Operation Manual

GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA
De onderhoudsbeurten moeten iedere 30.000 km worden uitgevoerd.
Km x 1000 30 60 90 120 150 180
Maanden 24 48 72 96 120 144
Acculading controleren en eventueel accu opladen ●●●●●●
Banden op conditie en slijtage controleren en bandenspanning eventueel
herstellen
●●●●●●
Werking verlichting (koplamp- en achterlichtunits, richtingaanwijzers,
waarschuwingsknipperlichten, bagageruimte- en interieurverlichting, lampjes op
instrumentenpaneel enz.) controleren
●●●●●●
Werking van ruitenwissers/-sproeiers controleren, sproeiers afstellen ●●●●●●
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers voor/achter controleren ●●●●●●
Remblokken voor (schijfremmen) op conditie en slijtage controleren ●●●●●●
Remschoenen achter (trommelremmen) op conditie en slijtage controleren ●●●
Visueel de conditie controleren van buitenzijde van de carrosserie en
bodemplaatbescherming, uitlaat, brandstof- en remleidingen, rubber delen
(hoezen - moffen - bussen enz.)
●●●●●●
Slot van motorkap en achterklep op vervuiling controleren, reinigen en
mechanismen smeren
●●●●●●
Controle spanning en eventuele afstelling aandrijfriem(en) hulporganen (of om
de 24 maanden) (exclusief motoren uitgerust met automatische spanners)
●●
Conditie van aandrijfriemen voor hulporganen visueel controleren ●●
Klepspeling controleren, afstellen (1.2 8V-uitvoeringen) ●●●
166
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER