Odense 40010874 -1005 NL Installatievoorschrift NL
L 1.1 1<<<< 1.2 1.3 1.4 1.
L 2.1 2.2 2<<<< 2.
L Inhoudsopgave 1 Inleiding .............................................................................................. 4 2 Veiligheidsaanwijzingen. .......................................................................... 4 3 Installatie eisen ..................................................................................... 5 3.1 Minimale afstanden rondom haard ........................................................ 5 3.2 Eisen afvoerkanaal en uitmondingen.................................
L 1 Inleiding De haard mag alleen door een gekwalificeerde installateur/dealer worden geïnstalleerd. We adviseren dringend deze installatievoorschriften goed te lezen. Dit toestel voldoet aan de richtlijnen voor Europese gastoestellen (GAD) en draagt de CE markering. 2 Veiligheidsaanwijzingen. Het toestel moet geïnstalleerd en jaarlijks gecontroleerd worden volgens dit installatievoorschrift en de geldende nationale en lokale voorschriften.
L 3 Installatie eisen 3.1 Minimale afstanden rondom haard Houdt een minimale afstand van 7 cm t.o.v. de achterwand en 30 cm t.o.v. de zijwanden aan 3.2 Eisen afvoerkanaal en uitmondingen Voor de aan- en afvoer moet u altijd gebruik maken van de door Faber International BV voorgeschreven afvoermaterialen. Alleen met gebruik van deze materialen kan door Faber International BV een goede werking worden gegarandeerd. De buitenkant van het concentrische afvoermateriaal kan +/- 150°C worden.
L 3.4 Bestaande schoorsteen U kunt de haard ook aansluiten op een bestaande schoorsteen. De bestaande schoorsteen functioneert dan als luchttoevoer en een door de schoorsteen getrokken flexibele RVS buis voert de rookgassen af De flexibele RVS buis van Ø 100mm moet een CE keurmerk hebben tot 6000 De schoorsteen moet dan aan de volgende voorwaarden voldoen: De doorlaat van het schoorsteen kanaal moet minimaal 150 x 150mm zijn.
L Verwijder evt. de lijst en het glas en neem de verpakte delen uit de haard. Bereid de gasaansluiting op het gasregelblok voor. 4.4 Plaatsen van de haard Zet het toestel op de juiste plaats. Houdt rekening met de Installatie eisen en de minimale afstanden rondom de haard (zie hoofdstuk 3) 4.5 Monteren van de rookgas afvoermaterialen Bij een doorvoer door de wand of plafond moet het gat minimaal 5 mm groter zijn dan de diameter van het afvoermateriaal.
L 6 Plaatsen van het decoratiemateriaal Het is niet toegestaan ander of meer materiaal in de verbrandingskamer toe te voegen. Houd de waakvlam altijd vrij van decoratiemateriaal! 6.1 plaatsen van de houtset Plaats de houtblokken. Zorg dat de houtblokken goed over de buisbranders aansluiten. (zie fig. 2.1 of bijgeleverde houtsetkaart). Verdeel nu de vermiculite korrels en de chips in de verbrandingskamer. Voorkom dat de beluchtingopening(en) worden afgedekt.
L Meten branderdruk: Controle branderdruk alleen bij een juiste voordruk uitvoeren. Draai de meetnippel D(zie fig. 2.3) enige slagen open en sluit een meetslang aan op het gasregelblok. De druk moet overeenkomen met de waarde vermeld op de kenplaat. Bij afwijking contact opnemen met de fabrikant. *Sluit alle drukmeetnippels en controleer deze op gaslekkage. 7.4 Controle vlammenbeeld Laat de haard minimaal 20 minuten op volstand branden en controleer dan het vlammenbeeld op: 1. Vlamverdeling 2.
L 8 instructie klant Adviseer dat het toestel jaarlijks door een erkende installateur moet worden gecontroleerd om een veilig gebruik en een lange levensduur te kunnen garanderen Geef advies en instructie over onderhoud en reiniging van het glas. Benadruk het gevaar van inbranden van vingerafdrukken. Instrueer de klant over de werking van het toestel en de afstandsbediening, inclusief het vervangen van de batterijen en het inregelen van de ontvanger.
L 10 Ombouw naar andere gassoort (bijv. propaan) Dit kan alleen door een juiste branderunit te plaatsen. Neem hiertoe contact op met uw leverancier. Geef bij bestelling altijd het type en serienummer van het toestel. 11 Afvoer berekening De mogelijkheden van afvoerlengtes en de eventuele stuw zijn vastgelegd in een stuwentabel (zie hoofdstuk 12). In deze tabel wordt gewerkt met een verticale en een horizontale lengte.
L 11.
L 12 Stuwentabel Zie in de tabel bij de juiste verticale en horizontale lengte. Bij een “x” en als de waarden buiten de tabel vallen, is de combinatie niet toegestaan. De gevonden waarde geeft de breedte van de te plaatsen stuw aan ("0" betekent geen stuw plaatsen). Standaard is een stuw van 30mm gemonteerd. Verticaal Horizontaal 13 < < < < 0 1 2 3 4 5 6 0 X X X X X X X 0.5 X X X X X X X 1 30 0 0 X X X X 1.
L 13 Technische gegevens Gascat. II 2L3BP II 2L3BP II 2L3BP II 2e+3+ II 2e+3+ II 2e+3+ C11 of C31 C11 of C31 C11 of C31 C11 of C31 C11 of C31 C11 of C31 G25 G30 G31 G20 G30 G31 6.5 6.5 5.6 6.5 6.5 6.
L 14 Maattekening toestel 15 < < < <
L 16 < < < <
www.faber.nl - info@faber.nl Saturnus 8 NL - 8448 CC Heerenveen Postbus 219 NL - 8440 AE Heerenveen T. +31(0)513 656500 F.