uiteinden worden bevestigd met behulp van de “Kit beugels voor zijbevestiging”.
INSTALLATIE GEASSEMBEERD AUTOMATISCH SYSTEEM Het zelfdragende profiel wordt met het steunprofiel reeds geassembleerd geleverd, en met de zijbeugels reeds op de dwarsbalk gemonteerd, fig. 55 •Bevestig de dwarsbalk aan de muur met gebruikmaking van de gaten in de zijplaten, fig. 55. b) met behulp van geschikte pluggen (niet bijgeleverd). Afhankelijk van de lengte van de dwarsbalk kan het nodig zijn hem ook tussen de uiteinden te bevestigen, gebruik daarvoor de gids aangegeven in fig. 54.
22 A140 AIR H100-H140 ZELFDRAGEND MONTAGE BOVENLICHT Bij de A140 AIR Zelfdragend kan een bovenlicht worden gebruikt. Monteer de glazen deur die in het bovenste profiel moet worden gemonteerd, fig. 56 a A,B Plaats vervolgens de profielen van het bovenlicht in de onderkant van de glasplaat, fig. 56 b c C, op gelijke afstanden. A A B A A C NEDERLANDS C B fig.
Laat de glasplaat zakken en laat hem op de profielen van het bovenlicht steunen, fig. 57 d D Gebruik vervolgens een trekstang in het centrale deel van de dwarsbalk, fig. 57 e E (niet door FAAC bijgeleverd) om te voorkomen dat het centrale deel van de dwarsbalk doorbuigt. D D E fig.
13 12 11 10 9 8 1 2 4 35 bij het inschakelen KNIPPERT draA140 AIRichting motor (zie tabel) pag.
KLEMMENBLOK J6 KLEMMENBLOK J7 INTERNE SENSOR +-C J7 2x0.
Aansluiting fotocellen met FAIL-SAFE uitgeschakeld (default) geen fotocel 1 paar fotocellen J7 2 paren fotocellen J7 J7 I-DET 1 E-DET 2 I-DET 1 I-DET 1 E-DET 2 E-DET 2 KEY 3 KEY 3 KEY 3 EMERG1 4 EMERG1 4 EMERG1 4 EMERG2 5 EMERG2 5 EMERG2 5 PSW1 6 PSW1 6 PSW1 6 PSW2 7 PSW2 7 PSW2 7 -FAILSAFE 8 OUT1 9 +-C RX1 -FAILSAFE 8 -FAILSAFE 8 OUT1 9 OUT1 9 +24V 10 +24V 10 +24V 10 +24V 11 +24V 11 +24V 11 GND 12 GND 12 GND 12 GND 13 GND 13
7 PSW2 (default N.C.-contact) Ingang 2° beveiligingsfotocel. Met een SD-Keeper met een Display (accessoire) is het mogelijk: - het N.O.-contact te programmeren, - deze ingang uit te sluiten als er geen fotocellen zijn, of als er maar één fotocel is (die dus op de ingang PSW1 moet zijn aangesloten). Voor de gevolgen als de fotocel die op deze ingang is aangesloten ingrijpt, zie PSW1.
• OBSTACLE DETECTION standard: bij detectie van een obstakel bij opening of sluiting keert de deur om en doet hij voortdurend pogingen om zich te bewegen, totdat het obstakel is verwijderd, zonder alarmsignalering; • twee sensors (een interne en een externe) met NO contact; • sleutelcontact (KEY) van het type NO; • INTERLOCK niet geactiveerd; • TIMER niet geactiveerd.
SNELHEIDSVERANDERINGEN De openings- en sluitingssnelheid kan worden ingesteld op 10 niveaus. Niveau 10 correspondeert met de maximumsnelheid die wordt toegestaan door het gewicht van de deur, terwijl niveau 1 correspondeert met de minimumsnelheid. De OPENINGS- en SLUITINGSsnelheid kunnen rechtstreeks op de kaart E140 (in de programmeermodus).
BESCHRIJVING EN GEBRUIK ENERGY SAVING 1) Beschrijving van de functie: de A140 AIR is een automatisch systeem dat in de modus “Energy Saving” kan werken. In deze modus kan het systeem herkennen in welke richting de voetganger loopt (naar de deur, van de deur weg, langs de deur), en er dus voor zorgen dat de deur minder vaak voor niks opengaat en de openings-/sluitingstijd wordt verkort.
PROGRAMMERING KAART E140 Een aantal hoofdfuncties van de automatische deur kunnen rechtstreeks op de elektronische kaart worden geprogrammeerd. De PROGRAMMERING van de kaart wordt opgeroepen met de drukknop F: 1. als hij wordt ingedrukt (en ingedrukt wordt gehouden), toont het display de naam van de eerste functie. 2. als de knop wordt losgelaten verschijnt de waarde van de functie op het display; deze kan worden gewijzigd met de toetsen + en -. 3.
Als er op het display een alarm wordt weergegeven, wordt de afkorting A L afgewisseld met het nummer van het alarm dat wordt gegeven. Druk 1 seconde op de knop SW1 om de RESET uit te voeren. Het softwareniveau van de kaart E140 wordt getoond. PROGRAMMERING KAART E140 Display Functie tF Default Duur duw OF en CF Stelt de tijd in dat de deur bij het openen en sluiten tegen het obstakel blijft duwen met duw OF en CF. 0 Regelbaar van 0 tot 3,0 sec. in stappen van een seconde.
PROGRAMMEERUNIT SD-KEEPER De SD-Keeper wordt gebruikt om de bedrijfsfuncties te selecteren en automatische schuifdeuren te regelen en te programmeren. Hij bestaat uit twee delen: een vast gedeelte waarmee de bedrijfsfuncties kunnen worden geselecteerd met de drukknoppen en signaleringsleds (fig. 58 ref. A), en een draagbaar gedeelte met LCD-display om toegang te krijgen tot de volledige programmering (fig. 58 ref. B).
HANDBEDIENING TWEE RICHTINGEN EEN RICHTING PARTIAL OPENING OK TOTALE OPENING AUTOMATISCH DEUR OPEN NACHT fig. 61 BEDRIJFSFUNCTIES SPECIALE FUNCTIES De selectie geschiedt via de toetsen op het vaste deel van de programmeur; de functie wordt aangegeven doordat de corresponderende led gaat branden. Set-up als de modus “Nacht” of “Handbediening” is ingesteld, moeten de desbetreffende selectietoetsen worden ingedrukt om de modus te verlaten.
Om de programmering te beginnen terwijl op het display de standaard weergave verschijnt, moet op één van de toetsen of worden gedrukt. De programmering is onderverdeeld in hoofdmenu’s (zie het kader) die zijn onderverdeeld naar onderwerp. Wanneer het menu is geselecteerd met de toetsen of , moet op OK worden gedrukt om het op te roepen. Elk menu is op zijn beurt onderverdeeld in sub-menu’s op verschillende niveaus voor instelling van de parameters.
3 BATTERY OK 3.1 BATTERY KIT OK OK * OFF OK ON 3.2 BAT. OPERATION OK STANDARD * OK NO STANDARD 3.3 De functie van Night batt. van het automatisch systeem A140 AIR is niet beschikbaar 4 LOCK } OK LAST OPERAT. OK OPENING * NIGHT BATT OK STANDARD NO STANDARD 4.1 EXIT OK KIT LOCK OK ON * OFF 4.2 4.3 NIGHT LOCK SURVEILLANCE NEDERLANDS DIAGNOSTICS OK 5.1 SDM L STANDARD * OK * OK OK OK NIGHT OK ONE WAY+NIGHT OK ALWAYS OK ALARM N.
incorrect code ADVANCED MENU OK 1 PASSWORD 0000 OK OPERATION PARAMETERS OK 1.1 1.2 1.3 1.4 PASSWORD 0000 OK CLOSING SPEED PASSWORD 0000 OK OK 3 * OK OPENING SPEED OK 10 * OK DECEL. WIDTH. OK DECEL.
incorrect code 6 1 2 PASSWORD 0000 OK ADVANCED MENU OK OK OPEN OK SPEED: STANDARD OK NO MEMORY CLOSE OK SPEED: NO STANDARD OK WITH MEMORY IN/OUT SETUP OK 2.1 2.3 2.4 EMERG 1 EMERG 2 PHOTOCELLS SENSORS OK 2.5 OK OK OK * OK OPEN * OK SPEED: STANDARD * OK NO MEMORY CLOSE OK SPEED: NO STANDARD OK WITH MEMORY STOP OK QUANTITY: 0 OK FAIL-SAFE * OFF OK NC QUANTITY: 1 OK FAIL-SAFE ON OK NO QUANTITY: * 2 OK NO OK * OK KEY OK NO OK correct code 2.
incorrect code ADVANCED MENU 1 2 3 OK PASSWORD 0000 PASSWORD 0000 OK PASSWORD 0000 OK PASSWORD 0000 OK correct code OPERATION PARAMETERS IN/OUT SETUP VARIOUS OK 3.1 3.2 STAND SETUP INTERLOCK OK OK STANDARD OK NO STANDARD OK OFF * restores standard parameters OK OK ON MASTER * SLAVE 3.
7 CLOCK 8 OK SUN 00:00 00/00/00 OK SUN 00:00 00/00/00 OK SUN 00:00 00/00/00 OK SUN 00:00 00/00/00 OK SUN 00:00 00/00/00 OK SUN 00:00 00/00/00 OK SUN 00:00 00/00/00 OK SUN 00:00 00/00/00 OK SUN 00:00 00/00/00 OK SUN 00:00 00/00/00 OK OFF OK TIMER ON 9 TIMER PROGRAMMING OK 9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.6 9.7 NEDERLANDS 9.
LANGUAGE Selecteert de taal waarin de meldingen op het display verschijnen. 2 SETUP 2.1 Partial opening Percentage van de gedeeltelijke opening Selecteert het openingspercentage (ten opzichte van total opening) die plaatsvindt in de bedrijfsfunctie “Partial Opening”. Standaard waarde: 50% Regeling: van 10% tot en met 90% Standard Wanneer de bedrijfsfunctie “Partial Opening” wordt geselecteerd, wordt door activering van de sensors altijd een commando tot beperkte opening gegeven.
Off 6 Motorblokkering niet geïnstalleerd. PASSWORD 4.2 Night Lock Standard Als de batterijen leeg zijn in de bedrijfsfunctie “Nacht”, houdt de motorblokkering de vleugels geblokkeerd. No Standard Off Surveillance-apparaat op de motorblokkering niet geïnstalleerd. 1.2 Opening speed 1.3 Vertragingsafstand DIAGNOSTICS 5.1 SDM L Het softwareniveau van de kaart E140 waar de SD-Keeper op is aangesloten, wordt getoond. 5.2 Nr.
(*) De functie “Interlock” kan niet worden geselecteerd maar wordt automatisch ingesteld op de uitgang OUT1 wanneer de tussenvergrendeling wordt geblokkeerd (zie Various/Interlock). No Definieert dat de ingang gewoonlijk geopend is. No Definieert dat de ingang gewoonlijk geopend is. Nc Definieert dat de ingang gewoonlijk gesloten is. 2.3 Photocells Quantity Definieert het aantal fotocellen dat op het klemmenblok J7 is aangesloten.
4 CHANGE PASSWORD Stelt het nieuwe password voor toegang tot het Advanced menu in (4 cijfers). 7 CLOCK Voor instelling van de dag, de tijd en de datum. 8 TIMER Off Timer niet actief. On Timer actief: de tijdvakken voor de werking die zijn ingesteld in “9 - Timer Programming” worden vrijgegeven. Wanneer de timer actief is, verschijnt er een “T” naast de tijd die op het display wordt weergegeven, en staat de SD-Keeper geen bedrijfsselecties toe.
INTERLOCK Tussenvergrendeling met drukknoppen Tussenvergrendeling met interne sensors Belangrijk: • De sensors mogen uitsluitend worden aangesloten op de ingang E-DET van de apparatuur; • De tussenvergrendeling funcioneert alleen als beide deuren zijn ingesteld op de bedrijfsfunctie EEN RICHTING. Werking De werking met tussenvergrendeling bestaat uit de volgende fasen: 1. De persoon die zich buiten bevindt activeert de sensor S1 van deur A; 2. Deur A gaat open; 3.
ACCESSOIRES MOTORBLOKKERING ANTIPANIEK MET VOLLEDIGE OPENING Handel als volgt om de motorblokkering te installeren: • schakel de netvoeding uit; • sluit de connector van de motorblokkering aan op J5 van de kaart E140; • schakel de spanning weer in. Met deze accessoire kunnen de vleugels worden geopend door ertegen te duwen; zie de specifieke instructies voor de installatie.
RICHTLIJNEN VOOR DE DIAGNOSTIEK Hier volgt een lijst met mogelijke alarmen, samen met de bijbehorende uitleg/oplossing. De SD-Keeper+Display geeft in het menu Diagnostics het alarmnummer en de beschrijving weer. Alleen de SD-Keeper toont het type alarm aan door middel van de combinatie van knipperende leds (zie de afbeelding hiernaast). OORZAAK ENERGIEBESP. De E140-kaart werkt op batterijen met laag energieverbruik 2 BAT. WERKING De E140-kaart werkt op batterijen 3 GEFORC.
13 Fotocel 2 defect 14 Fotocel 1 defect Deze signalering verschijnt alleen als de functie FAIL-SAFE actief is en er 2 fotocellen geconfigureerd zijn 4 7 8 3 4 8 2 3 4 15 De uitvoering van de SETUP Nadat het obstakel is verwijderd start de SETUP wordt belet automatisch Controleer: •of fotocel 1 goed wordt gevoed •de verbindingen van fotocel 1 •of fotocel 1 niet beschadigd is en goed functioneert Controleer of: •de ingestelde bedrijfsfunctie niet HANDBEDIENING, NACHT is •er geen werking op batterij
OPSPOREN VAN STORINGEN Hier volgt een hulp bij het opsporen en oplossen van bijzonder condities.
SDK-LIGHT De SDK-Light wordt gebruikt om de bedrijfsfuncties van automatische schuif- of vleugelpoorten van FAAC te kiezen, en de status ervan weer te geven. De actieve led komt overeen met de geselecteerde bedrijfsfunctie. LOCK - SD-KEEPER J6 E140 + SD-KEEPER 2x0.
SPECIALE FUNCTIES a+f 5 sec, LOCK / UNLOCK b+e 5 sec, RESET c+d Set-up Set-up is de initialisatiefunctie van de deur gedurende welke het zelf-leren van de parameters plaatsvindt. De activering geschiedt door de toetsen A en 6 tegelijkertijd gedurende 5 sec. in te drukken. Reset Reset is de functie voor het herstel van de normale bedrijfsconditie, na signalering van enkele types alarmen. De activering geschiedt door tegelijkertijd op de toetsen 3 en 4 te drukken.
Le descrizioni e le illustrazioni del presente manuale non sono impegnative. La FAAC si riserva il diritto, lasciando inalterate le caratteristiche essenziali dell’apparecchiatura, di apportare in qualunque momento e senza impegnarsi ad aggiornare la presente pubblicazione, le modifiche che essa ritiene convenienti per miglioramenti tecnici o per qualsiasi altra esigenza di carattere costruttivo o commerciale. The descriptions and illustrations contained in the present manual are not binding.