Operation Manual

A - Draaiknop regeling luchttemperatuur:
blauwe gebied = koude lucht
rode gebied = warme lucht
B - aan/uit knop luchtrecirculatie;
C - draaiknop inschakeling/regeling ventilator:
0 = ventilator uitgeschakeld
1-2-3-4 = ventilatorsnelheid
D - aan/uit knop achterruitverwarming;
E - draaiknop voor de luchtverdeling:
lucht uit luchtroosters in het midden en aan de
zijkant
lucht uit luchtroosters in het midden, aan de
zijkant en naar beenruimtes voor en achter
lucht alleen uit luchtroosters beenruimtes voor
en achter
lucht uit luchtroosters beenruimtes voor en
achter, naar de voorruit en zijruiten
luchtrooster naar voorruit en zijruiten
VENTILATIE/VERWARMINGVAN HET
INTERIEUR
Ga als volgt te werk om het interieur te verwarmen:
draai knop A naar het rode gebied;
draai knop E op
;
draai knop C op 4 (maximum ventilatorsnelheid).
Bedien vervolgens de knoppen om de gewenste
comfortsituatie te handhaven.
BELANGRIJK Bij koude motor duurt het enkele
minuten om een optimale verwarming van het
interieur te verkrijgen.
SNEL ONTWASEMEN/ONTDOOIEN
Met deze functie wordt het snel ontwasemen/
ontdooien van de voorruit en zijruiten geactiveerd.
Ga als volgt te werk om de ruiten snel te
ontwasemen/ontdooien:
draai knop A naar het rode gebied;
druk op knop B om de interne luchtrecirculatie uit
te schakelen (led op de knop uit);
draai knop C naar 4 (maximum ventilatorsnelheid).
draai knop E naar
.
46
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER