Operation Manual

24
MegaDens 3 Pro 322 / MegaDens 4 Pro 326 / MegaDens 5 Pro 331 / MegaDens A Pro 331
10.12 Aansluiten van de kamerthermostaat, eventuele buitenvoeler of boilersensor
Verwijder de losneembare connector,
aan de rechterzijde van de elektrakast.
Dit kan zonder mantel demontage.
Deze aansluiting is een universele
kamerthermostaat aansluiting voor
zowel een OpenTherm- òf AAN/UIT-
kamerthermostaat.
Bij toepassing van een OpenTherm-thermostaat:
evt. een ander hiervoor geschikt apparaat (of apparaten)
met OpenTherm-communicatie in serie hier tussen
plaatsen. Een extra OpenTherm-apparaat kan bijvoor-
beeld een zonneboiler of WTW-unit zijn. Zie voor meer
informatie de handleiding van het betreffende apparaat.
Controleer hierbij de correcte werking van de thermostaat
en het cv-toestel.
*
Als er een OpenTherm-kamerthermostaat wordt aangeslo-
ten, vervallen soms sommige functies op het toestel en
dienen deze instellingen op de thermostaat evt. aangepast
te worden (Afhankelijk van het model kamerthermostaat).
Anticipatiestroom
Op dit toestel kan
geen AAN/UIT-kamerthermostaat
worden aangesloten met een warmteversnelling
(anticipatiestroom), bijv. de Honeywell T87F.
Toestellen spanningsloos
Zorg dat het toestel (en evt. andere OpenTherm-
apparaten) bij bevestiging uitgeschakeld is!
Anders bestaat de kans dat de thermostaat en
ketel niet goed functioneren.
2) Aansluiten van een buitenvoeler
Sluit de buitenvoeler aan bij gebruik van de WA-
regeling van het toestel of een WA-regeling van een
OpenTherm-kamerthermostaat.
Monteer de buitenvoeler op een buitenmuur, uit de
zon en op de noord- of noord-oostzijde van het huis,
min. 1 meter van de grond en niet beïnvloed door een
moge-lijke warmte bron, zoals een ventilatie-opening
of een raam.
Figuur 10.15
Aansluiten van een kamerthermostaat
Aansluiten van een buitenvoeler, extra (kamer)thermostaat of boilersensor
Sluit de kamerthermostaat aan (max. 1 stuk).
Het maakt niet uit welke draad op 7 of 8 aan-
gesloten zit.
1) Boilersensor
Er kan alleen een boilersensor worden gebruikt, er
kan GEEN boilerthermostaat worden aangesloten!
3) Aansluiten (extra) AAN-/UIT-kamerthermostaat
Op aansluiting 5 - 6 kan een (of meer) extra AAN/UIT-
schakelende thermostaat aangesloten worden.
Eisen / opmerkingen m.b.t. deze extra thermostaat:
Er kan GEEN extra OpenTherm-thermostaat aan-
gesloten worden.
Er kan GEEN Romeo S als extra thermostaat aan-
gesloten worden.
Deze extra thermostaat dient een spanningsvrije
AAN/UIT-schakelende thermostaat.
Een thermostaat met een warmteversnelling (anti-
cipatiestroom), bijv. de Honeywell T87F, werkt niet correct.
Als er 2 extra AAN/UIT-thermostaten aangesloten worden,
dienen deze parallel op aansluiting 5 - 6 aangesloten te
worden.
Er kunnen GEEN 2 zogenaamde “Powerstealing”-
thermostaten op deze manier worden aangesloten.
Verwijder de mantel
• Schroef de parkers aan de onderzijde
van het toestel los.
Kantel de mantel aan de onderzijde
naar voren en til deze uit zijn ophang-
punten (bovenzijde).
Figuur 10.16
1 -2 Bij type 3/4/5 geldt:
DOORVERBINDING = ON: OPEN AANSLUITING = OFF:
Stromingssensor Stromingssensor UIT:
geactiveerd (standaard) geen warm water mogelijk
1 -2 Bij type A geldt:
ZONDER BOILER: MET BOILER 1):
1.8 kOhm + 10 kOhm parallel 10 kOhm NTC-sensor (25
o
C)
3 - 4 Optie: aansluiting buitenvoeler (NTC 10kOhm bij 25
o
C) 2)
5 - 6 Aansluiting voor een extra AAN/UIT-kamerthermostaat
met potentiaalvrij contact. Zie voor uitleg hiernaast bij:
‘aansluiten van een extra kamerthermostaat’ 3).
7 - 8 Universele kamerthermostaat-aansluiting: sluit één
OpenTherm- of één AAN/UIT-kamerthermostaat of
één
elektronische thermostaat
aan.
Figuur 10.17